radio LIVE tv LIVE
meer NPO start
EenVandaag Opiniepanel

Weinig zorgen over overstromingen, zelfs bij inwoners risicogebieden: 'Het zal mijn tijd wel duren'

Weinig zorgen over overstromingen, zelfs bij inwoners risicogebieden: 'Het zal mijn tijd wel duren'
Weg staat blank door de hoge waterstand van de Maas
Bron: ANP

Lang niet iedereen die in een gebied woont met overstromingsgevaar is zich daarvan bewust. Zorgen dat de eigen regio onder water kan lopen zijn er nauwelijks: slechts 1 op de 5 (20 procent) maakt zich daar zorgen over, 4 op de 5 doen dat niet.

Dat blijkt uit onderzoek van EenVandaag over de waterschapsverkiezingen onder 25.000 leden van het Opiniepanel. De meesten zien een overstroming niet als een serieus gevaar.

Meeste risico in kustprovincies en langs rivieren

Onder de deelnemers zijn 15.000 mensen die in een gebied wonen met een kleiner of groter overstromingsrisico. Zij wonen vooral in de kustprovincies, Flevoland en langs de grote rivieren.

Volgens Rijkswaterstaat en kennisinstituut Deltares kunnen deze gebieden in meer of mindere mate onder water lopen bij een dijkdoorbraak of een overstroming van een rivier. Op de website overstroomik.nl kunnen mensen zien hoe hoog het water bij hen in de buurt komt bij een eventuele overstroming.

In blauwe gebieden is een risico op overstroming
Bron: Op basis van Atlas Leefomgeving en Rijkswaterstaat
In blauwe gebieden is een risico op overstroming

Niet bewust van risico

Een derde (35 procent) van de mensen die in zo'n gebied met een overstromingsrisico wonen, is zich daar niet van bewust. Een kwart (23 procent) van de ondervraagden denkt dat ze in een veilige regio wonen en 12 procent weet niet of ze risico lopen.

Twee derde (65 procent) is zich er wél van bewust dat er overstromingen kunnen plaatsvinden in de regio waarin ze wonen.

Zorgen om natte voeten?

Zorgen over hoog water leven nauwelijks, blijkt uit het onderzoek. Slechts 1 op de 5 (20 procent) van de ondervraagden die in een risicogebied wonen maakt zich zorgen over overstromingen.

De overgrote meerderheid (79 procent) maakt zich daar niet druk om. Wie zich daar wel zorgen om maakt, woont vaak onder de zeespiegel.

Bekijk ook

'Alles was nat in huis'

Sommigen hebben al dreigende situaties meegemaakt die ze bewust gemaakt hebben van het gevaar van het water. "Ik woon aan een kanaal, meer dan 3,5 meter onder het NAP. De dijken zijn hier al eens matig bevonden", schrijft iemand. Een ander schrijft: "Wij hebben al twee keer een overstroming gehad! Alles was nat in mijn woning."

Anderen maken zich niet zozeer zorgen om zichzelf, maar vooral om de generaties die na hen komen, zoals hun kinderen en kleinkinderen.

Overstromingen voelen niet urgent

Bij de groep die zich geen zorgen maakt, overheerst het gevoel dat overstromingen nog ver weg zijn. 'Het zal mijn tijd wel duren', is de stemming onder veel mensen. Een deel denkt dat ze veilig zijn omdat ze boven het Normaal Amsterdams Peil (NAP) wonen.

Toch loopt volgens het Planbureau voor de Leefomgeving ook een deel van Nederland dat boven de zeespiegel ligt, bijvoorbeeld langs grote rivieren, wel degelijk risico.

Bekijk ook

Vertrouwen in goed dijkonderhoud

Ook denken veel mensen dat ze zich nu niet druk hoeven te maken omdat ze het idee hebben dat onze dijken goed onderhouden worden. En ze vertrouwen erop dat er in de toekomst nieuwe technische oplossingen bedacht zullen worden die ervoor zorgen dat ze veilig kunnen leven.

Over de vraag of er nu nieuwe huizen gebouwd kunnen worden in gebieden met een overstromingsrisico zijn de ondervraagden verdeeld. Het kabinet is van plan om de komende jaren zo'n 800.000 huizen te bouwen in deze gebieden en op plekken waar de bodem daalt.

Woningnood en watersnood

De helft (52 procent) van alle deelnemers vindt dit een slechte zaak. Zij zijn van mening dat er een verschil is tussen huizen die er nu al staan en bijbouwen voor de toekomst. Je moet het gevaar niet groter maken, zeggen zij.

4 op de 10 (40 procent) vindt de bouwplannen geen probleem. Voor hen geeft de huidige woningnood de doorslag. "Woningnood gaat voor watersnood", vat iemand het samen.

Hoe denken panelleden over de waterschapsverkiezingen en overstromingsrisico's?
info

Over het onderzoek

Het onderzoek is gehouden van 2 tot en met 6 maart 2023. Aan het onderzoek 24.732 leden van het EenVandaag Opiniepanel mee. Onder de deelnemers zijn 15.000 mensen die in een gebied wonen met een groter of kleiner overstromingsrisico. Het onderzoek is na weging representatief voor zes variabelen, namelijk: leeftijd, geslacht, opleiding, burgerlijke staat, spreiding over het land en politieke voorkeur gemeten naar de Tweede Kamerverkiezingen van 2021. Het Opiniepanel bestaat uit 80.000 leden.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Van Schiedam naar Damascus: Shadi keert na 12 jaar terug naar zijn geboorteland

Van Schiedam naar Damascus: Shadi keert na 12 jaar terug naar zijn geboorteland
Shadi (links) met zijn oud-buurman in Damascus
Bron: EenVandaag

Shadi Karazi vluchtte in 2013 uit Syrië voor de verwoestende burgeroorlog. Hij woont al 9 jaar in Nederland en gaat nu voor het eerst terug naar zijn familiehuis in de Syrische hoofdstad Damascus. "Slechter dan onder Assad kan het nooit meer worden."

Shadi vluchtte uit Harasta, een buitenwijk van de hoofdstad Damascus die na jaren van belegering en bombardementen vrijwel verwoest is. Hij verbleef eerst in een aantal andere landen voordat hij terechtkwam in Schiedam. Daar werkt hij nu al bijna 5 jaar bij woningcorporatie Maasdelta Groep in Spijkenisse.

'Had gehoopt op meer mooie momenten'

De moeder van Shadi bleef in Syrië en overleed in 2015. Zowel hij als zijn broer konden niet bij de begrafenis zijn. "Toen hadden we nog geen verblijfsvergunning, dus we mochten niet reizen", legt hij uit.

Het blijft tot op de dag van vandaag een moeilijke herinnering voor hem. "Dat blijft in mijn hart, ze is daar in haar eentje overleden. Ik had gehoopt nog meer mooie momenten met haar te hebben."

Bekijk ook

Besef

"Ik voelde me ook niet goed als ik bijvoorbeeld succes had in Nederland", gaat Shadi verder over het verlies van zijn moeder. "Ik miste iemand om het aan te vertellen, mijn moeder."

Hij bleef hopen op een hereniging met haar. Maar toen hij tijdens zijn bezoek aan Damascus haar graf zag, voelde het alsof er een zware steen van zijn borst werd getild. De waarheid van haar overlijden kwam toen eindelijk binnen, vertelt hij.

'Zoiets kan nooit meer gebeuren'

De laatste weken is veel meer naar buiten gekomen over het leed van de Syrische bevolking onder Assad en tijdens de lange burgeroorlog. Hele wijken zijn vernietigd door bombardementen en tienduizenden mensen gevangengenomen. Velen van hen hebben dat niet overleefd.

De val van het regime en het einde van de burgeroorlog was een feest voor de bevolking. Maar volgens Shadi heeft het land nu veel tijd nodig om alles opnieuw op te bouwen. "Maar de situatie kan nooit slechter dan de tijden van Assad, zoiets kan nooit meer gebeuren."

Bekijk ook

'Ik vind hem een held'

Tijdens zijn bezoek aan zijn geboorteland kwam Shadi ook nog anderen tegen, zoals zijn buurman, die hij meteen in de armen sloeg. "Ik vind hem een held, want hij is ook tijdens het beleg van 6 jaar daar gebleven", vertelt hij.

Shadi's buurman heeft 2 jaar lang opgesloten gezeten en zag hoe zijn 14-jarige dochter om het leven kwam door een raketaanval. "Maar tot nu toe is hij nog steeds daar, daarom zie ik hem echt als een held. Ik leer van zo'n persoon."

Connecties uit het verleden

Ook kwam Shadi vrienden uit zijn kinder- en schooltijd tegen. Ze waren enorm blij om elkaar weer te zien. "Gelukkig heb ik er een paar gevonden", lacht hij.

"Ik ben ook op bezoek geweest bij de moeders van mijn vrienden die nog niet naar Syrië konden komen." Op die manier vond hij toch nog connecties uit het verleden.

Bekijk ook

Betalen voor hotel in geboorteland

Wat voor Shadi het raarst was tijdens zijn bezoek aan zijn geboorteland, is dat hij in een hotel moest slapen. Hij had geen woning of andere plek om te slapen, het huis van zijn moeder was al leeggemaakt zodat mensen tijdens het beleg meubels konden verbranden voor warmte.

"Ik stond met veel emoties bij de receptie", vertelt hij. "Ik ben hier geboren en getogen, maar ik moest een kamer in een hotel vinden. Dat vind ik echt niet normaal."

Veilig in Nederland

Voor Shadi was het ondanks alles niet moeilijk om na zijn bezoek terug naar Nederland te gaan. "Alles is nu vreemd daar, alles is veranderd."

Shadi heeft nu een gezin in Nederland, zijn jongste dochter is hier geboren. "We hebben hier veiligheid gekregen", gaat hij verder. "Ik houd van Syrië en ik heb zin om daar te leven, maar dat kan je niet binnen een paar dagen beslissen." Hij wil wel weer snel op bezoek. "Want mijn kleine dochtertje is ook blij dat ze haar oma en opa, de ouders van mijn vrouw, kan ontmoeten."

