Naar aanleiding van de verschrikkelijke moord bij het jongerencentrum op Wittenburg in Amsterdam sprak misdaadjournalist Mick van Wely in de Nieuws BV over straffen die doorgaans worden opgelegd voor wapenbezit. Die zouden volgens hem minimaal zijn.
Volgens strafadvocaat Bart Swier, die in zijn praktijk geregeld verdachten bijstaat die beschuldigd worden van wapenbezit, leggen rechters wel onvoorwaardelijke gevangenisstraffen op. Voor het bezit van gewone vuurwapens krijg je drie maanden gevangenisstraf en als je een automatische wapen hebt, kun je negen maanden gevangenisstraf krijgen.
Rechter Michiel de Ridder bevestigt de lezing van Swier. "Rechters hebben oriëntatiepunten. Het hebben van een pistool leidt tot 3 maanden onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Deze straf wordt verzwaard wanneer dit wapen in uitgaansgelegenheid wordt aangetroffen, of wanneer het geladen is of als er een demper op zit."
Taakstraf na wapenbezit
Dat rechters kunnen wel een eigen afweging maken. Zo stond advocaat Swier een cliënt bij die een taakstraf kreeg. Swier: "Mijn cliënt, een meisje van 17, komt 's avonds laat bij haar vriendje in Amsterdam-Noord. Als ze in bed ligt vallen haar twee wapens op. Ze wil er niets mee te maken hebben, maar verlaat niet direct het pand, mede omdat ze 's nachts niet de straat op wil. De rechter snapt die afweging, en legt haar een taakstraf op."
Wij beoordelen de uitspraak van crime-journalist Mick van Wely als fictie. Hij stelt dat het een taakstraf de norm is bij wapenbezit, waar dit juist de uitzondering is.
EenVandaag checkt dagelijks feiten, stellingen en conclusies uit het nieuws. Uiteindelijk volgt het oordeel: was wat gezegd werd een feit, of toch fictie?
Kinderen van omgekomen verzetsstrijder vinden nog altijd troost op Ameland door vroeger vakantiehuis: 'Hechte lotgenotengroep'
Vakantiehuis 'de Terrorist' op Ameland bood ontspanning aan nabestaanden van verzetsstrijders
Bron:
Fries Verzetsmuseum / EenVandaag
Als kinderen van een verzetsstrijder mochten ze na de oorlog naar vakantiehuis 'de Terrorist' op Ameland: een toevluchtsoord voor rouwende weduwen en kinderen van verzetshelden. Nu komen ze er nog. "De Terrorist gaf ons plezier."
"Kijk, daar komt de boot naar Ameland al aan." Tachtiger Tiede van der Weij wijst zijn oudste zus Greet op de aankomende veerpont, terwijl hij haar stevig bij de arm houdt. Ook zijn twee andere zussen, Willy en Ini van der Weij, beginnen te stralen. "De traditie is er nog steeds: op vakantie naar ons eiland."
Mooie herinneringen
Spontaan beginnen de vier tachtigers de liedjes te zingen die ze er leerden als kind. "Terrorist, Terrorist, als eenieder eens wist, o hoe fijn o hoe fijn, dat zal zijn. Ameland, Ameland, bos en zee, duin en strand, met zijn schoonheid, vond ieder zo fijn." Als ze de loopplank van de pont oplopen komen alle herinneringen weer bovendrijven.
Bron: Familie Van der Weij
V.l.n.r.: Greet, Willy, Ini, en Tiede van der Weij op Ameland
Zorg voor rouwende weduwen
Nadat hun vader, verzetsstrijder Pieter van der Weij, was omgekomen in de oorlog, bleef hun 34-jarige moeder alleen achter met haar vier jonge kinderen. De overgebleven verzetsleden wilden dat de weduwen en hun kinderen niet aan hun lot werden overgelaten, vertelt Ini.
Op Ameland stond een barak die tijdens de oorlog door Duitse soldaten was gebruikt. Die werd opgeknapt om als vakantiehuis te dienen voor rouwende weduwen en hun kinderen, die er twee weken per jaar gratis op vakantie mochten om even aan de ellende te ontsnappen. Er werd voor hen gekookt en gezorgd door twee oud-koeriersters uit het verzet. Ook de familie Van der Weij stapte kort na het einde van de oorlog op de veerboot.
Van scheldnaam naar geuzennaam
Bijna tachtig jaar later vaart het viertal weer naar Ameland. Al snel komen er foto's op tafel van de vakanties in de Terrorist. "De Duitsers noemden verzetsmensen terroristen, het is dus een scheldnaam", legt Ini uit. "Het werd een geuzennaam voor het verzet". Toen het vakantiehuis er kort na de oorlog kwam, was het voor het verzet direct duidelijk welke naam het moest krijgen: 'de Terrorist'.
"Nu kun je het woord terrorist natuurlijk eigenlijk niet zomaar gebruiken", lacht Willy, "omdat het een negatieve lading heeft. Maar voor ons betekent de Terrorist juist iets positiefs, en geeft het een warm gevoel. We speelden eindeloos op het strand, zongen en hadden plezier. Het was ontspannen, in één woord geweldig."
Op oude videobeelden en foto's uit 1946 en de jaren erna zie je alleen maar uitgelaten, blije mensen, vertelt Auke Zeldenrust. De journalist schreef een boek over het bijzondere vakantiehuis: Oorlogstranen op Ameland. "Het schrijnende is dat je op die zwart-witbeelden alleen maar moeders met kinderen ziet. De vaders zijn er niet, die zijn allemaal omgekomen in de oorlog."
"Die vrouwen en kinderen wilde ik een stem geven. De verhalen die we tot nu toe kennen gaan vooral over de mannen, de verzetshelden. Over de achterblijvers werd niet geschreven. Maar zij zijn ook slachtoffers van de oorlog. Zij moesten verder, zonder man of vader. Dat verdriet werkte vaak door in volgende generaties."
Zwaar getroffen
"Onze opa had een drukkerij in Leeuwarden, waar onze vader en twee ooms ook werkten. Zij drukten in de oorlog de illegale kranten Trouw en Vrij Nederland", vertelt Tiede. Ze werden verraden en belandden afzonderlijk van elkaar in Duitse concentratiekampen. "Mijn vader moest onder verschrikkelijke omstandigheden werken", zegt Ini. "Hij is net zoals de andere familieleden aan uitputting gestorven."
De familie Van der Weij is daarmee een van de zwaarst getroffen families van het Friese verzet. Maar liefst vier gezinsleden waren in één klap weg, benadrukt Auke Zeldenrust. Pas veel later werd duidelijk wat er precies met hen gebeurd was.
Bron: Fries Verzetsmuseum
Nabestaanden van verzetsstrijders op vakantie bij de Terrorist op Ameland
Geen papa
Op het dek van de veerpont kijken ze uit over de Waddenzee en vertellen Tiede en zijn zussen Greet en Ini dat ze nog herinneringen hebben aan hun vader. Hun zusje Willy heeft dat niet. "Mijn moeder was in verwachting van mij toen mijn vader werd opgepakt", zegt ze. "Hij heeft nog wel te horen gekregen dat zij zwanger was. Maar hij heeft mij nooit gezien."
"Ik was als jong meisje vroeger vaak opstandig, en vroeg me dan soms af: waarom heb je verzetswerk gedaan? Ik kon het woord papa niet horen. Dan gingen mijn haren recht overeind staan. Ik heb een vader gehad, maar nooit een papa. Een papa is iemand die er altijd voor je is, maar die heb ik nooit gehad."
Gezwegen
"Mijn moeder sprak nooit over de oorlog", zegt Greet terwijl Ameland langzaam in zicht komt. "Je merkte niks aan haar. Wij wisten niet hoe ze zich voelde of wat er in haar omging. Had ze maar wel gesproken, dan wisten we veel meer. Later hoorden we van andere kinderen van verzetsfamilies dat ook hun moeders altijd hebben gezwegen over de oorlog."
"Ze wilde haar kinderen niet belasten met de oorlog", denkt Ini. "Ze wilde vooruit kijken, positief blijven", vult Tiede aan. "We zijn heel trots op haar", zeggen ze alle vier in koor. "Petje af hoe zij dit heeft gedaan. Zo'n sterke vrouw. Ze leerde ons nooit bij de pakken neer te gaan zitten en zelfstandig te zijn."
Zou hun moeder haar verdriet wel gedeeld hebben met de andere weduwen in de Terrorist? Ze weten het niet. "Misschien wel. Of misschien was alleen de saamhorigheid, het samenzijn met de andere vrouwen al troostend", vragen de vier zich af.
De Terrorist moest de weduwen ontzorgen, maar onbedoeld ontstond er zeker nóg iets bijzonders, zegt Zeldenrust na onderzoek voor zijn boek. "Een hechte lotgenotengroep avant la lettre", noemt hij het. "Want zoiets bestond in die tijd nog helemaal niet. De vrouwen konden hier plezier maken, maar ook hun verdriet delen en daarmee een beetje helen. Daarmee gaf de Terrorist niet alleen even plezier, licht en lucht in alle ellende, maar ook veerkracht", volgens Zeldenrust.
Onze Terrorist
"De barak heeft wel een likje verf nodig!" lacht Tiede, als hij samen met zijn zussen een kijkje neemt bij het houten gebouw waar zij als kind zoveel vakanties hebben doorgebracht. De barak staat er nog, maar op een andere plek als destijds, en wordt nu opgeknapt. "Het is nog altijd een vakantiehuis, maar dan voor jongeren. Er komen ook veel Duitse jongeren nu", weet Willy.
"De buitenkant is nog precies als toen. Hier zette onze moeder ons altijd het raam uit. Dan klommen we zo de duin over naar het strand", vertelt Tiede. "Ik weet niet wat ervan overblijft na de verbouwing", verzucht Greet. "Is het dan nog wel onze Terrorist?" "Dat kunnen we volgend jaar bekijken", lacht Tiede. "Dan gaan we weer. Want het is en blijft onze Terrorist."
Greet, Willy, Ini en Tiede van der Weij gaan terug naar Ameland, waar ze als kinderen van een verzetsstrijder vakantie mochten vieren
Blije koeien in de wei, volop ruimte in de stallen, bloemetjes en bijtjes: voedselproducenten wekken op verpakkingen graag de indruk dat ze duurzaam bezig zijn, maar de realiteit is vaak anders.
Veel consumenten letten in de supermarkt op of producten goed zijn voor mens, dier en milieu. Producten die claimen 'natuurlijk', 'milieuvriendelijk' of 'diervriendelijk' te zijn, doen het goed. Maar hoe eerlijk zijn deze claims eigenlijk? Organisaties als Wakker Dier luiden de noodklok.
'Ziet er groener uit dan het is'
Zij stellen dat 'greenwashing' in de supermarkt aan de orde van de dag is, en consumenten zo worden misleid. Wie bijvoorbeeld langs de rij met zuivelproducten loopt, ziet veel groene weiden op de verpakkingen staan.
"Allemaal plaatjes die de consument een goed gevoel geven over de duurzaamheid", zegt Leonie Vestering van Wakker Dier. "Maar vaak zijn deze claims niet waar. Onder meer bij zuivelproducten speelt dit al jaren. Het is in veel gevallen gewoon greenwashing: een niet-duurzaam product er veel groener uit laten zien dan het in werkelijkheid is."
Duurzame keuzes in supermarkt worden moeilijker gemaakt door greenwashing
42 procent overdreven, onjuist of ronduit misleidend
Edwin van Houten, directeur Consumenten bij de Autoriteit Consument en Markt (ACM), bevestigt de zorgen van Wakker Dier. "Veel bedrijven hebben de neiging nogal absolute uitspraken te doen, of ze komen met vage, niet onderbouwde duurzaamheidsclaims, zoals 'CO₂-neutraal' of 'groen'. Als je zo'n claim niet kunt staven met harde feiten, dan misleid je de consument."
Uit onderzoek van de Europese Commissie naar de voedingsindustrie blijkt dat zo'n 42 procent van alle groene claims overdreven, onjuist of ronduit misleidend zijn. In datzelfde onderzoek van enkele jaren geleden concludeerde de Commissie dat in 59 procent van de gevallen de gemaakte duurzaamheidsclaims niet of onvoldoende met bewijs werden onderbouwd.
ACM komt met actieplan
De Autoriteit Consument en Markt komt nu met een actieplan tegen misleidende duurzaamheidsclaims in de voedingsindustrie. "Binnenkort schrijven we een brief aan de hele sector. De strekking daarvan is: 'Let op, er zijn duidelijke regels waar je je als bedrijf aan dient te houden'."
Van Houten vindt dat bedrijven beter hun best moeten doen om eerlijk en transparant te zijn. Producenten krijgen straks de ruimte om verbeteringen door te voeren. "Daarna gaan wij steekproeven uitvoeren, en dan zullen we zien hoe het ervoor staat. Als bedrijven niet duidelijker worden en halsstarrig blijven zeggen 'ik ben wel duurzaam', zonder onderbouwing, dan kunnen wij boetes opleggen."
Die boetes kunnen flink oplopen, vertelt de ACM-directeur: "Tot zo'n 900.000 euro, of een bepaald percentage van de omzet. Met dat laatste kun je in de miljoenen uitkomen, afhankelijk van de grootte van een bedrijf."
Greenwashing ondermijnt volgens Van Houten ook eerlijke concurrentie. "Een onderneming die écht investeert in duurzaamheid kan zich op deze manier niet onderscheiden van bedrijven die slechts doen alsof."
'ACM onderzoekt een paar zaken per jaar'
Onderzoeker Koen Boone van Wageningen University & Research (WUR) werkt aan de ontwikkeling van één duurzaamheidskeurmerk. "Zo'n label moet niet alleen voor de consument, maar ook voor de overheid en investeerders duidelijkheid geven over hoe groen een product daadwerkelijk is."
Hij vindt het actieplan van de ACM een goede zaak, maar plaatst ook kanttekeningen. "Het is heel goed dat ze valse duurzaamheidsclaims onder de loep nemen. Maar ze kunnen misschien tien zaken per jaar onderzoeken, terwijl je eigenlijk meer naar een structurele oplossing toe zou willen."
Met zo'n brede oplossing is de Europese Commissie bezig: het zogeheten Green Claims Directive. Dat is nieuwe regelgeving in de maak, waarbij gekeken wordt naar de effecten over de hele productieketen, niet alleen maar naar een klein stukje.
Boone: "Wordt bijvoorbeeld het ene positieve aspect niet teniet gedaan door een slechtere prestatie elders?" Zelf is hij samen met collega's bezig één duidelijk label te ontwikkelen, vertelt de Coördinator Duurzame Ketens van de WUR.
Simpel en duidelijk label
"Je kunt het vergelijken met het energielabel of met de Nutri-Score", licht Boone toe. "Zodat je als consument - bijvoorbeeld door een score van A tot E - in één blik een indruk krijgt over hoe duurzaam een product is."
"Allerlei aspecten worden meegenomen. Uiteindelijk zal het veel makkelijker worden voor bedrijven om te weten wat wel en niet mag, maar ook voor instanties om te controleren of een claim klopt."
Ook Wakker Dier hoopt op meer duidelijkheid voor de consument. "Het is ontzettend lastig om te beoordelen welke claims wel en welke niet kloppen", vertelt Vestering.
"Feit is dat 90 procent van de melk in de schappen 'sloopmelk' is, zoals wij dat noemen. Melk dus van koeien die op intensieve wijze worden gehouden, met weinig oog voor dierenwelzijn of milieuvoordelen. En dat staat haaks op het idyllische plaatje dat op de verpakking prijkt."
Bestaande labels
Er zijn een aantal keurmerken die nu al betrouwbaar zijn, zoals bijvoorbeeld het EU-Ecolabel, Fairtrade en het Beter Leven-keurmerk. Die laatste is specifiek gericht op dierenwelzijn.
Het is volgens experts een goed teken als de uitleg over duurzaamheid heel duidelijk en concreet is. Wees vooral kritisch bij vage termen zonder toelichting, benadrukken zij.