radio LIVE tv LIVE
meer NPO start

Waarom we nog altijd beter luisteren naar witte mannen en hoe we dit kunnen veranderen

Waarom we nog altijd beter luisteren naar witte mannen en hoe we dit kunnen veranderen
Man met een zelfgemaakte bril tijdens de Womens March in 2020
Bron: ANP

Sinds de berichten over wangedrag en machtsmisbruik bij The Voice en Ajax staat hij (weer) volop ter discussie: de witte heteroman. Hij heeft vaak de macht en kan die dus misbruiken. Het is vooral aan deze man zélf om er wat aan te doen, zeggen experts.

Naast de berichten over seksueel wangedrag, verscheen ook nog het boek De zeven vinkjes van journalist Joris Luyendijk. Daarin bespreekt hij de bevoorrechte positie van witte, hoogopgeleide, heteromannen. Toch is de discussie daarover niet nieuw. Cultureel antropoloog Jasmijn Rana en Jens van Tricht, auteur en oprichter van Emancipator, een platform voor mannen en emancipatie, zijn er al veel langer mee bezig.

Niet luisteren

De norm om geaccepteerd te worden in onze samenleving ligt hoog. Dat weet Van Tricht, die ook het boek Waarom feminisme goed is voor mannen schreef, uit ervaring. Hij is wit, hoogopgeleid en hetero en merkt dat er naar hem doorgaans beter wordt geluisterd dan, bijvoorbeeld, naar een vrouw. Zeker als zij ook nog eens niet wit is.

De witte man heeft volgens Van Tricht bepaalde privileges. Hij ziet de uitwerking daarvan vaak op de werkvloer: "Wanneer een vrouw iets zegt tijdens een vergadering is de kans groot dat er niet serieus naar haar geluisterd wordt. Terwijl, als een mannelijke collega precies datzelfde punt een paar minuten later maakt, wordt er wel naar geluisterd. Dan wordt het wel serieus genomen."

Bekijk ook

'Verschillen vieren'

Hij vindt dat dat dat moet veranderen, zodat íédereen mee kan doen. "Het is belangrijk dat we veel inclusiever gaan samenleven. Met andere woorden: geen mensen uitsluiten zoals nu gebeurt. Uitdragen dat diversiteit er mag zijn en inzien dat iedereen als volwaardig burger meetelt. Laten we de verschillen vieren."

Volgens Van Tricht moeten we ons bij alles wat we doen afvragen of het rechtvaardig is en of het de inclusiviteit bevordert. "Dan word je je er ook bewuster van dat je bepaalde mensen buitensluit." Maar waar begin je? Een goede start is volgens Van Tricht dat we gaan luisteren naar mensen die dit probleem al eerder op de agenda zetten, mensen zoals antropoloog Gloria Wekker. Zij zette het zogeheten 'intersectioneel denken' in Nederland op de kaart.

info

Wat is intersectionaliteit?

Intersectionaliteit, ook wel 'kruispuntdenken' genoemd, is het idee dat verschillende delen van je identiteit, zoals je geslacht, gender, seksualiteit, ras, klasse, religie, gezondheid, en nog veel meer, elkaar beïnvloeden. Dat betekent dat je in een analyse van ongelijkheden het nooit alleen moet hebben over één van die stukjes identiteit: je kan het niet alleen maar hebben over vrouwen, mensen van kleur, et cetera, zonder oog te hebben voor de verschillen binnen die groepen.

Het maakt voor de manier waarop je in de maatschappij staat immers alle verschil of je behalve vrouw zwart bent of wit, lesbisch of heteroseksueel, hoog- of laagopgeleid, religieus of niet. Het filmpje The race of Life maakt dit zichtbaar.

Bron: Emancipator

Al jong aangeleerd

"Wij, als maatschappij, zien vaak de witte man als autoriteit", zegt ook cultureel antropoloog aan de Universiteit Leiden, Jasmijn Rana. Volgens haar krijgen we dit beeld al van jongs af aan aangeleerd. "We zagen als kind witte mannen als experts op tv en onze huisartsen waren bijvoorbeeld vaak mannen."

Het beeld is zo sterk dat zelfs mensen van kleur over het algemeen meer vertrouwen op de witte man als autoriteit, vertelt Rana. "Dat moet echt anders." Meer vrouwelijke experts op de televisie en in de politiek kunnen helpen dit beeld te veranderen, legt ze uit. "Op die manier wordt het steeds normaler om ook vrouwen in die positie te zien."

Jasmijn Rana
Bron: eigen foto
Cultureel antropoloog aan de Universiteit Leiden, Jasmijn Rana

Vaker op tv

Daarom is representatie zo belangrijk, zegt de cultureel antropoloog. Ze is groot voorstander van vrouwenquota in bedrijven en in de politiek. "Als je meer vrouwelijke of experts van kleur op tv ziet, zorgt dat ervoor dat het normaler wordt en dat het beeld in ons hoofd verandert."

Er is geen 'quick fix' voor dit probleem, zegt ook Jens van Tricht. "Er is geen knopje waar we op kunnen drukken om dit even op te lossen. We moeten de samenleving radicaal veranderen."

Meer vrouwen in de top

Radicaal veranderen betekent volgens Van Tricht dat instituties als onderwijs, politiek, politie en het bedrijfsleven 'gedekoloniseerd' worden. Net als Rana denkt hij dan aan het instellen van vrouwenquota, maar dat is niet de complete oplossing.

"Wanneer er eenmaal 50 procent vrouwen aan de top werken, moeten we niet denken dat het opgelost is. Want het gaat er vervolgens ook om: hoe wordt er dan aan de top met elkaar omgegaan? Wordt er naar elkaar geluisterd? Het is dan ook de vraag welke vrouwen er in de boardroom komen, zijn dat witte vrouwen? Ook daar moet die diversiteit vertegenwoordigd worden."

info

Vrouwenquotum

Sinds januari 2022 zijn bedrijven verplicht om meer vrouwen in hun leiding aan te nemen. De raad van commissarissen moet voor minimaal 30 procent uit vrouwen bestaan. De Eerste Kamer nam in september 2021 het wetsvoorstel over een bindend vrouwenquotum aan.

Mannen onderdeel van de oplossing

Uiteindelijk gaat het over macht, zegt Rana. "Als witte mannen hun positie doorgeven aan andere witte mannen blijft alles hetzelfde. Zo blijft het beeld van de autoritaire witte man in stand."

Van Tricht is het daarmee eens. "Mijn uitgangspunt is al heel lang dat mannen deel van de oplossing moeten worden. Ik bedoel daarmee dat de mensen die het veroorzaken het ook moeten oplossen. Wat mij betreft moeten mannen- en vrouwenbewegingen elkaar omarmen en naar elkaar luisteren."

Jens van Tricht
Bron: eigen foto
Jens van Tricht, oprichter van het platform Emancipator

'Ga studeren'

Zelf werd Van Tricht - inmiddels 53 - op 20-jarige leeftijd geconfronteerd met de voordelen die hij heeft als witte heteroman. Vrouwen in zijn omgeving wezen hem daarop. "Ik schrok daarvan, maar heb het serieus genomen."

Hij besloot zich te verdiepen in mensen die minder vanzelfsprekend het podium krijgen en vond dat heel verrijkend. "Ik ben naar de verhalen van vrouwen, homoseksuelen en vluchtelingen gaan luisteren. Dat kan ik ook anderen aanbevelen. Ga studeren, ga over hen lezen! Verdiep je in de ander."

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Brandweer en veiligheidsregio's slaan alarm over bezuiniging op rampenbestrijding: 'Onbegrijpelijk in deze tijden'

Brandweer en veiligheidsregio's slaan alarm over bezuiniging op rampenbestrijding: 'Onbegrijpelijk in deze tijden'
De brandweer evacueerde inwoners van Valkenburg na een overstroming in 2021
Bron: ANP

Het Veiligheidsberaad, de Brandweer en de vakvereniging Brandweervrijwilligers maken zich grote zorgen over de voorgenomen bezuiniging op het budget voor rampenbestrijding. De maatregel kan volgens hen grote gevolgen hebben voor de brandweerzorg.

Voorzitter Marcel Dokter van de Vakvereniging Brandweervrijwilligers kan het nog steeds niet geloven. In het hoofdlijnenakkoord van de coalitie is een bezuiniging van 10 procent afgesproken op de Brede Doeluitkering Rampenbestrijding. Dat is een bijdrage van het Rijk aan de veiligheidsregio's voor de bestrijding van rampen, branden en crises.

'Honderd kazernes sluiten'

"De brandweerzorg is de afgelopen jaren al enorm uitgekleed", zegt hij. "Sinds 1995 wordt er bezuinigd op de brandweer. Dat men nu, in tijden van internationale onrust, weersextremen en energietransitie, nog verder wil korten, is onbegrijpelijk."

Volgens Dokter kan een bezuiniging van 10 procent leiden tot de sluiting van honderd brandweerposten, vooral in kleinere dorpen en het buitengebied. Dit zou betekenen dat het voor de brandweer steeds moeilijker wordt om op tijd bij een brand te zijn. Ook zouden tussen de 2.000 en 2.500 brandweervrijwilligers verdwijnen.

Brandweer is al uitgekleed

Het is inderdaad niet de eerste bezuiniging waar de brandweer mee te maken krijgt. Sinds 1995 zijn er 91 brandweerposten verdwenen. Nederland heeft er nu nog 962. In diezelfde periode is het aantal vrijwiligers bij de brandweer met 4.000 mensen afgenomen, een daling van 15 procent.

Ook het wagenpark is uitgedund. Er zijn minder bluswagens, reddingsvoertuigen en andere materialen beschikbaar. "Als de politiek hiermee doorgaat, wordt het ronduit onverantwoord", zegt Dokter.

Bekijk ook

Langdurige stroomstoringen

Ondertussen nemen de risico's op rampen en calamiteiten alleen maar toe. De internationale spanningen stijgen, maar volgens directeur Jaap Donker van de veiligheidsregio Utrecht is er nog een veel directer gevaar: langdurige stroomstoringen.

"Mensen hebben geen idee hoe zwaar belast ons stroomnet is", zegt hij, "We zitten aan de grens. Als er iets misgaat, is er nauwelijks ruimte om in te grijpen. Een grote storing kan dan weken duren. Dat is een grootschalige calamiteit waar we ons op moeten voorbereiden."

Onvrede over bezuinigingen

De bezuinigingen zijn een slechte zaak, vindt ruim driekwart (76 procent) van ondervraagden in een onderzoek onder ruim 20.000 leden van het EenVandaag Opiniepanel.

"Gezien de instabiele situatie in de wereld zou er juist meer geld bij moeten", vindt een deelnemer. "Dan doen we voor Defensie toch ook?" Een kleine groep van 8 procent kan zich wel vinden in die bezuinigingen. Zij vinden vooral dat mensen zichzelf beter voor moeten bereiden op rampen, en het niet erg is als hulpdiensten kijken waar het efficiënter kan.

Bekijk ook

Zelfredzaamheid

Dat is ook waar de regering voor kiest. Het roept burgers op om zich beter voor te bereiden op noodsituaties. In december stuurden de ministeries van Defensie en Justitie en Veiligheid nog een brief aan de Tweede Kamer, waarin werd opgeroepen om Nederland weerbaarder te maken tegen calamiteiten.

Burgers worden aangeraden om noodpakketten in huis te halen om zichzelf minimaal 72 uur te kunnen redden. Uit de peiling van het Opiniepanel blijkt dat 28 procent van de deelnemers dat al gedaan heeft. 29 procent overweegt dat binnenkort te doen.

'Nieuwe taken, nieuwe knaken'

"Dat is precies wat wij als veiligheidsregio's ook zeggen", zegt Donker. "Maar als wij ook extra taken krijgen van de overheid, moeten we daar wel de middelen voor hebben." Er liggen al plannen klaar om brandweerkazernes en andere openbare gebouwen te gebruiken als steunpunten bij langdurige stroomuitval.

Burgers zouden daar bijvoorbeeld hun telefoon kunnen opladen of noodhulp kunnen krijgen, legt de voorzitter van de veiligheidsregio uit. "We kunnen deze plannen morgen uitvoeren, maar dan moet er geld bij, en niet een bezuiniging van 10 procent. Nieuwe taken? Dan ook nieuwe knaken."

Bekijk ook

Onduidelijkheid over rol Defensie

Deze week publiceerde de Algemene Rekenkamer een kritisch rapport over de rol van Defensie bij rampenbestrijding. Volgens collegelid Barbara Joziasse is het onduidelijk wat Defensie nog kan betekenen als de krijgsmacht zich volledig moet richten op de bescherming van het grondgebied.

"De vraag is welke gevolgen de nadruk op de eerste hoofdtaak van Defensie heeft voor de ondersteuning bij rampen en crises. Op dit moment is daar geen zicht op. Onze oproep aan de minister is: zorg ervoor dat duidelijk wordt wat we van elkaar kunnen verwachten."

SP eist schrappen bezuiniging

SP-Kamerlid Michiel van Nispen diende eerder al met succes een motie in om te voorkomen dat de brandweer de gevolgen van deze bezuiniging zou voelen. Toch is de maatregel nog steeds niet van tafel.

"We dienen nu een nieuwe, minder vriendelijke motie in", vertelt het Kamerlid. "Deze bezuiniging móét en zál van tafel. Er is al veel te hard bezuinigd op de brandweer. Nu dreigen er ongelukken, en dat kunnen we niet accepteren."

'Meer duidelijk in Voorjaarsnota'

Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid Ingrid Coenradie zegt de zorgen van de veiligheidsregio's te begrijpen. Tijdens haar werkbezoeken aan brandweerkazernes heeft ze die zorgen meermaals gehoord.

"We hebben de afgelopen jaren gezien hoe essentieel de veiligheidsregio's zijn bij het beschermen en helpen van mensen", laat ze weten. "In de Voorjaarsnota wordt duidelijk of er middelen beschikbaar komen voor de noodzakelijke versterking van de weerbaarheid van de samenleving."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

EU-top over defensie komt op kantelpunt voor Europa: 'We moeten nu zelf onze toekomst bepalen'

EU-top over defensie komt op kantelpunt voor Europa: 'We moeten nu zelf onze toekomst bepalen'
Oud-Commandant der Strijdkrachten Mart de Kruif maakt zich zorgen over de militaire slagkracht van Nederland
Bron: EenVandaag

De EU-top in Brussel komt op een cruciaal moment. Want kunnen wij voor onze eigen veiligheid zorgen, nu Trump de militaire steun aan Oekraïne heeft stopgezet? Volgens oud-commandant der Landstrijdkrachten Mart de Kruif hebben we geen tijd te verliezen.

"Het wereldbeeld dat we 80 jaar lang met z'n allen hebben gehad, dat is in 4 weken volledig weg", concludeert de generaal buiten dienst. "Je ziet eigenlijk dat de Verenigde Staten de kant hebben gekozen van Rusland. De tijd dat we konden leunen op de Verenigde Staten is voorbij. We moeten nu zelf onze toekomst bepalen."

Grote tekorten

Op de Europese top van deze week staat de verdediging van Europa centraal: hoe blijven we veilig zonder de VS? De Kruif: "We moeten ons beseffen dat de toekomst van Oekraïne, maar ook van onszelf, van de Baltische staten, van Polen, afhangt van hoe wij als Europa hiermee omgaan."

Nederland moet volgens hem vooral investeren in specifieke tekortkomingen. "De NAVO zegt dat we op twee gebieden grote tekorten hebben: zware eenheden op land, en logistiek. Dat heb je allebei nodig. Als je mensen naar een oorlogsgebied stuurt, dan wil je ze zware middelen meegeven. Tanks, pantservoertuigen, artillerie, daar hebben we heel weinig van."

'Nederland kan bijdragen'

Toch is het niet zo dat Nederland nu helemaal niets kan. We hebben manschappen in Litouwen, en we hebben Oekraïne gesteund met luchtafweer, tanks en F16-gevechtsvliegtuigen. Mocht het tot een afschrikkings- of vredesmacht in Oekraïne komen, zou Nederland ook concreet kunnen bijdragen, zegt De Kruif.

"Als Nederland nu op de fluit blaast, dan gaan we gewoon. Ik denk dat wij zeker een soort battle group van ongeveer duizend man zouden kunnen leveren. De vraag is wel: hoe lang kun je het volhouden?"

Bekijk ook

'Amerikanen slaan gat van 2 jaar'

Het probleem is dat de krijgsmacht al erg krap zit. "Voor elke duizend man die je daar hebt, heb je er tweeduizend achter de hand nodig. Duizend die net terugkomen van een missie en duizend die zich voorbereiden op een missie." Nederland heeft daarnaast verplichtingen in het Caribisch gebied en moet ook binnenlands inzetbaar blijven.

De afhankelijkheid van de VS is volgens de oud-commandant een groot gevaar. "Als Trump zegt dat hij de steun aan Oekraïne stopzet en daar niet meer op terugkomt, heb je een gat van 1 of 2 jaar voordat je de capaciteiten hebt om de strijd tegen de Russen voort te zetten."

Artikel 5 van de NAVO

Een Amerikaanse terugtrekking uit Europa heeft niet alleen gevolgen voor Oekraïne, zegt De Kruif. "Als dit zo doorgaat, wat betekent dat bijvoorbeeld voor de Baltische staten en artikel 5 van de Navo?"

Hij wijst erop dat artikel 5, de belofte dat een aanval op één NAVO-lid een aanval op allen is, nu ter discussie staat. "We hebben ons solidair verklaard met de VS na 9/11. Nu is het omgekeerd en blijft het stil aan de andere kant."

Bekijk ook

Oorlogseconomie

Om Europa en Nederland sneller weerbaar te maken, is volgens De Kruif een oorlogseconomie nodig. "Een oorlogseconomie betekent dat je over de volle breedte kracht zet. Politiek, economisch, industrieel, technisch, financieel. Er zijn nog steeds Nederlandse pensioenfondsen die niet willen investeren in de defensie-industrie. We zijn er nog lang niet."

Daarnaast pleit hij voor een maatschappelijke dienstplicht. "Je moet anders gaan denken over defensie. Een beroepsleger is niet voldoende. Als het oorlog wordt, dan is de krijgsmacht eigenlijk weg uit Nederland. De landmacht is weg, de luchtmacht is weg, en de marine is weg."

Race tegen de klok

Een maatschappelijke dienstplicht zou de gaten die dan vallen kunnen vullen. "Een dienstplicht waarbij jongeren in de zorg, voor natuurbeheer en bij defensie werken, zou niet alleen onze veiligheid vergroten, maar ook de polarisatie in de samenleving verminderen."

De oud-commandant zegt dat het een race tegen de klok is: "In 1936 wisten ook wel de meeste mensen dat Nederland niet veilig zou blijven, maar de 4 jaar die we nog hadden tot mei 1940, waren veel te weinig tijd om de krijgsmacht op poten te zetten. Dus het wordt weer een race tegen de tijd."

EU-top over defensie komt op kantelpunt voor Europa: 'We moeten nu zelf onze toekomst bepalen'

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant