tv LIVE
meer NPO start

De duistere kant van reality-tv

Er is eigenlijk niets in het leven van Samantha de Jong, beter bekend als Barbie, dat de afgelopen jaren niet werd vastgelegd door televisiecamera’s: van haar bruiloft tot de bevalling van haar kinderen tot aan de echtscheiding toe, alles was in geuren en kleuren te volgen in een van de twaalf reallifesoaps waar ze sinds 2010 in te zien was. Precies een week geleden stort ze in. De reality-ster wordt buiten bewustzijn aangetroffen in haar woning nadat ze een overdosis drugs tot zich had genomen.

Het nieuws maakt veel los. Op sociale media stromen de steunbetuigingen binnen, maar er worden ook vraagtekens gezet bij de rol van RTL. Zo schrijft AD-columniste Angela de Jong hierover: “Is Samantha genoeg begeleid, is er genoeg nazorg geboden? Is ze niet over de spreekwoordelijke rand geduwd? Had de zender haar niet wat meer tegen zichzelf en de wolven in de buitenwereld moeten beschermen?” Nog geen twee maanden geleden gaf Barbie zelf in interviews aan zich misbruikt en uitgebuit te voelen door RTL en productiemaatschappij Warner Bros.

Kwetsbaarheid

Het genre reality-tv heeft zich de afgelopen twintig jaar razendsnel ontwikkeld en is haast niet meer weg te denken uit het huidige tv-landschap. Maar de situatie rondom Barbie zorgt dat de kritiek op reality-tv en de rol van de programmamakers de afgelopen week flink toe. Waar stopt de verantwoordelijkheid van de programmamaker en begint die van de deelnemer en andersom? En hoe kwetsbaar is een deelnemer van reality-tv eigenlijk? 

Volgens psycholoog Najla Edriouch kun je als deelnemer continu een druk ervaren om te presenteren en goed voor de dag te komen. “Er spelen meerdere dingen mee: je doet niet alleen mee aan een reality-serie maar je bent waarschijnlijk ook op social media actief. Zoals in het geval van Barbie, zij had honderdduizenden volgers en je krijgt positieve reacties maar ook een enorme bak ellende en kritiek over je heen. Je moet sterk in je schoenen staan om dat te overleven.”

Impact 

Volgens TV-producent Nathalie Pieters, onder andere verantwoordelijk voor de realityserie rondom Roy Donders, is begeleiding van de kandidaten ontzettend belangrijk en begint dat al aan de voorkant. “Voordat je daadwerkelijk gaat opnemen probeer je zo iemand al voor te bereiden op wat er komen gaat. Maar wat er met Roy gebeurde uiteindelijk, daar kun je je eigenlijk niet op voorbereiden. Het explodeerde qua aandacht. Wat dat voor impact heeft, dat kun je niet uitleggen. Als maker begeef je je altijd in een bepaald spanningsveld. Ik wil dat het echt is: en daar horen dus ook de dieptepunten bij. Maar het gaat natuurlijk wel over zijn leven.”

Melisa Schaufeli heeft flink wat reality-ervaring, zo deed ze onder andere mee aan Paradise Hotel, Jouw Vrouw/Mijn Vrouw en heeft ze tegenwoordig op SBS haar eigen reallifesoap Andy&Melisa. Ze leeft dan ook mee met Barbie en stelt dat goede begeleiding heel belangrijk is, omdat je vaak geen idee waar je als deelnemer aan begint. "TV is voor even leuk, maar je moet zorgen dat je je eigen leven ernaast houdt,” zo luidt haar advies aan iedereen die overweegt om in een real-life programma te stappen.  

Discussie 'noodzakelijk'

RTL zegt tegen EenVandaag de discussie over reality-tv en de verantwoordelijkheid "terecht en noodzakelijk" te vinden. "Niet alleen nu, maar altijd. Wij zien het als onze taak om zorgvuldig om te gaan met de mensen die meewerken aan onze programma’s. Dat is een wisselwerking tussen de kandidaten, de producent en ons. Daar worden veelvuldig gesprekken over gevoerd met alle betrokkenen."

De commerciële zender zegt "erg geschrokken" te zijn van de situatie rond Barbie. "We hebben onlangs nog een goed gesprek gehad met Samantha over haar welzijn. We hebben op dit moment contact met de familie en hebben hen onze hulp aangeboden."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Hoe een zonnige dag in Scheveningen uitliep tot gewelddadige rellen onder honderden jongeren: 'Het wordt elk jaar erger'

Het is nog niet duidelijk hoe het gisteravond uit de hand heeft kunnen lopen in Scheveningen. Honderden jongeren raakten in gevecht met elkaar en keerden zich tegen de politie toen die ingreep.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Waarom nieuwe statiegeldwinkels niet de oplossing zijn voor rondzwervende blikjes en flesjes

Waarom nieuwe statiegeldwinkels niet de oplossing zijn voor rondzwervende blikjes en flesjes
Ter illustratie: Statiegeldmachine bij de ingang van een supermarkt
Bron: ANP

Statiegeld Nederland opent deze maand twee winkels waar mensen hun blikjes en flessen kunnen inleveren. De winkels moeten het makkelijker maken om de lege verpakkingen weg te brengen. Dat gaat met het huidige systeem in grote steden niet altijd goed.

Vooral in supermarkten staan nog lange wachtrijen voor statiegeldmachines. Dit zorgt soms voor irritaties tussen klanten en 'statiegeldverzamelaars'. De twee winkels in Rotterdam en Amsterdam moeten het begin zijn van een oplossing voor dit probleem. Maar hoe realistisch is die?

'Niet genoeg'

"Die twee statiegeldwinkels zijn een mooie service voor de supermarkten. Die worden zo ontlast. Maar verder lossen ze helemaal niks op van het probleem waar we nu mee zitten", zegt Dirk Groot, die met zijn stichting Zwerfinator zwerfafval probeert te verminderen. Hij vindt de nieuwe winkels een 'stap in de juiste richting', maar merkt op dat er nog veel moet gebeuren.

Volgens hem zijn er vooral in de grote steden te weinig inleverpunten. En dat is hét grote probleem. "Je kunt overal blikjes en flesjes kopen, maar je kunt ze bijna nergens inleveren. En voor een zo'n winkel ga je niet van Amsterdam-West naar het centrum lopen om je blikje in te leveren", denkt hij.

Bekijk ook

Geen innameplicht

Het kleine aantal innamepunten waar hij zo kritisch over is, zou vooral komen doordat er geen innameplicht is. Mensen zijn het namelijk niet verplicht om gebruikte blikjes, flesjes en kratten in te leveren. Het wordt niet gestimuleerd, zegt Groot.

"De verhouding tussen statiegeld en het product dat je koopt is helemaal zoek. Heel veel mensen vinden het gewoon niet de moeite waard." Juist doordat die stimulans uitblijft, wordt er weinig gedaan om meer innamepunten te creëren. En de drukte echt onder controle te krijgen.

'Hoe slechter ze het doen, hoe meer ze verdienen'

Bedrijven als Statiegeld Nederland maken winst op elk blikje en flesje dat niet wordt ingeleverd, legt Groot uit. "Ze doen niet meer dan nodig is. Ze verdienen er juist aan als er minder wordt ingeleverd."

"Al die miljoenen aan statiegeld die niet worden ingeleverd, dat blijft gewoon bij statiegeld Nederland", vervolgt hij. "Ze zeggen dat ze investeren in allerlei nieuwe innamepunten, verbetering van het systeem, enzovoort, maar daar zien we weinig van. Hoe slechter ze het doen, hoe beter ze verdienen."

Overlast en ongedierten

Een gevolg van dit systeem is dus dat de groep mensen die niet in een lange rij in de supermarkt wil staan, de statiegeldproducten in een normale prullenbak in huis of op straat gooit.

Bij dat laatste komen vervolgens 'verzamelaars' of 'jagers' kijken, die de afvalbakken op straat niet altijd even netjes achterlaten wanneer ze klaar zijn, volgens Groot. In grote steden zoals Rotterdam en Amsterdam zorgt dat voor overlast en soms ongedierten.

Bekijk ook

Wettelijk verplichten

Ook stevige hulp van de politiek om dit probleem op te lossen blijft uit, zegt Groot. Hij vindt dat er meer kan worden gedaan. "Een statiegeldplicht en innameplicht, dat kun je gewoon wettelijk afdwingen. In Duitsland doen ze dat ook. Daar hebben ze het zelfs op zuivelverpakkingen."

"Er worden steeds redenen verzonnen waarom het niet kan", gaat hij verder. "Maar dat is als je iets niet wil. Als je iets wel wil, dan zoek je naar oplossingen."

'Ze hebben de kennis niet'

Wat zouden de bedrijven zelf dan moeten doen om dit op te lossen? "Meer inleverpunten", herhaalt Groot. "Maar ook moet het statiegeldbedrag omhoog en moeten platte blikjes en flessen zonder etiket worden geaccepteerd. Die mag je nu niet inleveren."

Groot roept dit vanuit zijn expertise al langer, maar volgens hem is dit nog niet doorgevoerd omdat er vaak aan de verkeerde knoppen wordt gedraaid. "Ze hebben niet de kennis van de straat, maar alleen de kennis van kantoor."

In Rotterdam en Amsterdam openen binnenkort statiegeldwinkels, waar je lege blikjes en flessen kunt inleveren

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant