radio LIVE tv LIVE
meer NPO start

Hoe is het nu met gevluchte Oekraïners in Nederland? Sommigen gingen terug, anderen proberen hier nieuw leven op te bouwen

Hoe is het nu met gevluchte Oekraïners in Nederland? Sommigen gingen terug, anderen proberen hier nieuw leven op te bouwen
Sascha en zijn kinderen, Ludmilla en Zoryana (van links naar rechts)
Bron: EenVandaag

Sinds het begin van de oorlog bijna 2 jaar geleden meldden meer dan 100.000 Oekraïners zich als vluchteling in Nederland. Hoe is het nu met deze mensen? De een probeert hier een leven op te bouwen. De ander ging na een tijdje toch terug naar Oekraïne.

Drie Oekraïense gezinnen vertellen over hun aankomst in Utrechtse Woudenberg en wat er daarna gebeurde.

Sascha en Nadiia proberen hier een nieuw leven op te bouwen

Sascha en Nadiia
Bron: EenVandaag
Sascha, Nadiia en hun twee zoons Roman en Yaroslav

Vrachtwagenchauffeur Sascha was op het moment dat de oorlog uitbrak in Nederland. Met hulp uit Woudenberg kon hij zijn vrouw Nadiia en hun zoons Roman en Yaroslav ophalen. Zij waren toen net in Polen aangekomen. "We dachten dat de oorlog maar zo'n 2 of 3 maanden zou duren", vertelt Nadiia. Het gezin woont nu via de gemeente in een huisje op een vakantiepark.

"In het begin was het moeilijk, maar nu zijn we eraan gewend", vertelt Sascha. "We willen hier een leven opbouwen, opnieuw beginnen." Hij werkt nog steeds als vrachtwagenchauffeur, maar maakt minder lange ritten. "We zijn vaker samen thuis. Toen ik nog in Oekraïne werkte zat ik veel op de weg in Europa."

Zorgen om kinderen

De kinderen hebben inmiddels ook hun draai gevonden, merkt Sascha. "In het begin vonden ze het heel moeilijk, maar nu maken ze nieuwe vrienden. Ze ontmoeten hier ook veel kinderen uit Oekraïne." Nadiia is in verwachting van hun derde kind en hun jongste zoon Yaroslav gaat naar een Nederlandse basisschool. "Het is moeilijk nu het gezin groter wordt, we zouden meer stabiliteit willen hebben."

Ook over hun oudste zoon Roman maken ze zich zorgen, vertelt Sascha. Want nu hij 17 is, zou hij zich officieel moeten melden bij het Oekraïense leger. "Iedereen wordt nu het leger in gestuurd, zelfs kinderen van 17 en 18 jaar. Ze willen dat iedereen terugkeert."

Bekijk ook

Beschimpt

Nu de oorlog bijna 2 jaar duurt, ontstaat er een tweedeling, ziet Sascha. Tussen de mensen die weggingen en de mensen die bleven, vertelt hij. "Kennissen van ons woonden hier zo'n 1,5 jaar en gingen toen terug naar Oekraïne. Ze worden daar uitgejouwd en beschimpt omdat ze gevlucht waren, en hun land 'in de steek hadden gelaten'."

Sascha vertelt dat ze proberen om van dag tot dag te leven, omdat de situatie zo onzeker is. "We hopen dat de oorlog snel voorbij is. Maar als je er logisch naar kijkt, dan zal het niet snel eindigen", zegt hij. "We zouden graag terug willen naar Oekraïne, want het is ons land, ons thuis. Maar we weten niet of het kan. We hopen erop, maar proberen tegelijk hier een nieuwe toekomst op te bouwen."

Ludmilla leeft voor haar gevoel tussen Oekraïne en Nederland in

Ludmilla
Bron: EenVandaag
Ludmilla worstelt ermee dat ze haar moeder en zoon moet missen

"Er klonk een luchtalarm en we gingen schuilen in de kelder van een ziekenhuis", herinnert Ludmilla zich het uitbreken van de oorlog. "Ik besloot om niet te wachten tot het erger werd." Ze vluchtte met haar moeder Galina en zoon Vlad en kwam terecht bij een gastgezin in Woudenberg. "We werden goed ontvangen maar waren bang. We wisten niet wat we moesten doen en spraken de taal niet."

Ludmilla's moeder Galina besloot al vrij snel om terug te gaan naar Oekraïne. "Ze was bang dat haar huis geplunderd zou worden en kon niet wennen aan het leven hier. Ze maakte zich zorgen over haar kippen", vertelt Ludmilla.

'Ik huil dag en nacht'

Zelf vond ze al snel werk in Nederland, eerst bij een slachthuis en later als schoonmaker in een hotel. "Maar dan zat Vlad de hele dag thuis, terwijl hij eigenlijk naar school moest", vertelt Ludmilla. "Hij was de hele dag verdrietig en wilde niet naar buiten." Uiteindelijk besloot ze dat het beter was dat ook haar zoon terug zou gaan naar Oekraïne, zodat hij daar zijn middelbare school kon afmaken.

"Ik vind het heel moeilijk dat hij weg is. Ik huil dag en nacht." Toch is teruggaan naar Oekraïne voor haar geen optie, vertelt ze. "Ik had een eigen bloemenzaak en verdiende goed, maar door de oorlog was ik in één klap alles kwijt." Haar zakenpartner gaf alle bedrijfswagens aan het leger en meldde zich aan om te gaan vechten. "De situatie is nu heel onzeker dus je kunt niks opbouwen."

Bekijk ook

Oorlogsmoe

Ook haar broer meldde zich vlak na het uitbreken van de oorlog bij het leger. "Hij was nooit in dienst geweest, wist niet hoe hij z'n wapen moest vasthouden. Na 2 weken training werd hij naar het front gestuurd", zegt ze. "In mei is hij gesneuveld." Haar broer liet drie kinderen achter.

Ludmilla hoopt dat Vlad na zijn middelbare school weer naar Nederland komt. "Ik wil hem ophalen voordat hij 18 wordt, want daarna kan het niet meer", vertelt ze. "Wat als mijn enige zoon ten strijde zou trekken? God verhoede dat hij daar geraakt zou worden." Ze vertelt dat meer mensen inmiddels oorlogsmoe zijn. "Er zijn al zoveel mensen gestorven, iedereen wacht op onderhandelingen."

Zoryana keerde terug naar Oekraïne

Zoryana
Bron: EenVandaag
Zoryana woont en werkt inmiddels weer in Lviv

"Veel Oekraïners geloofden niet dat de oorlog echt zou uitbreken. Het was heel onwerkelijk toen het begon", vertelt Zoryana. "Niemand wist wat ze moesten doen. Ik rende naar de winkel om water te kopen. Maar er was al bijna geen water meer, omdat iedereen probeerde voorraden in te slaan."

Ze besloot in eerste instantie te blijven. "Toen de invasie begon probeerden miljoenen Oekraïners te vluchten naar Europa. Veel van hen kwamen eerst naar Lviv, waar ik woonde. Ik wilde deze mensen helpen en was heel blij dat ik sommigen een plek kon geven in mijn appartement", zegt ze. Toen de stroom vluchtelingen afnam besloot ze toch te vluchten, naar een kennis in Nederland.

'Pijn in mijn hart'

"Het was heel vredig bij Ben en Marika, mijn gastgezin", vertelt Zoryana. "Maar ondanks dat het heel mooi was en de Nederlanders heel vriendelijk waren, had ik diep in mijn hart veel pijn en verdriet voor mijn volk en mijn land. Ik wilde en moest terug om te helpen."

Ze werkt nu als officemanager en doet veel vrijwilligerswerk, onder meer bij een gaarkeuken waar maaltijden voor de soldaten gemaakt worden. Hoewel dit voor haar een goede keuze was, begrijpt ze dat niet iedereen teruggaat. "Iedereen maakt z'n eigen keuzes en elke keuze is goed, of mensen nu blijven of weggaan."

Bekijk ook

'Moed erin houden'

Hoewel het dagelijks leven enigszins is hersteld in Lviv, is de oorlog nooit ver weg. "Op 15 februari was er nog een raketaanval in de ochtend. Daarbij is gelukkig niemand overleden", vertelt Zoryana. "We proberen vol te houden. Als we toegeven aan alle pijn en het verdriet en gaan zitten huilen, dan zullen we nooit winnen."

Het wordt wel steeds moeilijker. "In het begin zat iedereen vol adrenaline, het was een noodsituatie en iedereen hielp elkaar. Maar na 2 jaar willen mensen natuurlijk ook doorgaan met hun leven. Veel mensen zijn moe, er is geen hoop en geen vrede." Toch geeft ze niet op. "We moeten de moed erin houden. We blijven ons best doen om dichter bij de overwinning te komen."

Hoe is het nu met gevluchte Oekraïners in Nederland?

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Hoe deze school ouders voorlichting moest geven over de Week van de Lentekriebels: 'Vertrouwen was weg'

Hoe deze school ouders voorlichting moest geven over de Week van de Lentekriebels: 'Vertrouwen was weg'
Basisschool De Regenboog in Amsterdam geeft ouders voorlichting over de Week van de Lentekriebels
Bron: EenVandaag

Ieder jaar laait de discussie rondom de voorlichtingsweek Lentekriebels weer op. Uit onderzoek van stichting Rutgers blijkt de helft van de scholen weerstand van ouders ervaart. Daarom licht deze Amsterdamse basisschool nu ook ouders jaarlijks voor.

De Week van de Lentekriebels is een jaarlijks terugkerend fenomeen waar kinderen van de basisschool relationele en seksuele vorming ontvangen. Hoe voelt het om verliefd te zijn? Hoe werkt je lichaam en wat verandert er in de pubertijd? Deze en andere vragen worden beantwoord. Deze week wordt georganiseerd door kennis- en expertisecentrum Rutgers. Ze vieren dit jaar het 20-jarig bestaan van de week.

Week van de Lentekriebels

Basisschool De Regenboog uit Amsterdam doet er al 20 jaar aan mee. Directeur Josien Branbergen heeft de week zien veranderen. "20 jaar geleden was het een ontspannen week met heel veel energie. We openden de week met ballonnen op het schoolplein met ouders en kinderen samen."

Het was heel positief en leuk, herinnert Branbergen zich. "Ik heb het zien veranderen. Naar veel bedachtzamer ermee omgaan, preutser. Ouders die meer kritische vragen komen stellen. Leerkrachten die het spannender vinden."

Bekijk ook

Tegengeluid van Civitas Christiana

"Met natuurlijk een climax 2 jaar geleden, waarbij er heel veel misinformatie op ouders afkwam, wat heel veel onzekerheid heeft veroorzaakt."

Daarmee doelt Branbergen op de kritiek die Rutgers ontvangt van Civitas Christiana, een ultraconservatieve stichting. Zij voert elk jaar een campagne tegen de Week van Lentekriebels.

Rechtszaak vanwege 'leugens en laster'

Rutgers zelf vindt dat de stichting 'leugens en laster' verspreidt en sleept de stichting dit jaar voor de rechter. 2 jaar geleden werd de informatie van deze stichting veel gedeeld op social media, wat zorgde voor veel onrust onder ouders op basisschool De Regenboog.

Zo ook bij Naomi Brom. "Op social media kwamen echt de meest verschrikkelijke plaatjes langs en de meest verschrikkelijke verhalen. Ik merkte dat ik daar heel onrustig van werd."

Bekijk ook

'Dit is 'too much''

Zij wilde niet dat haar kinderen dit te zien zouden krijgen. "Ik dacht: dit is 'too much'." Ze belde naar school en zei tegen de directrice dat ze haar kinderen in de Week van de Lentekriebels thuis wilde houden.

De directeur besluit alle kritische ouders voor een gesprek op school uit te nodigen. Branbergen: "Ik denk dat we daar twintig ouders hadden zitten, wat natuurlijk dan toch een kleine groep is, maar een groep die veel onrust veroorzaakt, dus voor ons voelde het heel erg groot."

Beïnvloed door social media

De directrice merkte dat de ouders veel aannames deden op basis van berichten op social media. "Het vraagmoment was weg. 'Hey, ik lees dit, hoe zit dat? Doen jullie dat?'. Dus het vertrouwen dat we altijd met elkaar hadden was weg en dat voelde heel erg naar."

Maar in dat gesprek werd er voor Naomi veel duidelijk. "Ze lieten ons het lesmateriaal zien, de docenten waren erbij en vertelden: 'Wij kennen onze kinderen, wij kennen jullie.'"

Bekijk ook

'Het heeft me heel erg diep geraakt'

"En wat mij toen heel erg heeft geraakt was de emotie van een van de juffrouwen", gaat Naomi verder. "Zij gaf aan: 'Het raakt mij dat jullie wel je kinderen aan ons toevertrouwen, maar niet vertrouwen dat wij dit onderwijs op een juiste manier geven.'"

"Het heeft me heel erg diep geraakt", bevestigt leerkracht Yersika Magdalena. "Ik was er weken mee bezig, nam het mee naar huis. Het koste heel veel energie, want we moesten alles weerleggen en er waren mails. Het ging ook ten koste van de tijd die we aan de kinderen moeten geven met lesgeven, want we waren alleen maar daarmee bezig."

'We denken veel meer na'

De ophef kwam voor Magdalena ook ontzettend onverwacht: "We deden het al 18 jaar. Niemand heeft er ooit wat van gezegd." Daarom is de school ook na dat heftige jaar gewoon doorgegaan met de Week van Lentekriebels. "Het is wel allemaal goedgekomen, het vertrouwen is terug."

Toch merkt Branbergen dat de leerkrachten minder onbevangen de lessen geven. "Dat we veel meer nadenken: 'Wat kan ik wel zeggen? Wat kan ik niet zeggen? Ik wil niemand voor de borst stoten. Ik wil dat iedereen zich gehoord voelt op zijn eigen manier.' Dus we denken er veel harder over na dan 20 jaar geleden."

Bekijk ook

Geen foto's en filmmateriaal

Dat betekent dat sommige dingen zijn veranderd. "We doen nog steeds de inhoud zoals we 'm 20 jaar geleden ook deden. Want daar staan we voor", zegt de directeur stellig.

"Maar sommig beeldmateriaal gebruiken we niet meer omdat het te expliciet zou zijn. We hebben eigenlijk alleen nog maar getekend materiaal. We gebruiken geen foto's en filmmateriaal. Dat is echt een verandering."

'Zolang de inhoud maar overeind blijft'

Dat vindt de directeur jammer. "Maar wat voor mij het allerbelangrijkst blijft, is dat we de inhoud goed kunnen bespreken met kinderen. Dat kinderen goed voorgelicht deze maatschappij ingaan. En juist nu, dus aan de inhoud doen we geen concessies."

"En als dat betekent dat we in de vorm af en toe concessies moeten doen, vind ik dat heel naar. Maar zolang de inhoud maar overeind blijft", zegt directeur Branbergen tot slot.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Tweede Kamer wil niet wachten op minister, NSC en GroenLinks-PvdA komen zelf met plannen om WIA-fouten te herstellen

Tweede Kamer wil niet wachten op minister, NSC en GroenLinks-PvdA komen zelf met plannen om WIA-fouten te herstellen
Minister Van Hijum tijdens een debat in de Tweede Kamer over onjuiste berekeningen van WIA-uitkeringen door het UWV
Bron: ANP

De herstelactie voor fouten bij het UWV schiet tekort, vinden NSC en GroenLinks-PvdA. Beide partijen presenteren vandaag een uitgebreider plan om de problemen met arbeidsongeschiktheidsuitkeringen aan te pakken.

"De eerste stap is nu gezet, maar dat is voor mij echt onvoldoende", zegt NSC-Tweede Kamerlid Ilse Saris. "Mensen moeten krijgen waar ze recht op hebben. Dat betekent dat gemaakte fouten moeten worden hersteld."

Alle fouten herstellen

En dan niet alleen de administratieve fouten, benadrukt Saris. "Ook de sociaal-medische beoordelingen. Niet alleen over de periode 2020 tot 2024, maar ook fouten van daarvoor." Daarnaast moet volgens haar de schade die mensen hebben geleden, worden gecompenseerd.

De partij is dan ook van plan om deze uitbreiding bij de voorjaarsnota-onderhandelingen te bespreken met de andere coalitiepartijen. "Wij willen hier echt voor strijden." Om hoeveel mensen het gaat en hoeveel extra geld het kost om het plan te realiseren, is onduidelijk, zegt het NSC-Kamerlid.

info

Problemen bij het UWV

Sinds vorig jaar onderzoeken EenVandaag en het AD problemen bij het UWV. Het gaat onder andere om fouten bij de sociaal-medische beoordelingen en rekenfouten bij de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen.

De onthullingen leidden tot ingrijpen door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Eddy van Hijum (NSC). Hij was verrast door de berichtgeving en kondigde onderzoeken aan naar het functioneren van de uitkeringsinstantie. En een herstelactie voor gedupeerden.

Maar die herstelactie blijft beperkt. Alleen fouten bij daglonen bij de WIA tussen 2020 en 2024 worden meegenomen. Andere fouten, bijvoorbeeld bij medische beoordelingen of bij andere uitkeringen zoals de Wajong, worden niet bekeken en dus ook niet hersteld.

Snelle compensatie: 5.000 euro

"Wij willen dat mensen nu zo snel mogelijk zekerheid krijgen", zegt Kamerlid voor GroenLinks-PvdA Mariëtte Patijn. "Dat betekent dat er voor mensen die te weinig hebben gekregen een goede compensatieregeling moet komen."

Die compensatieregeling zou volgens haar uit een keuze moeten bestaan: het UWV rekent het hele dossier door, óf iemand kiest voor een snellere optie van 5.000 euro uitbetaling. "En mensen die juist te veel hebben gekregen, moeten de zekerheid hebben dat ze geen terugvordering krijgen."

'Mensen hebben er recht op'

En dat is niet het enige. Ook als iemands uitkering in de toekomst naar beneden wordt bijgesteld, moet volgens GroenLinks-PvdA rekening worden gehouden met de persoonlijke situatie. Daarnaast moeten mensen van voor 2020 aanspraak kunnen maken op de 5.000 euro als er fouten zijn gemaakt.

"Maar we moeten niet beloven dat we voor hen alles in detail gaan uitrekenen. Want dat lukt misschien helemaal niet", zegt Patijn. Wel moeten geconstateerde fouten in de periode van voor 2020 worden rechtgezet. "Dat gaat lang duren, maar mensen hebben er recht op."

Bekijk ook

Tienduizenden dossiers wachten nog

Met hun plannen pleiten NSC en GroenLinks-PvdA voor een bredere herstelactie die sneller én zorgvuldig wordt afgehandeld. Maar de minister en het UWV lieten eerder weten dat elke uitbreiding ten koste zou gaan van de reguliere werkzaamheden.

Voor de huidige herstelactie worden namelijk al zo'n 43.000 dossiers opnieuw bekeken door een speciaal opgericht team.

Heel veel extra dossiers

Vorige week bleek bovendien uit de bijlagen van een Kamerbrief dat er nog 8.000 dossiers bij zouden kunnen komen van arbeidsongeschikten van wie de uitkering is beëindigd of toegekend tussen 2020 en 2024.

Daarnaast zijn er nog 28.000 dossiers met vastgestelde fouten, bijvoorbeeld bij de indexering, die nog gecorrigeerd moeten worden, blijkt uit hetzelfde document.

Bekijk ook

'Werkdruk geen excuus'

Maar volgens NSC-Kamerlid Saris is de werkdruk bij het UWV geen excuus om mensen niet te helpen. "De overheid dient zich aan de wet te houden, mensen dienen zich aan de wet te houden en fouten moeten gewoon worden hersteld."

Ook GroenLinks-PvdA-Kamerlid Patijn denkt dat haar plan uitvoerbaar is. "Wij denken dat het minder complex is, want je hoeft niet helemaal uit te gaan rekenen wat mensen krijgen. Dit komt in de plaats van wat het UWV nu aan het doen is. En mensen kunnen daardoor sneller geholpen worden en dus uit die onzekerheid komen."

Minister onder druk van eigen partij

De plannen van beide partijen kosten geld, mogelijk heel veel geld. De verantwoordelijk minister Van Hijum is zelf NSC'er en krijgt van zijn eigen partij een stevige opdracht mee. Hij moet op zoek naar het geld om de plannen uit te voeren, maar waar dat vandaan moet komen is onduidelijk.

Wat Saris betreft hoort het bij de gemaakte afspraken dat dit geregeld wordt. "Er moet heel veel gebeuren, maar in het regeerakkoord hebben we afgesproken dat wij het wel willen. En daar houd ik mijn regeringspartijen aan. Ook mijn minister."

De Tweede Kamer wil niet wachten op de minister, NSC en GroenLinks-PvdA komen zelf met WIA-herstelplannen

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant