radio LIVE tv LIVE
meer NPO start

Deze dierenarts heeft een sociaal tarief voor mensen met weinig inkomsten: 'Dierenwelzijn staat echt onder druk'

Deze dierenarts heeft een sociaal tarief voor mensen met weinig inkomsten: 'Dierenwelzijn staat echt onder druk'
Dierenarts Claartje Freriks
Bron: EenVandaag

Uit angst voor de kosten brengen behoorlijk wat mensen hun dier niet of te laat naar de dierenarts, merkt dierenarts Claartje Freriks. Met alle gevolgen van dien. Om de drempel te verlagen begint ze daarom deze maand met een 'minima-spreekuur'.

"Veel mensen kunnen hun eigen kosten al moeilijk betalen, laat staan de kosten voor de gezondheid van hun huisdier", signaleert Claartje Freriks van De Dierenkliniek in Hoogeveen. Ze merkt dagelijks in de praktijk dat een aantal mensen in hun klantenbestand weinig te besteden heeft.

Minima-spreekuur bij dierenarts

Voor hun eigen klanten beginnen ze in Hoogeveen daarom nu met een minima-spreekuur. Mensen met een inkomen op of onder het bijstandsniveau kunnen daar een ochtend in de week terecht voor een behandeling tegen gereduceerd tarief. Dat tarief is gebaseerd op de kostprijs. Freriks verdient dan ook niet aan de behandeling.

Iemand mag maximaal twee huisdieren aandragen voor dit sociale tarief en de dieren moeten ouder zijn dan zes maanden. "Daarmee willen we voorkomen dat mensen denken: 'Oh, de dierenarts is goedkoper, we nemen er nog wat dieren bij'. We willen mensen niet aanmoedigen nieuwe puppy's of kittens te nemen. Want dan maken we het probleem alleen maar groter", zegt Freriks.

Bekijk ook

Te laat naar de dierenarts

Freriks vindt het belangrijk om iets te doen omdat ze ziet dat huisdieren vaak te laat gebracht worden: "We hadden laatst een hond die last had van het gebit. Als we die eerder hadden behandeld, was het niet een enorme klus geweest. Nu moesten we ongelofelijk veel elementen trekken. Vervelend voor het dier, maar het werd uiteindelijk ook een veel duurdere behandeling."

Naast de speciale medische ingrepen doet de dierenarts jaarlijkse gezondheidscontroles en vaccinaties. Behoorlijk wat mensen mijden deze preventieve zorg, vanwege de kosten. "Daardoor staat dierenwelzijn meer onder druk. Mensen die minder te besteden hebben, twijfelen bijvoorbeeld of ze aan vlooienbestrijding moeten doen zolang er geen vlo in huis is. Als er dan een vlooienplaag ontstaat, is het veel moeilijker te bestrijden. Dan heeft het dier meer last en wordt het duurder en dus vervelender voor de eigenaar."

900.000 dieren in armoede

Dat mensen meer moeite hebben met het betalen van de rekening bij de dierenarts merkt Lilianne van Doorne van de Stichting Bevordering Huisdierwelzijn. Ze springt met haar stichting financieel bij als mensen de dierenarts niet kunnen betalen. Ze heeft dit jaar al 40 procent meer hulpvragen ontvangen ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar.

Door de koopkrachtcrisis hebben meer mensen het financieel zwaar, zegt ze. "Als we naar honden en katten kijken, heb ik berekend dat rond de 900.000 dieren wonen bij mensen met een laag inkomen. Deze dieren leven vaak in armoede. Dat wil niet zeggen dat ze allemaal ziek zijn, maar potentiële risico's op extra schulden voor de eigenaar zijn er natuurlijk wel."

Bekijk ook

'Neem niet weer een kitten mee'

Zou je eigenlijk wel een dier in huis moeten halen, als de verzorging ervan te duur voor je is? Freriks gunt iedereen de liefde die je krijgt van een dier. "Wat wij wel promoten is dat mensen die moeite hebben om de kosten te betalen één dier nemen. Niet meer en het liefst een klein dier."

Dat zegt ook Van Doorne. "Als je buiten de boot valt, niet meer werkt, dan zit je in een heel
eenzaam circuit. Je sociale netwerk raakt weg en dan is een dier om je heen voor sommige mensen heel essentieel. Want dat is het doel van je dag. Maar ik zeg er wel bij: neem niet weer een kitten mee als je buurvrouw een nestje heeft, want je weet wat het kost."

Meer dierenartsen met minima-spreekuur

Van Doorne juicht het minima-spreekuur van Freriks toe. Ze weet dat meerdere dierenartsen in het land iets soortgelijks doen. Ook vertelt ze dat in sommige gemeenten mensen met een stadspas met korting naar de dierenarts kunnen. Toch vindt ze het belangrijk dat er meer gebeurt. "Zeker voor minima zou het btw-tarief op dierenzorg van 21 procent naar 9 procent moeten", zegt ze.

Volgens haar zou dat niet alleen voor baasjes, maar ook voor dierenartsen een hele opluchting zijn. "En we moeten mensen met een huisdier informatie geven over de kosten: dat het belangrijk is om juist wel naar de controles te gaan. Daarmee voorkom je dat een dier zieker wordt en je juist duurder uit bent. Bij een ingewikkeldere medische ingreep moet je informeren naar de kosten."

Bekijk ook

Duurste optie niet altijd de beste

Dierenartsen kunnen veel en willen tot het uiterste gaan in de zorg voor een dier, maar daar hangt een prijskaartje aan. Van Doorne vindt dat mensen vanwege dat prijskaartje goed moeten worden voorgelicht, zodat mensen daar een goede afweging in kunnen maken. Niet alle ingrepen zijn noodzakelijk.

Ook Freriks wil pragmatisch denken. "Een aangereden dier met een gecompliceerde botbreuk kan je repareren. Daar zijn eventueel stichtingen voor om bij te dragen aan de kosten. Maar soms is het net zo prima voor een dier om over te gaan tot het amputeren van een poot. Dat is een heel stuk goedkoper."

Proef van half jaar

Freriks houdt in haar behandeling ook altijd rekening met de prognose. In sommige gevallen komt ze met de eigenaar overeen dat het beter is om het dier in te slapen. Dat gebeurt 'als er echt iets aan de hand is wat heel moeilijk te verhelpen is en heel duur, terwijl onzeker is of het dier er beter van wordt.'

Op dit moment ziet Freriks het minima-spreekuur als een proef voor een half jaar. Daarna zal de kliniek in Hoogeveen besluiten of ze doorgaan met de sociale tarieven voor minima.

Dierenarts Claartje Freriks vertelt waarom ze een minima-spreekuur is begonnen

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Waarom rijksweg N36 in Twente, ondanks beloftes uit politiek Den Haag, een 'dodenweg' is én blijft

Waarom rijksweg N36 in Twente, ondanks beloftes uit politiek Den Haag, een 'dodenweg' is én blijft
Op de rijksweg N36 tussen Ommen en Almelo vallen jaarlijks veel verkeersslachtoffers
Bron: Persbureau Meter/EenVandaag

'Dodenweg' wordt hij genoemd, de rijksweg N36 tussen Ommen en Almelo. Jaarlijks vallen er slachtoffers. Ook deze maand kwamen er twee mensen om het leven. Wat maakt de N36 zo gevaarlijk?

Deze week was het opnieuw raak op de N36. Een bestuurder raakte gewond bij een botsing tussen een busje en een vrachtwagen. Twee weken geleden verongelukten bij een frontale botsing tussen een auto en een kleine vrachtwagen twee mannen. Eind februari viel er een zwaargewonde op de weg. In nog geen half jaar tijd vielen er 3 doden en 7 gewonden op de 36 kilometer lange weg.

Gevaarlijke situaties met inhalen

De lijst met (ernstige) ongevallen is nog veel langer. Vrachtwagenchauffeur Gert van het Almelose Bolk Transport snapt wel waarom de N36 een 'dodenweg' genoemd wordt. Hij zit zo'n 3 keer per week op de weg en ziet het vaak misgaan.

De gevaarlijke situaties ontstaan met name wanneer mensen gaan inhalen. "Dat mag niet, maar mensen proberen het toch, vooral als ze achter een vrachtauto zitten."

'Het gaat vaak nét goed'

Een vrachtwagen is lang en gaat niet snel. Een ander probleem op de weg is dat je geen kant op kunt als er plots een tegenligger is. "Je hebt niet veel ruimte om uit te wijken hier."

