radio LIVE tv LIVE
meer NPO start
EenVandaag Opiniepanel

Homo-acceptatie gegroeid maar op straat zijn LHBTI's op hun hoede

Homo-acceptatie gegroeid maar op straat zijn LHBTI's op hun hoede

Het gaat beter met de homo-acceptatie in Nederland. Uit vandaag gepubliceerde cijfers van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) blijkt dat een stuk meer Nederlanders tolerant (74%) zijn tegenover lesbiennes, homo’s, biseksuelen en transgenders (LHBT*) dan tien jaar geleden (53%). Op het eerste gezicht hoopvolle cijfers, maar vooral op straat gaat het nog vaak mis blijkt uit eerder onderzoek van het EenVandaag Opiniepanel. Volgens slechts een kwart van de LHBTI's (28%) is het geen probleem openbaar homoseksueel te zijn.

LHBTI-acceptatie redelijk goed, maar...

In het onderzoek gaven 1.911 lesbiennes, homo’s, biseksuelen, transgenders en mensen met een intersekse-conditie hun kijk op de stand van de acceptatie in Nederland en hun ervaringen op in de praktijk. 68 procent van de LHBTI’s bevestigt dat het daar redelijk tot zeer goed mee gaat, maar vindt dat daar niet alles mee is gezegd. Een deelnemer daarover: “Als ik zeg dat ik homo ben wordt daar nooit een probleem van gemaakt. Maar op straat voelt het toch anders, daar hoeft maar één gek te lopen.”

Uitgescholden, bedreigd of bespuugd

Hand-in-hand lopen of zoenen op straat, iets wat van heteroseksuelen door vrijwel iedereen wordt gedoogd, is voor veel LHBTI’s geen vanzelfsprekendheid. Uit het SCP-onderzoek blijkt 29 procent van de Nederlanders het ‘aanstootgevend' te vinden om twee mannen te zien zoenen. En dat krijgen LHBTI’s regelmatig te horen op straat, bleek uit  onderzoek dat EenVandaag vorig jaar deed. 

Een op de drie (33%) geeft daarin aan recent negatief te zijn bejegend om hun geaardheid. Een op de vijf (21%) LHBTI’s zegt te zijn uitgescholden of nageroepen om hun geaardheid. Zes procent is in de afgelopen twee jaar wel eens bedreigd en vier procent is in die periode bespuugd. 

Anders voordoen om problemen te voorkomen

41 procent van de LHBTI’s gaf aan zijn of haar gedrag in het openbaar aan te passen om negatieve reacties te voorkomen. Bij veel van hen uit dit zich in het niet (meer) hand-in-hand lopen of een kus geven in het openbaar. Vooral in specifieke wijken en straten waar veel mensen met een niet-westerse achtergrond of met een religieuze overtuiging zijn mijden zij dergelijke uitingen. "Ik loop niet (meer) hand in hand met mijn man, en zal ook niet meer een zoen geven op straat. Een gebeurtenis onlangs in mijn woonplaats (Arnhem) is voor mij voldoende aanleiding.” 

15 procent voelt zich daarnaast genoodzaakt om het gedrag op werk aan te passen. "Collega's doen soms neerbuigend over homo's (ze zijn anders, dus makkelijk doelwit). Ik merk dat ik jongere, hoogopgeleide of hele open collega's sneller in vertrouwen neem.” 

*Het SCP spreekt in haar onderzoek over lesbiennes, homo’s, biseksuelen en transgenders (LHBT). In het onderzoek van EenVandaag is daar de groep mensen met een intersekse-conditie aan toegevoegd (LHBTI). 

over dit onderzoek

Aan het onderzoek van EenVandaag deden 25.9634 leden van het Opiniepanel mee, waaronder 1.911 mensen die aangaven dat ze onderdeel zijn van de LHBTI-gemeenschap (homoseksueel, lesbisch, bi-seksueel, transgender, intersekse-conditie). Het onderzoek is gehouden van 28 juli tot en met 1 augustus 2017. 

 

De resultaten uit dat onderzoek worden in dit artikel gecombineerd met cijfers van het Sociaal Cultureel Planbureau die vandaag zijn gepubliceerd.

 

Het EenVandaag Opiniepanel bestaat uit ruim 55.000 mensen. Zij beantwoorden vragenlijsten op basis van een online onderzoek. De uitslag van de peilingen onder het EenVandaag Opiniepanel zijn na weging representatief voor zes variabelen, namelijk leeftijd, geslacht, opleiding, burgerlijke staat, spreiding over het land en politieke voorkeur gemeten naar de Tweede Kamerverkiezingen van 2017. Panelleden krijgen ongeveer één keer per week een uitnodiging om aan een peiling mee te doen. Op de meeste onderzoeken respondeert 50 tot 60 procent van de panelleden. De software is van Vision Critical. 

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Minder zorgstudenten in het mbo, terwijl personeelstekort groeit: 'We moeten ons rot schrikken als samenleving'

Het aantal studenten op mbo-opleidingen voor verpleegkundigen en verzorgenden blijft maar dalen. In de laatste 5 jaar ging het om een daling van 30 procent, terwijl er juist veel vraag is naar zorgpersoneel. De MBO Raad wil nu actie van het kabinet.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Kans op inslag van asteroïde 2024 YR4 op aarde steeds groter, maar volgens deze ruimteonderzoeker hoeven we niet bang te zijn

Kans op inslag van asteroïde 2024 YR4 op aarde steeds groter, maar volgens deze ruimteonderzoeker hoeven we niet bang te zijn
Bron: Unsplash

Een groep astronomen trekt aan de bel, want de kans dat een asteroïde de aarde gaat raken wordt steeds groter. In 2 weken tijd steeg deze van 2,6 naar 3,1 procent. "Historisch, maar niet te vergelijken met de asteroïde die dinosaurus heeft uitgeroeid."

De asteroïde, die volgens NASA op 22 december 2032 de aarde zou kunnen raken, heeft zelfs al een naam: 2024 YR4. Hij heeft een geschatte doorsnee van tussen de 40 en 90 meter, en verplaatst zich met een snelheid van meer dan 10 kilometer per seconde. Mocht hij de aarde raken, dan krijgen we dus met een flinke klap te maken.

'Neem het met een korrel zout'

Zijn we over 7 jaar in gevaar? Als je het aan ruimtevaartspecialist Angelo Vermeulen vraagt, niet. "Je moet het met een grote korrel zout nemen", merkt hij op. "Het is een vrij relatief hoog cijfer. Maar de gemeenschap van astronomen wereldwijd maakt zich eigenlijk geen zorgen."

"Want wat er meestal gebeurt, is dat naarmate men meer en meer informatie te weten komt over de baan en de snelheid van de asteroïde, door meerdere metingen te doen, ze zich eigenlijk realiseren dat de kans kleiner wordt dat hij de aarde zou raken."

Bekijk ook

Nog geen 'doomsdag'

"Dit is dus zeker nog geen 'doomsday-scenario'", zegt Vermeulen. Op het moment van de eerste observatie is de asteroïde namelijk nog ver verwijderd van de aarde. Het is een klein object in de verre verte. Om hem te spotten hebben astronomen een sterke telescoop nodig.

"Dan probeer je zo goed mogelijk de baan en de snelheid op te meten", legt hij uit. "Het percentage gaat dan vaak schommelen, soms omhoog en dan soms weer omlaag. Wanneer hij dichterbij de aarde zit kunnen we hem veel makkelijker observeren en opmeten." Pas dan kunnen astronomen écht spreken over de kans op een inslag. "Maar in het verleden is eigenlijk altijd gebleken dat die kans dan 0 procent werd en dat het dan langs de aarde heen vliegt."

