radio LIVE tv LIVE
meer NPO start

'Helft van twintigers is bijziend'

'Helft van twintigers is bijziend'

Luisteren

Slecht kunnen zien: dat wil niemand. Hoewel toenemende oogklachten vaak geassocieerd worden met ouderdom, kampen twintigers schijnbaar in steeds grotere mate met slechte ogen. Het is een zorgwekkende ontwikkeling volgens het Oogfonds. Directeur Edith Mulder zei woensdagavond in het NOS-journaal dat de helft van de twintigers bijziend is. Lammert de Bruin checkt of deze uitspraak klopt. 

De uitspraak van Mulder werd gedaan tijdens een reportage van NOS, waarin de noodklok geluid werd. Steeds meer kinderen worden namelijk bijziend en dreigen in toekomst slechtziend of zelfs praktisch blind te worden. Caroline Klaver, hoogleraar oogheelkunde aan het Rotterdamse Erasmus Medisch Centrum, waarschuwt hiervoor. Dat de helft van de twintigers bijziend is, kan ze verklaren. “Uit recent Europees onderzoek (2016), waar Nederland ook aan meegedaan blijkt dat de helft van de twintigers in Europa bijziend is. In datzelfde onderzoek hebben we gekeken naar de mensen die nu zestig zijn, die veertig jaar geleden twintig waren. In die groep is één op de vier bijziend. We hebben ook gekeken naar veertigers, die twintig jaar geleden twintig waren: daar is één van de drie bijziend. In veertig jaar tijd is dat percentage dus verdubbeld.” 

Scherm

Die verdubbeling in veertig jaar tijd heeft volgens Klaver een reden. Kinderen worden in toenemende mate blootgesteld aan schermen en lang naar een scherm kijken is dus slecht voor je ogen. “Je ontwikkelt bijziendheid in de jeugd. Rond je twintigste stabiliseert dat een beetje. Een conclusie voor die toename zie je ook heel goed als je de twintigjarigen vergelijkt met de zestigjarigen. Bijziendheid onder zestigers komt bijna uitsluitend voor bij de mensen die hoger opgeleid zijn en in hun jeugd heel veel gelezen hebben. En nu zien we, dat bijziendheid niet meer gerelateerd is aan de opleiding, maar aan het binnen zitten en veel naar een scherm kijken.” Vandaar dat nu ook de noodklok wordt geluid voor kinderen, want voor de twintigers is het al te laat.

Buiten spelen

Opticiën Jasper Graaf, van Jasper Bril Design ziet de toename ook bevestigd worden door de praktijk. “We zien inderdaad steeds meer jongeren met snel achteruitlopende minsterktes. Onlangs hebben we zelfs een recept van de oogarts gekregen en daar stond als opmerking onder: buitenspelen en minder tijd achter de smartphone, ipad of de computer doorbrengen. Doordat die ogen de hele dag aan het scherpstellen zijn, van een korte afstand, zie je dat die ogen sneller achteruitgaan.”  

Conclusie

Afgaand op het belangrijkste Europese onderzoek, waaruit blijkt dat de helft van de twintigers bijziend is, kunnen we zeggen dat de stelling een feit is.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

EenVandaag checkt dagelijks feiten, stellingen en conclusies uit het nieuws. Uiteindelijk volgt het oordeel: was wat gezegd werd een feit, of toch fictie?

Hoe een zonnige dag in Scheveningen uitliep tot gewelddadige rellen onder honderden jongeren: 'Het wordt elk jaar erger'

Het is nog niet duidelijk hoe het gisteravond uit de hand heeft kunnen lopen in Scheveningen. Honderden jongeren raakten in gevecht met elkaar en keerden zich tegen de politie toen die ingreep.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Waarom nieuwe statiegeldwinkels niet de oplossing zijn voor rondzwervende blikjes en flesjes

Waarom nieuwe statiegeldwinkels niet de oplossing zijn voor rondzwervende blikjes en flesjes
Ter illustratie: Statiegeldmachine bij de ingang van een supermarkt
Bron: ANP

Statiegeld Nederland opent deze maand twee winkels waar mensen hun blikjes en flessen kunnen inleveren. De winkels moeten het makkelijker maken om de lege verpakkingen weg te brengen. Dat gaat met het huidige systeem in grote steden niet altijd goed.

Vooral in supermarkten staan nog lange wachtrijen voor statiegeldmachines. Dit zorgt soms voor irritaties tussen klanten en 'statiegeldverzamelaars'. De twee winkels in Rotterdam en Amsterdam moeten het begin zijn van een oplossing voor dit probleem. Maar hoe realistisch is die?

'Niet genoeg'

"Die twee statiegeldwinkels zijn een mooie service voor de supermarkten. Die worden zo ontlast. Maar verder lossen ze helemaal niks op van het probleem waar we nu mee zitten", zegt Dirk Groot, die met zijn stichting Zwerfinator zwerfafval probeert te verminderen. Hij vindt de nieuwe winkels een 'stap in de juiste richting', maar merkt op dat er nog veel moet gebeuren.

Volgens hem zijn er vooral in de grote steden te weinig inleverpunten. En dat is hét grote probleem. "Je kunt overal blikjes en flesjes kopen, maar je kunt ze bijna nergens inleveren. En voor een zo'n winkel ga je niet van Amsterdam-West naar het centrum lopen om je blikje in te leveren", denkt hij.

Bekijk ook

Geen innameplicht

Het kleine aantal innamepunten waar hij zo kritisch over is, zou vooral komen doordat er geen innameplicht is. Mensen zijn het namelijk niet verplicht om gebruikte blikjes, flesjes en kratten in te leveren. Het wordt niet gestimuleerd, zegt Groot.

"De verhouding tussen statiegeld en het product dat je koopt is helemaal zoek. Heel veel mensen vinden het gewoon niet de moeite waard." Juist doordat die stimulans uitblijft, wordt er weinig gedaan om meer innamepunten te creëren. En de drukte echt onder controle te krijgen.

'Hoe slechter ze het doen, hoe meer ze verdienen'

Bedrijven als Statiegeld Nederland maken winst op elk blikje en flesje dat niet wordt ingeleverd, legt Groot uit. "Ze doen niet meer dan nodig is. Ze verdienen er juist aan als er minder wordt ingeleverd."

"Al die miljoenen aan statiegeld die niet worden ingeleverd, dat blijft gewoon bij statiegeld Nederland", vervolgt hij. "Ze zeggen dat ze investeren in allerlei nieuwe innamepunten, verbetering van het systeem, enzovoort, maar daar zien we weinig van. Hoe slechter ze het doen, hoe beter ze verdienen."

Overlast en ongedierten

Een gevolg van dit systeem is dus dat de groep mensen die niet in een lange rij in de supermarkt wil staan, de statiegeldproducten in een normale prullenbak in huis of op straat gooit.

Bij dat laatste komen vervolgens 'verzamelaars' of 'jagers' kijken, die de afvalbakken op straat niet altijd even netjes achterlaten wanneer ze klaar zijn, volgens Groot. In grote steden zoals Rotterdam en Amsterdam zorgt dat voor overlast en soms ongedierten.

Bekijk ook

Wettelijk verplichten

Ook stevige hulp van de politiek om dit probleem op te lossen blijft uit, zegt Groot. Hij vindt dat er meer kan worden gedaan. "Een statiegeldplicht en innameplicht, dat kun je gewoon wettelijk afdwingen. In Duitsland doen ze dat ook. Daar hebben ze het zelfs op zuivelverpakkingen."

"Er worden steeds redenen verzonnen waarom het niet kan", gaat hij verder. "Maar dat is als je iets niet wil. Als je iets wel wil, dan zoek je naar oplossingen."

'Ze hebben de kennis niet'

Wat zouden de bedrijven zelf dan moeten doen om dit op te lossen? "Meer inleverpunten", herhaalt Groot. "Maar ook moet het statiegeldbedrag omhoog en moeten platte blikjes en flessen zonder etiket worden geaccepteerd. Die mag je nu niet inleveren."

Groot roept dit vanuit zijn expertise al langer, maar volgens hem is dit nog niet doorgevoerd omdat er vaak aan de verkeerde knoppen wordt gedraaid. "Ze hebben niet de kennis van de straat, maar alleen de kennis van kantoor."

In Rotterdam en Amsterdam openen binnenkort statiegeldwinkels, waar je lege blikjes en flessen kunt inleveren

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant