radio LIVE
meer NPO start

Estland wil af van herinneringen aan Rusland, nu is de taal aan de beurt: 'Erfenis uit Sovjettijd'

Estland wil af van herinneringen aan Rusland, nu is de taal aan de beurt: 'Erfenis uit Sovjettijd'
Duizenden Estse kinderen krijgt nu nog les in het Russisch, maar dat gaat veranderen
Bron: EenVandaag

Estland wil de herinneringen aan de Sovjettijd uitwissen en die wens is sinds de Russische invasie van Oekraïne alleen maar sterker geworden. Dit jaar zet het land een nieuwe stap: het Russisch wordt als voertaal uit het onderwijs verbannen.

Vanaf komend schooljaar krijgen de jongste leerlingen op school alleen nog les in het Ests. En in 2030 moet het Russisch - behalve als taalvak - volledig uit het onderwijs zijn verdwenen. Het is een plan dat Estland al veel langer had, maar door de oorlog in Oekraïne in een stroomversnelling kwam.

Gescheiden lessen

"We hebben zeventig voormalige Russische scholen die nu over moeten op de Estse instructietaal", vertelt de Estse minister van Onderwijs Kristina Kallas. "Deze scholen zijn nog een erfenis uit de Sovjettijd." Die eindigde in 1991, toen Estland een onafhankelijk land werd.

Toen kregen de Ests en Russisch sprekende leerlingen nog gescheiden les. "Sindsdien zijn we begonnen die scholen te integreren in het Estse onderwijssysteem", legt Kallas uit. "We veranderden het leerplan, we veranderden de schoolboeken, maar na 30 jaar is de volledige integratie nog steeds niet voltooid."

Bekijk ook

'Gelijke kansen geven'

In Estland gaan ruim 123.000 kinderen naar school, waarvan zo'n 23.000 op dit moment nog les krijgen in het Russisch. Volgens Kallas hebben deze kinderen niet dezelfde kansen als ze willen gaan studeren. "In de eerste plaats vanwege het gebrek aan Estse taalvaardigheid, maar ook vanwege het ontbreken van enige sociale verbinding met de rest van de Estse taalmaatschappij."

Het besluit om een einde te maken aan Russischtalig onderwijs werd volgens de minister grotendeels positief ontvangen in de Russische gemeenschap. "Een derde van hen steunt het nog steeds niet volledig, maar de meerderheid zegt duidelijk: 'Ja, dit is wat we willen. We willen dat het systeem eindelijk geïntegreerd wordt en we zijn er nu klaar voor om deze inspanning te leveren.'"

Russischtalige opvoeding

De Russische gemeenschap is in het oosten van Estland nog sterk aanwezig. Zo ook in Narva, de derde stad van het land, op een steenworp afstand van de grens met Rusland. Ruim 97 procent van de inwoners wordt in het Russisch opgevoed en de taal is ook nog veel te horen in de klaslokalen.

Zoals op de Oude Stadsschool, waar Andrei Pobezhimov Engelse les geeft. De docent groeide zelf ook op in Narva, met het Russisch als moedertaal. Later woonde hij in het buitenland, tot hij zo'n 4 jaar geleden terugkeerde naar zijn geboortegrond.

Bekijk ook

Vergelijking met het Fries

Andrei kan wel Ests, maar nog niet op het niveau dat van hem als docent wordt verwacht en daarom moet hij bijspijkeren. "Het is alsof het zwaard van Damocles boven ons hoofd hangt. We hebben niet veel tijd", vertelt hij. "De bijscholingscursussen zijn niet gratis, zoals je zou verwachten. En we moeten het na schooltijd doen. Dus het is echt moeilijk, maar we doen ons best."

In een overwegend Russischtalige regio moet ook ruimte zijn voor Russischtalig onderwijs, vindt hij. De docent wijst naar Nederland: "In Nederland bestaat toch een regio die Friesland heet? Daar hebben ze toch een eigen taal? Dat komt omdat er overwegend Friese inwoners zijn. Wij hebben in hier in Estland iets soortgelijks."

'Wij zijn een minderheid'

Maar, benadrukt Andrei: "De Russen die hier wonen hebben niets met de Russische Federatie te maken." Hij maakt een nieuwe vergelijking: "Wat is de overeenkomst tussen Groot-Brittannië en Amerika? Wat is de gelijkenis? Alleen de taal."

"De culturele verschillen zijn totaal verschillend. De politiek is totaal anders. Alles is dus totaal anders", wil hij duidelijk maken over de Russisch sprekende inwoners. "We zijn dus een soort minderheid, maar we zijn een Ests-Russische minderheid, zou ik zeggen."

Bekijk ook

Lesmethode toepassen

Directeur Aljona Kordontsuk van de Oude Stadsschool, die ook opgroeide in Narva met Russisch sprekende ouders, vindt dat haar school goed op weg is om in september de overstap te maken naar het Ests. "Van de 46 leraren hier op school zijn er 42 die in het Ests kunnen werken en de vakken in het Ests kunnen geven."

Ook voor de kinderen zal de overstap volgens haar geen probleem zijn. "Het zijn net sponzen. Het maakt hen niet uit of het in het Ests of het Russisch is, het hangt af van de methoden die leraren gebruiken. En omdat we zeer professionele docenten hebben die deze methoden op de juiste manier weten toe te passen, hebben we ook zeer goede resultaten."

Zorgen om zij-instromers

De ouders hebben wel zorgen, weet de schooldirecteur. Dit omdat Ests sprekende leraren uit de rest van het land naar Russischtalige plaatsen als Narva worden gelokt met een hoger salaris. "Ouders zijn bang dat er alleen zij-instromers op afkomen die Ests spreken, maar geen leraar zijn. Sommige families zijn bang dat dat ten koste gaat van de resultaten."

Maar die angst is volgens Kordontsuk ongegrond: "Ik was vorig jaar directeur van een andere school. Daar moest ik zeven nieuwe docenten zoeken. Ik vond ze allemaal. Ze hadden misschien niet zoveel ervaring, maar wel de motivatie. Met wat pedagogische ondersteuningen, wat cursussen op de universiteit, is alles mogelijk."

'Naar Estse samenleving gekeerd'

Onderwijsminister Kallas heeft het volste vertrouwen dat de transitie soepel gaat verlopen. Ze ziet naar eigen zeggen nu al veranderingen in de samenleving: "We zien nu al dat veel Russische ouders ervoor kiezen hun kinderen niet meer naar voormalige 'Russische scholen' sturen, maar naar puur Estse scholen."

"Ze besluiten dus feitelijk om hun kinderen volledig te integreren", vervolgt Kallas. "Je ziet dat de Estse Russen zich vanwege deze Russische agressie tegen Oekraïne volledig naar de Estse samenleving hebben gekeerd en hebben gezegd dat ze daar bij moeten horen."

Estland verdrukt herinneringen aan Rusland, en nu is ook de taal aan de beurt:

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Vuurwerkverbod grote klap voor handelaren, ook voor Hans: 'Weet niet wat ik nu ga doen'

Het was lang een discussiepunt in Den Haag, maar nu komt het er hoogstwaarschijnlijk toch: een vuurwerkverbod. Voor vuurwerkhandelaren is het een grote klap, zo ook voor Hans Schram uit Castricum. "Ik dacht dat ik veilig zat voor de komende jaren."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Kun je jongeren digitaal beschermen door al hun gegevens te wissen? 'Niet hoe het internet werkt'

Kun je jongeren digitaal beschermen door al hun gegevens te wissen? 'Niet hoe het internet werkt'
De populaire videoapp TikTok op een smartphone
Bron: ANP

NSC en ChristenUnie pleiten voor een zogenaamde rode knop om jongeren digitaal beter te beschermen. Waarmee met één druk op de knop, al jouw online gegevens in één keer worden verwijderd. De vraag is of dat gaat werken.

Jongeren moeten beter beschermd worden op het internet. Dat is de boodschap die Don Ceder van de ChristenUnie en Jesse Six Dijkstra van NSC aan de Tweede Kamer duidelijk willen maken. "Voordat je achttien bent, zijn er verschillende online profielen van je gemaakt."

Cookies slaan alles op

"Onze persoonlijke gegevens worden opgeslagen door cookies', zegt Lotje Beek, beleidsadviseur bij Bits of Freedom. "Cookies zijn een soort bestandjes die op een website zitten, en vervolgens vanaf de website terug gaan naar je computer'', legt ze uit. "Hierdoor houden ze bij wat jij online doet, op welke dingen je klikt, en voor hoelang."

"Deze informatie wordt vervolgens opgeslagen door bedrijven zoals Meta en Google. Op basis hiervan schetsen ze jouw persoonlijk profiel", vervolgt Beek. "Ze weten hierdoor precies welke boodschap ze aan jou kunnen meegeven, bijvoorbeeld om iets te kopen op het internet. Hierdoor verlies je de autonomie."

Bekijk ook

Persoonlijke online profiel

"Middels een online profiel kunnen bedrijven jou opdelen in bepaalde categorieën", vertelt cyberexpert Dave Maasland. "Bijvoorbeeld op interessegebied, leeftijdscategorie en of je man of vrouw bent. Dat kan heel gedetailleerd gaan."

"Maar dat gebeurt niet alleen via cookies", maakt hij duidelijk. "Ook je mobiele apparaat slaat informatie op. Het belangrijkst is dat mensen beseffen dat als je digitale voetsporen achterlaat, je snel persoonlijke informatie vrijgeeft."

Kansongelijkheid voor jongeren

Volgens NSC en ChristenUnie kunnen digitale profielen negatieve gevolgen hebben en leiden tot kansenongelijkheid. Ook beleidsadviseur Beek kan zich hierin vinden. "Vacatures voor mannelijke beroepen worden voor 90 procent vaker aan mannen laten zien, blijkt uit onderzoek van het College van de Rechten voor de Mens. Vrouwen zien weer vaker vacatures voor kappersopleidingen, waardoor zij vacatures als monteurs bijvoorbeeld missen. Dit levert minder kansen op en verdeelt de samenleving."

Ook cybersecurity-expert Maasland ziet problemen. "Als eenmaal iets op het internet staat, zal deze informatie niet snel verdwijnen. Bijvoorbeeld fanatieke berichten over je voetbalclub, of een boze reactie naar een leraar, die kunnen later altijd weer opduiken. Tijdens een ruzie of een sollicitatie bijvoorbeeld," legt hij uit.

Bekijk ook

'Niet hoe het internet werkt'

Precies hier zit volgens Maasland ook de crux. "De informatie op het internet staat altijd ergens opgeslagen, zelfs met een mooie rode knop. Hoe graag we ook een makkelijke oplossing willen, dit is niet hoe het internet werkt."

Desondanks vinden beide experts het goed dat NSC en ChristenUnie dit onderwerp onder de aandacht brengen. "Jongeren moeten beter beschermd worden op het internet, maar we moeten in deze fase vooral kijken naar de voorkant," vervolgt Maasland. "Kinderen moeten weten dat het belangrijk is om na te denken wát je plaatst op het internet. De oplossing zit in meer educatie en mediabewustzijn. Niet bij een magische knop."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant