radio LIVE tv LIVE
meer NPO start

Is een republiek goedkoper dan een koningshuis? En andere vragen over een mogelijk afschaffen van de monarchie beantwoord

Is een republiek goedkoper dan een koningshuis? En andere vragen over een mogelijk afschaffen van de monarchie beantwoord
Bron: ANP

Het koningshuis moet worden afgeschaft, vindt een meerderheid van de leden van GroenLinks-PvdA. Het staat ook in hun verkiezingsprogramma. Wij beantwoorden jullie vragen over het mogelijk afschaffen van de monarchie.

Historicus Arnout van Cruyningen, hoogleraar Staatsrecht aan de Radboud Universiteit Paul Bovend'Eert, en staatsrechtdeskundige en oud-politicus voor de PvdA Peter Rehwinkel beantwoorden de vragen. Alledrie publiceerden zij over de geschiedenis, werking en toekomst van het Nederlands koningshuis.

1. Waarom wordt de discussie over het afschaffen van de monarchie nu (weer) gevoerd?

Afgelopen zaterdag werd op het GroenLinks-PvdA-congres een voorstel ingediend om de monarchie af te schaffen. De indieners noemden de monarchie en bijbehorende erfopvolging "een verouderd systeem van ongelijkheid". Ze wezen op de miljoenen die elk jaar naar het koningshuis gaan. Het voorstel werd aangenomen met een kleine meerderheid van 52 procent.

Staatsrechtdeskundige Peter Rehwinkel beschouwt het voorstel als een kantelpunt: "GroenLinks had de afschaffing van de monarchie al eerder in het verkiezingsprogramma staan, net als de SP en BIJ1, maar het is nu voor het eerst dat een grote partij het in het programma opneemt. En het is niet uit te sluiten dat een andere partij zal volgen, programma's van bijvoorbeeld D66 en NSC zijn nog niet definitief."

"Juist premiers afkomstig uit de PvdA maakten zich vaak sterk voor de monarchie", zegt historicus Arnout van Cruyningen. "Wim Kok heeft er bijvoorbeeld voor gezorgd dat het huwelijk van de huidige koning zonder al te veel kleerscheuren verliep." Van Cruyningen denkt daarom dat het congres-voorstel is ingegeven door enkele mensen. "Er werd niet gesproken vanuit een principieel punt, maar over allerlei onderbuikzaken zoals prins Bernhard en de NSDAP."

Hij erkent wel dat de groep die pleit voor het afschaffen van de monarchie groter is geworden. "Er is altijd een kleine groep geweest die principieel tegen erfopvolging is, maar sinds corona is er steeds meer kritiek op de koning en de monarchie. Dat heeft deels te maken met het gedrag van de koning, maar ook met een toegenomen wantrouwen tegenover allerlei staatsinstellingen."

info

Steun voor de monarchie

Uit het jaarlijkse koningsdagonderzoek van EenVandaag blijkt dat dit jaar nog maar een kleine meerderheid (54 procent) de monarchie steunt. 10 jaar geleden was dat nog 70 procent. Vooral ouderen willen de huidige staatsvorm behouden. Bij jongeren onder de 35 jaar, wil nog maar 45 procent dat. 48 procent van de jongeren is voorstander van een republiek.

Steun voor de monarchie door de jaren heen

2. Wat is het alternatief voor een monarchie?

"Het alternatief is een parlementaire republiek, oftewel: een republiek met een president", zegt hoogleraar staatsrecht Paul Bovend'Eert. Dit alternatief staat ook in het verkiezingsprogramma van GroenLinks-PvdA. "We zouden dan geen koning meer hebben als staatshoofd en er is geen erfopvolger", legt hij uit. Daaraan voegt hij toe dat dat niet betekent dat het huis van Oranje verdwijnt: "De familie wordt dan gewoon burger."

Historicus Van Cruyningen vraagt zich af of de rol van een president wel wenselijk is. "Je krijgt namelijk een figuur met een politieke achtergrond, terwijl het mooie van een koning juist is dat hij niet tot een bepaalde partij behoort. In een verdeeld land als Nederland ben ik bang dat je je nog meer strijd op de hals haalt als je presidentsverkiezingen gaat organiseren."

Rehwinkel denkt daar ook zo over: "In mijn hart ben ik misschien wel republikeins, maar ik zie het in deze gepolariseerde tijden niet snel gebeuren dat een president het vertrouwen krijgt van het het overgrote deel van de Nederlandse bevolking."

Volgens hem kunnen we onze energie beter richten op het moderniseren van de monarchie: "Dat gebeurt al. De koning is bijvoorbeeld niet meer aanwezig bij de kabinetsformatie. Wat mij betreft kunnen we aan de modernisering verder werken, zonder de monarchie af te schaffen."

V.l.n.r.: Peter Rehwinkel, Paul Bovend'Eert, Arnout van Cruyningen
Bron: EenVandaag
V.l.n.r.: Peter Rehwinkel, Paul Bovend'Eert, Arnout van Cruyningen

3. Met welk doel wordt het koningshuis aangehouden?

Historicus Van Cruyningen: "Ons huidige staatsbestel is mede gebaseerd op het idee dat het in een land met een veelheid aan partijen en religies fijn is om een koninklijk huis te hebben dat kan zorgen voor samenhang en stabiliteit. Het herinnert ons eraan dat we ondanks alle verschillen bij elkaar horen en een lange geschiedenis delen."

Rehwinkel denkt dat de monarchie een visitekaartje kan zijn: "Het koningshuis heeft een symboolfunctie, die ook in het buitenland tot de verbeelding spreekt, en die voor een president misschien lastiger te vervullen is."

Maar, benadrukt hij: "Dat een land stabiel is, lijkt mij niet een voortvloeisel van het al dan niet hebben van een monarchie. We leven nu in gepolariseerde tijden, ondanks onze monarchie. En dan zou je misschien verwachten dat er meer behoefte is aan een koningshuis, maar ook dat blijkt niet zo te zijn."

Steun voor de monarchie naar leeftijdsgroep

4. Zijn er andere landen die we als voorbeeld kunnen gebruiken, als we een andere staatsvorm willen?

"Bijna alle Europese landen waren eerst monarchieën", vertelt Paul Bovend'Eert. "Na de Eerste en Tweede Wereldoorlog zijn veel monarchieën republieken geworden." Met als meest recente voorbeeld Griekenland, voegt Rehwinkel daaraan toe. "Dat heeft eind jaren '60 afstand gedaan van haar monarchie, en blijkt op zich goed te functioneren als republiek."

Oostenrijk kan volgens Van Cruyningen genoemd worden als voorbeeld van een parlementaire republiek die minder geslaagd is. "Daar zijn veel problemen rond de verkiezing van de president. Een van de oud-presidenten had een dubieus oorlogsverleden, en later werd er bijna een extreemrechtse president gekozen."

Bovend'Eert schetst het meest voor de hand liggende beeld van Nederland, mochten wij overstappen op een republiek: "In dat geval is Duitsland waarschijnlijk het meest vergelijkbare voorbeeld van hoe het voor ons zou zijn. Zij zijn een republiek met een ceremoniële president, die vooral lintjes doorknipt. Dus niet een president die ook een regeringsleider is zoals in de Verenigde Staten."

5. Is er een vergelijking te maken tussen de kosten van het koningshuis en een presidentschap?

Over deze vraag zijn de meningen verdeeld. Bovend'Eert zegt dat de kosten voor een presidentschap veel lager zijn dan voor een koninklijk huis. "De Duitse president, bijvoorbeeld, krijgt een gewoon salaris, zijn echtgenote krijgt niks speciaals. Hij woont in een ambtswoning met wat personeel. Bovendien moet hij gewoon belasting betalen."

Van Cruyningen zegt juist dat een president hartstikke duur is: "Een president moet, net als een koning, ook de staat representeren op het hoogste niveau, bijvoorbeeld door reizen te maken naar het buitenland. Die heeft ook beveiliging nodig, en misschien zelfs meer dan een koning, omdat hij of zij een politieke achtergrond heeft." Ook benadrukt hij dat het organiseren van telkens weer nieuwe verkiezingen veel geld kost.

Rehwinkel verwijst naar onderzoek van de Belgische hoogleraar Herman Matthijs, die elk jaar in de kosten van Europese koningshuizen duikt. "Daaruit blijkt dat niet alle monarchieën hetzelfde kosten. Het Belgische en Deense koningshuis zijn bijvoorbeeld een stuk goedkoper dan het Nederlandse. En ook tussen republieken zijn er grote verschillen. De Franse president is erg duur - duurder dan het Nederlandse koningsschap - terwijl de Duitse president weer goedkoper is dan de Nederlandse monarchie."

Het is daarom belangrijk om te letten op de specifieke invulling van een staatsvorm, en om daar transparant over te zijn, vindt Rehwinkel.

info

EenVandaag Vraagt

In dit artikel zijn antwoorden verwerkt op vragen die zijn ingestuurd via EenVandaag Vraagt. Met EenVandaag Vraagt heb je invloed op wat we maken. Wil je meedoen? Download dan de Peiling-app van EenVandaag, ga dan naar 'Instellingen' en zet je notificaties voor EenVandaag Vraagt aan. Je vindt de vragen en antwoorden terug bij 'Doe mee'. De Peiling-app van EenVandaag is gratis te downloaden in de App Store of Play Store.

6. Hoe zou een afschaffing in de praktijk gaan, en hoe lang zou dat duren?

Van Cruyningen en Rehwinkel zien het niet snel gebeuren. "Het zou een een langdurig proces zijn, waarvoor de grondwet moet worden aangepast via allerlei herzieningen, die allemaal een tweederde meerderheid moeten krijgen in het parlement. Dat is in theorie mogelijk, maar daar zouden we minstens acht jaar over doen", zegt Van Cruyningen.

Rehwinkel: "Natuurlijk is het vertrouwen in de monarchie gedaald, maar kijk je nu naar echte voorstanders van de republiek, dan zijn dat er niet zoveel. Er zou waarschijnlijk een revolutie (zoals de Franse revolutie) of een staatsgreep (zoals in Griekenland eind jaren 60) moeten plaatsvinden, wil opeens een veel groter deel van de bevolking zich tegen het koningshuis keren.

Paul Bovend'Eert vindt dat onzin. "Er is geen staatsgreep of revolutie nodig. En de onwaarschijnlijkheid komt ook niet door ingewikkelde procedures." Het zit 'm in de politieke onwil van partijen, denkt hij. "Er is op dit moment geen draagvlak om over te stappen naar een republiek, veel partijen geven daar geen prioriteit aan, zoals ook lijsttrekker van GroenLinks-PvdA liet weten na het congres."

De voor- en nadelen van het Koningshuis (en of het kan verdwijnen)

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Hoe deze school ouders voorlichting moest geven over de Week van de Lentekriebels: 'Vertrouwen was weg'

Hoe deze school ouders voorlichting moest geven over de Week van de Lentekriebels: 'Vertrouwen was weg'
Basisschool De Regenboog in Amsterdam geeft ouders voorlichting over de Week van de Lentekriebels
Bron: EenVandaag

Ieder jaar laait de discussie rondom de voorlichtingsweek Lentekriebels weer op. Uit onderzoek van stichting Rutgers blijkt de helft van de scholen weerstand van ouders ervaart. Daarom licht deze Amsterdamse basisschool nu ook ouders jaarlijks voor.

De Week van de Lentekriebels is een jaarlijks terugkerend fenomeen waar kinderen van de basisschool relationele en seksuele vorming ontvangen. Hoe voelt het om verliefd te zijn? Hoe werkt je lichaam en wat verandert er in de pubertijd? Deze en andere vragen worden beantwoord. Deze week wordt georganiseerd door kennis- en expertisecentrum Rutgers. Ze vieren dit jaar het 20-jarig bestaan van de week.

Week van de Lentekriebels

Basisschool De Regenboog uit Amsterdam doet er al 20 jaar aan mee. Directeur Josien Branbergen heeft de week zien veranderen. "20 jaar geleden was het een ontspannen week met heel veel energie. We openden de week met ballonnen op het schoolplein met ouders en kinderen samen."

Het was heel positief en leuk, herinnert Branbergen zich. "Ik heb het zien veranderen. Naar veel bedachtzamer ermee omgaan, preutser. Ouders die meer kritische vragen komen stellen. Leerkrachten die het spannender vinden."

Bekijk ook

Tegengeluid van Civitas Christiana

"Met natuurlijk een climax 2 jaar geleden, waarbij er heel veel misinformatie op ouders afkwam, wat heel veel onzekerheid heeft veroorzaakt."

Daarmee doelt Branbergen op de kritiek die Rutgers ontvangt van Civitas Christiana, een ultraconservatieve stichting. Zij voert elk jaar een campagne tegen de Week van Lentekriebels.

Rechtszaak vanwege 'leugens en laster'

Rutgers zelf vindt dat de stichting 'leugens en laster' verspreidt en sleept de stichting dit jaar voor de rechter. 2 jaar geleden werd de informatie van deze stichting veel gedeeld op social media, wat zorgde voor veel onrust onder ouders op basisschool De Regenboog.

Zo ook bij Naomi Brom. "Op social media kwamen echt de meest verschrikkelijke plaatjes langs en de meest verschrikkelijke verhalen. Ik merkte dat ik daar heel onrustig van werd."

Bekijk ook

'Dit is 'too much''

Zij wilde niet dat haar kinderen dit te zien zouden krijgen. "Ik dacht: dit is 'too much'." Ze belde naar school en zei tegen de directrice dat ze haar kinderen in de Week van de Lentekriebels thuis wilde houden.

De directeur besluit alle kritische ouders voor een gesprek op school uit te nodigen. Branbergen: "Ik denk dat we daar twintig ouders hadden zitten, wat natuurlijk dan toch een kleine groep is, maar een groep die veel onrust veroorzaakt, dus voor ons voelde het heel erg groot."

Beïnvloed door social media

De directrice merkte dat de ouders veel aannames deden op basis van berichten op social media. "Het vraagmoment was weg. 'Hey, ik lees dit, hoe zit dat? Doen jullie dat?'. Dus het vertrouwen dat we altijd met elkaar hadden was weg en dat voelde heel erg naar."

Maar in dat gesprek werd er voor Naomi veel duidelijk. "Ze lieten ons het lesmateriaal zien, de docenten waren erbij en vertelden: 'Wij kennen onze kinderen, wij kennen jullie.'"

Bekijk ook

'Het heeft me heel erg diep geraakt'

"En wat mij toen heel erg heeft geraakt was de emotie van een van de juffrouwen", gaat Naomi verder. "Zij gaf aan: 'Het raakt mij dat jullie wel je kinderen aan ons toevertrouwen, maar niet vertrouwen dat wij dit onderwijs op een juiste manier geven.'"

"Het heeft me heel erg diep geraakt", bevestigt leerkracht Yersika Magdalena. "Ik was er weken mee bezig, nam het mee naar huis. Het koste heel veel energie, want we moesten alles weerleggen en er waren mails. Het ging ook ten koste van de tijd die we aan de kinderen moeten geven met lesgeven, want we waren alleen maar daarmee bezig."

'We denken veel meer na'

De ophef kwam voor Magdalena ook ontzettend onverwacht: "We deden het al 18 jaar. Niemand heeft er ooit wat van gezegd." Daarom is de school ook na dat heftige jaar gewoon doorgegaan met de Week van Lentekriebels. "Het is wel allemaal goedgekomen, het vertrouwen is terug."

Toch merkt Branbergen dat de leerkrachten minder onbevangen de lessen geven. "Dat we veel meer nadenken: 'Wat kan ik wel zeggen? Wat kan ik niet zeggen? Ik wil niemand voor de borst stoten. Ik wil dat iedereen zich gehoord voelt op zijn eigen manier.' Dus we denken er veel harder over na dan 20 jaar geleden."

Bekijk ook

Geen foto's en filmmateriaal

Dat betekent dat sommige dingen zijn veranderd. "We doen nog steeds de inhoud zoals we 'm 20 jaar geleden ook deden. Want daar staan we voor", zegt de directeur stellig.

"Maar sommig beeldmateriaal gebruiken we niet meer omdat het te expliciet zou zijn. We hebben eigenlijk alleen nog maar getekend materiaal. We gebruiken geen foto's en filmmateriaal. Dat is echt een verandering."

'Zolang de inhoud maar overeind blijft'

Dat vindt de directeur jammer. "Maar wat voor mij het allerbelangrijkst blijft, is dat we de inhoud goed kunnen bespreken met kinderen. Dat kinderen goed voorgelicht deze maatschappij ingaan. En juist nu, dus aan de inhoud doen we geen concessies."

"En als dat betekent dat we in de vorm af en toe concessies moeten doen, vind ik dat heel naar. Maar zolang de inhoud maar overeind blijft", zegt directeur Branbergen tot slot.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Tweede Kamer wil niet wachten op minister, NSC en GroenLinks-PvdA komen zelf met plannen om WIA-fouten te herstellen

Tweede Kamer wil niet wachten op minister, NSC en GroenLinks-PvdA komen zelf met plannen om WIA-fouten te herstellen
Minister Van Hijum tijdens een debat in de Tweede Kamer over onjuiste berekeningen van WIA-uitkeringen door het UWV
Bron: ANP

De herstelactie voor fouten bij het UWV schiet tekort, vinden NSC en GroenLinks-PvdA. Beide partijen presenteren vandaag een uitgebreider plan om de problemen met arbeidsongeschiktheidsuitkeringen aan te pakken.

"De eerste stap is nu gezet, maar dat is voor mij echt onvoldoende", zegt NSC-Tweede Kamerlid Ilse Saris. "Mensen moeten krijgen waar ze recht op hebben. Dat betekent dat gemaakte fouten moeten worden hersteld."

Alle fouten herstellen

En dan niet alleen de administratieve fouten, benadrukt Saris. "Ook de sociaal-medische beoordelingen. Niet alleen over de periode 2020 tot 2024, maar ook fouten van daarvoor." Daarnaast moet volgens haar de schade die mensen hebben geleden, worden gecompenseerd.

De partij is dan ook van plan om deze uitbreiding bij de voorjaarsnota-onderhandelingen te bespreken met de andere coalitiepartijen. "Wij willen hier echt voor strijden." Om hoeveel mensen het gaat en hoeveel extra geld het kost om het plan te realiseren, is onduidelijk, zegt het NSC-Kamerlid.

info

Problemen bij het UWV

Sinds vorig jaar onderzoeken EenVandaag en het AD problemen bij het UWV. Het gaat onder andere om fouten bij de sociaal-medische beoordelingen en rekenfouten bij de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen.

De onthullingen leidden tot ingrijpen door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Eddy van Hijum (NSC). Hij was verrast door de berichtgeving en kondigde onderzoeken aan naar het functioneren van de uitkeringsinstantie. En een herstelactie voor gedupeerden.

Maar die herstelactie blijft beperkt. Alleen fouten bij daglonen bij de WIA tussen 2020 en 2024 worden meegenomen. Andere fouten, bijvoorbeeld bij medische beoordelingen of bij andere uitkeringen zoals de Wajong, worden niet bekeken en dus ook niet hersteld.

Snelle compensatie: 5.000 euro

"Wij willen dat mensen nu zo snel mogelijk zekerheid krijgen", zegt Kamerlid voor GroenLinks-PvdA Mariëtte Patijn. "Dat betekent dat er voor mensen die te weinig hebben gekregen een goede compensatieregeling moet komen."

Die compensatieregeling zou volgens haar uit een keuze moeten bestaan: het UWV rekent het hele dossier door, óf iemand kiest voor een snellere optie van 5.000 euro uitbetaling. "En mensen die juist te veel hebben gekregen, moeten de zekerheid hebben dat ze geen terugvordering krijgen."

'Mensen hebben er recht op'

En dat is niet het enige. Ook als iemands uitkering in de toekomst naar beneden wordt bijgesteld, moet volgens GroenLinks-PvdA rekening worden gehouden met de persoonlijke situatie. Daarnaast moeten mensen van voor 2020 aanspraak kunnen maken op de 5.000 euro als er fouten zijn gemaakt.

"Maar we moeten niet beloven dat we voor hen alles in detail gaan uitrekenen. Want dat lukt misschien helemaal niet", zegt Patijn. Wel moeten geconstateerde fouten in de periode van voor 2020 worden rechtgezet. "Dat gaat lang duren, maar mensen hebben er recht op."

Bekijk ook

Tienduizenden dossiers wachten nog

Met hun plannen pleiten NSC en GroenLinks-PvdA voor een bredere herstelactie die sneller én zorgvuldig wordt afgehandeld. Maar de minister en het UWV lieten eerder weten dat elke uitbreiding ten koste zou gaan van de reguliere werkzaamheden.

Voor de huidige herstelactie worden namelijk al zo'n 43.000 dossiers opnieuw bekeken door een speciaal opgericht team.

Heel veel extra dossiers

Vorige week bleek bovendien uit de bijlagen van een Kamerbrief dat er nog 8.000 dossiers bij zouden kunnen komen van arbeidsongeschikten van wie de uitkering is beëindigd of toegekend tussen 2020 en 2024.

Daarnaast zijn er nog 28.000 dossiers met vastgestelde fouten, bijvoorbeeld bij de indexering, die nog gecorrigeerd moeten worden, blijkt uit hetzelfde document.

Bekijk ook

'Werkdruk geen excuus'

Maar volgens NSC-Kamerlid Saris is de werkdruk bij het UWV geen excuus om mensen niet te helpen. "De overheid dient zich aan de wet te houden, mensen dienen zich aan de wet te houden en fouten moeten gewoon worden hersteld."

Ook GroenLinks-PvdA-Kamerlid Patijn denkt dat haar plan uitvoerbaar is. "Wij denken dat het minder complex is, want je hoeft niet helemaal uit te gaan rekenen wat mensen krijgen. Dit komt in de plaats van wat het UWV nu aan het doen is. En mensen kunnen daardoor sneller geholpen worden en dus uit die onzekerheid komen."

Minister onder druk van eigen partij

De plannen van beide partijen kosten geld, mogelijk heel veel geld. De verantwoordelijk minister Van Hijum is zelf NSC'er en krijgt van zijn eigen partij een stevige opdracht mee. Hij moet op zoek naar het geld om de plannen uit te voeren, maar waar dat vandaan moet komen is onduidelijk.

Wat Saris betreft hoort het bij de gemaakte afspraken dat dit geregeld wordt. "Er moet heel veel gebeuren, maar in het regeerakkoord hebben we afgesproken dat wij het wel willen. En daar houd ik mijn regeringspartijen aan. Ook mijn minister."

De Tweede Kamer wil niet wachten op de minister, NSC en GroenLinks-PvdA komen zelf met WIA-herstelplannen

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant