radio LIVE tv LIVE
meer NPO start

Van gratis vergunningen tot voorbeelden uit het buitenland: verkeersexpert beantwoordt jullie vragen over betaald parkeren

Van gratis vergunningen tot voorbeelden uit het buitenland: verkeersexpert beantwoordt jullie vragen over betaald parkeren
Bron: ANP

Veel gemeenten breiden de komende tijd het betaald parkeren uit. Dat is geen populaire maatregel, merkten wij in de chat. Maar naast boosheid, riep het ook veel vragen op. In dit artikel beantwoorden we de meest gestelde vragen.

Hoogleraar transportbeleid Bert van Wee aan de TU Delft geeft antwoord op een aantal van jullie vragen uit de chat.

1. Waarom betaal ik wegenbelasting als ik dan ook moet betalen voor parkeren?

Veel mensen denken dat je dubbel betaalt, maar dat klopt volgens Van Wee niet. Wegenbelasting en parkeerkosten zijn volgens de hoogleraar bedoeld voor verschillende dingen. "Wegenbelasting is een vaste jaarlijkse bijdrage. Als je die hebt betaald, kost extra autorijden niets."

Wegenbelasting is bedoeld om een deel van de kosten van autogebruik te dekken, zoals het aanleggen van wegen. Maar het dekt niet alles, zoals schade door ongelukken, geluidsoverlast, luchtvervuiling en CO2-uitstoot. Het Mobiliteitsbeeld 2023 van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) geeft inzicht in de maatschappelijke kosten van autogebruik, zoals deze extra kosten. Of deze kosten volledig worden gecompenseerd door belastingen, blijft nog onduidelijk, omdat het rapport zich niet richt op een directe vergelijking van kosten en opbrengsten.

"Veel mensen denken dat de auto een melkkoe is en dat parkeerbelasting daar nog bovenop komt", zegt Van Wee. "Maar dat is dus niet juist." Hij legt uit dat parkeren wel extra kosten brengt voor de gemeente, zoals het inrichten van parkeerplekken en het reserveren van ruimte op straat voor bewoners. "Parkeerbelasting zorgt er juist voor dat de openbare ruimte goed wordt beheerd en dat er voldoende plekken beschikbaar zijn voor iedereen."

Bekijk ook

2. Waarom breiden gemeenten betaald parkeren steeds verder uit?

Steeds meer mensen willen parkeren, maar er is volgens Van Wee simpelweg niet genoeg plek. "Betaald parkeren begon in de grote steden en later ook in middelgrote steden", vertelt de hoogleraar. "Het doel is om de parkeerdruk te verlagen, doordat mensen vaker de fiets of het openbaar vervoer nemen."

Tegenwoordig breiden gemeenten betaald parkeren uit naar kleinere wijken. "Dit gebeurt om toekomstige parkeerproblemen te voorkomen, bijvoorbeeld omdat steeds meer mensen meerdere auto's hebben." Betaald parkeren zorgt er volgens hem voor dat de beschikbare parkeerplaatsen eerlijker verdeeld worden. "Mensen die echt moeten parkeren of bereid zijn te betalen, kunnen dan gemakkelijker een plek vinden."

Andere gemeenten voeren betaald parkeren in omdat het eerlijker lijkt tegenover mensen die geen auto hebben. "Nu betalen ook mensen zonder auto mee voor de parkeerplekken", zegt Van Wee. "Wie parkeert, betaalt. En wie niet parkeert, hoeft er niet voor te betalen."

Bekijk ook

3. Waarom verschilt het parkeerbeleid zo per gemeente?

Niet elke gemeente heeft hetzelfde probleem met parkeerdruk. "In sommige gemeenten zijn er veel te veel auto's voor te weinig plekken, terwijl dat ergens anders geen issue is", legt Van Wee uit. Ook de politieke keuzes van de gemeenteraad spelen een rol. "Gemeenten met een meer rechtse raad voeren betaald parkeren vaak minder snel in dan gemeenten met een meer linkse raad."

Daarnaast kan de financiële situatie van een gemeente meespelen. "Gemeenten die krapper bij kas zitten, kiezen er misschien eerder voor om betaald parkeren in te voeren."

4. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat er naast het verhogen van de parkeerkosten minder auto's in steden komen?

"Je kunt bijvoorbeeld de motorrijtuigenbelasting verhogen, de belasting op nieuwe auto's duurder maken, of zorgen voor betere ruimtelijke planning", somt de transportexpert op. "Dit werkt natuurlijk beter in middelgrote en grote steden dan in kleine dorpen op het platteland."

"In steden als Amsterdam en Utrecht ligt het autobezit lager dan het landelijke gemiddelde", vertelt hij. "Dat komt deels omdat mensen veel plekken kunnen bereiken met de fiets of het openbaar vervoer. Hoe makkelijker dat wordt, hoe minder mensen een auto nodig hebben."

Daarnaast kunnen gemeenten volgens hem parkeerregels aanpassen, zoals het beperken van parkeervergunningen per huishouden. "Als je meerdere auto's wilt, moet je die dan ergens anders parkeren."

Maar volgens de hoogleraar geldt voor al deze maatregelen: veranderingen hebben tijd nodig. "Mensen staan vaak eerst negatief tegenover nieuwe regels, maar na de invoering waarderen ze de voordelen."

Hij noemt de stadspleinen die vroeger vol parkeerplaatsen stonden als voorbeeld. "Daar was veel weerstand tegen, maar nu wil niemand die pleinen terug met parkeerplaatsen." Betaald parkeren wordt vaak als vervelend ervaren, maar hij denkt dat zodra mensen merken dat ze makkelijker een parkeerplek vinden, ze de voordelen zien.

Bekijk ook

5. Waarom krijgen bewoners en hun bezoekers geen gratis parkeervergunning?

"Technisch gezien is een gratis parkeervergunning best mogelijk", zegt Van Wee. "Je kunt ervoor kiezen om bewoners niets te laten betalen en bezoekers wél, of om bezoekers helemaal te weren. Maar de meeste gemeenten maken bewust andere keuzes."

Zo vragen gemeenten vaak een kleine bijdrage bij het uitgeven van een parkeervergunning. "Parkeervergunningen zijn meestal al niet duur, tussen de 20 en 120 euro per jaar. Toch moet je een systeem opzetten, vergunningen uitgeven en de regels handhaven. Dat kost geld en capaciteit."

Daarnaast zijn er gemeenten die extra kosten rekenen om bewoners te prikkelen hun auto op eigen terrein te parkeren, als dat mogelijk is. "Sommige gemeenten vinden het ook redelijk dat automobilisten bijdragen aan de kosten van parkeerplekken", voegt hij toe.

6. Waarom kan dat in Duitsland wel?

"Dat is een politieke keuze", zegt Van Wee. "Het is technisch gezien geen probleem om mensen gratis parkeervergunningen te geven en de kosten van het systeem uit de gemeentelijke begroting te betalen." Maar die keuze wordt volgens hem niet snel in Nederland gemaakt.

In Duitsland krijgt de auto namelijk veel meer ruimte dan in Nederland, en dat geldt niet alleen voor parkeren. "Veel straten die in Nederland eenrichtingsverkeer zijn geworden of zijn afgesloten voor snelverkeer, blijven in Duitsland nog vaak toegankelijk voor auto's", legt de hoogleraar uit. "Ook in Duitsland zie je dat ze achterlopen op het gebied van parkeerregulering."

De invloed van de Duitse auto-industrie speelt hierbij een grote rol. "Die industrie heeft er natuurlijk belang bij dat mensen veel auto's kopen", zegt Van Wee. "Dat zal makkelijker gebeuren als het rijden en parkeren eenvoudig is, en als het liefst ook gratis is. De auto wordt dan veel aantrekkelijker."

Bekijk ook

7. Zijn er andere maatregelen in het beleid van buurlanden waar Nederland iets van kan leren?

Van Wee neemt Parijs als een voorbeeld van een stad waar de rol van de auto flink is verminderd. "Ze werken aan de '15-minutenstad', waar mensen binnen 15 minuten alles kunnen bereiken, zoals winkels, scholen en zorg. Zo hoeven mensen minder vaak de auto te gebruiken."

"In Barcelona hebben ze superblocks", gaat hij verder. "Dat zijn gebieden waar geen auto's komen. Mensen kunnen daar gewoon wandelen, winkelen of even op een terras zitten. Deze gebieden zijn heel populair omdat ze de stad fijner maken om in te leven."

Maar ook Nederland wordt volgens hem vaak als voorbeeld gezien in het buitenland. "We hebben bijvoorbeeld een goed fietsbeleid en een sterk spoorwegnetwerk waar andere landen naar kijken."

8. Zijn er in Nederland ook succesvolle oplossingen?

In Nederland zijn er volgens de hoogleraar al voorbeelden van succesvolle maatregelen, al is het effect soms verschillend. "Neem bijvoorbeeld Renesse in Zeeland", begint Van Wee. "Daar was er veel parkeerdruk door toeristen. Als oplossing konden mensen met een speciale bus naar het centrum die speciaal was ingericht met het dak eraf, stoelen eruit en zand op de grond om het toeristische gevoel te versterken."

Hij noemt ook de Galgenwaard Expres in Utrecht als voorbeeld. "Mensen konden hun auto parkeren bij het stadion en met de bus naar de binnenstad. Het was goedkoper dan parkeren in het centrum, en het probleem van drukke parkeerplaatsen werd opgelost."

"De les hier is dat je niet altijd groots hoeft te denken", vertelt de transportexpert. "Kleine, simpele oplossingen kunnen net zo effectief zijn."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Teruggestuurde asielzoekers duiken onder om later alsnog in Nederland asiel aan te vragen: 'Hier heb ik mensen die me kunnen helpen'

Teruggestuurde asielzoekers duiken onder om later alsnog in Nederland asiel aan te vragen: 'Hier heb ik mensen die me kunnen helpen'
Asielzoeker Muhammad is tot zijn opluchting toch nog in de Nederlandse asielprocedure gekomen
Bron: EenVandaag

Asielzoekers die in een ander Europees land zijn aangekomen, mogen hier worden geweigerd door de IND. Als ze na 1,5 jaar niet zijn teruggestuurd, mogen ze blijven. "Er zijn in ons land heel veel mensen die deze mensen helpen onderduiken."

Mohammad uit Iran is opgelucht. Hij heeft van zijn advocaat te horen gekregen dat de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) zijn asielprocedure in behandeling heeft genomen. Hij is een politieke vluchteling en loopt gevaar in zijn geboorteland. Hij moest volgens de Dublinverordening zijn asielaanvraag eigenlijk in Kroatië afwachten.

'Ik wilde niet terug naar Kroatië'

Daar werd hij, voordat hij bijna 2 jaar geleden in Nederland aankwam, door de Kroatische politie opgepakt en voor het eerst geïdentificeerd. Toen hij vervolgens naar Nederland doorreisde en bij de IND asiel aanvroeg, kreeg hij daar te horen dat ze zijn aanvraag niet in behandeling zouden nemen.

"Ik moest terug naar Kroatië", vertelt Mohammad. "Daar zouden ze mijn asielaanvraag in behandeling nemen. Maar ik wilde niet terug naar Kroatië. Ik heb hier in Nederland familie wonen en ben nierpatiënt. Hier heb ik mensen die mij kunnen helpen, in Kroatië niet."

Bekijk ook

Dublinverordening

De Dublinverordening bepaalt dat het land waar een vreemdeling Europa binnenkomt, verantwoordelijk is voor de behandeling van zijn of haar asielverzoek. Deze regels werden in 2003 ingevoerd om te voorkomen dat asielzoekers Europa rondreizen om in verschillende lidstaten een procedure te beginnen. Maar ook om te zorgen dat niet ieder land zijn handen van een zaak af kan trekken.

Zodra iemand in Nederland asiel aanvraagt, wordt in verschillende databases gecontroleerd of diegene eerder in een andere EU-lidstaat is geweest. Als dat zo is, gaat de IND niet verder met de asielprocedure. Nederland verzoekt de andere lidstaat dan om de asielzoeker terug te nemen. Dat wordt een 'Dublinclaim' genoemd.

Lastig in de praktijk

Vervolgens heeft de andere lidstaat 2 maanden om op dat verzoek in te gaan. Is er na die periode nog geen reactie, dan geldt: wie zwijgt, stemt toe. De asielzoeker kan dan worden overgedragen.

Dat is de bedoeling, zegt universitair docent migratierecht Mark Klaassen, maar de praktijk is vaak anders. "De Dublinverordening werkt tussen lidstaten, en de effectiviteit hangt dus af van de bereidwilligheid van de verschillende landen. In de praktijk komt er van de Dublinregels niet veel terecht, omdat het andere land niet meewerkt. Of omdat de asielzoeker niet meewerkt."

Bekijk ook

Een op zes Dublinclaims ingewilligd

Dat blijkt ook uit cijfers die EenVandaag bij de IND heeft opgevraagd. Slechts één op de zes Dublinclaims die Nederland in de afgelopen 5 jaar heeft gedaan, heeft geleid tot overdracht van een asielzoeker naar een ander land.

Het valt op dat er tussen de verschillende lidstaten grote verschillen zijn in bereidwilligheid. Zo neemt Duitsland asielzoekers bij bijna de helft van de claims daadwerkelijk terug, terwijl Italië nauwelijks op dit soort verzoeken reageert. In de afgelopen 3 jaar is geen enkele asielzoeker vanuit Nederland teruggestuurd naar Italië, ondanks de ruim 4.000 verzoeken die er zijn gedaan.

Termijn van 1,5 jaar

Daar kunnen asielzoekers gebruik van maken. 'Dublin' houdt een land namelijk niet voor eeuwig verantwoordelijk voor de opvang: als iemand na 18 maanden niet is overgedragen aan de verantwoordelijke lidstaat, verloopt de claim en kan hij of zij alsnog ergens anders een asielprocedure beginnen.

Klaassen: "Je ziet bij de cijfers vaak staan: 'Met onbekende bestemming vertrokken.' Dat zijn mensen die uit de asielzoekerscentra zijn vertrokken en uit het zicht van de overheid zijn geraakt. In de Dublinverordening staat dat na 18 maanden de Dublinclaim vervalt. Als iemand dan nog niet naar het land van aankomst is teruggestuurd, kan Nederland niet langer iemand weigeren. En wordt dan alsnog verantwoordelijk voor de asielprocedure."

info

Nieuw Europees migratiepact

Het EU-Asiel en Migratiepact bevat regels voor een nieuw Europees asielsysteem en treedt in 2026 in werking. De nieuwe verordening over asiel- en migratiebeheer bevat regels over de verantwoordelijkheidstoedeling voor de behandeling van asielverzoeken over de EU-lidstaten en een solidariteitsmechanisme.

Een belangrijk doel van deze regels is om de solidariteit tussen lidstaten bij de verdeling van asielverzoeken minder vrijblijvend te maken. De termijn waarmee een Dublinclaim dan zal vervallen wordt drie jaar, in plaats van anderhalf jaar.

Bekijk ook

Asielzoekers duiken onder

Volgens asieladvocaat Sonya Taheri weten veel asielzoekers precies hoe dat werkt, en anticiperen ze er ook op. "Ze hebben een paar maanden om een netwerk op te bouwen. Dan vertel ik ze op een zeker moment: het is nu het moment om uit het centrum te vertrekken. Dan duiken ze onder."

"Er zijn veel mensen in Nederland die deze groep willen helpen, omdat ze begrijpen dat ze hier willen blijven", ziet Taheri. "Omdat ze hier familie hebben, of omdat de landen waar ze naar terug moeten veel slechtere omstandigheden hebben."

Organisaties helpen 'Dubliners'

EenVandaag sprak meerdere kerkelijke organisaties die deze 'Dubliners' helpen. Geen van de organisaties wil hiermee in de publiciteit treden. Ze geven aan kwetsbare asielzoekers te helpen om die 18 maanden door te komen, en zo te voorkomen dat ze op straat moeten zwerven.

De gemeente Amsterdam helpt een deel van deze groep asielzoekers in hun opvang voor ongedocumenteerden. "We willen voorkomen dat kwetsbare mensen op straat moeten slapen, want dat is het alternatief", zegt verantwoordelijk wethouder Rutger Groot Wassink. "Dat vinden wij voor die mensen onwenselijk, en het zorgt uiteindelijk voor meer overlast voor de stad."

Bekijk ook

Drie jaar ook overbruggen

Groot Wassink maakt zich zorgen over de nieuwe regels die volgend jaar zomer van kracht gaan. Dan wordt de termijn voordat een Dublinclaim vervalt 3 jaar in plaats van 18 maanden. "Dat zal betekenen dat mensen nog langer in de illegaliteit moeten leven, met alle gevolgen van dien. Wij zien als gemeente in de praktijk wat het gevolg is van regels die niet goed werken."

Asieladvocaat Taheri maakt zich er geen zorgen over dat asielzoekers die hier willen blijven met een Dublinclaim die 3 jaar niet zullen weten te overbruggen. "Er zijn hele Facebookgroepen waarin mensen in het geheim mensen tijdelijk opvangen. Het zal misschien net wat lastiger worden, maar mensen laten zich niet zo gemakkelijk afschrikken als ze duidelijk hun toekomst in Nederland voor zich zien."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Zorgen om gezondheid in Lochem door plan voor lelieteelt: een van de meest bespoten gewassen

De teelt van lelies op landbouwgrond in het Gelderse Lochem veroorzaakt grote onrust. Bewoners zijn bang dat de bestrijdingsmiddelen die daarbij gebruikt worden, schadelijk zijn voor hun gezondheid. Omwonenden hopen dat de teelt verboden wordt.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant