radio LIVE tv LIVE
meer NPO start

Staatssecretaris Paul Blokhuis: 'Vaccinatieplicht zou nederlaag voor Nederland zijn'

Staatssecretaris Paul Blokhuis: 'Vaccinatieplicht zou nederlaag voor Nederland zijn'
Bron: ANP

De vaccinatiegraad in Nederland daalt. Waar we eigenlijk altijd boven de 95 procent zaten, is dat nu gedaald tot net boven de 90 procent. Staatssecretaris Paul Blokhuis wil, ondanks dat, niet over gaan tot een vaccinatieplicht.

"Dat zou een nederlaag voor Nederland zijn", zegt Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. "Zo ver wil ik niet gaan."

Opkomst van mazelen

Deze week meldde de GGD Haaglanden dat in Den Haag opnieuw een kind besmet is met mazelen, al de vierde op een kinderdagverblijf. In de eerste 3 maanden van dit jaar zijn in totaal vijftien besmettingen met mazelen geconstateerd. Normaal gesproken zijn er tien tot twintig meldingen in een heel jaar.

"Dat is een aanleiding tot zorg", zegt Blokhuis. "Je kunt van de mazelen heel beroerd worden, met zelfs de dood tot gevolg. Dat is in 2013 zelfs nog gebeurd in Nederland." De opkomst van de mazelen geeft inzicht in hoe het er in Nederland voor staat. "Wij zijn blij en trots op ons rijksvaccinatieprogramma. Helaas hebben we geconstateerd dat dat minder wordt en we onder een grens dreigen te zakken."

Lees ook

Daling van de vaccinatiegraad

De Wereldgezondheidsorganisatie adviseert een vaccinatiegraad van 95 procent. De overige 5 procent lift dan mee op de rest, is het idee. "We zitten nu ruim op 90 procent, het is gedaald. Gelukkig is het de laatste tijd wel gestabiliseerd", zegt Blokhuis. "Maar ik vind dat te laag."

Er zijn twee groepen die de vaccinatiegraad vooral omlaag trekken. Aan de ene kant zijn dat streng christelijke gemeenschappen, die altijd al minder vaccineerden. In de laatste jaren is daar een grote groep anti-vaxxers bijgekomen.

Luisteren

Interview: staatssecretaris Paul Blokhuis over vaccineren in het Politiek Café van Radio EenVandaag.

Neder-Betuwe

Afgelopen week was Blokhuis op bezoek in de gemeente Neder-Betuwe, waar de vaccinatiegraad het laagst ligt in ons land: op 51 procent. "Gelovigen laten zich daar ook voeden door de anti-vaxxbeweging. Dat is een gevaarlijke mix."

Blokhuis valt over de argumenten die gebruikt worden. "Ze verspreiden onzin. De anti-vaxxbeweging zegt bijvoorbeeld dat er nog nooit een kind is doodgegaan aan meningokokken. Maar vorig jaar waren dat er achttien." Tijdens zijn bezoek aan Neder-Betuwe heeft hij met de mensen daar gesproken. "Ik spreek ze op hun verantwoordelijkheid aan: bescherm je kind alsjeblieft, maar ook de kinderen van de buren, en van de klas en de voetbalvereniging."

'Je kunt verplichten, maar ik wil het niet'

Er ligt een wetsvoorstel van D66 voor een vaccinatieplicht voor kinderen die naar de crèche gaan. Het wachten is nog op het rapport van een speciale commissie daarover, maar Blokhuis is geen voorstander van verplichten. "Dat is wat mij betreft absoluut niet aan de orde."

Toch sluit hij het ook niet definitief uit. "Het is denkbaar dat je verder gaat, als dat echt nodig is, tot een plicht aan toe. Maar je zou mensen dan eerst nog verplichten tot een gesprek met een consultatiearts." De staatssecretaris presenteerde vorig jaar zes eigen maatregelen om de vaccinatiegraad op te schroeven, zoals een aanpak op social media, of niet-gevaccineerde 16-jarige jongeren de mogelijkheid geven zich gratis te laten inenten. Blokhuis heeft het volste vertrouwen in het succes daarvan. "We gaan vaccineren niet verplichten, want dan geloof ik niet in mijn eigen maatregelen."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Hoe Otto tientallen levens in Oekraïne redt met afgedankte visnetten

Hoe Otto tientallen levens in Oekraïne redt met afgedankte visnetten
Otto Jelsma brengt vele tonnen afgedankte visnetten naar het front.
Bron: EenVandaag

Wat eerst afval was, beschermt nu soldatenlevens in Oekraïne. Otto Jelsma brengt vele tonnen afgedankte visnetten naar het front. Ze blokkeren drones en camoufleren materieel, maar vanuit Den Haag blijft de steun voor deze goedkope oplossing uit.

Waar visnetten voorheen als afval werden weggegooid, hebben ze nu een onverwachte bestemming: het slagveld in Oekraïne. Otto Jelsma, oud-sergeant logistiek, stuurt ze vanuit zijn stichting Heaven's Shield richting het front. "Elke keer als een vrachtwagen met netten aankomt, redden we daar levens."

'Het werkt gewoon'

Jelsma grapt dat hier geen ingewikkelde technologie achterzit. "Het werkt gewoon." Sinds de start van de oorlog heeft hij samen met andere vrijwilligersorganisaties 1.800 ton netten naar Oekraïne gestuurd, goed voor 2,2 miljoen vierkante meter bescherming. Toch is er volgens hem nog veel meer nodig.

Hij legt uit dat netten gespannen worden over loopgraven en militaire voertuigen. Daar dienen ze als camouflage en bieden ze bescherming tegen Russische kamikazedrones.

Bekijk ook

'Zonder netten zijn we een makkelijk doelwit'

In de Koersk-regio van Rusland ziet de Oekraïense drone-commandant Oleksandr elke dag hoe belangrijk de netten zijn. "Drones domineren het moderne slagveld", vertelt hij. "Zonder bescherming zijn onze posities een makkelijk doelwit. Dankzij deze netten hebben we al talloze aanvallen overleefd en kunnen we blijven vechten."

Volgens hem zijn de resultaten duidelijk: 85 kamikazedrones zijn al uitgeschakeld dankzij deze techniek. Ook artillerieposities worden ermee afgeschermd. "We bedekken onze artillerie, voertuigen en loopgraven met meerdere lagen netten," zegt Oleksandr. "Dit vermindert de zichtbaarheid voor drones en verhoogt onze overlevingskansen aanzienlijk."

Tonnen aan afgedankte netten

De vraag naar netten in Oekraïne is groot. Elke vrachtwagenlading die er aankomt, is binnen 24 uur uitgedeeld. Maar in Europa liggen volgens oud-sergeant Jelsma nog 20.000 tot 25.000 ton afgedankte netten te wachten op een tweede leven. Jelsma doet alles nu vrijwillig en een vrachtwagen laden en naar Oekraïne laten rijden kost veel geld.

Ondertussen begrijpen de Russen de waarde ervan allang: zij hebben vorige week een 8 kilometer lange 'netten-straat' gebouwd om hun troepen en materieel te beschermen tegen drones.

"Wij hebben dringend meer nodig om hetzelfde te doen. Elke dag zonder extra netten betekent extra risico's voor onze eenheden", zegt Oleksandr.

'Dit kost levens'

Volgens Jelsma moeten hij en zijn stichting in Nederland bijna bedelen om extra netten die kant op te krijgen om de soldaten te beschermen. "We hebben in Europa duizenden tonnen liggen, maar we krijgen het niet voor elkaar om ze snel naar Oekraïne te krijgen."

Hij vindt dat onbegrijpelijk. "We moeten alles met vrijwilligers doen en zonder steun gaat dat gewoon langzamer", legt hij uit. "Dit kost gewoon levens."

Bekijk ook

Van kastje naar de muur in Den Haag

De oud-militair en zijn stichting proberen al sinds 2022 steun te krijgen van de Nederlandse overheid, maar zonder succes. "We hebben brieven gestuurd aan ministers en staatssecretarissen, gebeld, gemaild, geappt, maar er komt geen reactie," zegt hij. "Het lijkt alsof niemand inziet hoe essentieel dit is."

CDA-Kamerlid Derk Boswijk vindt dat een gemiste kans. "Juist nu Amerika zijn steun afbouwt, moeten we particuliere initiatieven extra omarmen," vertelt hij. "Ik vind het onbegrijpelijk. Dit werkt gewoon, het is eenvoudig en goedkoop." Defensie zou dit volgens hem allang al moeten oppakken. "Ik zou zeggen; omarm dit initiatief en breng als de wiedeweerga al die netten die we hier hebben naar Oekraïne toe."

info

Reactie ministerie van Defensie

''De militaire steun aan Oekraïne is van groot belang. Nederland leverde voor bijna € 6 miljard aan militair materieel, munitie en goederen. Denk aan F-16-gevechtsvliegtuigen, voertuigen en luchtverdedigingssystemen. Maar ook drones, radars en munitie voor tanks en artillerie. Regelmatig wordt het ministerie van Defensie ook benaderd door particuliere initiatieven. Defensie beschikt echter over beperkte capaciteit die gericht wordt ingezet. De behoefte van de Oekraïense krijgsmacht is leidend in de steun die we leveren. Daarom gaat Defensie niet in op particuliere initiatieven. Dat neemt niet weg dat Defensie veel waardering heeft voor alle initiatieven om Oekraïne te steunen en de mensen die erachter zitten. Het laat zien dat de steun aan Oekraïne breed wordt gedragen in onze samenleving.''

'Blijven sturen zolang dat nodig is'

Europa trekt 800 miljard euro uit voor militaire herbewapening. Toch wordt er tot frustratie van de oud-militair nauwelijks iets gedaan met de goedkope, bewezen effectieve bescherming die visnetten bieden. "We praten over miljarden voor ingewikkelde systemen, terwijl een vrachtwagen vol netten slechts 3.000 euro kost," zegt Jelsma. "Daarmee beschermen we meteen 15.000 vierkante meter frontlinie."

Ondanks het gebrek aan steun uit Den Haag, blijft Jelsma doorgaan. Dankzij donateurs en vrijwilligers rijdt er nog steeds elke week minimaal een vrachtwagen richting Oekraïne. "Elke vrachtwagen die aankomt, redt levens. Het is frustrerend dat er niet meer steun vanuit Defensie komt, maar we blijven ons best doen netten zoveel mogelijk netten te sturen zolang dat nodig is."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Michel en Rose kregen tijdens bijbaan in horeca te maken met seksueel grensoverschrijdend gedrag: 'Kok greep me bij mijn kruis'

Michel en Rose kregen tijdens bijbaan in horeca te maken met seksueel grensoverschrijdend gedrag: 'Kok greep me bij mijn kruis'
Michel kreeg tijdens zijn bijbaan in de horeca te maken met seksueel grensoverschrijdend gedrag.
Bron: EenVandaag en ANP

Ongewenste aanrakingen, gooien met borden en ongepaste vragen: het zijn voorbeelden van grensoverschrijdend gedrag in de horeca. Wat voor veel jongeren hun eerste baantje is, blijkt voor velen een onveilige werkplek.

Ook Rose (21) en Michel* (24) maakten het mee. Volgens beiden zijn de grenzen vaag in deze sector. "Het voelt vaak als een vriendengroep", legt Michel uit. Een gezellige, sociale bijbaan dus, voor velen ook de reden om er te gaan werken. Maar die gezelligheid heeft een keerzijde.

'In je kruis grijpen'

"In de horeca is het echt iets wat je dagelijks kan meemaken", vertelt Rose. "Wanneer dat gebeurt, dan sta je eigenlijk gewoon met je mond vol tanden."

Michel is 16 als hij begint met werken in de horeca, als afwasser. Een paar jaar later werkt hij in de bediening, en gaat een directe collega voor het eerst zijn grens over. "Ik weet nog dat ik toen borden moest ophalen. En de kok daar, toen ik met de borden in mijn handen liep, greep me bij mijn kruis. Ik schrok daar heel erg van."

Grenzen vervagen

Hij was hecht met zijn collega's en de eigenaar, en wist daardoor niet goed wat hij moest doen.

"We deelden veel met elkaar, ook persoonlijke dingen. Doordat die grens tussen werknemer en baas zo vaag is, weet je in dat moment niet wat je moet zeggen of doen. Een vriendin van mij geloofde het in eerste instantie zelfs niet", vertelt hij.

info

Onderzoek grensoverschrijdend gedrag in de horeca

Uit onderzoek van 3Vraagt blijkt een meerderheid (62 procent) van de jonge horecamedewerkers tussen de 16 en 34 jaar grensoverschrijdend gedrag te hebben meegemaakt. Een hoger cijfer dan in andere sectoren (47 procent). Vooral jonge vrouwen zijn de dupe. Bijna driekwart van de vrouwelijke horecamedewerkers krijgt hiermee te maken.

Bekijk ook

Meerdere incidenten

Voor Michel blijft het niet bij één incident. Een aantal jaar later werkt hij bij een ander café. Deze keer is het zijn oudere manager.

"Ik werkte laat in de avond in m'n eentje, toen ik door hem werd gebeld. Hij zei: 'hey, ik heb je zes brutale berichtjes gestuurd. Zou je hier zo spoedig mogelijk op kunnen reageren en laten weten of je hiervan gediend bent?' Ik dacht dat ik iets fout had gedaan."

Naaktfoto's van manager

Het bleek anders. "Ik open Whatsapp en tot mijn verbazing waren het zeker brutale berichten." Michels manager verzoekt hem tot seksuele handelingen, en stuurt er een naaktfoto van zijn geslachtsdeel achteraan.

"Ik had hem nog aan de lijn en ik was er heel erg van geschrokken, dus ik zei: 'ik weet het eigenlijk niet'. Ik lachte ook een beetje ongemakkelijk. Toen hing ik meteen op." Hij blijft verbaasd achter. "Er was ook niemand anders in de tent, dus ik kon het ook niet meteen met iemand anders delen."

Melding maken

Michel besluit het uiteindelijk wel te delen, en vertelt het aan de eigenaar. Het leidt tot het directe ontslag van de manager. Het is geen makkelijk besluit voor Michel.

"Ik dacht: er kan iemand door de deur lopen die 16 of 17 is bij wie dit ook kan gebeuren. Ik was 23, ik sta al wat sterker in mijn schoenen. Maar iemand die jonger is durft zich misschien niet uit te spreken."

Bekijk ook

Hoog verloop, jonge mensen, alcoholgebruik

Edwin Vlek, voorzitter van De Horecabond, herkent de verhalen. "Ik zou ervan moeten schrikken, maar ik schrik er niet meer van. Het is gewoon verschrikkelijk dat dit gebeurt. Maar helaas, in onze sector zijn alle elementen aanwezig om dit wel te blijven laten bestaan." Volgens Vlek is het een combinatie van factoren.

"Het is een giftige mix. Hoog verloop, jonge mensen, alcoholgebruik." De helft van het horecapersoneel is tussen de 15 en 24 jaar oud. Bovendien werk je dicht bij elkaar, fysiek, maar ook in de relatie, vertelt Vlek. "Het zijn vaak kleine bedrijven waarbij de werkgever dicht bij het personeel staat."

Vrouwen vaker slachtoffer

Vooral vrouwen zijn de dupe. Volgens Rose is dat een bekende realiteit. "Ik zag het destijds vooral als iets waar je maar gewoon aan moet wennen. Je wordt er hard van, denk ik. Je moet er een beetje weerbaar voor zijn."

Ook voordat ze op 17-jarige leeftijd in de horeca gaat werken, hoort ze van vriendinnen hoe het eraan toe kan gaan. "Aan de ene kant wist je dat het eraan zat te komen, maar aan de andere kant, als het gebeurt weet je niet hoe je moet reageren. Je lacht het gewoon weg", vertelt ze.

Schaamte

Vlek herkent het gevoel. "Wat je ziet is dat jonge mensen het lastig vinden om voor zichzelf op te komen." Volgens hem vinden nog te veel werknemers het ingewikkeld om incidenten te melden. "Als je dan vraagt: waarom meld je dat dan niet? Dan zeggen ze ja, het zijn ook collega's. Dat is aan de ene kant schaamte, maar ze voelen ook een soort van loyaliteit."

Volgens hem moet dit gedrag vaker als problematisch worden erkend: "Het begint bij dat erkennen en dat we hier iets mee moeten. Ik durf op dit moment te stellen dat niet alle werkgevers er bewust van zijn dat dit een probleem is, omdat het nog te normaal gevonden wordt. Maar deze cijfers liegen er niet om."

Bekijk ook

Onveilige situaties herkennen

Rose vindt dat er vanuit de werkgever meer actie moet komen, vertelt ze. "Ik hoop dat er concrete acties worden ondernomen wanneer iemand aangeeft dat ze zich niet veilig voelen. En ook dat daar geen concrete situatie aan vooraf hoeft te gaan. Soms voel je dat gewoon aan."

Maar, ook bij de werknemer ziet ze ruimte voor verbetering. "We zijn het allemaal gewend, maar we moeten het bespreekbaar maken binnen teams in de horeca. Dat het niet normaal is en dat je je mag uitspreken. Ik heb dat zelf ook te lang niet gedaan."

'Ga het gesprek aan'

Ook Edwin Vlek ziet dat het anders kan. Hij hoopt niet alleen op meer actie na incidenten, maar ook preventieve maatregelen.

"We willen dialoog stimuleren. Ook denk ik dat het belangrijk is dat we een grote campagne starten waarbij we mensen bewust maken, dat grenzen gerespecteerd moeten worden. Maak nou eens inzichtelijk en duidelijk: wat is nou gewenst gedrag en ga daarover met elkaar in gesprek."

Impact

Want: de incidenten hebben impact. Zo vertelt Michel dat hij anders is gaan kijken naar mannen. "Ironisch, omdat ik zelf een man ben. Maar het heeft me een ander perspectief gegeven. Ik durf te wedden dat er heel veel mannen zijn die misschien wel ergere verhalen hebben, maar die dat niet durven uitspreken."

Rose vertelt dat ze mensen minder snel vertrouwt. "Ik ben voorzichtiger in hoe ik me naar mensen opstel, misschien wel minder naïef. Ik kijk harder naar mensen, omdat je ziet hoe ze kunnen zijn. En dat niet iedereen even lief is of het beste met je voor heeft. En als je op jonge leeftijd in de horeca komt, dan denk je dat nog wel."

*Michel is een gefingeerde naam. Zijn echte naam is bekend bij de redactie.

Horeca voor veel jongeren een onveilige werkplek

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant