radio LIVE tv LIVE
meer NPO start
EenVandaag Opiniepanel

Meeste ouders blij met deelname school aan Week van de Lentekriebels, kwart heeft het liever niet

Meeste ouders blij met deelname school aan Week van de Lentekriebels, kwart heeft het liever niet
Leerlingen spelen een spel tijdens een les in het kader van de start van de Week van de Lentekriebels
Bron: ANP

Twee derde van de ouders vindt het goed dat de basisschool van hun kind deze week meedoet met de Week van de Lentekriebels. Toch leidt de themaweek ook tot boze reacties: een kwart wil dat de school van hun kind niet meedoet.

Dat blijkt uit onderzoek van EenVandaag onder ruim 1.400 ouders in het Opiniepanel, die een kind hebben op de basisschool. Tijdens de Week van de Lentekriebels wordt aandacht besteed aan voorlichting over weerbaarheid, relaties en seksualiteit. Basisscholen kunnen zich vrijwillig aanmelden om mee te doen aan deze themaweek.

'Laten we het bespreekbaar houden'

Van ouders van wie de basisschool van hun kind meedoet aan de themaweek, is bijna twee derde (63 procent) daar positief over. Zij vinden het bijvoorbeeld goed dat kinderen leren hun grenzen aan te geven, en daarmee weerbaarder worden. Ook vinden veel ouders dat die voorlichting op school 'er gewoon bijhoort'. "Laten we niet zo moeilijk doen over dit onderwerp en het gewoon bespreekbaar houden", vindt een ouder.

Wat vinden ouders ervan dat de basisschool van hun kind deelneemt aan Week van de Lentekriebels?

Bovendien vindt 70 procent van alle deelnemers het belangrijk dat ook basisscholen aandacht besteden aan relationele en seksuele voorlichting. Vaak omdat zij vermoeden dat niet ieder kind daar thuis een goede basis van meekrijgt. "De opvoeding ligt vooral bij ouders, maar er zijn ook kinderen die nooit iets meekrijgen over seksualiteit of leren dat homo's vies zijn. Dus ook de school is belangrijk hierin", schrijft een deelnemer.

info

Wat is de Week van de Lentekriebels?

De Week van de Lentekriebels is een initiatief van expertisecentrum Rutgers en de GGD om scholen te ondersteunen bij relationele en seksuele vorming. De projectweek bestaat inmiddels 20 jaar. Scholen zijn niet verplicht om deel te nemen: ze mogen zelf bepalen of ze meedoen en op wat voor manier. Bij aanmelding ontvangen ze handleidingen en lesmateriaal. Welke onderwerpen daarin voorkomen, verschilt per leeftijdsniveau.

In de eerste groepen gaat het over basisthema's als vriendschap, emoties en de vraag 'van wie is je lijf?'. In de middelste groepen leren kinderen over grenzen aangeven, verschillen tussen mensen en verliefdheid. Voorlichting over relaties, seksuele ontwikkeling en diversiteit komen pas in de laatste groepen aan bod. Ook is er dan aandacht voor social media en groepsdruk.

'Week niet naar school'

Tegelijkertijd zou een kwart (26 procent) van de ouders met een kind op een deelnemende basisschool liever zien dat die school niet meedoet aan de Week van de Lentekriebels. Sommigen vinden de basisschool 'te vroeg' om met voorlichting te beginnen. Anderen vinden het een taak die vooral bij ouders hoort te liggen.

Wie is het meest verantwoordelijk voor relationele en seksuele voorlichting kind?

Maar er klinken ook fellere geluiden. Sommige ouders omschrijven de themaweek als 'woke onzin', hebben moeite met aandacht voor lhbtqi+-onderwerpen, of denken dat het programma 'een ideologie probeert op te dringen'. Enkele ouders verbieden hun kind om die reden zelfs om naar school te komen. "Mijn kind is daar niet bij, ze heeft 'de griep'", vertelt een ouder.

'Reacties heftiger geworden'

Die geluiden herkennen ook de ruim 300 basisschoolleraren en -directeuren die deelnamen aan het onderzoek. Meer dan de helft van hen kreeg ook weleens reacties van ouders naar aanleiding van deze week. Sommigen van hen merken op dat die de laatste jaren 'veel heftiger' zijn geworden, in enkele gevallen met agressie of bedreigingen als gevolg.

"Negatieve reacties komen vrijwel altijd door desinformatie op social media", merkt een leraar op. "Ouders horen de meest idiote verhalen en lijken dat helaas ook nog te geloven." Enkele scholen voegen daaraan toe dat eerdere deelnames tot zoveel verzet onder ouders leidden, dat ze er inmiddels mee gestopt zijn of de lessen op een ander moment inplannen.

Wat heeft basisschool gecommuniceerd met ouders over de Week van de Lentekriebels?
info

Over dit onderzoek

Het onderzoek is gehouden van 27 tot en met 31 maart 2025. Er deden in totaal 24.021 leden van het EenVandaag Opiniepanel mee, waarvan 1406 ouders met een kind op de basisschool. Het onderzoek is na weging representatief voor zes variabelen, namelijk: leeftijd, geslacht, opleiding, burgerlijke staat, spreiding over het land en politieke voorkeur, gemeten naar de Tweede Kamerverkiezingen van 2023.

In gesprek gaan

Andere leraren laten weten dat veel weerstand ook kan worden weggenomen door met de ouders in gesprek te gaan, of vooraf inzicht te geven in de inhoud van het lesprogramma. Toch doen in de praktijk niet alle scholen dat. Bij de deelnemende scholen, kregen 6 op de 10 ouders (59 procent) vooraf te horen hoe de school invulling geeft aan de themaweek.

3 op de 10 (31 procent) geven aan daar geen informatie over te hebben ontvangen. "Ik had graag geweten of en hoe er aandacht aan wordt besteed, omdat ik er positief over ben", vertelt een ouder. "Maar ik begrijp ook dat de school terughoudend is gezien de reacties die het kan oproepen."

Bekijk ook

Hoe wordt er gedacht over de Week van de Lentekriebels?

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Afgelopen maanden gingen zeker 3.000 azc-plekken toch niet door, vaak na protesten: 'Gemeenten komen zo tegenover inwoners te staan'

Afgelopen maanden gingen zeker 3.000 azc-plekken toch niet door, vaak na protesten: 'Gemeenten komen zo tegenover inwoners te staan'
Spandoek tegen de komst van een asielzoekerscentrum in Berlicum
Bron: ANP

Uit een inventarisatie van EenVandaag blijkt dat aanhoudende protesten er vaak toe leiden dat de geplande opvangplekken voor asielzoekers tijdelijk of definitief worden geschrapt.

Door deze aanhoudende en succesvolle protesten raakt het Centraal Opvang Asielzoekers (COA) steeds verder af van het doel van 96.000 opvangplekken. Dit zijn het aantal plekken dat de spreidingswet voorschrijft en moet voor 1 juli worden behaald.

Ophef om azc

In zeker veertien gemeenten, die samen goed zijn voor de opvang van bijna 3.000 vluchtelingen, is de afgelopen maanden een tijdelijke of definitieve streep gezet door de plannen voor een asielzoekerscentrum.

Deze inventarisatie is gedaan op basis van berichtgeving van de afgelopen maanden over opvang die geannuleerd is. Er is gekeken naar de protesten en de daaropvolgende reactie vanuit het gemeentebestuur.

Zoeken naar nieuwe opvanglocaties

Het werkelijke aantal kan nog hoger liggen, omdat ook veel gemeenten waar protest is geweest nog geen besluit hebben genomen. Zoals bijvoorbeeld in de gemeente Maashorst, waar een informatieavond over drie mogelijke opvanglocaties uit de hand liep. De avond werd beëindigd met charges van de mobiele eenheid.

De locatie in Maashorst moest in totaal 750 asielzoekers opvangen. Of dit plan kan worden doorgezet is nu nog maar de vraag. Uit de rondgang van EenVandaag blijkt dat er de komende weken op nog meer plekken wordt gesproken over nieuwe opvanglocaties.

Bekijk ook

Geen azc na protesten

In sommige gevallen zegt de gemeente zelf dat ze de beoogde locatie voor een azc annuleren vanwege de protesten. Dit was bijvoorbeeld het geval in de gemeente Sint Michelsgestel.

"Na de maatschappelijke en politieke onrust die is ontstaan in de gemeente, is de primaire inzet van het college gericht op nazorg en depolarisering", schrijft de gemeente op hun website.

'We zijn niet gezwicht'

In andere gevallen zijn er wel protesten geweest, maar ontkennen raadsleden daar aan toe te hebben gegeven. Zo kondigde de gemeente Hardenberg in maart aan te kijken naar zeven potentiële locaties voor een nieuwe opvang. Na dit bericht volgde er twee informatieavonden en een protest.

Daarna maakte de coalitie bekend de zoektocht naar een locatie te staken. Raadslid Simone Hof (Christenunie) zei toen tegenover RTV Oost: "We zijn niet gezwicht voor de druk van een luidruchtige groep tegenstanders." Zij wijst juist naar het wankelende beleid van asielminister Marjolein Faber. Ook blijkt dat stikstof besluitvorming in de weg zit, of als argument wordt gebruikt om een azc niet te gaan bouwen.

In deze gemeenten werd een asielopvang geannuleerd

Weinig draagvlak

Verschillende gemeenten geven na het schrappen van een locatie wel aan verder te zoeken naar een andere locatie. Dat moet ook volgens de spreidingswet. Toch hebben ze nog weinig tijd om dit voor 1 juli te regelen, omdat ze vaak al veel locaties in beeld hebben gehad.

In de gemeente Dinkelland is de beoogde locatie van de baan, maar zegt de gemeente wel verder te zoeken naar een andere locatie. CDA-raadslid Marc Smelink hoopt dat dat voor 1 juli nog lukt, maar merkt ook weinig draagvlak. Het helpt volgens hem niet mee dat Faber geen regie pakt op de spreidingswet.

Asielminister Faber moet regie pakken

Op vragen - die EenVandaag eerder aan de asielminister stelde - over de consequenties die het heeft als gemeenten geen opvang regelen, zegt Faber dat op 1 juli opnieuw te bekijken.

"Maar als de landelijke overheid geen regie pakt dan staan we als gemeente tegenover de inwoner, terwijl we daar juist naast willen staan", reageerde Smelink toen.

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Een derde van 55-plussers vindt dat ze te groot wonen, maar zoektocht naar toekomstbestendig huis duurt vaak jaren

Een derde van 55-plussers vindt dat ze te groot wonen, maar zoektocht naar toekomstbestendig huis duurt vaak jaren
Bron: ANP

Een derde van 55-plussers vindt hun woning te groot voor wat ze nodig hebben. Veel van hen willen wel ruimte maken voor jonge huizenzoekers, maar doorstromen blijkt lastig: 30 procent zoekt al ruim 2 jaar naar een geschikte woning.

Dat blijkt uit onderzoek van EenVandaag onder bijna 30.000 leden van het Opiniepanel. Onder alle ondervraagde 55-plussers zoekt 15 procent op dit moment naar een toekomstbestendige woning, en wil nog eens 27 procent dat op termijn gaan doen. Onder de 55-plussers die op dit moment te groot wonen, is dat aandeel nog groter.

'Gezinnen kunnen ruimte beter gebruiken'

Een derde (33 procent) van alle 55-plussers in het onderzoek laat weten op dit moment meer woonruimte in gebruik te hebben dan nodig. Voor de meesten van hen gaat dat om een woning van 100 vierkante meter of groter. Sommigen willen graag naar een woning met minder trappen, minder tijd kwijt zijn aan de schoonmaak, of ruimte bieden aan jonge huizenzoekers.

"Ik ben alleenstaand in een eengezinswoning, het onderhoud wordt me een beetje te veel", vertelt een gepensioneerde deelnemer. "Er zijn gezinnen die de ruimte veel beter kunnen gebruiken."

Hoe denken jongeren en 55-plussers over de grootte van hun woning?

Jongeren komen ruimte tekort

Die opvatting kunnen veel jongeren beamen. Waar 55-plussers vaker woonoppervlakte over hebben, moet een vijfde (21 procent) van 18- tot en met 34-jarigen het doen met een woning die te klein is voor hun situatie. Van hen woont 40 procent momenteel in een woning van minder dan 50 vierkante meter.

"We willen eigenlijk kinderen, maar stellen dat al jaren uit omdat we geen geschikte woning kunnen vinden", laat een jongere in zo'n woning weten. "Ik ben bang dat het voor ons al te laat is tegen de tijd dat de woningmarkt weer hersteld is."

Zijn 55-plussers van plan te verhuizen naar een toekomstbestendige woning?

Zoektocht naar woning

Een flinke groep van 55-plussers met een te grote woning is best bereid om plaats te maken voor woningzoekende jongeren en daarbij ruimte in te leveren.

Een derde van hen (34 procent) is op dit moment al op zoek naar een woning die beter geschikt is om op latere leeftijd in te wonen. Nog eens 40 procent zou dat op termijn willen.

Minder woning, hogere huur

Toch is het voor een ruime meerderheid (85 procent) van de 55-plussers die nu op zoek zijn, lastig om iets te vinden. 30 procent geeft aan al minstens 2 jaar bezig te zijn met het vinden van de juiste woning. Zij zien weinig geschikte opties en lange wachttijden in de sociale huur, maar zouden er vaak ook financieel flink op achteruit gaan.

"Ik wil graag kleiner wonen, maar kan alleen een appartement krijgen van 1.500 euro", laat iemand weten. "Dan zou ik een tuin Ă©n ruimte inleveren voor ruim 500 euro per maand meer."

Hoe lang zijn 55-plussers al op zoek naar toekomstbestendige woning?

Niet iedereen wil verhuizen

Bovendien zou ongeveer een vijfde (21 procent) van 55-plussers ondanks een te grote woning helemaal niet willen verhuizen. Voor sommigen is hun woning al voldoende geschikt om ook later nog te kunnen wonen.

Anderen hebben daarvoor aanpassingen laten doen, zoals het plaatsen van een traplift of het bouwen van een badkamer op de begane verdieping om langer in hun huis te kunnen blijven.

Gehecht aan woning

Daarnaast spelen er, ook onder ouderen die hun huidige woning eigenlijk te groot vinden, sentimentele redenen mee om niet weg te willen.

Bijvoorbeeld omdat ze gehecht zijn aan hun huis of niet weg willen uit hun sociale omgeving. "Een fijne buurt en een riant huis, daar kan geen appartement tegenop", besluit een deelnemer.

Bekijk ook

info

Over dit onderzoek

Het onderzoek is gehouden van 14 maart tot en met 3 april 2025. Er deden in totaal 29.827 leden van het EenVandaag Opiniepanel mee, onder wie 3.490 deelnemers van 55 jaar en ouder, die een woning voor latere leeftijd zoeken. Het onderzoek is na weging representatief voor zes variabelen, namelijk: leeftijd, geslacht, opleiding, burgerlijke staat, spreiding over het land en politieke voorkeur, gemeten naar de Tweede Kamerverkiezingen van 2023.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant