
Enthousiasme voor minderheidskabinet met D66, VVD en CDA groeit bij kiezers: 'Lijkt meest stabiele combinatie'
Het is misschien niet de meest ideale uitkomst, zeggen ze, maar inmiddels kan een meerderheid van de kiezers van D66, VVD en CDA, leven met een minderheidskabinet met hun partijen. Vorige maand twijfelden kiezers van D66 en CDA daar nog aan.
Dat blijkt uit onderzoek van EenVandaag onder ruim 20.000 leden van het Opiniepanel. De voorkeur van de meeste kiezers (61 procent) gaat nog altijd uit naar een meerderheidscoalitie. Maar na weken 'wie-met-wie', 'nou-wel-met-jou,-maar-niet-met-die' beginnen kiezers in te zien dat dat ook niet zo stabiel zal zijn.
VVD-kiezers meest enthousiast
Een kabinet met D66, VVD en CDA telt 66 zetels. Dat betekent dat er voor alle plannen in de Eerste en Tweede Kamer naar meerderheden moet worden gezocht. In november, aan het begin van de formatie, vonden desondanks 7 op de 10 (70 procent) van de VVD-kiezers deze combinatie al acceptabel. Zo lang het maar niet met GroenLinks-PvdA zou zijn.
Een stuk minder enthousiasme was er toen bij kiezers van D66 en het CDA. Vanuit de gedachte dat een meerderheidscombinatie stabieler zou zijn. Maar dat is de afgelopen weken veranderd.
'Ligt nu voor de hand'
In onze laatste peiling zegt nu ook de meerderheid van de kiezers van D66 (62 procent) en het CDA (65 procent) een coalitie met alleen de VVD te zien zitten. "De VVD wil overduidelijk niet met GroenLinks-PvdA, D66 wil niet met JA21. Ik begin in te zien dat in het kader van stabiliteit en bewegingsruimte, de minderheidsvariant met VVD het meest voor de hand ligt", zegt een kiezer van D66.
Dat bevestigt een CDA-kiezer: "Ik zie te veel kansen op problemen bij de mogelijke meerderheidskabinetten. Daarom kies ik voor een minderheidskabinet met D66, VVD en CDA. Dit lijkt me nu de meest stabiele combinatie." Ook de steun onder VVD-kiezers is toegenomen de afgelopen weken.
Voorkeur blijft meerderheidskabinet
Van alle mensen vindt bijna de helft (48 procent) een minderheidskabinet met D66, VVD en CDA (66 zetels) acceptabel. Een stuk minder (34 procent) steunen de minderheidscombinatie van D66, CDA en GroenLinks-PvdA (64 zetels). Veel kiezers denken dat het lastig gaat zijn voor die laatste combinatie om meerderheden te vinden.
Een meerderheidsvariant blijft de voorkeur houden, omdat panelleden denken dat dat daadkrachtiger kan zijn. Slechts 13 procent kiest bewust voor een minderheidsvariant. Een grote groep (26 procent) weet het niet. Velen delen de gedachte van deze VVD-kiezer: "Beter een goede sterke minderheid, dan wederom al dat gezeur."
In het landsbelang?
Velen vinden wel dat hun partij plannen van een minderheidskabinet moet steunen als hun partij het met die plannen eens is. Zeker kiezers van GroenLinks-PvdA (85 procent) en JA21 (81 procent) zeggen dat. JA21-stemmers benadrukken dat plannen in het landsbelang moeten zijn, waarbij migratie en betaalbaarheid vaak genoemd worden.
"Het gaat om de inhoud, niet om de poppetjes", klinkt bij de GroenLinks-PvdA-achterban. Al leeft daar ook frustratie. Sommigen vinden dat VVD hun verlies niet onder ogen ziet en spreken van 'politieke spelletjes' of 'arrogantie'.
Structureel uitgesloten
Bij PVV-kiezers (51 procent) en Forum voor Democratie (46 procent) zegt slechts de helft: "Als de plannen goed zijn, moet je ze steunen." Bij hen leeft meer wantrouwen. Zij vinden dat hun partijen structureel worden uitgesloten en vrezen dat een minderheidskabinet de verkiezingsuitslag onvoldoende respecteert.
Uiteindelijk willen veel mensen vooral dat partijen stoppen met het blokkeren van opties en starten met samenwerken. Een D66-kiezer zegt: "Ik zou wel eens een minderheidskabinet aan het werk willen zien. Dan moeten ze op zoek naar steun in de Kamer, waardoor meer partijen kunnen bijdragen vanuit hun programma."