radio LIVE tv LIVE
meer NPO start

'Supermarkten betalen meer voor winkelwagens dan nodig'

'Supermarkten betalen meer voor winkelwagens dan nodig'

Luisteren

Een winkelwagentje kost rond de 750 euro per stuk. Dat stelde innovatie-expert, en cabaretier, Jasper van Kuijk in zijn column voor de Volkskrant. Hij verbaast zich er in het artikel over dat je maar 50 cent borg hoeft te betalen voor iets dat 1500 keer meer waard is. Maar klopt die uitspraak wel? Kost een winkelwagen inderdaad maar liefst 750 euro per stuk?

Directeur Ferry Verhoeven van winkelwagenleverancier DCR Europe vindt het 'een broodje aap-verhaal'. "Het is natuurlijk afhankelijk van het model van de wagen, maar een standaard winkelwagen in de supermarkt kost maximaal 135 euro", aldus Verhoeven.

Supermarkten betalen meer

De supermarkten in ons land betalen echter veel meer dan die 135 euro voor een winkelwagen. Woordvoerder Else de Kwaasteniet van de branchevereniging van supermarkten, het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL), geeft aan dat 750 euro voor een winkelwagen naar haar idee zelfs ‘een ondergrens’ is. "Je kunt ze (de winkelwagens, red.) ook veel duurder krijgen. Dat heeft dan vooral te maken met de wielen, die bepalen de prijs."

De prijs van winkelwagens kan dus flink uiteen lopen. Maar welke prijs is redelijk? Volgens Kelly Wilkinson, schrijver van het boek ‘Wheels of Fortune’, zijn winkelwagens internationaal gezien al verkrijgbaar vanaf 75 dollar. De maximumprijs van een wagen is 400 dollar, met de huidige koers komt dat neer op ongeveer 340 euro. Concluderend: dat is meer dan de 135 euro van de Nederlandse winkelwagenleverancier, maar ook zeker minder dan de 750 euro die supermarkten voor de wagens betalen.

Hoog gegrepen

Winkelwagens van 750 euro per stuk bestaan. Er zijn immers supermarkten in Nederland die dat geld voor een wagen neerleggen. Maar of die prijs redelijk is? Winkelwagenleverancier Ferry Verhoeven is daarover glashelder: "Een winkelwagen van 750 euro zou ik natuurlijk graag willen leveren natuurlijk. Ik zou ook wel willen weten wie dat betaalt voor een winkelwagen. Maar 750 euro is toch wat hoog gegrepen."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

EenVandaag checkt dagelijks feiten, stellingen en conclusies uit het nieuws. Uiteindelijk volgt het oordeel: was wat gezegd werd een feit, of toch fictie?

Ontslagronde bij Tata Steel, maar kan Europa wel zonder eigen staalfabrieken? 'Nodig voor schepen en tanks'

Ontslagronde bij Tata Steel, maar kan Europa wel zonder eigen staalfabrieken? 'Nodig voor schepen en tanks'
Werknemers van Tata Steel aan het werk
Bron: ANP

Terwijl China en de Verenigde Staten met importheffingen naar elkaar gooien, is er slecht nieuws uit IJmuiden. Mede dankzij die importheffingen zit Tata Steel in zwaar weer. 1 op de 5 medewerkers gaat zijn baan verliezen. "Speelt al heel lang bij Tata."

Tata Steel heeft het, net als andere Europese staalbedrijven, al jarenlang moeilijk. De recente importheffingen van Amerikaanse president Donald Trump van 25 procent op Europees staal zijn maar een van de vele uitdagingen, ziet ook Ron Stoop, strategisch analist geo-economie aan het Haags Centrum voor Strategische Studies.

Concurrentie vanuit China

"Allereerst is er hele hoge concurrentie vanuit China op dit moment", legt hij uit. Dat komt volgens Stoop door het industriebeleid van China, daar wordt erg ingezet op de zogenaamde maakindustrie maar neemt de consumptie minder toe. Dus er wordt heel veel gemaakt in China terwijl de vraag niet enorm hoog is.

"Daardoor wordt er vanuit China heel veel staal geëxporteerd. Dat staal komt dus op andere markten terecht, waaronder de Europese." Dat goedkope Chinese staal drukt op de markt, legt Stoop uit, waardoor Europese staalbedrijven minder aantrekkelijk worden. "Er zijn toch veel bedrijven die gewoon staal kopen waar het het goedkoopst is."

Bekijk ook

Energieprijzen en investeringen

Maar ook binnen Europa zijn er grote ontwikkelingen, ziet de analist. "Ten eerste de hogere energieprijzen, als gevolg van onder andere de energiecrisis." Daardoor zijn Europese bedrijven die veel energie gebruiken, zoals de staalindustrie, veel duurder uit. "Die worden gewoon minder concurrerend."

De tweede ontwikkeling is volgens Stoop de energietransitie, staal moet op een groenere manier gemaakt worden. "Daarvoor zijn veel investeringen nodig. Daarbij is het ook zo dat groene productiemethoden op dit moment duurder zijn dan de traditionele methoden", legt hij uit. Bedrijven weten daarom volgens hem niet zeker of ze die grote investeringen gaan terugverdienen.

'Speelt al erg lang bij Tata Steel'

Medewerkers van Tata Steel zijn niet verrast dat er ontslagen vallen. "Dat is een verhaal dat eigenlijk al heel erg lang speelt bij Tata Steel", vertelt een logistiek medewerker. "We moeten natuurlijk naar groen staal toe en daar zijn gewoon impactvolle beslissingen voor nodig, dit is waarschijnlijk er weer één van."

Volgens een andere medewerker van het staalbedrijf moeten de Nederlandse regering en Europese beleidsvormers iets doen om het tij te keren voor Europese staalbedrijven. "China dumpt heel veel staal op de internationale markt. Ik denk ook dat de Europese staalindustrie gesubsidieerd moet worden om overeind te blijven."

Bekijk ook

'Is een algehele trend in Europa'

Voor Stoop is het ook geen verrassing dat Tata Steel met een ontslagronde komt. "Het is een trend, ook in Engeland zijn er staalbedrijven flink aan het snoeien in het aantal medewerkers", vertelt hij. "Je hebt ook andere Europese bedrijven die bepaalde groene staalinitiatieven nu aan het terugschroeven zijn."

Het verschilt volgens de analist enorm per bedrijf wat ze doen om geld te besparen. Zo kunnen bedrijven doorwerken maar geen nieuwe investeringen doen, mensen ontslaan, het bedrijf verplaatsen naar goedkopere plekken of sluiten.

Basisindustrie in Rotterdam

De vraag is hoe belangrijk het nog is dat we staalfabrieken hebben in Europa, want we kunnen het gewoon veel goedkoper halen uit China. Maar volgens Stoop is deze zogenaamde 'basisindustrie' nog steeds nodig. "Belangrijkste is dat die producten weer in andere industrieën verder gebruikt worden, zoals in de hightechindustrie."

Stoop legt uit dat die industrieën zich vaak vestigen waar ze die producten kunnen kopen, zoals in Rotterdam. "Er zijn ook allemaal hightech-bedrijfjes die om die basisindustrie heen zitten. Daar zie je het veel."

Bekijk ook

'Nodig voor schepen en tanks'

Een andere reden waarom Europa - vooral nu - volgens de analist staalfabrieken nodig heeft, is de herbewapening. "Want staal heb je nodig voor schepen en voor tanks. Zonder staal kun je eigenlijk bijna niet beginnen met het maken van defensieproducten."

"Stel je bent in oorlog met China, jij moet schepen maken en China zegt: 'Je krijgt geen staal meer van ons.' Dan heb je wel een probleem natuurlijk", legt hij uit.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Huishoudens betalen 32 keer meer voor energie dan grote bedrijven, maar dat heeft een reden

Huishoudens betalen 32 keer meer voor energie dan grote bedrijven, maar dat heeft een reden
Bron: ANP

Huishoudens in Nederland betalen veel meer energiebelasting dan grote bedrijven. Dat verschilt vaak tientallen centen per kilowattuur. Hoe kan dat? "Als Nederland bedrijven zwaar zou belasten, verliezen we het internationaal."

Wat een huishouden uiteindelijk betaalt voor elektriciteit en gas bestaat niet alleen uit de prijs van de energie zelf. "Van de 29 cent per kilowattuur die je nu als consument betaalt, is ongeveer 12 cent belasting", legt energieprofessor aan de TU Eindhoven David Smeulders uit. "Daar komt ook nog btw bovenop."

Verschil in energiebelasting

Maar voor grootverbruikers ligt dat heel anders. "Zij betalen maar 0,3 cent belasting per kilowattuur", vertelt Smeulders. Dat verschil is enorm, zeker als je bedenkt dat huishoudens gemiddeld 3.000 kilowattuur per jaar gebruiken, terwijl grote industrieën ver boven de 10 miljoen kilowattuur uitkomen.

Machiel Mulder, energie-econoom aan de Rijksuniversiteit Groningen, ziet dat het verschil in energiebelasting tussen huishoudens en bedrijven kan oplopen tot 32 keer zo veel, bij gas 10 keer. Toch betalen bedrijven ook steeds meer. "De belasting voor bedrijven is de afgelopen jaren verhoogd", zegt Mulder. "Maar het verschil met huishoudens blijft groot."

Bekijk ook

Internationaal verliezen

De reden daarachter is simpel: internationale concurrentie. "Dit zijn nationale belastingen", legt Mulder uit. "Als je in Nederland de energiebelasting voor bedrijven verhoogt, zet je ze op achterstand ten opzichte van bedrijven in landen waar de belasting lager is."

"Als Nederland bedrijven zwaar zou belasten, verliezen we het internationaal", legt hij uit. "De energiebelasting is een nationale regeling, dus bedrijven kunnen elders goedkoper uit zijn." Daar komt bij dat veel grote bedrijven onder het Europese emissiehandelssysteem vallen. Ze betalen al voor hun CO₂-uitstoot, wat volgens de overheid een aanvullende belasting overbodig maakt.

Ook in andere landen

Ook in landen als Duitsland en Frankrijk zijn de verschillen tussen huishoudens en bedrijven groot, ziet Smeulders. "In Frankrijk betalen industriële gebruikers drie keer minder dan in Nederland. Duitsland zit er tussenin."

Daarnaast bestaan er in andere landen nog aanvullende kortingen voor bedrijven, zoals de zogenaamde indirecte kostencompensatie. Die regeling is in Nederland afgeschaft, maar in Duitsland en Frankrijk niet. "Dat kan tientallen procenten schelen."

info

Podcast

De rubriek 'Feit of Fictie?' is ook te beluisteren als podcast.

Relatief het meest

Hoe zit het dan met de Nederlandse burger? Die draagt relatief veel bij aan belastingen volgens Mulder. "Nederlandse huishoudens behoren tot de hoogste betalers van energiebelasting in Europa."

Maar er is ook een keerzijde, vertelt hij. "Huishoudens krijgen een vast bedrag per jaar terug. Dus als je weinig stroom of gas gebruikt, valt de belastingdruk mee."

Meer energiearmoede

Aan de andere kant, dreigen er wel extra kosten bovenop te komen de komende jaren. "We moeten miljarden investeren in het elektriciteitsnet", zegt Smeulders. "Die kosten worden via de netbeheertarieven doorberekend aan de consument."

Dat maakt de toekomst onzeker. "Als ook die tarieven stijgen, zullen steeds meer mensen in de problemen komen. Energiearmoede wordt dan een serieus probleem", waarschuwt hij.

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant