Je kent zijn naam misschien van straatnamen of schilderijen: kunstenaar, zakenman en uitvinder Jan van der Heyden (1637-1712). Maar hij was ook de eerste brandweercommandant en leverde zo een bijdrage aan het behoud van Amsterdam zoals we het nu kennen.
"Van der Heyden was een homo universalis, een man die alles kon", zegt Emmy Ferbeek, hoofd Collectie van het Stadsarchief Amsterdam. En dat blijkt wel uit de collectie prenten en bezittingen van Jan van der Heyde, die voor 1 miljoen euro is aangekocht door Stadsarchief Amsterdam en Museum Amsterdam. "We hebben nu iets heel moois in handen."
Uitvinding van het nachtleven
Jan van der Heyden werd in 1637 geboren in Gorinchem. Later verhuisde hij naar Amsterdam, de stad die hij op talloze doeken gedetailleerd vastlegde. Tegenwoordig zijn in die stad twee straten naar hem vernoemd.
En dat is niet heel gek, want naast zijn artistieke erfgoed heeft Van der Heyden nog veel meer bijgedragen aan de ontwikkeling en het voortbestaan van historisch Amsterdam. "Door zijn uitvinding van de straatverlichting kon je 's avonds over straat", vertelt brandweerexpert en Van der Heyden-kenner Gerard Koppers. "Als je in het middeleeuwse Amsterdam over straat liep en er waren geen lampen, dan kukelde je zo de gracht in."
Uitvinding van het nachtleven
Voor de uitvinding van de straatlantaarn liepen mensen met hun eigen lamp of kaarsje door de pikdonkere stad. In 1663 liet Amsterdam 2.556 door Van der Heyden ontworpen en gemaakte straatlantaarns plaatsen. Deze brandden op zaadolie en 'lampenaansteker' werd een officiële baan. Op de Magere Brug te Amsterdam branden zijn lampen nog steeds, hier is het originele ontwerp van Van der Heyden gereconstrueerd.
Dit had ook nog een ander effect: door de straatverlichting konden kroegen en bordelen langer open blijven. "Hij heeft het nachtleven uitgevonden", vertelt Koppers. "Tot Jans grote verdriet, want dat paste niet in zijn wereldbeeld. Hij was een strenggelovig man, dat hij dat beter mogelijk gemaakt heeft zal hem ongetwijfeld hebben dwarsgezeten."
Behoud van historisch Amsterdam
Ook de brandspuit komt van de hand van Van der Heyden. Rond 1672 wierp hij zich samen met zijn broer op de brandspuiten, de aanvoer van het water en de organisatie van de brandweer. Hij ontwierp, fabriceerde en tekende bijbehorende instructies. Daarvoor waren er al spuiten, maar die waren log. "Je stond dan buiten het brandende pand te blussen tot deze instortte, en dan was alles verloren", zegt Koppers.
Door de wendbare brandweerslang van Van der Heyden vond kon voor het eerst ook binnen een huis geblust worden. In de collectie van het Stadsarchief zit een gedetailleerde prent van een blusactie in de stijl van Van der Heyden in 1684 op de Leidsegracht 4. Omdat het winter was en de grachten dicht lagen moest er eerst een wak in de gracht gehakt worden. Het pand staat er nu nog steeds, zonder de nieuwe blustechniek zou dit misschien niet meer zo zijn. Op deze manier heeft Van der Heyden ook een aandeel geleverd in het behoud van historisch Amsterdam.
De eerste brandweercommandant
De eerste slangen waren van linnen, maar die konden niet veel druk hebben. Een leren slang kon dat wel maar was lastig te maken. Koppers: "Die slangen van leer moesten genaaid worden en daar heeft Van der Heyden een fabriek voor opgezet." Hij verkocht de spuiten overal ter wereld met zijn eigen getekende blusinstructies erbij. Ze gingen zelfs mee op de schepen van de VOC en WIC om brand aan boord te blussen.
De schilder, uitvinder en zakenman heeft ook de organisatie van de brandweer hervormd door het concept van de vrijwillige brandweer en het element van snelheid. Vanuit de wijken in Amsterdam werden branden snel aangepakt. "Zo'n wijk had eigen brandspuiten, instructies en een eigen ploeg", vertelt Koppers. "Ze moesten twee keer per jaar een brandoefening doen, anders kregen ze hun premie niet. Dit gebeurt zo tot op de dag van vandaag. Jan van der Heyden was de eerste brandweercommandant."
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.