Ruim driekwart (77 procent) gelooft niet dat hij erop vooruit gaat in 2019 ondanks de optimistische begroting van het kabinet. Slechts 17 procent vertrouwt het kabinet daar wel op. Vooral mensen met een lager inkomen zijn pessimistisch over hun persoonlijke koopkrachtplaatje van volgend jaar. Dat blijkt uit het jaarlijkse Prinsjesdagonderzoek van EenVandaag onder bijna 25.000 deelnemers van het Opiniepanel.

Het is ook deze Prinsjesdag hét speerpunt van dit kabinet: iedereen moet in zijn portemonnee voelen dat het beter gaat. Volgens de vorige week gelekte Miljoenennota gaat meer dan 96 procent van de huishoudens erop vooruit. De scepsis in het land staat daarmee in schril contrast.

Hoe kleiner de beurs, hoe minder gerust

Enerzijds blijft indexatie van pensioenen of loonsverhogingen uit, terwijl de alledaagse lasten maar blijven stijgen, zeggen veel deelnemers. “De BTW-verhoging, hogere huur, de stijgende energierekening, daar kan toch geen loonsverhoging tegenop”, aldus een ondervraagde. En een ander: “Aan de ene kant krijg je een tientje en aan de andere kant pakken ze weer vijftien euro af.”

Lees ook

Mensen met een lager inkomen zijn pessimistischer over hun koopkracht dan mensen met een grotere beurs. Zo gelooft slechts 6 procent van de mensen met een minimum inkomen het kabinet en 90 procent niet. Bij mensen met een modaal inkomen is dat beeld al anders: 14 procent van hen gelooft het kabinet (81 procent niet). De rijkste groep, mensen die meer dan twee keer modaal verdienen, is het meest optimistisch: 39 procent denkt er volgend jaar bij te krijgen.

Ook werkenden pessimistisch

Volgens de eerste cijfers uit de Miljoenennota gaan werkenden er het meest op vooruit in 2019: 1,6 procent. Toch gelooft nog geen kwart (22 procent) van de werkenden dat zij volgend jaar meer te besteden hebben. De meesten van hen (59 procent) kregen er sinds het eind van de crisis niets bij, bleek uit recent onderzoek van EenVandaag. Een deel daarvan (28 procent) moest het doen met een loonstijging van maximaal 2 procent, wat amper corrigeert voor de stijgende inflatie. Voor het andere deel (31 procent) geldt al jaren de nullijn, waardoor zij er in de praktijk op achteruit gaan.

En voor de meeste werkenden zit een loonstijging er, naar eigen zeggen, voorlopig nog niet in. Een meerderheid van hen (58 procent) heeft op dit moment niet gehoord of zij er iets bij zal krijgen of niet.

Lees hier wat mensen vinden van het huidige kabinet:

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.