Het kabinet schiet mensen van wie het pensioen door de lage rentestand verdampt te hulp. Door nog voor de zomer de zogeheten 'pensioenknip' opnieuw in te voeren wil staatssecretaris Jetta Klijnsma van Sociale Zaken proberen te voorkomen dat gepensioneerden er sterk in koopkracht op achteruit gaan.
Dat risico dreigt voor mensen die via een premieregeling pensioen opbouwen bij een verzekeraar. Uit een reportage van EenVandaag bleek onlangs dat de lage rentestand een desastreus effect heeft op de pensioenen van deze mensen.
Rentestand historisch laag
In een premieregeling bouwen werknemers door de inleg van een maandelijkse premie een kapitaal op waarmee ze op pensioengerechtigde leeftijd in één keer een pensioenuitkering moeten aankopen. Bepalend voor de hoogte van die uitkering is de actuele rentestand. Die is nu historisch laag, waardoor mensen tot wel 50% minder pensioen krijgen dan vijf jaar terug. In EenVandaag vertelde Maarten van der Heijden dat hij afkoerst op een pensioenuitkering van circa 11.000 euro, waar dat in 2010 nog bijna 20.000 euro was.
Pensioen voor twee jaar kopen
Volgens de huidige regels geldt een pensioenuitkering de rest van iemands leven. Van der Heijden zou dus tot aan zijn overlijden 11.000 euro per jaar ontvangen. Met de pensioenknip wil Klijnsma mensen nu de mogelijkheid bieden om een pensioen voor twee jaar aan te kopen. Na die twee jaar kan de rest van het pensioen worden gekocht, in de hoop dat de rente weer is gestegen.
Pensioenknip tot 2017
Volgens Klijnsma is de pensioenknip een 'tijdelijke noodoplossing'. Het ministerie en pensioendeskundigen wijzen er op dat de maatregel geen garanties biedt op een hoger pensioen. De rente kan over twee jaar namelijk nog steeds zo laag zijn. Klijnsma had eerder aangekondigd een oplossing te zoeken voor mensen die getroffen worden door een verdampt pensioen. Maar die oplossing zou er pas na 1 juli 2016 komen. Klijnsma denkt er aan mensen langer te laten doorbeleggen, zodat ze niet alleen afhankelijk zijn van de rentestand. De pensioenknip blijft, zo is de bedoeling, tot 2017 bestaan. Daarna moet er een structurele oplossing zijn met nieuwe pensioenwetgeving.
Blij met herinvoering
De pensioenknip werd eerder, in 2009, al ingevoerd, waarna hij vorig jaar weer verdween. Reden was dat er maar weinig mensen gebruik van hadden gemaakt en zij die dat hadden gedaan bleken nog slechter af te zijn. Rob Goedhart, voorzitter van de stichting Geldbelangen die zich hard heeft gemaakt voor een oplossing, is blij met de herinvoering van de pensioenknip. Volgens hem is het risico dat mensen na twee jaar slechter af zijn nu veel kleiner. ,,De rentestand is zo laag, die kan bijna niet meer lager." Goedhart vindt dat verzekeraars hun klanten nu actief op de mogelijkheid van de pensioenknip moeten gaan wijzen. Hij wil snel om tafel met de branche om daar afspraken over te maken.
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.