De eikenprocessierups zorgde vorig jaar voor veel overlast. Duizenden mensen bezochten de huisarts omdat ze last hadden van jeuk, bultjes en roodheid. Maar dit jaar lijkt onze harige vijand zich veel minder te laten zien.
Hoe kan dat eigenlijk? Volgens bioloog en voorzitter van het Kenniscentrum Eikenprocessierups Arnold van Vliet zijn er dit jaar onder andere simpelweg minder rupsen.
Eikenprocessierups
Even een lesje eikenprocessierups: Vlinders vliegen rond, gaan paren en leggen eitjes op de takken van eiken. Hier komen in het voorjaar rupsen uit. Die maken vervolgens een paar larvestadia door. Een daarvan is het gevreesde stadium waarin ze brandharen krijgen die onder andere voor enorme jeuk kunnen zorgen. Uiteindelijk verpoppen deze larven zich weer tot vlinders.
"Alleen bijkt niet elke rups tijdens het overlastjaar 2019 zich tot vlinder verpopt te hebben", legt Van Vliet uit. Een deel van de rupsen is vorig jaar in de bodem gekropen en daar blijven zitten tot in ieder geval begin van deze zomer. "Er waren vorig jaar dus minder vlinders dan verwacht en er zijn dus minder eitjes afgezet. En daardoor heb je minder rupsen."
Overlast aangepakt
Het is volgens de bioloog niet met zekerheid te zeggen wanneer die rupsen van 2019 dan wél vlinders worden. Er is bekend dat de dennenprocessierups (die niet in ons land voorkomt) meerdere jaren in slaapstand kan blijven. Momenteel lopen tellingen van het aantal vlinders. "Dat is spannend, want het is vaak een indicatie van wat je volgend jaar kunt verwachten."
Er zijn dus minder rupsen uitgekomen dit jaar. Maar ook de grote overlast van vorig jaar heeft eraan bijgedragen dat gemeenten en provincies het onderwerp serieus namen. Dit jaar is er veel preventief gespoten met bacteriën en aaltjes.
Weer of geen weer
Daarnaast is er niet alleen meer bestrijding geweest, ook de natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups winnen terrein. Zo zijn er dit jaar meer bloemrijke bermen en nestkastjes. "Maar het is nog onduidelijk hoe substantieel die invloed is", nuanceert Van Vliet.
Naast de bestrijding speelt ook het weer een rol. In 2019 was er een specifieke week waarin er veel overlast van de rups was. Het was toen extreem heet, het was droog en er stond harde wind en de rupsen zaten vol met brandharen. Ideale omstandigheden voor een sterke verspreiding van brandharen. Dit jaar kenden we ook een periode met hoge temperaturen, maar die was minder gunstig voor de verspreiding doordat het natter was en er minder wind stond.
Lees ook
Niet achteroverleunen
Minder rupsen, meer bestrijding én slecht rupsen-weer heeft er dus voor gezorgd dat de terreur van de eikenprocessierups ons dit jaar grotendeels bespaard is gebleven. Maar rustig afwachten hoe het volgend jaar gaat zijn, dat lijkt de bioloog geen goed idee.
De noodzaak is er om alert te zijn, want het klimaat verandert en er is al jarenlang een duidelijke stijgende lijn te zien in het aantal rupsen. "Dat dit niet meer weggaat, moge duidelijk zijn."
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.