meer NPO start

Provincies Noord- en Zuid-Holland kunnen op 1 november niet voldoen aan spreidingswet: 'Deadline krap en middelen beperkt'

Provincies Noord- en Zuid-Holland kunnen op 1 november niet voldoen aan spreidingswet: 'Deadline krap en middelen beperkt'
Azc in Oisterwijk, beeld ter illustratie
Bron: ANP

De provincies Noord- en Zuid-Holland verwachten dat ze op 1 november niet genoeg opvanglocaties hebben om aan de spreidingswet te voldoen. Dat komt door vertraging in de bouw en terughoudendheid vanwege het nieuwe kabinet.

"Wij zullen niet de hele opgave halen. Ik denk dat we ongeveer driekwart van de gevraagde plekken kunnen realiseren", zegt commissaris van de Koning in Noord-Holland Arthur van Dijk. Sinds 1 februari zijn Nederlandse gemeenten verplicht om de spreidingswet uit te voeren. Deze wet regelt de spreiding van asielzoekers over het land.

Provinciaal opvangplan

Op 1 november moet Van Dijk, net als zijn collega's in andere provincies, een 'provinciaal opvangplan' inleveren bij minister Marjolein Faber van Asiel en Migratie. Daarin staat hoe de provincie en gemeenten het benodigde aantal opvangplekken willen realiseren. Ze hebben na 1 november maximaal een half jaar de tijd om dat voor elkaar te krijgen.

Hoewel afgelopen vrijdag bekend werd dat het kabinet de spreidingswet wil intrekken, is de wet formeel nog van kracht. Gemeenten zijn dus nog steeds met elkaar in gesprek over het realiseren van voldoende opvangplekken per gemeente.

Meer opvangplekken realiseren

Hoeveel asielzoekers een provincie moet opvangen, wordt bepaald op basis van hoeveel mensen er wonen en wat de sociaal-economische status is van de gemeenten in die provincie. Vooral Zuid- en Noord-Holland en Noord-Brabant moeten op 1 november veel plekken beschikbaar stellen.

Zo moet Zuid-Holland bijna 20.000 opvangplekken realiseren, Noord-Holland ruim 16.000 en Noord-Brabant een krappe 15.000. Deze drie provincies vangen al jaren minder asielzoekers op dan er van ze wordt gevraagd.

Bekijk ook

Krappe deadlines en beperkte middelen

Aan EenVandaag laten de provincies Noord- en Zuid-Holland weten dat het ze niet gaat lukken om de opvangplekken op tijd te realiseren. "Voor driekwart van de gevraagde plekken hebben we harde plannen", zegt commissaris van de Koning van Noord-Holland Van Dijk. "Verder hebben we een aantal toezeggingen van gemeenten die zeggen dat ze nog geen locatie hebben, maar wel voor 1 juli volgend jaar aan de verplichting zullen voldoen."

Verschillende gemeenten in de provincie Noord-Holland geven aan dat ze de deadline krap vinden en de middelen beperkt zijn. Dat geldt vooral voor kleinere gemeenten.

'Niet realistisch'

Ook de provincie Zuid-Holland laat weten dat het niet lukt om op 1 november een plan te presenteren met 20.000 opvangplekken verspreid over de gemeenten. De provincie vindt de opgave 'niet realistisch'. "We voorzien vertraging. Met name door de tekorten in de bouw en verminderd draagvlak door de aankondiging van het intrekken van de spreidingswet", zegt een woordvoerder.

"Bepaalde besluitvormingsprocessen zijn gepauzeerd totdat er meer duidelijkheid geboden wordt." In Noord-Holland zien ze hetzelfde. Daar merkt de provincie dat gemeenten sinds de kabinetsformatie een afwachtende houding hebben aangenomen.

Bekijk ook

Spreidingswet niet van invloed

Flevoland, Groningen, Friesland en Drenthe laten aan EenVandaag weten dat het ze wel gaat lukken om de gevraagde plekken te leveren, of dat de plekken er al zijn. Deze provincies zeggen dat het mogelijk intrekken van de spreidingswet geen invloed heeft op het plan dat ze op 1 november indienen. Andere provincies willen niet laten weten of ze het gevraagde aantal opvangplekken gaan halen.

Van de gemeenten laat 93 procent aan EenVandaag weten 'dat ze het voornemen hebben' om zich aan de wet te houden. Veel van die gemeenten, Arnhem en Eindhoven bijvoorbeeld, geven zelfs aan de plannen voort te willen zetten als de spreidingswet van tafel is.

Goede oplossing zoeken

Dat het kabinet de spreidingswet nog dit jaar wil intrekken, betekent volgens Van Dijk niet dat al het werk voor niets is geweest. "Het feit dat de wet even van kracht is geweest, heeft geholpen om plekken te realiseren." Zelf was hij eerst geen voorstander van de wet, maar hij zag op een gegeven moment toch in dat het door het grote tekort aan opvangplekken noodzakelijk was.

"Ik merk dat ze in Den Haag bezig zijn met hoe het morgen zou moeten. Ze kijken hoe ze in de toekomst asiel willen organiseren. Dat knelt wel een beetje, omdat we ook nog wel moeten nadenken over hoe we datgene wat we in het verleden hebben gecreëerd, nu op een goede manier kunnen oplossen."

Bekijk ook

Provincies Noord- en Zuid-Holland kunnen op 1 november niet voldoen aan spreidingswet

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Waarom de testlancering van Duitse start-up Isar Aerospace belangrijk is voor Europa

Waarom de testlancering van Duitse start-up Isar Aerospace belangrijk is voor Europa
Ter illustratie: testlancering van een raket in Noorwegen (2023)
Bron: AFP

De eerste raket van de Duitse start-up Isar Aerospace wordt morgen in het noorden van Noorwegen gelanceerd. Als deze slaagt, is het de eerste keer dat een raket vanuit West-Europa in een baan om de aarde wordt geschoten. "Dit is belangrijk voor Europa."

Isar Aerospace is een van de eerste Europese commerciële bedrijven die zich bezighoudt met het bouwen van raketten, vertelt deputy director van het Netherlands Space Office (NSO), Joost Carpay. Europa loopt, vergeleken met Amerika, achter op dit gebied. "Maar nu lijkt er een gat in de markt te zijn waarin een paar commerciële bedrijven springen."

'Mooie ontwikkeling'

"Dit zijn mooie ontwikkelingen voor Europa", benadrukt Carpay. Volgens hem is het belangrijk dat we vanaf ons eigen grondgebied kunnen lanceren. Hij vindt het daarom goed dat het commerciële bedrijf Isar Aerospace, dat de intentie heeft om de Europese concurrent van het Amerikaanse SpaceX te worden, een risico neemt.

"Je ziet dat er op het moment minstens vier bedrijven bezig zijn met het ontwikkelen van raketten", vertelt hij. "En daar wordt dus ook in geïnvesteerd, soms door overheden maar dan zonder de ontwikkeling te sturen. Dus alleen met financiering." Ook zijn er private investeerders die steeds meer interesse tonen. En als de testlancering morgen succesvol blijkt, zal die belangstelling alleen maar groter worden, voorspelt Carpay.

Bekijk ook

Onafhankelijkheid voor Europa

Deze nieuwe ontwikkelingen zijn van groot belang voor Europa. Het is volgens de deputy director belangrijk om onafhankelijk te zijn, van wie dan ook: "Ruimtevaart is strategisch van groot belang. We willen zelf kunnen bepalen welke satellieten we wanneer waarnaartoe lanceren en dat moeten we in eigen hand hebben."

"Dit bedrijf ziet dus een markt naast SpaceX, ook omdat zij een kleine raket hebben. Die heeft SpaceX niet. Dus het is ook een kwestie van marktkansen zien."

Meer raketten en lanceerbases

Maar wat moet er eigenlijk nog gebeuren voordat we op grote schaal dit soort raketten kunnen lanceren, zodat we écht kunnen concurreren met SpaceX van Elon Musk? "Het belangrijkste is het ontwikkelen van de raketten en een lanceerbasis", antwoordt Carpay.

Hij vertelt dat in het ontwikkelen van zulke bases al grote stappen worden gezet. "Er zijn al een aantal in Europa die voor de wat kleinere raketten geschikt zijn. En onze Spaceport in Frans Guiana wordt ook voor die kleinere raketten klaargemaakt." Het is op dit moment een kwestie van de ontwikkelingen blijven stimuleren, stelt hij.

Bekijk ook

'Het blijft een uitdaging'

Maar wat als het morgen dan toch misgaat? "Het blijft een uitdaging", antwoordt Carpay. "Maar ik denk ook dat het bedrijf daar zelf rekening mee houdt. Het blijft altijd een risico, zeker omdat de raket nog nooit gevlogen heeft."

Wel is hij ervan overtuigd dat Isar Aerospace het proces grondig heeft aangepakt. En mocht het toch fout gaan, dan is het een goede les. "Dat betekent alleen maar dat de kans dat het de volgende keer goed gaat, groter is."

Lancering over 1 à 2 jaar

Gaat de testlancering morgen wel goed, dan komt een echte lancering sneller dan gedacht om de hoek kijken, denkt Carpay. "Ik zag dat ze hun eerste lanceringen in 2028 verkocht hebben. Maar als het morgen goed blijkt te gaan dan weet ik zeker dat we al eerder kunnen zeggen dat hij klaar is voor ontwikkeling."

"Dus laten we zeggen, dan verwacht ik dat binnen 1 of 2 jaar echt ook de markt het vertrouwen heeft in de raket om lanceringen in te kopen."

Bekijk ook

Sneller en wendbaarder dan ESA

Ook de European Space Agency (ESA), de Europese variant van de NASA, is al 10 jaar bezig met de bouw van raketten. Waarom duurt het daar veel langer dan wanneer een commercieel bedrijf een poging waagt?

"Die bedrijven zijn vaak wat sneller en wendbaarder dan de ESA", weet de deputy director. "Bij de ESA moeten 23 lidstaten beslissingen nemen."

Kleine raket

Maar ook het gewicht dat de raket van Isar Aerospace heeft, maakt het makkelijker voor het bedrijf om snel een raket te bouwen. "Het is een kleine die precies onder de gewichtsklasse zit van de raketten die ESA heeft ontwikkeld. Dus hij is speciaal voor de wat kleinere satellieten", legt Carpay uit.

"Normaal lanceren we met één raket een heleboel tegelijk. Maar met een kleinere raket gaat het met één of twee tegelijk." Ook hoeven de kleinere satellieten van de Duitse start-up niet te wachten tot ze met een grotere raket mee kunnen, vertelt de expert. "En dat maakt het heel interessant."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Waarom we ons niet direct zorgen hoeven te maken over ons pensioen bij onrust op de beurs

Waarom we ons niet direct zorgen hoeven te maken over ons pensioen bij onrust op de beurs
Peter van Vliet vraagt zich af wat er met zijn pensioen gebeurt bij een schommelende wisselkoers
Bron: EenVandaag/ANP

Zo'n 4 op de 10 deelnemers aan het EenVandaag Opiniepanel maken zich redelijk tot veel zorgen om hun pensioen. Want, vragen zij zich af, wat betekent het bijvoorbeeld voor hun pensioengeld als de beurskoersen kelderen? "Geen één-op-éénrelatie."

Het overhevelen van pensioenen naar het nieuwe pensioenstelsel is één van de grootste financiële operaties die ooit in Nederland werd uitgevoerd.

Zorgen over de toekomst

Door groeiende onzekerheid en instabiele beurzen nemen de zorgen toe. Leden van het EenVandaag Opiniepanel vragen zich af: 'Behoud ik mijn pensioen straks wel, en hoeveel blijft daarvan over?'

Dat geldt ook voor pensionado Peter van Vliet. Ruim 40 jaar bouwde hij pensioen op bij Radio Holland. Tot nu toe heeft hij geen klagen: afgelopen januari ontving hij nog een verhoging. Maar hij maakt zich ook zorgen over de toekomst. Van Vliet vraagt zich af of de hoogte van zijn pensioen straks nog wel vaststaat. Of dat het kan gaan schommelen.

Geen één-op-éénrelatie

Die zorgen zijn deels terecht, zegt Leontine Treur. Zij is senior-econoom bij RaboResearch en gespecialiseerd in pensioenen. "Pensioenfondsen beleggen. Dus als de beurs beweegt, dan merken pensioenfondsen daar wat van. Maar pensioenfondsen beleggen niet alleen in aandelen, ze hebben een gespreide portefeuille waar ook obligaties inzitten. Vastgoed dus."

Er is volgens Treur dus geen één-op-éénrelatie tussen schokken op de beurs en de hoogte van het pensioen. "Daarnaast heb je buffers en meer mogelijkheden om te zorgen dat een beursklap niet in één keer bij de pensioenuitkeringen terechtkomt."

Bekijk ook

Eigen pensioenpotje

En hoe zit dat dan straks als het nieuwe pensioenstelsel voor iedereen is ingegaan? In het oude systeem belooft een pensioenfonds hoeveel pensioen je later precies krijgt. Jij en je werkgever betalen hier iedere maand premie voor. Al dit geld gaat samen in één grote pot, het zogenaamde collectieve pensioenvermogen. Dit geld wordt geïnvesteerd, en met de opbrengst hiervan betaalt het pensioenfonds de pensioenen uit.

In het nieuwe systeem heeft iedereen een eigen pensioenpotje. Je pensioen staat niet meer vooraf vast, maar kan veranderen. Hoeveel pensioen je krijgt, hangt dan bijvoorbeeld af van hoe goed de beleggingen gaan, hoe hoog de rente is en hoe oud mensen gemiddeld worden. Daardoor kan je pensioen hoger of lager worden.

Beurs herstelt zich altijd weer

Treur benadrukt dat het nieuwe stelsel bedoeld is om meer rendement te behalen, zodat pensioenen beter mee kunnen groeien met de inflatie. En méér rendement betekent volgens haar soms óók méér risico.

Toch zal een enorme koersval op de beurs volgens Treur de pensioenen niet laten verdampen, omdat de beurs zich ook altijd weer herstelt. "Ook tijdens de covidpandemie en de dotcom-crisis is de beurs flink ingeklapt, maar daarna ook weer hersteld. En die grote schokken hebben gepensioneerden nooit gemerkt."

Bekijk ook

'Altijd goed rendement'

Ook volgens voorzitter Ger Jaarsma van de Pensioenfederatie hoeven we in het nieuwe systeem niet ineens lagere pensioenuitkeringen te verwachten, als het op de beurs tegenzit. Dit komt vooral door de manier waarop pensioenfondsen hun geld beleggen. "Het zijn langetermijnbeleggers. Wij kijken dus 20, 30, 40 jaar vooruit. Over eventuele schommelingen maken we ons daarom niet zo heel erg druk, omdat die in de tijd wel weer uitvlakken."

"In het nieuwe stelsel blijven wij op dezelfde manier beleggen als in het oude", legt Jaarsma uit. "En dat betekent dat we naast beleggen in aandelen, ook beleggen in obligaties, vastgoed en leningen. Door die risicospreiding maken wij voor de toekomst altijd een goed rendement."

Risico's delen

Toch is niet iedereen er gerust op. In de Tweede Kamer is NSC een van de partijen die zorgen heeft. Agnes Joseph is Kamerlid voor die partij en is bang dat mensen nu al vaste pensioenuitkeringen gewend zijn en dat dit met het nieuwe systeem minder zeker is.

Joseph: "Iedereen krijgt straks, afhankelijk van de leeftijd, een risicovoller of minder risicovol beleggingsbeleid. Er wordt nog wel een klein buffertje aangehouden om risico's te delen, maar dat is veel kleiner. En daarmee kun je natuurlijk veel minder risico's opvangen en delen met elkaar dan nu."

Waarom we ons niet direct zorgen hoeven te maken over ons pensioen bij onrust op de beurs

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant