Jonge verdachte van moord op Savannah blijft in hechtenis

De 16-jarige jongen die vastzit in de zaak van Savannah wordt niet verdacht van doodslag, maar van moord. Het OM verzwaarde de verdenking aan zijn adres. Vandaag heeft de rechtbank beslist dat de Bosschenaar in ieder geval tot de volgende zitting op 24 november in hechtenis blijft.

De zitting vond plaats achter gesloten deuren. Dat betekent dat pers en publiek de zaak niet konden bijwonen. Zaken met een minderjarige verdachte worden vrijwel altijd op deze manier behandeld.

OM: verdachte was moord van plan 

Lang was weinig bekend over de precieze verdenking. Maar er is nu nieuw bewijs gevonden na het doorzoeken van het internetverkeer van de jongen, zegt het Openbaar Ministerie. Het is deze informatie die ertoe heeft geleid dat hij nu van moord wordt verdacht. Dit betekent dat er sprake zou zijn van voorbedachten rade: hij zou het al van plan zijn geweest. Welke informatie er is gevonden, is niet bekend gemaakt. 

Uit een reconstructie van RTL Nieuws blijkt dat de jongen zich een alibi heeft geprobeerd te verschaffen voor de periode rond Savannah’s verdwijning. Hij sprak met een vriendin af tegen de politie te liegen over met wie en waar hij was. Eerder werd al bekend dat er spullen van Savannah zijn gevonden bij hem thuis. 

Minderjarige wordt op andere manier verhoord

Of de minderjarige Bosschenaar al verklaard heeft over Savannah is formeel niet bekend. Zijn advocaat Fleur Zijderveld wil “vanwege de cliënt” niets zeggen over de zaak. Niet of hij verklaart of praat met de politie, ook niet of hij nog wordt gehoord. 

Voor rechercheurs is het een groot verschil: het verhoor van een volwassen verdachte of een jonge puber. Ze zitten weliswaar in dezelfde verhoorkamer op het politiebureau, bij minderjarige verdachten en getuigen gaat de politie meestal op een speciale manier te werk. Recherchepsycholoog Karina Dekens leert rechercheurs op de politieacademie om tijdens de verhoren van kinderen niet teveel druk te leggen en begrijpelijke vragen te stellen. “Als dit niet gebeurt, kunnen de gevolgen enorm zijn. Bijvoorbeeld een valse verklaring of een valse bekentenis zelfs. Dat kan er toe leiden dat een minderjarige verdachte onterecht wordt vastgezet."

Minderjarige verdachten hebben tijdens het verhoor ook regelmatig contact met hun advocaat. Ook hebben ze recht op een vertrouwenspersoon. Dat kan een vader, moeder of bijvoorbeeld oom of tante zijn. In veel gevallen wordt er een speciaal opgeleide verhoorder van kwetsbare verdachten ingezet. Maar dit is niet verplicht. Recherchepsycholoog Karina Dekens zou graag zien dat dit in de toekomst wel wordt geregeld.