Shadi uit Syrië keert na 12 jaar terug naar zijn geboorteland: 'Alles is veranderd'

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Poeptransplantatie om van darmziekte af te komen? Rinneke deed mee aan onderzoek: 'Is niets vies aan'

Poeptransplantatie om van darmziekte af te komen? Rinneke deed mee aan onderzoek: 'Is niets vies aan'
Rinneke onderging een poeptransplantatie om van haar darmziekte af te komen
Bron: EenVandaag

Het klinkt vies: een poeptransplantatie, waarbij je andermans uitwerpselen krijgt toegediend om je ziekte te verhelpen. Toch heeft het veel potentie, denkt Rinneke. Zij lijkt van haar ziekte af. "Kan weer wandelen zonder de bosjes in te hoeven."

Rinneke Kamminga heeft colitis ulcerosa, een chronische ontstekingsziekte van de darm. "Ik heb heel veel moeite om mijn ontlasting op te houden. Als ik aandrang krijg moet ik eigenlijk al op de wc zitten", vertelt ze. Op slechte dagen moet ze meer dan tien keer per dag naar het toilet en ervaart ze allerlei pijnen. Het beheerst haar hele leven.

Fecestransplantatie

Maar er gloort ook hoop, want Rinneke is proefpersoon voor wetenschappelijk onderzoek naar een nieuwe behandelmethode die goed lijkt te werken. Haar ontstekingswaarden zijn enorm gedaald en de stoelgang is genormaliseerd.

Rinneke kreeg 5 maanden geleden een zogenoemde fecestransplantatie in het Amsterdam UMC. Daarbij krijgen patiënten de darmmicrobiota van een gezonde donor toegediend via hun poep.

Bekijk ook

'Je proeft en ruikt het niet'

"Een vriendin had me erover getipt", vertelt Rinneke over het ontdekken van de behandeling. "Ik ben gaan lezen en dacht: nou ja, als die andere medicijnen allemaal niet werken, wil ik dit wel proberen."

Ze vindt er zelf niets vies aan, zegt ze beslist. "Ik ben verpleegkundige, dus ben wel wat gewend. En je proeft het niet en je ruikt het niet."

Nieuwe gezonde ontlasting

"Bij mensen met colitis ulcerosa spoelen we hun eigen ontlasting weg en we geven we ze nieuwe, verse ontlasting van een supergezonde donor", vertelt maag-darm-leverarts Cyriel Ponsioen. Hij leidt het onderzoek TURN2 waar Rinneke aan meedoet.

"In Nederland lijden zo'n 50.000 mensen aan colitis ulcerosa", weet hij. "Deze chronische darmontsteking leidt tot klachten als diarree, krampen, bloedverlies en vermoeidheid. Daardoor kun je ook je werk niet goed meer doen."

De darmziekte van Rinneke werd behandeld met een experimentele poeptransplantatie

Natuurlijke balans

Veel mensen hebben baat bij medicijnen, maar de ontsteking genees je daar niet mee, legt Ponsioen uit. "Wij denken dat als we de natuurlijke balans tussen bacteriën, virussen, schimmels, al die micro-organismen in je darm kunnen herstellen, dat de ziekte dan tot rust kan komen en misschien wel helemaal over is."

10 jaar geleden startte Ponsioen een eerste studie, met veelbelovende resultaten. Van de 25 behandelde patiënten leken er zes genezen. Maar deze resultaten waren niet wetenschappelijk significant.

Vervolgonderzoek

Er kon niet met zekerheid worden gezegd dat de verbetering door de poeptransplantatie kwam en niet door toeval. Daarom kwam er een vervolgonderzoek, waar Rinneke aan meedoet. Deze studie is 'dubbelblind': er is een groep die echt de poeptransplantatie krijgt, en een placebo-groep.

Rinneke vermoedt dat ze in de eerste groep zit. "Na de eerste behandeling hielp het al een beetje en hoefde ik minder vaak naar het toilet. Na de vierde ging het nog veel beter."

Bekijk ook

Hoge verwachtingen

Ponsioen verwacht veel van zijn onderzoek. "Het onderzoeksteam kan binnenkort de resultaten gaan analyseren. Wij hopen dat ongeveer 40 procent van de mensen die we behandelen blijvend goed op de poeptransplantatie reageert."

Hij benadrukt dat de TURN2 studie vol zit en patiënten zich dus niet meer kunnen aanmelden. Uiteindelijk hoopt Ponsioen zoveel kennis op te doen dat hij straks precies weet welke bacteriën gunstig zijn en bijdragen aan een gezond microbioom in de darmen.

Therapie in pilvorm

"Dat wil zeggen dat je naar het laboratorium gaat en heel erg goed gaat kijken om welke bacteriën het gaat, om welke virussen en om welke schimmels, zodat je weet welke je moet terugbrengen."

Met die kennis hoopt Ponsioen uiteindelijk een therapie te ontwikkelen die mogelijk in de toekomst in pilvorm beschikbaar kan worden. "Dan hoef je tenminste niet meer opgeloste ontlasting via een slangetje naar binnen te brengen", zegt hij tot slot.

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant