radio LIVE tv LIVE
meer NPO start
EenVandaag Opiniepanel

Veel coalities verliezen meerderheid in provincies en hebben partijen nodig waar ze sterk van verschillen

Veel coalities verliezen meerderheid in provincies en hebben partijen nodig waar ze sterk van verschillen
De Provinciale Statenverkiezingen zijn over een week
Bron: ANP

In veel provincies dreigen coalities hun meerderheid te verliezen. In Overijssel, Drenthe, Friesland en Utrecht komen ze zelfs 5 tot 7 zetels tekort. En dat terwijl in alle provincies coalities al uit vier of vijf partijen bestaan.

Uit peilingen in de twaalf provincies die Ipsos vorige week met EenVandaag deed, blijkt het vormen van coalities vooral buiten de Randstad lastig te worden. In die provincies winnen de BoerBurgerBeweging en/of de PVV flink aan zetels en is het, gezien de inhoudelijke positie van partijen in de coalitie en landelijk verkondigde uitsluitingen, onwaarschijnlijk dat zij de bestaande coalities gaan helpen.

Veel coalities verliezen hun meerderheid in de Provinciale Staten

Drenthe

Bijvoorbeeld in Drenthe vormden PvdA, VVD, CDA, GroenLinks en ChristenUnie de afgelopen 4 jaar het provinciale bestuur. Deze vijfpartijenconstructie was goed voor 24 zetels, maar zou nu op 15 zetels kunnen rekenen. Omdat er in Drenthe dit keer 43 zetels te verdelen zijn, komt de coalitie 7 zetels tekort voor een meerderheid.

Bekijk ook

Volgens de zetelverdeling van Ipsos heeft alleen BBB (9) genoeg zetels om de coalitie als zesde partij aan te vullen. Niet alleen de veelheid van partijen in die coalitie maakt die combinatie onwaarschijnlijk. De partijen staan ook lijnrecht tegenover elkaar als het gaat om stikstof, net als hun kiezers. Zo zegt 66 procent van de kiezers die 15 maart op de VVD wil stemmen, dat hun provincie het stikstofplan van het kabinet moet uitvoeren. Onder BBB-kiezers is dat slechts 14 procent.

Moet de provincie wel of niet meewerken aan het stikstofbeleid van het kabinet? Uitgesplitst naar partijvoorkeur bij PS2023

Overijssel en Friesland

Vanwege dezelfde kwestie komt de bestuurbaarheid in Overijssel en Friesland in het geding. BBB kan, met respectievelijk 9 en 7 zetels, ook daar in zijn eentje de huidige coalities aan meerderheden helpen. Maar het is sterk de vraag of dat inhoudelijk lukt. Dat bevestigt politiek verslaggever Andries Bakker van Omrop Fryslân: "Het is de vraag of partijen die samenwerking zien zitten. Een coalitie zonder de BBB is getalsmatig mogelijk, maar ook dan zal het niet gemakkelijk zijn."

Bekijk ook

"Dan heb je partijen nodig van links, rechts en het midden. Dan kom je al snel op zeven of acht partijen om een meerderheid te vormen", zegt Bakker. SP- en PvdD-kiezers vinden in tegenstelling tot rechtsere partijen wel in meerderheid dat hun provincie moet meewerken aan de stikstofplannen van het kabinet.

Zetelverdeling in de provincie Friesland

Limburg

In Limburg ging het in de aanloop naar de verkiezingen veel over een hernieuwde samenwerking tussen de VVD, CDA en de PVV. Die coalitie klapte in 2021, maar de partijen zien geen bezwaren om elkaar weer te vinden na de verkiezingen. Daar zal volgens de peilingen van Ipsos, wel een partij bij gezocht moeten worden, want door stevig verlies van het CDA (-5) komen de partijen er 4 tekort voor een meerderheid.

Bekijk ook

De SP (5), D66 (4), en BBB (4) hebben genoeg zetels om die coalitie te helpen, maar elk van die partijen heeft landelijk grote moeite met één van de partijen in de coalitie. De vraag is of die brug provinciaal wel geslagen kan worden. Daar komt bij dat Limburgse VVD-kiezers niet meer met de PVV willen samenwerken, blijkt uit een eerdere peiling van EenVandaag.

Zeeland

In Zeeland lijkt de coalitie van CDA, VVD, SGP en PvdA/GroenLinks wel door te kunnen als het aan kiezers ligt. Die partijen kunnen nu samen op 23 zetels rekenen, 3 meer dan nodig is voor een meerderheid. Dit is een van de weinige provincies waar coalitiepartij CDA niet verliest.

