radio LIVE
meer NPO start

Huishoudelijke hulp die geen Nederlands spreekt vraagt iets extra's van cliënten, maar Wilma (68) is positief

Huishoudelijke hulp die geen Nederlands spreekt vraagt iets extra's van cliënten, maar Wilma (68) is positief
Bron: EenVandaag

Een oplossing voor het personeelstekort is om Wmo-hulpen in te zetten die geen Nederlands spreken. Zeven gemeenten in 't Gooi willen hier een proef mee doen. Wilma uit Assen heeft er ervaring mee en is positief.

Steeds meer gemeenten hebben een groeiende wachtlijst voor inwoners die huishoudelijke hulp nodig hebben via de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Wilma krijgt daar hulp van de Peruaanse Carolina en vindt het een goed idee.

'Goed idee'

"De kraan is altijd nog wel even een dingetje. Dat is een mengkraan", vertelt Wilma Ouderdorp van den Berg (68). Vanwege een operatie aan een verzakking kreeg ze huishoudelijke hulp, via de Wmo in haar gemeente Assen. Haar man is slechtziend en slecht ter been. Wilma heeft recht op 2 uur hulp per week, die ze krijgt van de Peruaanse Carolina, toevallig vandaag niet.

Carolina spreek haast geen Nederlands. "Dat is dan even kijken van oké, hoe moeilijk zal het zijn? Maar ik vind het een goed idee om het zo te doen", vertelt Wilma. Bij Wilma leidt het soms tot grappige momenten: Carolina wil liever niet het badmatje uit het raam uitkloppen, omdat ze bang was dat de buren boos zijn. Maar dat hoeft natuurlijk geen cultuurdingetje te zijn, vertelt Wilma.

Bekijk ook

Een afspraak maken

Wilma werd gevraagd of ze het zag zitten om een niet-Nederlandse sprekende hulp te krijgen. Maar had ze 'nee' gezegd, dan had ze nog op de wachtlijst gestaan, denkt ze. "Misschien had ik dan helemaal geen hulp gekregen. Het is moeilijk om te krijgen", vertelt ze.

Maar even praktisch: hoe verloopt de communicatie? "Het kost soms iets meer moeite", vertelt Wilma. Om via Whatsapp tot een afspraak te komen, bijvoorbeeld. Dan spreken ze nog weleens langs elkaar heen.

Moeilijke woorden

Ook bij de administratie vraagt de taalbarrière iets extra's, ziet Jettie van der Helm van zorgaanbieder Thuisgenoten. 20 procent van hun schoonmaaksters kan niet of nauwelijks Nederlands.

In de cliëntenmap van Thuisgenoten staan bijvoorbeeld alle afspraken tussen cliënten en de medewerker. En daar staat dingen in die moeilijk te begrijpen zijn als je de taal niet spreekt. 'Afzuigkap reinigen binnenzijden, niet vaatwasserbestendig'. "Dat is dus erg lastig." Thuisgenoten merkt dat de animo voor een anderstalige hulp wisselend is. De organisatie maakt mee dat mensen uberhaupt geen hulp van buitenlandse komaf willen, ook al spreekt deze Nederlands.

Bekijk ook

Contracten aangepast

De administratieve druk op kantoor wordt dus groter door de inzet van de niet-Nederlandstalige hulpen. Maar toch is de gemeente Assen heel tevreden over inzet van anderstaligen. Wachtlijsten verdwenen en bijvoorbeeld Oekraïense vluchtelingen in de gemeente kunnen aan het werk.

De contracten met de zorgaanbieders zijn inmiddels aangepast, zegt woordvoerder Laurent Dwarshuis van de gemeente. "We hebben eruit gehaald dat iemand goed Nederlands moet beheersen. Maar we hebben het wel zo geregeld dat we het er met mensen over hebben, of ze ervoor openstaan." Mensen die het niet zien zitten, moeten mogelijk langer wachten.

Signaleringsfunctie

Meerdere gemeenten willen dit nu ook gaan doen. Maar er is aarzeling over de zogenoemde signaleringsfunctie. Dat wil zeggen dat huishoudelijke hulp ook bij mensen thuis kunnen zien of het goed gaat met een cliënt. Dat zouden anderstaligen minder goed kunnen.

"Signaleren van problemen bij cliënten gaat natuurlijk over het zien van wat er in huis gebeurt", vertelt Dwarshuis. "Ze hebben bijvoorbeeld soms wel andere referentiekades als ze uit een ander land komen waar de zorg anders is ingericht. Dus het is wel goed dat we het gesprek aangaan over wat we in Nederland goede zorg vinden en wat we nog acceptabel vinden. Daar moet je het met elkaar over hebben."

