meer NPO start

Wat is restafval en waarom gaan gemeenten er verschillend mee om? Jullie vragen hierover beantwoord

Wat is restafval en waarom gaan gemeenten er verschillend mee om? Jullie vragen hierover beantwoord
Bron: ANP

Afval zoals papier, plastic en groente- en fruitresten kun je scheiden. Wat niet gescheiden kan, hoort bij het restafval in de grijze kliko of vuilniszak. Elke gemeente regelt de inzameling op haar eigen manier. We vroegen wat jullie wilden weten.

Voor de antwoorden spraken we met Raymond Gradus, die zich als hoogleraar beleid en economie aan de Vrije Universiteit Amsterdam heeft verdiept in nascheiding van vuilnis. En met woordvoerder Miranda Boer van Verpact, de organisatie die verantwoordelijk is voor het beheer van al het verpakkingsafval in ons land.

1. Wat is restafval precies?

Nederland kent verschillende categorieën huishoudelijk afval die gerecycled kunnen worden: glas, papier en karton, groente-, fruit- en tuinafval (GFT) en plastic, metalen verpakkingen en drinkpakken (PMD). Daarnaast is er bijvoorbeeld nog elektronisch afval en grofvuil dat te groot is voor vuilniszakken of -bakken. "Het afval dat niet in een van deze categorieën valt, is waarschijnlijk restafval. Dat kan moeilijk gerecycled worden en wordt daarom grotendeels verbrand", vertelt woordvoerder Boer van Verpact.

"In principe zou je kunnen zeggen: 'Twijfel je? Doe het dan bij het restafval.' Want anders vervuil je misschien een schone stroom". Als voorbeeld noemt Boer een vette pizzadoos: "Niet zo eentje van een diepvriespizza - die mag gewoon bij het papier en karton - maar eentje waar echt nog etensresten op zitten. Daar wil je de papier en karton-stroom niet mee vervuilen." Ook papieren verpakkingen met een laagje plastic kunnen volgens haar beter bij het restafval, 'want die twee laagjes zijn nog niet goed uit elkaar te halen'.

Toch is het belangrijk om niet alles bij het restafval te gooien, gaat ze verder. "In eerste instantie omdat we vanwege duurzaamheid natuurlijk zo veel mogelijk willen recyclen, maar ook omdat we ons aan wettelijke doelstellingen moeten houden." De EU heeft voor verschillende materialen bepaald welk percentage daarvan in 2025 gerecycled moet worden.

info

Op verpakking zetten?

In Nederland is er geen wettelijke verplichting voor producenten om op verpakkingen aan te geven in welke afvalzak of -bak het hoort. Toch kiezen veel producenten er vrijwillig voor om dit soort informatie op verpakkingen te zetten, omdat het consumenten helpt bij het goed scheiden van afval. En dat zorgt weer voor hogere recyclingpercentages.

2. Belandt veel vooraf gescheiden afval niet alsnog in de verbrandingsoven?

"Voor relatief eenvoudige materiaalsoorten die we al van oudsher gewend zijn in Nederland, zoals glas en papier en karton, gaat het recyclen relatief goed", zegt Boer van Verpact. "Maar gecompliceerde soorten zoals plastic en de drinkpakken zijn moeilijk. Daarbij gebeurt het helaas toch af en toe dat er toch te veel troep zit in het PMD-afval dat burgers zelf hebben gescheiden. Het kan dan niet gerecycled worden en moet inderdaad alsnog - net als restafval - worden verbrand."

In de overeenkomst die Verpact met gemeenten heeft gesloten staat dat maximaal 15 procent van het PMD-afval vervuild mag zijn. Volgens de recentste cijfers uit 2021 voldeed slechts 1 op de 7 gemeenten aan die norm. Doodzonde, vindt Boer. "Er is namelijk veel moeite gedaan om het afval apart op te halen en daartoe worden kosten gemaakt. Door het bedrijfsleven, voor het inzamelen en recyclen van gescheiden afval. Maar ook door de gemeenten, voor het inzamelen en verbranden van restafval."

