Terwijl Nederland eind 2022 van het Russische gas af wil en er daarmee nog meer stroom nodig is voor de huishoudens, zit het stroomnet op sommige delen van het land overvol. Dat leidt tot problemen, onder andere in Amsterdam.
In de hoofdstad lijkt er tot 2027 nauwelijks plek voor nieuwe aanvragen aan netbeheerders. Die leveren stroom aan plaatsen waar het nodig is, maar kunnen op dit moment de vraag niet aan.
Wie het eerst komt
Wie het eerst komt, wie het eerst maalt - is het principe, en de wet. In de praktijk betekent dit bijvoorbeeld dat een datacenter dat eerder een aanvraag doet om aangesloten te worden dan bijvoorbeeld een kinderziekenhuis, ook vooraan in de rij staat.
Als de stroom daarna op is, is het voor een netbeheerder verboden om dan maar te zeggen dat ze het kinderziekenhuis voor laat gaan. Dat moet anders, vindt onder meer de gemeente Amsterdam.
Hoe het vol raakte
De vraag naar elektriciteit stijgt momenteel hard. Dat komt door de wens onafhankelijk te zijn van Russisch gas enerzijds en de energietransitie anderzijds. Bedrijven die nu willen of moeten verduurzamen, vragen meer stroom. Dat ziet wethouder Marieke van Doorninck van Ruimtelijke Ordening ook in Amsterdam.
Daarnaast is Nederland een typisch gasland, zo stelt David Smeulders, hoogleraar Energietechnologie van de TU Eindhoven. Hij vergelijkt het Nederlandse stroomnet met een oud campingnetje. "Een oud net, niet gemaakt voor een volledige omslag, omdat alles zo lang op gas gebouwd is geweest."
Elektriciteit voor voorzieningen in de wijken
Gemeenten willen graag meer kunnen sturen, nu de energievraag zo krap wordt. De gemeente Amsterdam schreef daarom een brief aan het kabinet, Amsterdam vindt het namelijk onwenselijk om woonwijken aan te leggen, waar vervolgens geen stroom meer beschikbaar is voor voorzieningen zoals scholen, supermarkten of horeca.
"We kunnen op een gegeven moment dan wel een woonwijk laten aanleggen, maar een wijk is niet compleet zonder school of medisch centrum. In Amsterdam zien we wijken waar huizen gebouwd worden, maar waar we echt nog moeten zoeken naar elektriciteit om dat te regelen."
Gebrek aan regie
Het probleem is groot, ziet Smeulders. "Niet alleen in Amsterdam, maar in heel Nederland kleurt de kaart van de netbeheerder bloedrood. Er ontstaan problemen bij het aansluiten van hele nieuwe dorpscentra en woonwijken", ziet hij.
"Medische centra en scholen kunnen soms niet worden aangesloten. Er moet daarom geprioriteerd worden. Lokale overheden moeten kunnen zeggen dat ze een dorpshuis verkiezen boven een datacentrum."
Het moet anders
Het moet dus anders en dat kan redelijk snel, denkt hij. "Het datacentrum in Zeewolde had destijds wel prioriteit gekregen van het ministerie van Economische Zaken. Als dat kan, moet je dat ook kunnen doen voor een dorpshuis."
Hij zou willen dat het in dit vraagstuk niet neerkomt op paniekvoetbal. "Het is een energietransitie, geen energierevolutie. Er moeten plannen gemaakt worden, dat ontbreekt nu."
Andere wetgeving nodig
Nu hebben lokale overheden nog niet de mogelijkheid om te sturen. Ook netbeheerders kunnen dat nu nog niet, behalve als er echt een tekort aan stroom ontstaat. Het heeft bij de betrokken partijen de voorkeur zo'n probleem voor te blijven, maar daar is andere wetgeving voor nodig.
"Nederland is een erg competitief land, er wordt niet snel gekeken naar sturen en prioriteiten stellen. Wie het eerst komt, wie het eerst maalt. Volgens minister Rob Jetten mag je van Europa ook niet prioriteren. Ik heb daarnaar gekeken, maar hij heeft die regel anders geïnterpreteerd. Je kan best sturen, maar dan moet je daar een wet voor willen maken."
Reactie van het ministerie
Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat heeft laten weten dat ze kijken naar prioriteiten stellen. Dit willen ze doen in goed overleg met netbeheerders, de Autoriteit Consument & Markt en de medeoverheden.
Deze zomer is de minister van plan de Kamer te informeren over zijn afwegingen.
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.