Onrust onder Wajongeren over dreigende korting

Ongeveer 75.000 Wajongeren kregen de afgelopen maanden een verontrustende brief op de mat. "U bent arbeidsgeschikt en daarom krijgt u per 2018 minder uitkering". Hoewel het korten op de uitkering al een paar jaar geleden is afgesproken, ontstaat er nu onrust?

Want de bezuiniging voelt, nu de economie aantrekt, onrechtvaardig. Ook zouden extra banen komen voor arbeidsbeperkten, maar volgens de Wajongeren is er voor hen nog steeds geen geschikt werk.

Gevoel van straf

Anne Houtsma is een van de Wajongeren die boos is. Ze is 35 en zit sinds 2006 in de Wajong. Ze lijdt aan het relatief onbekende VCF-syndroom; er ontbreekt een klein stukje informatie op het tweentwintigste chromosoom. Voor Anne betekent dit dat ze moeite heeft om veel prikkels te verwerken en dat ze snel moe is. Hoewel ze verschillende opleidingen heeft afgerond en regelmatig baantjes aangaat, merkt ze dat het tot nu toe nog niet lukt om voor langere tijd een contract te krijgen. Nu ze ook nog in 2018 gekort wordt, voelt ze zich gestraft, omdat ze ondanks haar ziekte nog arbeidsvermogen heeft.

Je hebt onze social cookies (nog) niet geaccepteerd.

Doet dit onderdeel van deze website het niet? Voor een volledig werkende website accepteer je hier de social cookies.

Sneller aan het werk

In 2013 werd besloten dat de Wajong, nu nog 75% van het minimumloon, in 2018 terug moet naar 70% van het minimumloon. Voor een alleenstaande Wajongere betekent dit al snel dat ze bijna 80 euro per maand minder ontvangen. De regering wilde met de maatregel niet alleen bezuinigen, maar ook werd er in de Participatiewet afgesproken dat er vanaf 2015 extra banen zouden komen voor arbeidsbeperkten. Hierdoor zouden de Wajongeren met een arbeidsvermogen sneller aan het werk kunnen gaan.

FNV: korting terugdraaien

Vakbond FNV, ondertekenaar van het akkoord uit 2013 waarin de korting werd afgesproken, wil nu ook dat de korting wordt teruggedraaid. De bond stuurde een brief hierover aan de informateur. Zij vinden dat de bezuiniging onnodig is. Maar vooral wijzen zij erop dat de beloofde banen er niet zijn. Er zijn sinds 2015 bijna 23.000 banen bij gekomen. Ten eerste is dat niet genoeg voor de 75.000 gekorte Wajongeren, maar daarnaast blijkt ook dat het werk vaak niet geschikt is. Een petitie, gestart door ervaringsdeskundige Rayeed Nasibdar, om af te zien van de korting, is meer dan 1000 keer ondertekend.

Het protest is in de Tweede Kamer ook te horen. Begin juli bracht SP'er Jasper van Dijk een motie in stemming om af te zien van de korting. Doordat de formatiepartijen niet instemden haalde de motie het niet. Maar Van Dijk geeft niet op.

Op de vraag aan verantwoordelijk staatssecretaris Jetta Klijnsma waarom zij 5% wil korten laat ze weten: "Mensen met arbeidsvermogen in de bijstand ontvangen hetzelfde percentage: 70% procent van het minimumloon. Voor Wajongers geldt – anders dan in de bijstand - geen partner- en vermogenstoets. Met werkgevers is de afspraak gemaakt 125.000 banen voor Wajongers met arbeidsvermogen in te richten, waar zij 100% van het minimumloon kunnen verdienen. Bovenop het bestaande budget om mensen met een beperking naar werk te begeleiden is nog eens 95 miljoen euro extra uitgetrokken, die specifiek voor de ondersteuning van Wajongers wordt ingezet."

EenVandaag gaat langs bij Wajongere Anne Houtsma en Tweede Kamerlid Jasper van Dijk. Aan onderzoeker bij het SEO Lucy Kok vragen we of het terecht is dat de korting toch wordt doorgevoerd.

Diklah Zohar en Michael Ballack hopen beiden dat er snel vrede komt tussen Joden en de PalestijnenBron: EenVandaag
Diklah Zohar en Michael Ballack hopen beiden dat er snel vrede komt tussen Joden en de Palestijnen
Israël-Palestina

Diklah en Michael wonen in Nederland en worstelen met de onrust in hun geboorteland Israël: 'Leed is leed'

Ruim 10.000 mensen met Israëlische roots wonen in Nederland. Terwijl zij hier hun leven opbouwen, blijft het land van hun jeugd in beweging door politieke onrust. Zij vergelijken het leven in Nederland met het land dat altijd in hun hart blijft.

We spreken Diklah Zohar en Michael Ballack. De een woont al bijna 30 jaar in Nederland, de ander zelfs al sinds de jaren 70. Toch blijft de situatie in hun geboorteland, Israël, hen bezighouden. "Leed is leed, of het nu Palestijnse of Israëlische kinderen betreft."

Van Jeruzalem naar Leiden

Diklah kwam in 1996 vanuit Jeruzalem naar Nederland, kort na haar bachelor kunstgeschiedenis. "Mijn idee was altijd om ook in het buitenland te studeren", vertelt ze. "Ik dacht aan Italië, maar het werd Nederland. Mijn studietijd hier was echt fantastisch." Ze studeerde verder in Leiden, promoveerde aan de Vrije Universiteit Amsterdam (VU) en bouwde een carrière op als kunsthistoricus en mozaïek kunstenaar.

Haar fascinatie voor mozaïeken begon tijdens een workshop in Italië. "Het was een openbaring. Dit is kunst die ik echt wil maken." Inmiddels maakt ze eigen werk en leidt ze tentoonstellingen in kunstcentrum Kunstliefde in Utrecht, waar ze ook directeur is.

Al 47 jaar hier

Michael kwam in 1978 op zijn 26ste al naar Nederland. "Na 47 jaar is mijn leven absoluut hier", zegt hij. "Een deel van mij blijft Israëlisch, maar mijn leven is in Nederland." Zijn grote passie is motorrijden, of het nu door de Negev-woestijn is of langs de sloten van de Flevopolder. "Het is meditatie voor mij."

Hij groeide op in Israël, maar vond het land 'een opgesloten eiland'. De vrijheid die hij in Nederland ervoer van de coffeeshop tot de open discussiecultuur maakte diepe indruk. "In plaats van alles verbieden, laten ze mensen zelf bepalen of ze volgens de regels leven. Ik haat regels."

Rust en discussie

Voor Diklah was vooral de rust de grootste verandering. Ze verliet Israël tijdens de hectische jaren van de Oslo-akkoorden en terreuraanslagen. "In Israël eindigt een discussie vaak in geschreeuw. Hier luisteren mensen echt naar elkaar." Tegelijk merkt ze dat ook Nederland verandert. "Er is veel desinformatie. Mensen zijn onzeker en we zijn daardoor dingen opnieuw aan het definiëren."

Michael herkent de verschuiving. Hij loopt als Israëliër niet met een keppeltje op straat. "Je moet wel opletten. Tijden veranderen." Toch blijft hij hoopvol: "Ik zag laatst een bijeenkomst met Palestijnen en Joden die met elkaar praatten zonder te schreeuwen. Dat geeft hoop."

Gedeeld verdriet

Michael reist vooral voor vrienden en familie naar Israël, maar wil er niet meer wonen. "Zeker niet met de huidige politiek. Het is een foute regering", zegt hij. "Niet alleen door Netanyahu, maar de hele regering. Ze hebben de meerderheid in het parlement en kunnen doen wat ze willen, terwijl veel Israëliërs juist vrede willen en naast een Palestijnse staat willen leven."

Diklah voelt soms de druk om zich te verantwoorden voor het handelen van Israël, ook al staat ze er niet achter. "Wat er in Gaza gebeurt vind ik verschrikkelijk. Leed is leed, of het nu Palestijnse of Israëlische kinderen betreft." Michael noemt 7 oktober "barbaars" en zegt dat de verkeerde mensen worden aangevallen. "Ga maar een militaire basis aanvallen, maar niet een leefgemeenschap waar mensen juist vrede willen."

Hoe kijken Israëliërs die in Nederland wonen naar hun geboorteland?

Tussen twee werelden

Leven in Nederland betekent soms ook tussen wal en schip vallen. Michael: "In Amsterdam voelde ik me meteen thuis, maar er zijn momenten dat je als Israëliër moet opletten wat je zegt." Diklah merkt hoe mensen soms op slot gaan zodra ze horen dat ze uit Israël komt. "Dan wordt het gesprek ineens heel anders. Dat vind ik jammer."

Toch waarderen ze de kansen die Nederland biedt. Michael noemt het nog steeds 'hemel op aarde' vergeleken met veel plekken in de wereld. Diklah voelt zich hier professioneel thuis, maar blijft via haar kunst en reizen verbonden met Israël.

Hoop en realisme

Of er ooit vrede komt? Beiden zijn sceptisch maar hopen op verandering. "Elk volk heeft het recht zichzelf te definiëren. Het zou mooi zijn als Palestijnen en Joden in vrede konden leven. Misschien ben ik naïef, maar ik geloof dat het kan", zegt Diklah. Michael eindigt liever met humor, zoals met zijn mop over God die zegt dat er ooit vrede komt: "Maar ik maak het niet meer mee."

In hun verhalen klinkt de liefde voor Israël én voor Nederland, maar ook de pijn van een conflict dat hun identiteit dagelijks raakt. Ze wonen hier, maar een deel van hun hart blijft daar. Zoals Michael het zegt: "Life is good. Geen klachten. Maar Israël laat je nooit los."