Begin dit jaar hebben gemeenten de overeenkomst met Verpact opgezegd, omdat het gescheiden afval vaak wordt afgekeurd en gemeenten dan niet of slechts gedeeltelijk gecompenseerd worden. Verbranding is overigens niet altijd compleet zinloos. Zo kunnen na verbranding sommige grondstoffen, waaronder metalen, uit de as worden gehaald. Ook de energie die vrijkomt bij de verbranding kan worden gebruikt, zeggen zowel Boer als hoogleraar Gradus.

3. Is het nuttig om restafval vooraf nog verder te scheiden?

Eigenlijk kan er al veel gescheiden worden, zegt Boer: "Harde plastics bijvoorbeeld, zoals kleerhangers, cd-hoesjes en oud speelgoed, mogen op zich bij het restafval, maar kunnen beter naar de milieustraat worden gebracht of bij sommige winkels worden ingeleverd. En textiel kan vaak in daarvoor bestemde containers. Zelfs luiers en incontinentiemateriaal kunnen bij sommige gemeenten worden ingeleverd voor recycling."

Hoogleraar Gradus bevestigt dat het belangrijk is dat burgers glas, papier en karton, textiel en GFT apart inleveren. Maar voor ander afval is het volgens hem minder zinvol dat burgers het van tevoren goed scheiden. "Voor PMD-afval is er een superieur systeem en dat is nascheiding. Daarmee heb je de hoogste milieu-opbrengst", legt hij uit.

info

EenVandaag Vraagt

In dit artikel zijn antwoorden verwerkt op vragen die zijn ingestuurd via EenVandaag Vraagt. Met EenVandaag Vraagt heb je invloed op wat we maken. Wil je meedoen? Download dan de Peiling-app van EenVandaag, ga dan naar 'Instellingen' en zet je notificaties voor EenVandaag Vraagt aan. Je vindt de vragen en antwoorden terug bij 'Doe mee'. De Peiling-app van EenVandaag is gratis te downloaden in de App Store of Play Store.

4. Is achteraf scheiden van afval niet efficiënter?

De discussie over vooraf of achteraf scheiden speelt vooral rondom het PMD-afval. Bij 'bronscheiding' leveren burgers plastic, metaal en drinkpakken zelf apart in. Dat gebeurt in bijna driekwart van de gemeenten, blijkt uit cijfers van Verpact. Bij 'nascheiding' wordt PMD in een installatie uit het restafval gehaald en gerecycled als dat mogelijk is. Dit systeem wordt in 14 procent van de gemeenten gebruikt. In de overige gemeenten wordt gewerkt met een combinatie van bron- en nascheiding.

"Er zijn steeds meer indicaties dat nascheiding van PMD-afval effectiever is dan bronscheiding", zegt hoogleraar Gradus. "Dat blijkt onder meer uit Duits empirisch onderzoek, maar zien we ook in Nederland in de praktijk." Hij legt uit: "Gemeenten die nascheiding hanteren blijken naar verhouding meer PMD te kunnen ophalen dan gemeenten die bronscheiding hanteren. Dat geldt met name voor grote steden: Rotterdam is bijvoorbeeld in 2019 overgestapt van bronscheiding op nascheiding en haalt nu 10 keer zo veel PMD uit het afval."

"Ook is de PMD-stroom bij nascheiding vaak schoner. Daardoor kan er ook meer hergebruik plaatsvinden van het plastic", voegt Gradus toe. Dit heeft er volgens hem onder andere mee te maken dat de categorie PMD voor burgers best ingewikkeld is om schoon aan te leveren. "Drankverpakkingen moeten echt leeg zijn, en niet alle soorten plastic mogen bij het PMD. Het kan lukken om met bronscheiding een schone PMD-stroom aan te leveren, maar dan moet je wel een gemotiveerde en bewuste bevolking hebben."

Tegelijkertijd benadrukt woordvoerder Boer van Verpact dat de toepassingen van nagescheiden afval beperkter zijn: "Gerecycled plastic dat voortkomt uit nascheiding mogen we vaak niet gebruiken om nieuwe verpakkingen van te maken, vanwege strenge eisen aan de voedselveiligheid. Dus je hebt ook gewoon die schone, vooraf gescheiden stromen nodig." Ze noemt ingeleverde statiegeldblikjes als voorbeeld. "Dat is een schone stroom die we weer kunnen inzetten voor de productie van nieuwe blikjes."

5. Waarom is het afvalbeleid in iedere gemeente verschillend? Waarom is er geen landelijk beleid?

"Zo'n 10 jaar geleden is op grote schaal gezegd dat Nederlandse huishoudens PMD aan de bron zouden moeten gaan scheiden", weet Gradus. "De meeste gemeenten zijn dat toen gaan doen, maar er waren direct ook al gemeenten - met name in Friesland - die een systeem van nascheiding introduceerden."

"Die provincie is zo dunbevolkt, dat men het niet efficiënt vond om met allerlei vrachtwagens te gaan rijden, voor iedere afvalsoort een andere vrachtwagen", verklaart Boer. "Tegelijkertijd kan nascheiding ook interessant zijn voor gemeenten die juist heel dichtbevolkt zijn. In bijvoorbeeld Amsterdam kun je moeilijk aan iedereen verschillende kliko's geven en met verschillende vrachtwagens door de stad gaan rijden."

Juist omdat gemeenten verschillen in bijvoorbeeld bevolkingsdichtheid, is ook Gradus niet voorstander van één systeem. "Tegelijkertijd denk ik wel dat het goed zou zijn als gemeenten meer van elkaar leren. In Arnhem is het bijvoorbeeld echt misgegaan met de introductie van een 'diftar'-systeem, waarbij burgers voor de hoeveelheid restafval moeten betalen. Dit leidde tot meer zwerfvuil, omdat mensen niet extra wilden betalen. Het is belangrijk om dit praktijkvoorbeeld te kennen voor gemeenten die zo'n systeem overwegen."

info

Gemiddeld 177 kilo restafval per jaar

De Nederlandse overheid heeft als doel gesteld om vanaf 2020 een maximum van gemiddeld 100 kilo restafval per persoon te bereiken. Maar dat lukt nog niet echt: vorig jaar lag het gemiddelde namelijk nog op 177 kilo restafval per persoon.

6. Hoe kunnen we restafval verminderen?

"Vaak is een argument van gemeenten om te kiezen voor bronscheiding, dat burgers zelf hun steentje willen bijdragen. Het zelf verantwoordelijk maken voor scheiding zou leiden tot bewustwording", zegt Gradus. "Ik moet alleen zeggen dat wij dit in de studies niet hebben teruggezien in het aankoopgedrag."

Maar dat gedrag kan wel degelijk gestimuleerd worden, zegt Boer. "De meest succesvolle manier om schone stromen te krijgen, blijkt bijvoorbeeld om transparante vuilniszakken te gebruiken. Dat is minder anoniem dan een gedeelde container, en dus kan iedereen zien of je het scheiden goed hebt gedaan of niet."

"Ik kan me ook voorstellen dat het voor burgers ingewikkeld is dat allerlei systemen naast elkaar worden gehanteerd. Zeker wanneer dat binnen een gemeente het geval is en bijvoorbeeld in de ene wijk wel PMD gescheiden moet worden en in de andere wijk niet", zegt Gradus. "Tegelijkertijd zul je daarom ook gewoon aan producenten moeten vragen om goed recyclebaar plastic te gebruiken."

Boer van Verpact sluit zich daarbij aan. "Verpact wil producenten stimuleren om kritisch te kijken naar hun ontwerp van plastic verpakkingen. Wij zijn graag aanjager in dat proces en belonen goed recyclebare plastic verpakkingen daarom ook financieel met een korting."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Meer maatregelen, of is de zwaar beveiligde EBI in Vught al streng genoeg? Jullie vragen beantwoord

Meer maatregelen, of is de zwaar beveiligde EBI in Vught al streng genoeg? Jullie vragen beantwoord
Beveiliging bij de extra beveiligde inrichting (EBI) in Vught
Bron: ANP

Taghi, Holleeder, Razzouki: de gevaarlijkste Nederlandse criminelen verblijven allemaal in de Extra Beveiligde Inrichting (EBI) in Vught, oftewel de EBI. De inrichting heeft het hoogste beveiligingsniveau. We vroegen wat jullie erover willen weten.

Vlakbij de zwaar beveiligde gevangenis in Vught is afgelopen vrijdag een zittingszaal geopend voor strafzaken. Het is een maatregel om vluchtgevaarlijke gedetineerden minder vaak te hoeven vervoeren, want dat is peperduur en heeft grote risico's voor de veiligheid.

Beveiliging aanscherpen

"Tijdens een verplaatsing is er het risico dat een gedetineerde een ontsnappingsmogelijkheid vindt, meer dan wanneer iemand binnen de gevangenismuren blijft", verklaart woordvoerder Charlotte Hees van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI).

De opening van de zittingszaal past in een bredere politieke beweging om de beveiliging rond zware criminelen verder aan te scherpen. Het is onder meer een reactie op incidenten waarbij criminelen ondanks hun detentie vermoedelijk toch contact onderhielden met de buitenwereld.

Is er wel personeel voor een nieuwe EBI?

Tweede EBI in Vlissingen

De afgelopen jaren hebben we gemerkt dat er meer hoogrisico-gedetineerden zijn die hun criminele handelen proberen voort te zetten vanuit hun cel, zegt de woordvoerder van de Dienst Justiële Inrichtingen. Het is ook de reden dat er een extra EBI wordt gerealiseerd op het nieuwe Justitieel Complex in Vlissingen, dat naar verwachting in 2030 klaar is.

Advocaat Geert-Jan Knoops, die vaak in de EBI is geweest, stelt vast: "Er is in de samenleving een toenemende toestroom aan georganiseerde criminaliteit, de aard van het strafrecht is veranderd. Er is daardoor meer behoefte ontstaan aan een tweede EBI."

Druk op capaciteit

Op dit moment is er één EBI in Nederland, in de Penitentiaire Inrichting (PI) in Vught. Die heeft plek voor 24 gedetineerden, verdeeld over verschillende afdelingen. Naast de geplande bouw van een nieuwe EBI in Vlissingen wordt ook de capaciteit in Vught uitgebreid, met twaalf extra cellen.

Er is veel druk op de capaciteit in het gevangeniswezen, zowel wat betreft personeelstekorten als celtekorten, maar op deze groep wordt niet bezuinigd, laat de woordvoerder van de DJI weten.

Wat maakt de EBI anders dan een gewone gevangenis?

Afgezonderd van elkaar

Wat maakt zo'n EBI nu anders dan andere plekken waar gedetineerden verblijven? Het belangrijkste verschil is de doelgroep die erin zit, legt de woordvoerder uit. In de EBI komen vooral gedetineerden terecht die een grote rol speelden in georganiseerde criminaliteit, en die bijvoorbeeld een crimineel netwerk aanstuurden.

"Hierdoor zijn we er in de EBI niet alleen mee bezig dat deze gedetineerden - plat gezegd - achter slot en grendel blijven, maar willen we ook voorkomen dat ze hun criminele netwerk vanuit de gevangenis blijven aansturen."

Volledig afgezonderd

Om dat te voorkomen, is er strenge controle op de gedetineerden. "Het meest essentiële verschil is dat een gedetineerde in de EBI volledig afgezonderd is van andere gedetineerden", vertelt Knoops.

"In gewone gevangenissen mogen gedetineerden met elkaar socialiseren. Bijvoorbeeld gezamenlijk naar de luchtplaats gaan of sporten. Dat is in de EBI vrijwel niet het geval."

Hoe wordt hulp van buitenaf tegengegaan?

Contact met buitenwereld

Woordvoerder Hees legt verder uit dat gedetineerden in de EBI absoluut niet samen in één cel geplaatst worden, zoals dat in andere gevangenissen soms wel gebeurt. De gedetineerden in de EBI kunnen heel soms even samen koken of tegelijkertijd sporten. Maar dan wordt er goed gekeken wie met wie mag, en wie zeker niet.

De afgelopen jaren is er ook meer afstand gekomen in het contact tussen de bewaarders en de gedetineerden. Om bewaarders zelf beter te beschermen.

Controle bij telefoongesprekken

Telefoongesprekken met de buitenwereld zijn bovendien streng geregeld. In andere gevangenissen is er vaak een grotere belzaal en algemenere controle. Maar bij de EBI is die controle één-op-één: om te bellen met een gedetineerde in de EBI, moet de beller onder begeleid toezicht naar een andere gevangenis komen. Zodat nauw in de gaten kan worden gehouden wie met wie belt.

Ook zijn de bezoekregels streng: je kunt niet zomaar even op bezoek bij iemand in de EBI.

Bekijk ook

'Bizar streng'

Volgens Hees is de EBI 'bizar streng'. Ze zegt: "Niemand wordt een momentje losgelaten. De gedetineerden zijn helemaal in hun eentje. En hoewel het natuurlijk terecht is dat ze daar verblijven, is het een heel naar regime om in te zitten."

In 2023 stelde het anti-foltercomité van de Raad van Europa dat de veiligheidsmaatregelen in de EBI 'buitensporig' streng waren.

Ieder jaar opnieuw beoordeeld

De woordvoerder benadrukt dat goed verantwoord moet blijven waarom maatregelen in de EBI nodig zijn. "Dienst Justitiële Inrichtingen staat ook voor een humaan detentiebeleid. Dus bij zo'n streng regime als in de EBI moet je verantwoorden of het noodzakelijk is dat iemand daar verblijft. En als iemand er al langer verblijft: of het niet afgebouwd kan worden. Soms kunnen gedetineerden naar een iets minder zwaar beveiligde inrichting, de Afdeling Intensief Toezicht (AIT)."

Ieder jaar worden de gedetineerden daarom opnieuw beoordeeld. Dat gebeurt onder meer op basis van adviezen van de gevangenisdirecteur.

info

EenVandaag Vraagt

Bij EenVandaag heb je de mogelijkheid om vragen en ideeën in te sturen. Dat kan altijd in onze chat, of je kunt meedoen aan de gerichte EenVandaag Vraagt-oproepen die wij zo'n twee keer per week plaatsen in de Peiling-app. De Peiling-app is gratis te downloaden in de App Store of Play Store.

Cameratoezicht op advocaten

Dan zijn er nog de advocaten die contact hebben met gedetineerden. Ook op dat contact is het toezicht strenger geregeld dan in andere gevangenissen. "In een gewone gevangenis kun je als advocaat gewoon met je cliënt aan een tafeltje zitten, kun je dossiers over en weer uitwisselen, zodat de gedetineerde kan meelezen", weet Knoops uit eigen ervaring.

"In de EBI wordt een gesprek streng gemonitord", zegt Knoops. "Dat is ook altijd zo geweest, voor zover ik weet. Toen ik ruim 10 jaar geleden iemand in de EBI als cliënt had, was dit ook al zo."

Naar de Eerste Kamer

Onder het vorige kabinet stelde minister Franc Weerwind (Rechtsbescherming) nog scherpere maatregelen in de EBI voor. Hieronder was ook het voorstel om cameratoezicht in te stellen bij gesprekken tussen gedetineerden en advocaten.

In februari 2025 stemde de Tweede Kamer in met de wetswijziging die hiervoor nodig was. Het voorstel moet nu nog langs de Eerste Kamer.

Bekijk ook

Verdediging moeilijker

Eerder stemde de Tweede Kamer in met wijzigingen die verder gingen dan enkel cameratoezicht, en ook auditief toezicht mogelijk maakte. Na een spoedadvies van de Raad van State werd hiervan afgezien.

"Het scherpe toezicht in de EBI maakt het werk van de verdediging al een stuk moeilijker", zegt Knoops hierover. "Als het toezicht óók nog eens gepaard zou gaan met geluid opnemen en kunnen terugluisteren. Dan zou een advocaat nooit vertrouwelijk informatie kunnen uitwisselen."

'Grenzen van toelaatbare zijn bereikt'

"Dat zou in strijd zijn met het Europese Mensenrechtenverdrag. Zelfs het belang van de veiligheid van de samenleving kan niet opwegen tegen het grote belang dat de wetgever heeft gecreëerd voor ongestoord vrij verkeer tussen advocaat en cliënt", zegt hij.

"Ik denk dat de grenzen van het toelaatbare nu al zijn bereikt met het huidige EBI-regime."

Nog strenger?

De Dienst Justitiële Inrichtingen ziet in principe geen heil in een nog strengere beveiliging in de EBI. "Bij incidenten moet je natuurlijk kijken: hoe wil je dit voorkomen in de toekomst?", zegt de woordvoerder. "En het is goed dat er voor de capaciteit een tweede EBI-vestiging gepland staat. Maar wij zitten niet op de route dat het dagelijks regime van de gedetineerden nu nog strenger moet."

"Het is in de EBI echt al heel streng. Dus de indruk die mensen soms hebben van 'het kan nog wel wat strenger', die klopt niet", zegt ze. "Bovendien moet je ook denken aan wat zo'n extreem streng beleid doet met mensen, wat voor mensen je daarmee maakt. Daar los je niks mee op, zeg maar. Het baat niet."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Brabantse worstenbroodjes tijdens het Suikerfeest? Kadir zorgt met zijn halal snacks dat iedereen mee kan eten

Brabantse worstenbroodjes tijdens het Suikerfeest? Kadir zorgt met zijn halal snacks dat iedereen mee kan eten
Kadir in de testfase van zijn halal-worstenbroodjes
Bron: Mark Bolk

Vandaag begint Eid al-Fitr, oftwel het Suikerfeest. En dat betekent voor veel mensen: samen zijn én samen eten. De Brabantse Kadir Ahmed probeert daar een rol in te spelen met zijn Kadir's snacks. "Happy halal voor iedereen."

Denk je aan Brabant, dan denk je aan worstenbroodjes, weet ook de van oorsprong Somalische Kadir Ahmed, die in Den Bosch opgroeide. Vroeger kwam hij ze vaak genoeg tegen op kinderfeestjes, als traktaties op school of tijdens een dagje weg. Maar als moslim 'hapte hij dan mis' zoals hij het zelf omschrijft.

'Ik wilde ook'

"Tijdens de kerstbrunch en -diner op school zag ik mijn vriendjes worstenbroodjes eten. Ik had zoiets van: ja, maar dit wil ik ook", vertelt Kadir. "Het zorgde er ook voor dat ik het gevoel had dat ik erbuiten viel, dat ik niet mee kon doen." Als moslim moet je halal eten. Varkensvlees, dat in worstenbroodjes zit, is dat niet.

"Al moslim krijg je van jongs af aan mee dat je halal eet, al snap je als kind misschien niet helemaal waarom", legt Kadir uit. Zijn Nederlandse vriendjes en vriendinnetjes hadden er begrip voor als hij niet alles mee kon eten. "Maar toch had ik vaak het gevoel: waarom jullie wel en ik niet? Waarom is dit er nog niet voor mij?"

Vraag om halal saucijzenbroodjes

Eten verbindt, vindt Kadir, en dan is het ook fijn om alles samen te kunnen eten. Maar pas jaren later kwam hij op het idee om niet-halal producten, zoals worstenbroodjes, voor iedereen beschikbaar te maken.

"Ik werkte bij de klantenservice van Bakkersland (een industrieel bakkersbedrijf, red.) en kreeg de vraag of we halal saucijzenbroodjes hadden. Toen ik daarmee naar mijn baas ging, zei hij: 'Kadir, richt je op brood, we doen niet aan halal.' Maar het gevoel dat ik als kind had, dat gemis, dat bleef aan me knagen."

Bekijk ook

'Brabants worstenbroodje evenaren'

Zo ontstond het idee om aan de slag te gaan met een halal worstenbroodje. Maar dat ging niet zonder slag of stoot: Kadir was een jaar bezig met het zoeken naar de goede samenstelling voor het deeg en de juiste kruidenmix voor in het gehakt. En werken met rundvlees, wat Kadir gebruikt, gaat anders dan met varkensvlees. "Dat laatste kan een stuk meer aan."

Vergelijkingsmateriaal op het gebied van smaak had hij zelf niet, want een traditioneel worstenbroodje - meestal gemaakt met varkensgehakt, en anders niet halal geslacht vlees - had hij natuurlijk nog nooit geproefd. Dus om de juiste smaak te creëren, kreeg hij hulp van anderen. "Het is echt een specifieke smaak, het was onze uitdaging om het Brabantse worstenbroodje te evenaren."

Hulp van moeder

Met het vinden van de juiste kruidenmix heeft, naast kruidenbedrijf Verstegen, vooral Kadirs moeder geholpen. "Die weet alles van smaken en proeven", vertelt Kadir.

Dat terwijl ze in eerste instantie niet enthousiast was over het idee. "Ze had zoiets van: 'Maak gewoon je studie af en hou op met dat worstenbrood.' Ze begreep niet zo goed wat ik aan het doen was." Maar uiteindelijk ging ook zij erin mee. "Ze zei: 'Je bent zo eigenwijs, ik ga toch maar helpen", zegt Kadir lachend.

Groot verschil

Al lijkt het kunnen eten van een worsten- of frikandelbroodje misschien klein, volgens Kadir kan het een groot verschil maken.

"Het doet mensen enorm veel dat ze het nu ook kunnen eten", merkt Kadir. "Je zorgt met een klein product dat mensen eindelijk kunnen mee-eten, dat ze denken: het is er nu eindelijk ook voor ons."

Steeds meer halal

En dat is belangrijk, want er zijn steeds meer mensen in Nederland die halal eten. In 2023 was 6 procent van de Nederlandse bevolking moslim.

Dat is ook terug te zien in de supermarkten. Er zijn steeds vaker halal-vakken en volgens cijfers van onderzoeksbureau Circana is de omzet van halal-producten in 2024 in 3 jaar tijd verdubbeld: van 23,2 miljoen euro in 2021 naar 53,4 miljoen in 2024. Daarbij zijn het niet alleen moslims, maar ook niet-Islamitische mensen die halal kopen, bijvoorbeeld als ze stoppen met het eten van varkensvlees.

'Zowel Fatima als Dirk-Jan'

Dat ziet Kadir ook weer terug in zijn klanten. "Het is niet alleen een Fatima of Kadir die het koopt, maar ook een Dirk-Jan of een Fleur. Iedereen heeft tegenwoordig wel een schoondochter of -zoon, vriend, buurman of -vrouw die halal eet, en iedereen wil ook voor hen iets op tafel kunnen zetten. Daardoor verkopen we niet alleen veel met Suikerfeest of tijdens de ramadan, maar ook met kerst of Pasen." Vorig jaar verkocht Kadir in totaal 1,7 miljoen snacks.

"Er komen steeds meer mensen uit verschillende landen naar Nederland, en daardoor zie je steeds meer verschillend eten, en meer mensen die halal eten. Tegelijkertijd is er in Nederland nog veel onwetendheid over halal." Al ziet Kadir dat wel langzaam veranderen. "We zijn er nog niet helemaal, maar langzaam gaan we vooruit. In Deurne, waar onze bakkerij laatst geopend is, wisten ze eerst niet eens wat halal was. En nu zijn ze hartstikke positief."

Bekijk ook

Geen niche

"Het wordt nog vaak gezien als een niche", gaat Kadir verder. "Als een hype die weer voorbij gaat. Maar het is juist iets wat de komende jaren alleen nog maar blijft groeien. En hoe fijn is het dan dat we kunnen helpen om het voor mensen beschikbaar te maken?"

"Het gaat erom dat iedereen mee kan eten, want iedereen kan het eten, ook als je niet alleen halal eet. Vandaar dat mijn slogan ook is: eten dat je deelt is twee keer zo lekker."

'Eten waar je blij van wordt'

Waar het begon met puur Brabantse worstenbroodje, heeft Kadir nu ook saucijzen- en frikandelbroodjes en bapao in de supermarkten liggen. En er komt nog meer aan. Maar wat precies blijft nog even geheim, laat Kadir weten.

"Onze missie is om mensen en culturen samen te brengen met eten waar je blij van wordt. Als ik daaraan bij kan dragen met mijn eten, vind ik dat mooi", sluit Kadir af.

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant