De rechtbank deed vandaag uitspraak over de uitvoerders en betrokken van de moord op Peter R. de Vries. Resultaat: geen levenslang voor de uitvoerders, en het is geen terrorisme, terwijl het OM dat wel eiste. 'Een rechter kijkt ook naar de persoon'
"Spijkerhard", zo noemt hoogleraar strafrecht Sven Brinkhoff het vonnis. Al kan de hoogleraar zich ook voorstellen dat het door de familie en bijvoorbeeld de politie anders wordt gezien.
Ongeschreven regel
Waar het OM levenslang heeft geëist voor de uitvoerders, hebben de drie uiteindelijk 28 en 26 jaar gevangenisstraf gekregen. Gek is dat niet, vertelt Brinkhoff: "Er is een soort ongeschreven regel dat een moord, hoe intens heftig en schokkend die ook is, dat rechters die stap niet willen maken. Het staat nergens in de wet, maar dat is een soort gulden regel."
Ondanks dat het als ongeschreven regel wordt gezien, had deze zaak wel het kantelpunt kunnen zijn, vertelt Brinkhoff. "Maar de rechtbank heeft in ieder geval nu gezegd: 'we vinden het toch te ver gaan'."
Vonnis van de rechtbank
De twee uitvoerders van de moord hebben een gevangenisstraf van 28 jaar opgelegd gekregen. Degene die de moord organiseerde kreeg een straf van 26 jaar. Daarnaast zijn er nog drie mannen veroordeeld voor medeplichtigheid, zij krijgen 10 tot 14 jaar gevangenisstraf.
Drie anderen, die werden verdacht van deelname aan een criminele organisatie, zijn vrijgesproken.
Wikken en wegen
Wat ook mee kan spelen in het niet geven van een levenslange gevangenisstraf, is dat tijdelijke straffen tegenwoordig langer uitgezeten worden. De regels daarin zijn erg verscherpt. Brinkhoff: "Sinds een paar jaar geldt voor dit soort lange straffen dat je die tot 2 jaar voordat die zou stoppen, moet uitzitten." Eerder kon je al na tweederde van de straf kans krijgen om weer vrij te komen.
En daarnaast kan ook bijvoorbeeld de leeftijd van de daders een rol spelen in het besluit. "Een rechter kijkt ook naar de persoon van de verdachte, diens leeftijd, achtergrond, eerder begane feiten en dat wordt een soort tombola. En dan rolt dit eruit. Dus ja, die rechter moet ook wikken en wegen, ook in dit soort zaken."
Niet genoeg voor terrorisme
Een ander onderdeel wat deze zaak uniek maakte, is dat het OM voor het eerst in de geschiedenis leden van de georganiseerde misdaad voor terrorisme vervolgde. "De lijn van het OM was: Als je dit filmt en zo op het internet slingert en ook überhaupt hoe deze moord is gepleegd, dat is voldoende voor het predikaat terreur." Maar in de rechtbank is vandaag besloten dat dat niet genoeg is.
"De rechtbank vindt dat onvoldoende om te kunnen zeggen: hier blijkt voor ons klip-en-klaar een terroristisch oogmerk uit. In sommige reguliere terrorismezaken weet je gewoon heel duidelijk, vaak door geschriften of door iemands uitlatingen, wat met welk motief gebeurt. En hier - zeker omdat de verdachten zich niet uitspraken - weet je dat niet", legt hij uit.
Hoger beroep
Het OM overweegt nog hoger beroep. En dan zal het ook wel weer over het label terrorisme gaan, denkt Brinkhoff. "Dan kan het zomaar anders uitpakken."
"Familie en nabestaanden hebben daar misschien geen boodschap aan, maar dit is wel een stuk rechtsvorming dat hier plaatsvindt wat nog niet klaar is, wat na deze zaak doorgaat en wat inderdaad ook in een hoger beroep weer mee kan worden genomen."
Bekijk ook
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.