Defensie wil graag veel meer laagvliegoefeningen doen met helikopters. Daarvoor hebben ze ongeveer twee keer zoveel ruimte nodig als nu. Maar die uitbreiding zorgt voor bezorgde reacties bij veehouders: "Dieren in paniek kunnen zichzelf verwonden."
Op tien plekken in Nederland oefenen defensiehelikopters laag boven de grond, op maximaal op 45 meter hoogte. Deze oefeningen zijn hard nodig, vindt Defensie, omdat vliegers tijdens hun missies daar ook mee te maken kunnen krijgen. Door zo laag mogelijk te vliegen, blijft een vlieger buiten het zicht en de radar van een tegenstander.
Meer laagvliegen om te oefenen
Vanwege de huidige dreiging in de wereld wordt laagvliegen steeds belangrijker, zegt luitenant-kolonel Martijn Kleiberg. "Voorheen waren we meer bezig met vrede en veiligheid brengen elders in de wereld, zoals in Irak, Mali en Afghanistan. Bij dat type missies konden we het ons permitteren om op hoogte te vliegen. De wapensystemen van die landen waren niet heel geavanceerd."
Dat is tegenwoordig wel anders, volgens Kleiberg. "Laagvliegen is overleven" als het gaat om de nieuwe vijand. "Zeker een grootmacht als Rusland heeft geavanceerde wapensystemen, zoals radargeleide wapensystemen. En dat is ingewikkeld als je op hoogte blijft vliegen. Ons missiepakket is dus aangepast en laagvliegen hoort daarbij."
Afwisseling voor de piloten
Op dit moment mag er in Nederland 1.378 uur per jaar worden laaggevlogen, maar als het aan Defensie ligt, wordt dat jaarlijks 2.500 uur. Bovendien is er niet alleen meer tijd, maar ook meer ruimte nodig, zegt Kleiberg. De piloten hebben meer afwisseling nodig, want veel van hen kennen de huidige laagvlieggebieden uit het hoofd.
In de ideale situatie zou het volgens hem in heel Nederland zijn toegestaan om laag te vliegen. Dat is alleen moeilijk realiseerbaar vanwege de beperkte ruimte: "Het is niet alleen een programma voor Defensie, maar eigenlijk voor heel Nederland. Al die uitdagingen, de energietransitie, woningbouw, ruimte voor Defensie - daar zullen we samen uit moeten komen."
Bekijk ook
Zeeland is potentiële locatie
De afgelopen jaren is er daarom gekeken waar ruimte is om te oefenen met laagvliegen. Daar zijn verschillende gebieden uitgekomen: de Achterhoek, het zuidelijkste puntje van de Noordoostpolder en gebieden in de buurt van Utrecht, Eindhoven, Breda en Alkmaar.
Ook Zeeland staat op het lijstje. Bijna de hele provincie is in beeld als potentieel laagvlieggebied voor Defensie, op een stuk rondom de kerncentrale in Borssele na. Dat leidt tot zorgen bij politici en veehouders. Het is namelijk bekend dat dieren van de geluiden in de stress raken, uit paniek wegrennen en zichzelf dan verwonden.
'Paarden raken in paniek'
Liesbeth van Oosten heeft een dressuur- en handelsstal op Schouwen-Duiveland, vlakbij Renesse. Ze traint en handelt in dressuurpaarden die soms honderdduizenden euro's waard zijn. "Ik moet er niet aan denken dat er ineens vanuit het niets een helikopter heel laag overkomt. Want voor de meeste paarden betekent dat paniek, en in paniek kunnen ze zichzelf verwonden."
"Ik krijg de paarden niet uitgelegd dat het een oefening van Defensie is", vervolgt ze. "En paarden reageren nu eenmaal als een vluchtdier. Als ze iets niet kennen, dan kunnen ze er een hele heftige reactie op hebben. En als er één in paniek raakt, ja dan heb je kans dat ze allemaal in paniek raken. Dat is wel echt een probleem."
Twijfel over bezwaarschrift
Het zou volgens Van Oosten helpen als ze zou weten op welke dagen Defensie komt oefenen en in welk gebied ze vervolgens gaan vliegen. "Dan kunnen we ervoor kiezen om de paarden binnen te houden. Dat is geen ideale situatie natuurlijk, maar binnen heb je dan misschien wel iets minder risico voor de paarden."
Ze wist niets van de plannen van Defensie en twijfelt om bezwaar in te dienen. "Ik weet niet of het veel zin heeft." Maar ze wil wel haar zorgen overbrengen: "Ons probleem is dat we de paarden dan niet zomaar dagelijks in de wei kunnen hebben. En dat zou ik wel echt heel erg vinden. Je wilt natuurlijk het beste voor je paarden."
Vliegen over Natura 2000?
"Oei, dacht ik toen ik dat las", zegt Statenlid Bertie Steur van de Partij voor Zeeland. Ze klom meteen in de pen en stelde vragen aan het provinciebestuur. "Want er zijn twee dingen waar ik aan dacht: ten eerste aan het toerisme en ten tweede hebben we hier best wel wat natuurgebieden."
"Ik denk dat het een schadepost wordt", zegt ook paardenhouder Van Oosten. "We staan hier in de kop van Schouwen. Dat is hartstikke beschermd gebied. Ik weet dat hier een stuk op het strand afgezet wordt omdat er meerdere soorten plevieren broeden. En dan komt er zo'n Chinook over, volgens mij gaat dat niet helemaal goed."
'Natuur belangrijk of niet?'
In Zeeland zijn zestien Natura 2000-gebieden, zowel op land als in zee. De gebieden zijn beschermd, maar dat betekent niet dat er niet boven gevlogen mag worden. "Dat kan zeker, de huidige laagvlieggebieden liggen daar namelijk ook boven", laat een woordvoerder van Defensie weten.
Het Zeeuwse Statenlid Steur vindt die redenatie maar lastig te begrijpen. "Aan de ene kant vinden we natuur in dit land heel belangrijk en aan de andere kant gaan we daar dan ook weer zo makkelijk mee om", stelt ze vast.
Defensie doet onderzoek
Luitenant-kolonel Kleiberg begrijpt de zorgen in Zeeland: "Daarom is het ook heel belangrijk om de komende periode te onderzoeken: waar moeten die gebieden dan komen en wat vindt er allemaal plaats in die gebieden? Hoeveel paardenhouders of andere veehouderijen zijn er bijvoorbeeld?" Dat zal meegenomen worden in het onderzoek, belooft hij.
Daarbij is er ook oog voor het natuuraspect, zegt Kleiberg: "Het komende jaar zal onderzocht worden in de milieueffectrapportage wat dan de effecten op de natuur zijn, onder andere ook op de Natura 2000-gebieden." Belanghebbenden kunnen tot 12 februari reageren op de plannen van Defensie.
Bekijk ook
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.