De eerste commerciële testbedrijven zijn begonnen met het uitvoeren van testen voor de GGD. Dat is hard nodig, want de GGD's kunnen hun capaciteit op korte termijn niet verder opschalen. Toch is niet iedereen enthousiast. "Je vergelijkt appels met peren."
Sommige teststraten kunnen het niet meer aan - de maximale capaciteit is bereikt. De eerste commerciële testbedrijven springen sinds vandaag bij in regio's waar de GGD het te druk heeft. Belangrijk om zicht te houden op de ontwikkeling van het virus zegt de een, geldverspilling zegt de ander.
'Geldverspilling'
Hoogleraar medische microbiologie aan de Rijksuniversiteit Groningen Bert Niesters is geen voorstander van de hulp door commerciële testbedrijven. "Het is appels met peren vergelijken", zegt hij. "Bij de GGD doen ze een PCR-test, die heel gevoelig is, en de commerciële teststraten doen een antigeentest, die is minder precies."
"We hebben te weinig actie ondernomen om de testcapaciteit op te schroeven. Nu commerciële bedrijven hiervoor inschakelen is geldverspilling", zegt Niesters. Wat volgens hem wel zou helpen is om mensen niet langer na een positieve zelftest nog naar de GGD te sturen. Volgens het RIVM gaat het bij de helft van de positieve testen bij de GGD om een bevestiging na een positieve zelftest. Dat heeft volgens Niesters weinig zin.
Blijven sequencen
Een belangrijk argument voor de 'bevestigingstesten' is dat er op die manier zicht gehouden wordt op het virus. Maar dat is onzin, volgens Niesters. "We zijn het overzicht op het totaal aantal besmettingen allang kwijt." Het exacte aantal maakt volgens hem ook minder uit nu toch wel duidelijk is dat het gaat om veel besmettingen.
Wat wel belangrijk is, is dat we zicht houden op nieuwe varianten, zegt hij. "Dat kunnen we doen door te blijven sequencen en steekproeven te doen."
Te veel risico's
Het zou ook volgens arts en gezondheidseconoom David Ikkersheim enorm helpen als mensen die al een positieve zelftest hebben, niet naar de GGD gaan om die 'bevestigingstest' te doen. Maar omdat er nu nog steeds onzekerheid is over het effect van het virus op de ziekenhuizen, zeker als de cijfers zo enorm blijven toenemen, is het volgens Ikkersheim nog wel verstandig nu massaal te blijven testen.
"De groei van het aantal besmettingen neemt nog steeds toe. Zolang dat gebeurt, weet je niet waar het gaat eindigen. Je kan het ook nu nog drie of vier weken aankijken en dan overgaan op ander beleid, waar minder getest wordt." Daarvoor ziet de arts-gezondheidseconoom nu nog te veel risico's.
Helpt juist wel om samen te werken
De antigeentest die je bij de commerciële testlocaties doet, is volgens Ikkersheim juist zeker niet onverstandig. "Wanneer je klachten hebt pikt de antigeentest dat ook heel goed op, daarom helpt het nu zeker om samen te werken met de commerciële testlocaties."
Volgens Ikkersheim kan er ook zeker voor gekozen worden dat nog verder op te schroeven, als je nog steeds het totaalbeeld van het virus in de gaten wil houden. Anders, zo stelt hij, komt je sowieso in een testinfarct terecht. Stoppen met het massale testen is volgens hem in ieder geval nu nog te vroeg.
Gratis zelftesten
Kunnen we in plaats van geld uitgeven aan commerciële testbedrijven het niet beter gebruiken om zelftesten gratis te maken? "Dat is zeker het overwegen waard", zegt Niesters. Hij is het dan ook niet eens met het besluit van het kabinet om een OMT-advies over het aanbieden van gratis zelftesten naast zich neer te leggen.
"Ik snap dat het nu voor sommige mensen duur is, daarom zou de overheid dat beschikbaar moeten stellen. Hoe meer mensen zich testen, hoe veiliger het is om ergens naartoe te gaan." De zelftesten zijn volgens hem van dezelfde kwaliteit als de testen bij commerciële bedrijven, als ze goed worden uitgevoerd. "Het is wel belangrijk dat mensen ook de keel meenemen, zeker met omikron."
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.