Wie moet de nieuwe Tweede Kamervoorzitter worden? Gerdi Verbeet: 'Iemand met incasseringsvermogen en een goed humeur'

Blijft Khadija Arib (PvdA) aan als voorzitter van de Tweede Kamer, of moet ze die rol na jaren overdragen aan iemand anders? De Kamer heeft in elk geval een voorzitter nodig die door de wol geverfd is, zegt oud-voorzitter Gerdi Verbeet.

De strijd om de voorzittershamers kan weleens spannend worden. Zeker nu naast Khadija Arib (PvdA) en Martin Bosma (PVV) ook Vera Bergkamp (D66) zich heeft gemeld.

Werken onder tijdsdruk

Wie het ook wordt, de nieuwe Kamervoorzitter krijgt een hoop op zijn of haar bord, zegt oud-voorzitter Gerdi Verbeet. "Met al die partijen in de Tweede Kamer is het er niet makkelijker op geworden. Het proces in goede banen leiden vraagt een hoop van de nieuwe voorzitter."

Want een voorzitter werkt vaak onder tijdsdruk, weet Verbeet. "Je moet snel kunnen handelen en hebt geen tijd om er steeds het Reglement van Orde (bevat regels over de gang van zaken in de Tweede Kamer, red.) op na te slaan. Verder moet je volledig autonoom zijn, rolvast en altijd het overzicht houden."

Emotioneel debat

Ook moet de nieuwe voorzitter over een flink incasseringsvermogen beschikken, zegt Verbeet. Ze spreekt uit ervaring: "Kamerleden kunnen boos op je worden, bijvoorbeeld als je ze onderbreekt in een lang betoog. Dat is niet altijd leuk, daar moet je tegen kunnen. Je moet stevig in je schoenen staan en het liefst een goed humeur hebben."

Verbeet heeft met veel interesse naar het bloedstollende debat van vorige week gekeken. Ze vindt dat Arib het debat goed leidde, ondanks dat er zoveel emoties waren. "Ze heeft met gevoel voor de wedstrijd gefloten."

'Sterke voorzitter nodig'

Over wie het morgen moet worden, blijft de oud-voorzitter op de vlakte, al is het wat haar betreft niet iemand die net komt kijken.

"Het zijn bijzondere dagen, dit vereist een voorzitter met veel ervaring. Je hebt een ervaren iemand nodig die dit proces kan leiden."