Meerdere asteroïden in zonnestel

Naast 2024 YR4 vliegen er meer dan een miljoen asteroïden door het zonnestel, weet Vermeulen. Tussen Mars en Jupiter zit een asteroïdengordel waar een groot deel van deze 'mini planeetjes' vliegen. "Die zitten daar eigenlijk vrij veilig, want ze draaien in een baan om de zon. Ze zijn geen bedreiging."

"Maar er zijn dus ook asteroïden die los door het zonnestelsel vliegen." En voor die losse - zoals 2024 YR4 - moeten we uitkijken. "Ze zouden mogelijk op de aarde kunnen neerstorten. En dat is in het verleden al gebeurd, er zijn genoeg voorbeelden. De bekendste is natuurlijk het uitsterven van de dinosauriërs, veroorzaakt is door zo'n inslag."

Bekijk ook

Zeer zeldzame gebeurtenis

Ook in de Amerikaanse staat Arizona sloeg zo'n 50.000 jaar geleden een asteroïde in. Onderzoekers schatten in dat deze een diameter van ongeveer 50 meter had en rond de 300.000 ton woog. "Je kan hem bezichtigen, een prachtige geologische formatie", noemt de ruimtevaartspecialist het.

De aarde blijft dus niet gespaard van zulke inslagen, vertelt Vermeulen. "Maar dat het zal gebeuren in een tijdbestek van een mensenleven is zeer zeldzaam."

DART

Ook vertelt de ruimtevaartspecials dat NASA technologie heeft ontwikkeld om de banen van asteroïden te wijzigen, zodat ze de aarde niet raken. "Tijdens die missie, genaamd DART, heeft men met een ruimte toestel van ongeveer 600 kilo recht op een asteroïde laten inslaan om te zien of we de baan van die asteroïde konden wijzigen."

"En dat is een groot succes geworden", gaat hij verder. De baan is zelfs veel meer veranderd dan gehoopt. "Dus we kunnen asteroïden wel van een baan doen afwijken. En als je dat op tijd doet, zelfs al is het een kleine wijziging, dan heeft het groot effect wanneer het in de buurt van de aarde komt."

Bekijk ook

Tsunami als gevolg

Maar stel het gebeurt wel, hoe zou dat er dan uit zien? "De gevolgen van zo'n inslag zijn niet te overzien", antwoordt Vermeulen. "Maar het zal minder apocalyptisch zijn dan wat je ziet in films."

En dat komt vooral doordat het grootste oppervlak van de aarde, ongeveer 70 procent, bedekt is met water. "In het Los Alamos National Laboratory heeft men een computersimulatie laten maken (van een asteroïde inslag, red.). En zo hebben ze ontdekt dat het best meevalt. Wat je krijgt is een tsunami, en het blijkt dat maar een fractie van de totale energie van die asteroïde omgezet wordt in golven. De golven zullen niet zo heel ver reizen. Dus we kunnen daar ook wel wat wat geruster over zijn."

Aardbevingen en klimaatverandering

Wel kan die eventuele inslag op 22 december 2032 voor seismisch effecten zorgen, zoals een aardbeving. "En in een gebied waar veel vulkanische activiteit is, kan het die activiteit gaan uitlokken. Want je krijgt bij een inslag sowieso een enorme schokgolf als een asteroïde in de atmosfeer ontploft of op aarde neerstort." Hij vergelijkt het met honderdmaal de kracht van een bom van Hiroshima.

"En als zo'n ding in de atmosfeer komt, genereert dat verder ook heel veel hitte waardoor het branden kan veroorzaken", gaat Vermeulen verder. "Dat is een effect dat lang na de inslag nog kan blijven doorwerken, het werpt allerlei stoffen in de atmosfeer op, die dan een deel van het zonlicht kunnen blokkeren en waardoor je het klimaat kan gaan verstoren."

Kans op een asteroïde inslag op aarde wordt steeds groter, maar volgens deze ruimtespecialist hoeven we niet bang te zijn

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant