In het nieuwe schooljaar leerlingen niet alleen naar naam en leeftijd, maar ook naar hun genderidentiteit vragen. Is dat bevrijdend of zorgt het voor spanningen? Op het Roland Holstcollege in Hilversum zijn ze er deze week mee begonnen.
Daryo Stamato is docent maatschappijleer en deelt op de eerste schooldag aan klas havo 4 stickers uit waar de leerlingen behalve hun naam en leeftijd ook gevraagd wordt in te vullen of ze met hij, zij of hen aangesproken willen worden.
'Opening tot gesprek'
"Het is niet verplicht, maar het gaat er wel om dat leerlingen de ruimte hebben om als zij iets willen laten weten, zij dat kunnen laten weten. De vraag stellen is in ieder geval een opening tot een gesprek", zegt Stamato.
Ook bij de toiletten wordt rekening gehouden met genderidentiteit. Een logische keuze volgens rector René Karman. "We willen graag dat kinderen een tien kunnen halen. Maar nog belangrijker, dat zij zich een tien kunnen voelen. En daar past dit wel in. We willen dat elk kind zichzelf kan zijn en zich thuis kan voelen op deze school."
Genderinclusiviteit op meerdere scholen
"Iedereen op school moet de vrijheid voelen om te kunnen zijn wie ze zijn, zonder zich daarvoor te hoeven schamen of te verantwoorden. Daarom vieren we hier ook op school Paarse Vrijdag: een dag dat iedereen in het paars gekleed gaat om te laten zien dat ze open staan voor LHBTI+", vertelt Karman. De school won vorig jaar nog de Gooische Rainbow Award voor hun inzet.
Het Roland Holst College is niet de enige school die zich inzet voor genderinclusiviteit. Twee docenten van het Stedelijk Gymnasium in Utrecht pleitten in Trouw ook voor het bespreken van de genderidentiteit bij de start van het nieuwe schooljaar. En het Transgender Netwerk Nederland schreef een GenderDoeBoek voor Scholen, dat handvatten geeft om met genderdiversiteit op school om te gaan.
Bekijk ook
'Bezorgd dat ouders afhaken'
Maar gaan we nu niet een beetje te hard door nu ook leerlingen te vragen naar hun genderidentiteit, vraagt sociaal-wetenschapper Laurens Buijs van de Universiteit van Amsterdam zich af.
"De trend dat scholen zich bezighouden met dat niet iedereen in een hokje man of vrouw past - en hoe we daarmee omgaan - vind ik heel goed. Maar ben bezorgd dat dit tot verdere polarisatie kan leiden als we dit overhaast landelijk zouden uitrollen. Dat er dan een groep ouders is die zegt: hier haak ik af, ik doe hier niet aan mee en haal mijn kinderen van school. En dan zijn we nog verder van huis."
Polarisatie
Buijs ziet veel polarisatie in het debat over genderinclusiviteit. In Nederland, maar ook wereldwijd. "Een grote groep in de samenleving zegt: ik volg dit niet, dit is onzin. Maar mensen voelen zich dan weggezet als seksist of homofoob. Terwijl ze niet snappen waarom."
"Ze hebben het idee door een hoepeltje te moeten springen van de politiek correcte elite. Daar maak ik me zorgen over. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat de maatregelen die we nemen ook gedragen worden door de bevolking?"
Bekijk ook
'We moeten erover blijven praten'
Ook Stamato maakt zich zorgen over de toenemende polarisatie. "Maar juist daarom is het zo belangrijk erover te blijven praten. In mijn lessen leg ik niemand iets op, iedereen is vrij om te antwoorden of te zwijgen."
"Het is niet alleen een vraag gericht aan leerlingen die niet in een hokje man of vrouw passen. Je mag natuurlijk ook aangeven dat je juist een man of vrouw bent. Ik wil de vragen kunnen stellen. Als signaal dat iedereen erbij hoort en iedereen weet dat hij, zij of hen er mag zijn", vertelt de docent.
'Hoop dat hen net zo ingeburgerd is als hij of zij'
Stamato kijkt met hoopvolle blik naar Zweden, waar het voornaamwoord 'hen' inmiddels totaal is ingeburgerd. "Daar was in de jaren 60 al debat over het invoeren van het genderloze voornaamwoord. De Zweden lieten zich inspireren door het Fins, een taal die helemaal geen onderscheid maakt tussen mannelijke en vrouwelijke voornaamwoorden."
"Zo'n 20 jaar geleden brak het voornaamwoord 'hen' in Zweden echt door, en dat kwam door het kinderboek 'Kivi en de monsterhond', waarin de schrijver aan Kivi refereert met het woord hen. Nu weet iedereen in Zweden niet beter. Ik hoop dat 'hen' over een paar jaar ook voor elke Nederlander net zo gewoon is als het gebruik van hij of zij."
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.