Bekijk ook

Maar politiek verslaggever Marcel Decraene van Omroep Zeeland legt uit dat een doorstart van de coalitie geen uitgemaakte zaak is. "De coalitiepartijen zouden in theorie door kunnen, maar verschillen wel van mening over kerncentrales. Het Rijk gaat er in 2024 over beslissen en ook al gaat de provincie er niet over: het leeft enorm in Zeeland. De PvdA en GroenLinks zijn tegen, anderen zijn voor."

Andere provincies

In Groningen (20 zetels), Zuid-Holland (27 zetels), Noord-Holland (27 zetels) en Flevoland (21 zetels) hangen de meerderheden van de coalities aan een zijden draadje.

In die provincies halen de coalities ongeveer het aantal zetels dat nodig is voor een meerderheid, maar is het door foutmarges van 2 zetels niet exact te zeggen of ze die verliezen of behouden.

info

Over dit onderzoek

De zetelpeilingen in diverse provincies zijn geen voorspellingen van de uitslag bij de komende Provinciale Statenverkiezingen. Ze geven vooral een indicatie van de politieke verhoudingen op het moment van peilen. Per provincie deden ongeveer 500 mensen mee. De gegevens zijn verzameld van 17 tot en met 27 februari.

De marge is gemiddeld 2 zetels per partij: voor de grotere partijen zijn de marges iets groter, voor kleinere partijen juist kleiner. De resultaten zijn per provincie gewogen op leeftijd, geslacht, opleiding, werkzaamheid en stemgedrag bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2021 en geven daarmee een goed beeld van de verhoudingen in de provincie.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Chirurgen in vier kinderhartcentra voeren te weinig operaties uit, waardoor centra niet aan de norm voldoen

Chirurgen in vier kinderhartcentra voeren te weinig operaties uit, waardoor centra niet aan de norm voldoen
Oud-minister Ernst Kuipers en chirurgen aan het werk
Bron: EenVandaag

De vier ziekenhuizen die complexe hartoperaties bij pasgeboren baby's uitvoeren, doen dat te weinig. Dat blijkt uit nieuwe cijfers. Kinderhartchirurgen maken dus te weinig vlieguren. Oud-minister Ernst Kuipers: "We gaan tekort schieten in kwaliteit."

Uit nieuwe cijfers van de de Wetenschappelijke Vereniging voor cardio-thoracaal chirurgen (NVT) blijkt dat het Erasmus MC in Rotterdam in 2023 38 ingrepen bij pasgeboren baby's deed. Het LUMC in Leiden 51, het UMC Groningen 20 en UMC Utrecht 39. Terwijl de zogenoemde 'volumenorm' (hoeveel operaties een ziekenhuis moet uitvoeren per jaar) voor deze operaties op 60 per centrum ligt.

'Geen enkel centrum haalt de norm'

Dit schreven de kinderhartchirurgen in 2021 zelf in een rapport: 'In de volumecriteria is bekend dat uitkomsten bij kinderen die binnen 30 dagen na hun geboorte geopereerd worden, verbeteren als het centrum er meer dan 60 per jaar doet.'

Later ontstond er discussie over die 60 operaties en bepleitte de beroepsgroep dat die norm ook wel naar 40 kon. Maar toenmalig minister van Volksgezondheid Ernst Kuipers en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) hielden vast aan 60. "Geen enkel centrum haalt de norm. Dat betekent dat we tekort gaan schieten", zegt Kuipers over de laatste cijfers.

Verantwoordelijkheid op je schouders

Ook zorgeconoom Marco Varkevisser van de Erasmus Universiteit Rotterdam reageert fel op de cijfers: "Als je als medische beroepsvereniging tot volumecriteria komt, dan rust er ook een verantwoordelijkheid op je schouders om te zorgen dat je aan die criteria voldoet", vindt hij.

"Niet alleen voor de medisch professionals is dat een verantwoordelijkheid, maar ook voor de ziekenhuisbestuurders en voor de zorgverzekeraars die uiteindelijk die zorg gaan inkopen."

Bekijk ook

Concentratie goed idee

In 2021 nam het kabinet het besluit om de kinderhartchirurgie te concentreren naar twee ziekenhuizen: het Erasmus MC in Rotterdam en het UMC Utrecht. Door op minder plekken te opereren, zou de kwaliteit van de zorg omhoog gaan, was de gedachte. Een meer dan logische gedachte, volgens Ernst Kuipers, die voor zijn ministerschap bestuursvoorzitter was van het Erasmus MC.

"Je weet zeker dat als je dit concentreert en de volumes per centrum omhoog brengt, dat de kwaliteit ook verbetert. Dat is keer op keer bewezen. Niet alleen in de kinderhartzorg, maar in de volle breedte in de zorg."

Strijd tussen ziekenhuizen

Maar ondanks dat eigenlijk iedereen het erover eens was dat concentratie goed zou zijn voor de zorg voor jonge patiënten met een aangeboren hartafwijking, barstte de strijd los. Artsen en bestuurders gingen pal achter hun eigen centrum staan. Ouders van patiëntjes voerden actie en de verhoudingen tussen de ziekenhuizen raakten ernstig verstoord.

"Er werd echt met modder gegooid", zegt zorgeconoom Varkevisser, die stelt dat de kwaliteit in de ziekenhuizen nog steeds hoog is. "Het gaat om een handvol chirurgen die dit soort ingewikkelde operaties met hun ziel en zaligheid doen. Ze zijn daar hun hele carrière al mee bezig. Het zijn allemaal zeer toegewijde medisch professionals. Als jouw ziekenhuis dat kwijtraakt, dan voelt het voor een aantal mensen ook alsof ze hun levenswerk uit hun handen zien wegvloeien."

info

Geen reacties van ziekenhuizen en patiëntenorganisaties

Voor dit onderzoek heeft EenVandaag veel mensen op achtergrondbasis gesproken. Geen van de bestuurders van de universitaire ziekenhuizen wilden op camera reageren. Ook de patiëntenorganisaties wilden dat niet.

Streep door de plannen

Ondertussen gebeurde er nog van alles. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) kwam met een uiterst kritisch rapport, waarna Ernst Kuipers ook nog eens een ziekenhuis inwisselde: Groningen werd aangewezen als ziekenhuis om de kinderhartchirurgie te behouden, in plaats van Utrecht.

In januari 2024 zette de rechter een streep door de concentratieplannen. Kuipers en zijn voorganger Hugo de Jonge hadden weliswaar het recht zo'n concentratie op te leggen, maar onderbouwden die onvoldoende, vond de rechter.

Veel fouten gemaakt

Varkevisser vindt dat er veel fouten zijn gemaakt in het proces. "In mijn ogen is een belangrijke, misschien wel de belangrijkste, les dat aan de Kamerbrief, waarin de concentratie werd aangekondigd, een veel grondiger analyse ten grondslag had moeten liggen. Die had openbaar moeten zijn."

Want dan had de discussie over de feiten kunnen gaan, zegt Varkevisser. "Nu is er een te lange periode geweest tussen de beslissing en het hele traject, waarbij sentimenten en emoties de bovenhand hebben kunnen kunnen krijgen. En dat heeft het proces van meet af aan in de wielen gereden en ervoor gezorgd dat het ook ontspoord is."

Bekijk ook

'Gemiste kans'

Ernst Kuipers noemt het niet doorgaan van concentratie in de kinderhartchirurgie 'een gemiste kans'. "Ouders en patiënten weten gewoon dat het beter kan. En dit dossier loopt al 30 jaar. De eerste rapportage van de Gezondheidsraad destijds dateert uit 1993 met een heel helder advies: je moet concentreren en het aantal operaties en hartkatheterisaties naar minder centra brengen."

Ook na die tijd verscheen rapport op rapport met telkens dezelfde conclusie, vertelt Kuipers. "Voor veel mensen is dit echt een hoofdpijndossier."

'Nieuwe kleren van de keizer'

Maar is er dan helemaal niets gebeurd, sinds de uitspraak van de rechter? Jawel, er is een samenwerkinsgverband opgestart tussen de UMC's van Groningen, Utrecht, Leiden en Amsterdam.

Daarnaast is er een samenwerking tussen Rotterdam en het Radboudumc in Nijmegen. Kuipers is absoluut niet onder de indruk en noemt het 'de nieuwe kleren van de keizer'. "Ik vind het een beetje triest om te constateren, maar dat is feitelijk wat we in het verleden ook deden."

Bekijk ook

'Wat als er een complicatie ontstaat?'

Groningen, Utrecht, Leiden en Amsterdam zijn van plan om straks de artsen te laten reizen in plaats van de patiënten. Iets wat eerder nog werd bekritiseerd door de kinderhartchirurgen zelf, zegt Kuipers, die dat zelf ook een slecht idee vindt.

"Wat gebeurt er straks als er een complicatie ontstaat, terwijl dat team dan al weer is teruggereisd?"

'Terug bij af'

Varkevisser wacht de definitieve plannen van de ziekenhuizen af en vindt dat we op dit moment 'terug bij af' zijn: "Je kunt constateren dat we na drie, vier jaar heel veel ruzie, waarbij heel veel verhoudingen op scherp zijn komen te staan, uiteindelijk niet veel zijn opgeschoten. Waar we destijds mee begonnen in 2021 is eigenlijk de situatie waar we nu weer staan."

Kuipers is dat met de zorgeconoom eens: "De situatie is onveranderd met het oude. En je kunt straks al die oude rapporten met aanbevelingen om te concentreren er weer bij pakken, want die gelden nog steeds."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant