Weg van hokjes, en gelijke rechten voor iedereen. Politieke partijen die zich daarvoor inzetten hebben het goed gedaan tijdens de gemeenteraadsverkiezingen. "Dingen zijn vooral goed geregeld voor de gemiddelde persoon, maar die bestaat niet."
'WijApeldoorn, omdat de gemiddelde Apeldoorner niet bestaat.' Dat is het motto van de gelijknamige lokale partij die een half jaar geleden werd opgericht. Ondanks haar korte bestaan haalde WijApeldoorn 2 zetels in de gemeenteraad. 5,4 procent van de inwoners stemde op deze lokale partij, die zich nadrukkelijk uitspreekt over gelijkwaardigheid voor alle inwoners.
Wie is dé Apeldoorner?
Dat lokale partijen het goed deden tijdens de afgelopen verkiezingen heeft zeker in het voordeel gewerkt, denkt fractievoorzitter en lijsttrekker van WijApeldoorn, Lillian Haak. Maar er speelt volgens haar ook iets anders mee: een flinke groep Apeldoorners voelt zich niet gerepresenteerd in de huidige (lokale) politiek.
"Op de foto's in onze gemeentebrochures zien we voornamelijk jonge, witte gezinnen, bestaand uit een vader, moeder en drie kinderen. Wie we niet zien, zijn twee oudere mannen die hand in hand lopen. Of een alleenstaande moeder van kleur, iemand met een beperking, een trans persoon. Terwijl zij net zo goed in deze gemeente wonen. En dan is er nog de focus op de stad, ondanks dat een zesde van de Apeldoorners in een dorp woont."
'Gemiddeld bestaat niet'
Het zijn volgens Haak een paar voorbeelden van het feit dat veel zaken vooral goed geregeld zijn voor 'gemiddelde personen', 'gemiddelde gezinnen' en 'gemiddelde situaties'. "Maar die bestáán helemaal niet. Een witte heteroman kan ook mantelzorger zijn, of een alleenstaande vader. Zelfs voor hem werkt het huidige systeem uiteindelijk niet."
Haak pleit er dan ook voor dat we niet langer denken in hokjes als homo of hetero, vrouw of man. Als trans persoon weet ze uit ervaring hoe vervelend dat kan zijn. "Laatst werd ik door een journalist aangehaald als 'transgender raadslid' in een stuk over woningbouw. Mijn geaardheid doet er toch helemaal niet toe als ik uiteenzet hoeveel nieuwe woningen gebouwd moeten worden?"
Bekijk ook
'Gelijke rechten en kansen'
In een paar grote steden deden ook de lokale afdelingen van de relatief jonge, landelijke partij BIJ1 het goed tijdens de gemeenteraadsverkiezingen. In Rotterdam ging de partij van geen naar twee zetels, net als in Almere. In Utrecht kreeg de partij er één en in Amsterdam werd één zetel drie zetels.
Hoewel de partijprogramma's op meerdere punten verschillen, komt de overkoepelende boodschap van BIJ1 overeen met wat WijApeldoorn wil uitdragen: 'Gelijke rechten en gelijke kansen voor iedereen. Een samenleving waarin iedereen zichzelf kan zijn en onze verschillen niet worden veroordeeld.' staat er op de website van BIJ1.
'Geen toeval'
Dat partijen als deze terrein winnen, is geen toeval, denkt politicoloog aan de Radboud Universiteit, Yaël van Drunen. In haar onderzoek houdt zij zich voornamelijk bezig met de landelijke politiek, maar een parallel met lokaal valt er in dit opzicht wel te trekken.
"BIJ1 vult een gat aan de linkerkant van het politieke spectrum. Gevestigde linkse partijen als de PvdA zijn voornamelijk links op economisch gebied. Op cultureel gebied, waaronder vraagstukken vallen als immigratie, integratie, het recht op abortus en progressieve rechten zoals gendergelijkheid, zijn ze wat terughoudender. De standpunten van BIJ1 zijn zowel op economisch áls op cultureel gebied progressief en dat slaat aan, zo blijkt."
Bekijk ook
Vertegenwoordiging
WijApeldoorn vult, net als BIJ1, een gat aan de linkerkant. Al leunt die eerste iets meer naar het midden. Maar dat ook daar een gat zat, is niet vreemd, zegt Van Drunen. Zowel landelijk in de Tweede Kamer als lokaal in de gemeenteraad worden veel zetels immers nog altijd bezet door witte mannen van middelbare leeftijd.
"Het is dan ook logisch dat lang niet iedereen zich vertegenwoordigd voelt in de huidige politiek. En dat er partijen opkomen die ernaar streven deze mensen wél te vertegenwoordigen."
'Wij zijn er ook'
Ook bij COC Nederland, die opkomt voor de belangen van mensen in de LHBTI+-gemeenschap, zien ze dat er tijdens de gemeenteraadsverkiezingen meer aandacht was voor representatie van mensen die zich niet thuisvoelen in de standaard hokjes. "Gemeenten moeten er voor alle burgers zijn en in hun beleid rekening houden met een inclusieve en diverse samenleving", zegt Jan-Willem de Bruin van het COC.
En dat is steeds meer het geval, volgens hem. "Je merkt over het algemeen dat er binnen gemeenten meer discussie is over thema's als gender en seksualiteit. De vraag rijst bijvoorbeeld vaker of je iemand nog moet willen aanspreken met 'meneer' of 'mevrouw'." Dat daar meer aandacht voor is heeft er volgens De Bruin ook zeker mee te maken dat leden uit de LHBTI+-gemeenschap meer hun plek opeisen en uitdragen dat ze vertegenwoordigd willen worden in hun gemeente.
Bekijk ook
Welkom op de sportclub
Dat een gemeenteraad inclusief is en zich uitspreekt over diversiteit en inclusiviteit is belangrijk, zegt De Bruin. En dat kan alleen als raadsleden zich daar ook bewust van zijn. "Alleen een regenboogvlag uithangen tijdens Coming Out Day is niet genoeg. Als LHBTI+'er wil ik weten dat, wanneer ik zorg nodig heb, mijn verzorgende de neus niet ophaalt omdat ik homoseksueel ben."
Hetzelfde geldt voor scholen en sportclubs, die (deels) gesubsidieerd worden door de gemeente: "Ben ik daar welkom? Ik wil weten of mijn gemeente dat checkt."
Laaghangend fruit
Dat 'laaghangend fruit' zoals Lillian Haak van WijApeldoorn het noemt is ook het eerste wat zij met haar partij wil aanpakken als de formatiegesprekken achter de rug zijn. "Denk aan formulieren aanpassen waarop je nog moet aankruisen of je een man of een vrouw bent en de foto's in onze brochures die alleen maar witte hetero-koppels uitbeelden vervangen."
Maar ook sportclubs en andere verenigingen hebben Haaks aandacht: "Zijn trans personen er welkom? En mensen van kleur? Kortom: hoe geaccepteerd voel jij je?"
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.