Luisteren

Verslaggever Laura Kors op bezoek bij Wilma Ouderdrop van den Berg over de anderstalige hulp

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Vuurwerkverbod grote klap voor handelaren, ook voor Hans: 'Weet niet wat ik nu ga doen'

Het was lang een discussiepunt in Den Haag, maar nu komt het er hoogstwaarschijnlijk toch: een vuurwerkverbod. Voor vuurwerkhandelaren is het een grote klap, zo ook voor Hans Schram uit Castricum. "Ik dacht dat ik veilig zat voor de komende jaren."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Kun je jongeren digitaal beschermen door al hun gegevens te wissen? 'Niet hoe het internet werkt'

Kun je jongeren digitaal beschermen door al hun gegevens te wissen? 'Niet hoe het internet werkt'
De populaire videoapp TikTok op een smartphone
Bron: ANP

NSC en ChristenUnie pleiten voor een zogenaamde rode knop om jongeren digitaal beter te beschermen. Waarmee met één druk op de knop, al jouw online gegevens in één keer worden verwijderd. De vraag is of dat gaat werken.

Jongeren moeten beter beschermd worden op het internet. Dat is de boodschap die Don Ceder van de ChristenUnie en Jesse Six Dijkstra van NSC aan de Tweede Kamer duidelijk willen maken. "Voordat je achttien bent, zijn er verschillende online profielen van je gemaakt."

Cookies slaan alles op

"Onze persoonlijke gegevens worden opgeslagen door cookies', zegt Lotje Beek, beleidsadviseur bij Bits of Freedom. "Cookies zijn een soort bestandjes die op een website zitten, en vervolgens vanaf de website terug gaan naar je computer'', legt ze uit. "Hierdoor houden ze bij wat jij online doet, op welke dingen je klikt, en voor hoelang."

"Deze informatie wordt vervolgens opgeslagen door bedrijven zoals Meta en Google. Op basis hiervan schetsen ze jouw persoonlijk profiel", vervolgt Beek. "Ze weten hierdoor precies welke boodschap ze aan jou kunnen meegeven, bijvoorbeeld om iets te kopen op het internet. Hierdoor verlies je de autonomie."

Bekijk ook

Persoonlijke online profiel

"Middels een online profiel kunnen bedrijven jou opdelen in bepaalde categorieën", vertelt cyberexpert Dave Maasland. "Bijvoorbeeld op interessegebied, leeftijdscategorie en of je man of vrouw bent. Dat kan heel gedetailleerd gaan."

"Maar dat gebeurt niet alleen via cookies", maakt hij duidelijk. "Ook je mobiele apparaat slaat informatie op. Het belangrijkst is dat mensen beseffen dat als je digitale voetsporen achterlaat, je snel persoonlijke informatie vrijgeeft."

Kansongelijkheid voor jongeren

Volgens NSC en ChristenUnie kunnen digitale profielen negatieve gevolgen hebben en leiden tot kansenongelijkheid. Ook beleidsadviseur Beek kan zich hierin vinden. "Vacatures voor mannelijke beroepen worden voor 90 procent vaker aan mannen laten zien, blijkt uit onderzoek van het College van de Rechten voor de Mens. Vrouwen zien weer vaker vacatures voor kappersopleidingen, waardoor zij vacatures als monteurs bijvoorbeeld missen. Dit levert minder kansen op en verdeelt de samenleving."

Ook cybersecurity-expert Maasland ziet problemen. "Als eenmaal iets op het internet staat, zal deze informatie niet snel verdwijnen. Bijvoorbeeld fanatieke berichten over je voetbalclub, of een boze reactie naar een leraar, die kunnen later altijd weer opduiken. Tijdens een ruzie of een sollicitatie bijvoorbeeld," legt hij uit.

Bekijk ook

'Niet hoe het internet werkt'

Precies hier zit volgens Maasland ook de crux. "De informatie op het internet staat altijd ergens opgeslagen, zelfs met een mooie rode knop. Hoe graag we ook een makkelijke oplossing willen, dit is niet hoe het internet werkt."

Desondanks vinden beide experts het goed dat NSC en ChristenUnie dit onderwerp onder de aandacht brengen. "Jongeren moeten beter beschermd worden op het internet, maar we moeten in deze fase vooral kijken naar de voorkant," vervolgt Maasland. "Kinderen moeten weten dat het belangrijk is om na te denken wát je plaatst op het internet. De oplossing zit in meer educatie en mediabewustzijn. Niet bij een magische knop."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant