Geen werk, geen huis en geen pensioen. Wie anno 2020 de jeugd heeft, lijkt geen toekomst te hebben. En kwam de oudere generatie massaal in opstand, bij de huidige jonge generatie is het protest veel meer versplinterd. Toch is het toegenomen.

Onder de kreet 'Willen jullie naar de Dam, dan gáán we naar de Dam' trokken eerdere generaties massaal ten strijde tegen allerhande onrecht. Massa-demonstraties met meer dan 100.000 mensen waren een jaarlijks terugkerend fenomeen waarmee grote groepen hun ongenoegen lieten blijken. Die tijd is voorbij. Maar er wordt wel degelijk geprotesteerd. "We zien juist dat het aantal protesten is toegenomen sinds 2008 en 2009."

Anders dan vroeger

Ze hebben alle reden tot ongenoegen, de huidige generatie jongeren. Ze behoren tot de eerste generatie die het na de Tweede Wereldoorlog niét beter gaat krijgen. Maar massaal de straat gaan ze niet meer op, wat de indruk wekt dat ze minder actiebereid zijn dan eerdere generaties.

Volgens hoogleraar Sociale Verandering en Conflict Jacquelien van Stekelenburg bedriegt de schijn. "Vergis je niet", zegt ze scherp. "Er wordt wel degelijk geprotesteerd. En niet alleen in Nederland maar ook wereldwijd. Het gaat alleen anders dan vroeger."

Jacquelien van Steekelenburg: "Er wordt wel degelijk geprotesteerd."

Collectieve actie

"Vroeger hadden we wat we noemden de logica van collectieve actie", legt ze uit. "Dat ging top-down. Er was een organisatie en die bepaalde: 'Hé, luister eens even achterban, dit is het probleem, we hebben geprobeerd te onderhandelen met de politiek en dat lukte niet. We krijgen de problemen niet opgelost, dus gaan we nu de straat op'."

En als er dan werd geroepen: 'Willen jullie naar de Dam, dan gaan we naar de Dam', dan werd er een menigte gemobiliseerd en ging die groep de straat op, vertelt ze. En dus gingen de demonstranten naar de dam. Massaal.

Connected action

Tegenwoordig is dat compleet anders. "Wat we nu zien gebeuren, is de logica van de Connected Action. Er wordt heel vaak actie georganiseerd via digitale netwerken. Dus niet een traditionele organisatie zoals een vakbond, maar bottom-up."

Ze legt uit dat er tegenwoordig vele vormen van protest zijn, via netwerken, via Facebookgroepen en Instagram. "Zoals The Blackout Tuesday van afgelopen dinsdag, dat was een hele creatieve manier van actievoeren met zwarte vlakken op je Instagramaccount."

Hoe hou je protest duurzaam?

Dit soort protestgroepen ontstaan via digitale netwerken en hebben geen traditionele hulpbronnen, vertelt Van Stekelenburg. En dat werkt dan weer in hun nadeel. "Ze hebben geen geld, geen ervaring, hebben ook geen lidmaatschap, dus het is heel moeilijk om daar een gezamenlijkheid in te creëren."

Een actie als afgelopen maandag op de Dam kon dankzij het zogenaamde 'supersize-effect' in korte tijd een hele grote groep bereiken, terwijl pas op zondag de demonstratie was aangemeld. "Dus dat is heel mooi: je kan a la minute reageren. Maar hoe zorg je dat het duurzaam blijft? En het probleem naar de politiek toe: wie ben je? Wie ben je als organisatie? Welke leider moeten we aanspreken? Welke issue is nu het belangrijkste?"

200 verschillende soorten protest

Dat het in de afgelopen maanden erg rustig is gebleven qua opstand en rebellie is volgens Van Stekelenburg te verklaren door het gebrek aan fysiek contact: we zaten allemaal thuis. "Omdat we de afgelopen maanden allemaal opgesloten zaten in onze eigen huizen was dit fysieke contact er niet."

"En we waren ook allemaal druk met het uitvogelen hoe een hangout en zoom werkt." Toch waren er volgens haar wel degelijk protesten tijdens de lockdown. "We hebben een inventarisatie gedaan en kwamen op 200 verschillende soorten."

Floor Brands van de Nationale Jeugd Raad: "We zijn geen zielige generatie."

Geen zielige generatie

"Boos worden kan zeker, vooral in het geval van schrijnende zaken", beaamt Floor Brands. Ze is voorzitter van de Nationale Jeugd Raad, een koepel van jongerenorganisaties in ons land.

"Maar wat wij op het moment proberen te doen is toch constructief het gesprek proberen aan te gaan met een positieve instelling", legt ze uit. "We zijn geen zielige generatie, we hebben heel veel kansen, maar niet iedereen kan die kansen pakken."

Veel op het spel

Ze proeft dat er onder jongeren best wel veel sympathie is voor hoe de overheid handelt in tijden van corona. "Natuurlijk zullen er altijd kritiekpunten zijn en verbeterpunten, maar ik verwacht niet dat de jongeren nu in opstand zullen komen tegen de overheid."

Toch staat er volgens haar staat op het spel, zoals woningen, banen, schulden. Als daar niets mee gebeurt kan er wel iets gaan broeien, legt ze uit. "En dan gaan jongeren denken: 'Hé, we moeten het Malieveld op onze stem te laten horen'. Als er te lang geen gehoor wordt gegeven aan de zorgen van jongeren, dan kan het zijn dat ze toch ook hiervoor in opstand komen."

Grote rol omgeving

Van Stekelenburg verwacht wel dat meer jongeren nog meer in beweging zullen komen als ze elkaar weer in het echt zullen ontmoeten. "Zo ontstonden ook vorig jaar de klimaatmarsen. Toen heb ik de vraag gesteld hoe ze het gehoord hadden."

Het antwoord was vaak 'via social media', maar wat ze over de streep trok om toch te komen bleken de klasgenoten te zijn. "Dus dat is weer die omgeving, één op één. Die sociale dynamiek is super belangrijk."

Meer demonstreren over globale issues

Wat haar ook opvalt is de thema's waarover jongeren in opstand komen. "Ze protesteren over issues die heel globaal zijn. Denk bijvoorbeeld aan de klimaatspijbelaars van vorig jaar. Niemand verwachtte een enorme opkomst, maar er stond zo'n 40 tot 45 duizend man, onverwacht."

Ook de demonstratie van afgelopen maandag liet een vergelijkbare dynamiek zien. "We zagen daar wat wij noemen first timers, mensen die voor de allereerste keer gaan demonstreren. En dat was vorig jaar bij de klimaatspijbelaars ook."

Hoe verenig je elkaar?

Maar betekent dit dat jongeren zich geen zorgen maken over woningnood en het gebrek aan vaste contracten en baanzekerheid? "Het grote probleem rond deze thema's is: 'Hoe verenig je elkaar. Hoe zorg je ervoor dat je een groep wordt?'

"Verenigen rondom de huizenprijzen die niet normaal zijn, dat is super ingewikkeld", legt ze uit. "Waar ga je je verenigen? Wie hoort er bij? Vereniging Eigen Huis? Nou, je hebt nog geen eigen huis. Dat is nou net wat je wilt. Eerst moet je een groep hebben die het idee heeft: hé, wacht eens even! Mijn eigen probleem deel ik met een andere groep. En dat gaat makkelijker als je met die groep samen bent."

Flexwerkers

Bij de groep van flexwerkers verwacht Van Stekelenburg wel protesten. "Omdat er dan een hele duidelijke groep is waar je institutioneel bij hoort. De Schipholmedewerkers, de schoonmakers. Dan is de kans veel groter dat daar een protest ontstaat. Het is een groep waarin je je herkent."

Als voorbeeld geeft ze het geval van haar buren op. "Die zijn allebei flexwerkers en lid van een flex-community, waarin ze allerlei dingen collectief geregeld hebben. Dat soort dingen zijn belangrijk, die beginnen langzaam te komen."

Constructief gesprek beter dan geweld

Floor Brands intussen ziet voorlopig voldoende mogelijkheden om aandacht te krijgen zonder de straat op te hoeven en ziet voldoende gedrevenheid bij jongeren. "Door social media kan campagne gevoerd worden. Ik denk dus ik dat het een verkeerde opvatting is dat jongeren niet gedreven zijn en niet de straat op gaan om hun stem te laten horen, maar dat ze dat op verschillende manieren doen."

"Maar", voegt ze er aan toe, "Ik kan me voorstellen dat de jonge generatie op een gegeven moment echt boos wordt. En daarom roepen wij ook echt op richting de overheid: onderneem stappen, ga met jongeren in gesprek en neem hun zorgen mee. Luister ook naar hun ideeën. Ik denk dat een constructief gesprek altijd beter is dan geweld."

audio-play
Bekijk hier de tv-reportage over dit onderwerp.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.