Kinderen met het syndroom van Down zien vaak niet alleen slecht in de verte, maar ook van dichtbij. Nieuw onderzoek toont aan dat deze kinderen beter zien en zich beter ontwikkelen met een bril die beide afwijkingen corrigeert. Ook Matias had er baat bij.
Het lijkt logisch: als je in de verte én van dichtbij niet goed kunt zien, moet je een bril dragen die beide afwijkingen corrigeert, bijvoorbeeld een bifocale bril. Maar niet iedereen bij wie deze dubbele oogafwijking wordt geconstateerd, krijgt ook daadwerkelijk zo'n bril.
Alleen bril voor in de verte
"We weten al een hele tijd dat veel kinderen met het syndroom van Down een dubbele oogafwijking hebben", vertelt onderzoeker Christine de Weger-Zijlstra van het Radboudumc. "Maar tot nu toe werd daar niet zo veel mee gedaan."
De kinderen kregen alleen een bril aangemeten om in de verte beter te kunnen kijken, en daar bleef het bij. "Maar als je dichtbij niet goed kunt zien, dan heb je ook weinig zin om dingen dichtbij te dóen", zegt De Weger-Zijlstra. "Ik draag zelf een leesbril. Als ik die niet op heb, dan heb ik ook geen zin om te lezen, een spelletje te doen of te knutselen."
Impact op cognitieve ontwikkeling
Heeft het feit dat kinderen met downsyndroom dichtbij niet goed kunnen zien ook impact op hun cognitieve ontwikkeling? Dat was een belangrijke vraag die het onderzoek wilde beantwoorden.
"We hebben bij ruim 100 kinderen met het syndroom van Down onderzocht of een bifocale bril het zicht verbetert. Maar daarnaast keken we ook wat de bril kan betekenen voor de ontwikkeling van deze kinderen. Konden ze beter leren en hun focus langer houden met het verbeterde zicht? Veranderde hun gedrag, konden ze flexibeler denken? Daar wilden we antwoorden op vinden," vertelt De Weger-Zijlstra.
Bekijk ook
Minder scheelzien
De helft van de 100 kinderen kreeg een bifocale bril, de andere helft een gewone unifocale bril. Een jaar lang brachten de onderzoekers in kaart of de kinderen de bril goed konden dragen en wat het effect ervan was.
"We zagen vrijwel direct dat het nabij zien veel beter werd. Niet alleen het zien van losse objecten maar bijvoorbeeld ook van veel symbolen dicht bij elkaar", vertelt de onderzoeker. "Ook het scheelzien, iets dat vaak voorkomt bij kinderen met downsyndroom, verbeterde sterk in de bifocale groep."
Sterke verbetering cognitieve ontwikkeling
"We constateerden bovendien ook een sterke cognitieve ontwikkeling bij de kinderen waar het zicht dichtbij verbeterd was. We gingen een aantal functies meten, zoals taakgerichtheid, werkgeheugen, gedrag en flexibel denken", licht De Weger- Zijlstra toe.
"Daarvoor hebben we een testje voor de kinderen ontwikkeld, en vragenlijsten voor ouders en docenten. Uit de antwoorden bleek dat de bifocale groep het op al deze vlakken stukken beter deed dan de controlegroep."
Bekijk ook
Niet gangbaar
Matias (19) heeft het syndroom van Down. Al zo'n 10 jaar geleden kreeg hij een bifocale bril. "We wisten dat zijn ogen heel anders functioneerden, dat hij minder goed zou kunnen zien", herinnert moeder Jenneke zich. "Kinderen met het syndroom van Down kunnen minder goed scherpstellen, zowel in de verte als ook dichtbij."
"We spraken met de optometrist erover en die stelde voor om een bifocale bril aan te meten. Dat was toen zeker niet gangbaar, maar achteraf zijn we heel blij dat we het hebben gedaan."
Met stappen vooruit
Zijn ouders merkten vrij snel dat Matias met stappen vooruit ging: "Het was echt anders, hij werd veel enthousiaster, veel nieuwsgieriger. Ik denk dat hij zoiets had van 'wow, nu kan ik het echt veel beter zien'."
Het leesniveau van Matias is nog steeds laag, maar hij kán in ieder geval lezen, benadrukt zijn moeder. "En hij blijft nieuwsgierig, 2 dagen per week gaat hij nog naar school omdat hij nog wil leren. De andere 3 dagen werkt hij in een winkeltje. We zullen nooit zeker weten hoe hij zich zonder bifocale bril had ontwikkeld, maar ik vermoed dat dit wel veel heeft geholpen."
Bekijk ook
'Deze behandeling gaat nieuwe standaard worden'
Het onderzoek onderstreept het belang van goed zicht van veraf én dichtbij voor de ontwikkeling van deze kinderen, stelt onderzoeker De Weger-Zijlstra. "Omdat slecht zicht van dichtbij vrijwel niet voorkomt bij gewone kinderen is er bij het downsyndroom ook nooit aandacht voor geweest. Dat is nu veranderd en daardoor kunnen we ze veel beter helpen. "
In totaal hebben 15 Nederlandse ziekenhuizen meegewerkt aan het onderzoek. "Ook de specialisten daar zijn overtuigd van de effectiviteit van de bifocale bril bij kinderen met het syndroom van Down. Ik denk dat deze behandeling zowel nationaal als internationaal de nieuwe standaard gaat worden."
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.