Zo zat hij een keer achter een personenauto die heel langzaam reed. De persoon die weer achter Gert reed dacht dat hij alleen de vrachtwagen moest inhalen waardoor hij én de vrachtwagen én de auto moest inhalen. Het gaat vaak maar nét goed, zegt hij.

info

Burgemeester Almelo: kunnen zoveel ongelukken niet meer accepteren

In februari dit jaar schreven de gemeenten langs de N36 opnieuw een brandbrief aan minister Barry Madlener (IenW). "Zo gaat dit niet langer", zegt burgemeester Korteland van Almelo. Volgens hem erkent de minister dit, maar heeft hij geen geld. "Maar ik ben overtuigd, waar een wil is, is een weg", zegt Korteland. "Omdat we niet meer kunnen accepteren dat er zoveel ongelukken gebeuren."

Volgens de burgemeester ontstaan de ongelukken niet alleen door gedrag. "Je moet wel op een veilige weg rijden, om je veilig te kunnen gedragen. En als je je veilig gedraagt op een onveilige weg, kan dat nog steeds tot hele gevaarlijke situaties leiden." Korteland wil overal middengeleiders en de weg verbreden. Minister Madlener geeft aan volgende week op de oproep van de gemeenten te reageren. Een besluit over het budget valt over een paar weken.

Een fout kan fataal zijn

Wat ook een probleem is, zijn de te korte op- en afritten op sommige plekken. "Dat maakt invoegen moeilijk." En vooral in de ochtend en avond is het 'gigantisch druk', vertelt chauffeur Gert. Maar ondanks die drukte zijn ze ook bezig met hun telefoon.

Het is overigens niet zo dat mensen gevaarlijker rijden op een N-weg, zegt Fieke van Schaik van de ANWB. "Wat je op de N36 ziet, en ook op andere N-wegen, is dat op stukken waar geen middenberm is, je heel snel op de andere kant van de weg kan komen. En dan is een fout fataal."

info

Politiecijfers: 8 doden sinds 2021

Uit een analyse van de politie Oost-Nederland, die Eenvandaag heeft ingezien, blijkt dat het aantal ongelukken de laatste jaren stijgt. Van 80 in 2021 naar 105 afgelopen jaar. Alleen al dit jaar staat de teller al op 19 ongevallen. Het gaat in totaal om 388 ongelukken sinds 2021: in 72 gevallen was er letsel, 6 ongelukken kenden een fatale afloop waarbij 8 mensen ter plaatse overleden.

Relatief veel doden

Op N-wegen vallen relatief gezien de meeste verkeersdoden, zo'n 20 procent van de verkeersdoden valt op een rijksweg. Dat zit hem dus met name in hoe de wegen zijn ingericht, legt Van Schaik van de ANWB uit. Ze zijn vaak tweebaans, met beide rijbanen een andere richting op.

De wegen zijn daarnaast vaak smal en er zijn weinig uitwijkmogelijkheden in de berm. "Als er een korte berm naast zit en je raakt van de weg, dan beland je bijvoorbeeld snel in een sloot." Een ander probleem wat op veel N-wegen speelt, is een korte invoegstrook, er is vaak weinig ruimte om in te voegen.

Bekijk ook

Alle N-wegen een middengeleider

Niet alleen op de N36 maar op alle N-wegen zouden de rijbanen gescheiden moeten worden. "Dus zo'n geleiderail op de middenberm, is is daar heel belangrijk voor", zegt Van Schaik. De politiek heeft 200 miljoen gereserveerd om alle gevaarlijke N-wegen aan te pakken. "Daarmee kun je maar een heel klein stukje weg aanpakken, terwijl daar eigenlijk veel meer voor nodig is."

Alleen al voor het aanpakken van de hele N36 is 300 miljoen euro nodig, becijferde Rijkswaterstaat. Volgens Van Schaik lijkt verkeersveiligheid geen prioriteit voor dit kabinet. In deze kabinetsperiode is geen extra geld vrijgemaakt voor verkeersveiligheid, die 200 miljoen stamt al uit 2022, legt ze uit. "Er is nu geld nodig."

Bekijk ook

Minister heeft plan voor rijbaanscheiding N36

In een reactie op uitspraken van de gemeente Almelo laat minister van Infrastructuur en Waterstaat, Barry Madlener, weten nog voor de zomer met een plan te komen voor de N36. Madlener zegt dat nu wordt gekeken hoe de weg op korte termijn over de gehele lengte veiliger kan worden gemaakt. "Ik ben nu aan het kijken of we toch over de hele lengte de rijbaanscheiding kunnen aanleggen", zegt hij tegen EenVandaag.

Extra wensen, zoals verbreding of het aanpassen van viaducten, kunnen niet worden ingewilligd. De minister noemt dat 'luxe' waar op dit moment geen geld voor is. "We moeten echt binnen het budget werken, dat is een slechte boodschap aan de gemeente, maar het is niet haalbaar." Madlener zegt voor de zomer met een plan te komen.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Minderheid GroenLinks-PvdA-kiezers wil dat Frans Timmermans weer lijsttrekker wordt, ook imagoproblemen Pieter Omtzigt

Minderheid GroenLinks-PvdA-kiezers wil dat Frans Timmermans weer lijsttrekker wordt, ook imagoproblemen Pieter Omtzigt
Frans Timmermans (GroenLinks-PvdA) en Pieter Omtzigt (NSC) tijdens het wekelijkse vragenuurtje in de Tweede Kamer.
Bron: ANP

Nog niet de helft van de GroenLinks-PvdA-kiezers (44 procent) vindt dat Frans Timmermans weer lijsttrekker moet worden bij de volgende verkiezingen. VVD-kiezers zijn iets positiever. Maar ze zijn er niet van overtuigd dat Dilan Yeşilgöz moet blijven.

Dat blijkt uit onderzoek van EenVandaag onder kiezers die bij de laatste Tweede Kamerverkiezingen op die partijen hebben gestemd.

'Sorry Frans'

Opvallend is dat kiezers van GroenLinks-PvdA en de VVD nu nog best vertrouwen hebben in hun partijleider. 88 procent van de GroenLinks-PvdA-kiezers staat achter Timmermans als huidige leider van de partij. Driekwart (76 procent) van de VVD-kiezers vindt dat Yeşilgöz het op dit moment goed doet.

Maar of ze ook lijsttrekker moeten worden bij de volgende verkiezingen? Daarover is twijfel. Zo vindt nog niet de helft van de kiezers van Timmermans dat hij dan de kar moet trekken. Een GroenLinks-PvdA-kiezer verwoordt het als volgt: "Hoe goed hij ook is ingevoerd, hoeveel ervaring hij ook heeft, hoezeer zijn hart ook op de goede plek zit. Het is tijd voor nieuw elan. Sorry, Frans."

Welke partijleiders mogen van kiezers weer lijsttrekker worden bij de volgende Tweede Kamerverkiezingen?

VVD-kiezers niet overtuigd van Yeşilgöz

63 procent van de VVD-stemmers vindt dat de partij weer met Yeşilgöz de campagne in moet. De rest vindt van niet (22 procent) of weet het niet (16 procent).

"Ze doet het nu best aardig, maar heeft in korte tijd al te veel fouten gemaakt. Juist in de campagne heeft ze laten zien dat ze rare sprongen kan maken", schrijft een VVD-kiezer.

Vertrouwen van eigen kiezers in de leider van ‘hun’ partij
info

Over dit onderzoek

Het onderzoek is gehouden van 24 en 25 maart 2025. Er deden in totaal 25.233 leden van het EenVandaag Opiniepanel mee. Het onderzoek is na weging representatief voor zes variabelen, namelijk: leeftijd, geslacht, opleiding, burgerlijke staat, spreiding over het land en politieke voorkeur, gemeten naar de Tweede Kamerverkiezingen van 2023.

Imagoproblemen Omtzigt

Pieter Omtzigt staat er bij zijn kiezers nog een stuk slechter op. Niet alleen denken de meeste NSC-kiezers, die veelal zijn afgehaakt, dat hij geen lijsttrekker moet zijn bij de volgende verkiezingen. Ook is hij de enige partijleider met minder dan de helft vertrouwen van zijn eigen kiezers.

Veel NSC-kiezers vinden dat hij goede eigenschappen heeft, maar dat die hem niet geschikt maken als politicus. Een kiezer zegt daarover: "Qua kennis en integriteit is hij de juiste persoon. Maar juist die kenmerken zorgen ervoor dat hij in de Haagse slangenkuil opbrandt. En dat is een heel trieste constatering."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant