radio LIVE
meer NPO start

Nieuw milieurapport Schiphol stuit al voor verschijning op harde kritiek

De langverwachte Milieu Effect Rapportage (MER) waarmee Schiphol ruimte claimt om na 2020 verder te groeien rammelt. Deskundigen halen het rapport nog voordat het is verschenen op belangrijke onderdelen onderuit. Dat blijkt uit een contra-expertise van de MER die op verzoek van de luchthaven is gemaakt en in handen is van EenVandaag. 

Geluidsberekeningen zijn gebaseerd op grote onzekerheden en aannames, rekenmodellen zijn slecht onderbouwd en gebruikte gegevens zijn sterk verouderd. Eén van de deskundigen die de MER doorlichtte is ingenieur Leon Adegeest, die eerder fouten ontdekte in de Milieu Effect Rapportage van Lelystad Airport. Volgens hem is er toegewerkt naar een uitkomst. "Je krijgt het onbehaaglijke gevoel: men wil niet weten of het klopt. Men wil alleen het eindantwoord horen: ‘We kunnen groeien naar 540.000 vliegbewegingen.'"

Lees ook:

Niet voor het eerst

Het is niet voor het eerst dat de geluidsberekeningen van Schiphol onder vuur worden genomen. De Milieu Effect Rapportage werd de afgelopen jaren al een paar keer uitgesteld, nadat er twijfels waren ontstaan over de juistheid van de berekeningen. Het rapport is verplicht als Schiphol wil uitbreiden en moet richting geven aan de discussie over groei van de luchthaven na 2020.

Vorige week werd bekend dat volgens de MER ruimte is voor 540.000 starts en landingen in 2023, 40.000 meer dan het huidige maximum. Op verzoek van Schiphol controleerden onder meer accountantsbureau PriceWaterhouse Coopers, omwonenden en de Natuur- en Milieufederatie Noord-Holland de geluidsberekeningen in de MER. Op initiatief van de Milieufederatie keek ook ingenieur Leon Adegeest mee. Nadat hij fouten had ontdekt in de MER van Lelystad Airport werd de opening van het vliegveld uitgesteld. Adegeest oordeelt nu ook vernietigend over de onderbouwing van de berekeningen in het milieurapport van Schiphol. "De kwaliteit van deze MER is absoluut onvoldoende om er enige conclusie aan te verbinden", concludeert hij.  

Onderschatting van geluid

In de contra-expertise noemen de betrokken partijen allerlei tekortkomingen. Zo wordt de geluidsoverlast van vooral startende vliegtuigen onderschat. Dat komt doordat toestellen in de praktijk langzamer klimmen dan in de rekenmodellen. Ook door toepassing van een nieuwe Europese rekenmethode wordt de geluidsbelasting volgens de Natuur- en Milieufederatie structureel te laag ingeschat.

Zo wordt in de berekeningen ten onrechte uitgegaan van gemiddelden, stelt Adegeest. "Geluid is niet lineair. Vliegtuigen die heel laag vliegen maken veel meer herrie dan vliegtuigen die heel hoog vliegen. Door een gemiddelde te nemen onderschat je het geluid van de laagste vliegtuigen. Dat leidt tot kleine verschillen, maar die tellen bij elkaar op en leidt er toe dat de totale geluidsbelasting te laag is." 

reactie

Schiphol laat in een reactie weten een aantal kritiekpunten uit de Contra-expertise overgenomen te hebben, maar desondanks nog steeds vertrouwen te hebben in de gebruikte rekenmodellen. "We hebben geen reden daar aan te twijfelen", zegt een woordvoerder. "We kennen het standpunt van de heer Adegeest, maar daar staat tegenover dat er ook een second opinion is gedaan door een Britse deskundige. Hij omschrijft ons rapport als ‘best of class.'" 

Naar een uitkomst toegerekend

De onzekerheden in de berekeningen zijn volgens Adegeest zo groot dat in zijn ogen op dit moment geen uitspraak kan worden gedaan of groei op Schiphol haalbaar is. "Als je gaat zoeken waar de berekeningen op gebaseerd zijn, waar de gebruikte modellen zijn beschreven, waar validatiestudies zijn, dan blijkt er nauwelijks iets beschikbaar. Dat is in mijn ogen onbegrijpelijk en onbestaanbaar."

Adegeest zegt de indruk te hebben dat er naar een uitkomst is toegewerkt. "Normaal zou dit goedgekeurd zijn, maar omdat wij nu gaan graven komen wij dit tegen. Je krijgt het onbehaaglijke gevoel: men wil niet weten of het klopt. Men wil alleen het eindantwoord horen: 'We kunnen groeien naar 540.000 vliegbewegingen.' En hoe we daar komen? Ik heb niet de indruk dat het hen daadwerkelijk boeit."   

Onderzoek van tien jaar geleden

Volgens omwonenden is groei naar 540.000 vliegbewegingen in 2023 niet reëel, omdat een eerder dit jaar verschenen rapport duidelijk maakt dat er niet meer dan 530.000 starts en landingen mogelijk zijn. Ook wijzen ze op het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid van april 2017. Daarin constateerde de Raad dat verdere groei niet mogelijk is zonder fundamentele aanpassingen.

De bewoners wantrouwen bovendien het aantal 'stille' glijlandingen waar Schiphol mee rekent: dat zou op papier een stuk hoger liggen dan in de praktijk het geval is. De Milieufederatie wijst er verder op dat er gebruik is gemaakt van verouderde gegevens over de mate waarin omwonenden geluidshinder en verstoring van hun nachtrust ervaren. Dat is de afgelopen jaren fors toegenomen. Toch wordt er nog altijd gebruik gemaakt van onderzoeken van meer dan tien jaar geleden. 

Vraagtekens bij groeiruimte

Ook Accountantsbureau PriceWaterhouse Coopers constateert tekortkomingen in de MER. Het bureau controleerde op zestig onderdelen of berekeningen volgens de normen zijn verricht. Bij een op de vijf onderdelen (12) bleek dat niet het geval. PWC vraagt zich onder meer af of er wel ruimte is voor groei op Schiphol met oog op de afspraken die met de omgeving zijn gemaakt over de inzet van start- en landingsbanen.

Zo mag Schiphol, als er al drie banen in gebruik zijn, alleen een vierde baan inzetten als dat voor maximaal tachtig vliegbewegingen per dag gebeurt. Maar volgens PWC wordt bij het huidige aantal van 500.000 starts en landingen in zes procent van de tijd dit dagmaximum al overschreden. Schiphol beroept zich op uitzonderingen waardoor er wél vaker dan tachtig starts en landingen op een dag mogen plaatsvinden. Maar de luchthaven onderbouwt dat onvoldoende, constateert PWC. 

info

'50/50-afspraak is totale waanzin'

Schiphol-baas Dick Benschop gaf sinds zijn aantreden in mei te kennen na 2020 groei van zo’n 1,8 procent per jaar na te streven. De luchthaven beroept zich daarbij op een afspraak die tien jaar geleden is gemaakt aan de Alderstafel. Die afspraak bepaalt dat behaalde “geluidswinst” (door bijvoorbeeld de inzet van stillere vliegtuigen of stillere start- of landingsprocedures) na 2020 verdeeld mag worden volgens het 50/50 principe. De helft mag door de sector worden benut voor extra starts en landingen, de andere helft komt ten gunste van de omgeving. Volgens bewoners is er pas sprake van verdeling van geluidswinst, behaald ná 1 januari 2021. De sector claimt echter dat ook sinds het Aldersakkoord van 2008 behaalde milieuwinst mee telt. Volgens Leon Adegeest is de regel, met de zwaktes in de huidige rekenmodellen, vragen om problemen. “Als je die geluidswinst nauwelijks met enige nauwkeurigheid kunt bepalen, ga je eeuwige discussie krijgen hoe je die gaat verdelen tussen bewoners en extra vluchten. Eén tiende decibel lijkt dan niets, maar dat staat al gelijk aan 2,3 procent meer vliegbewegingen. Als je dan weet dat deze rekenmodellen hele decibellen verschil maken is die 50/50 regeling totale waanzin.” 

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Gemeenten teleurgesteld in asielminister Faber na uitstel afschaffen spreidingswet: 'Voelen ons in de steek gelaten'

Onduidelijkheid rond de spreidingswet is niet eens het grootste punt voor de gemeente Best. Ze voelt zich in de steek gelaten door minister Faber. Vandaag vraagt de gemeente in een brandbrief om haar steun bij het werk dat zij doet: opvanglocatie regelen.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

In het Onderwijsmuseum kan je je klaslokaal van vroeger zien, maar niet voor lang meer: 'Driekwart van basisfinanciering verdwenen'

In het Onderwijsmuseum kan je je klaslokaal van vroeger zien, maar niet voor lang meer: 'Driekwart van basisfinanciering verdwenen'
Onderdeel van de collectie in het Onderwijsmuseum
Bron: ANP

Van een kroontjespen naar een balpen en van een krijtbord naar een digibord: er is door de jaren heen veel veranderd in het onderwijs. Dat is nu nog te zien in het Onderwijsmuseum in Dordrecht, maar niet lang meer. Vanwege bezuinigingen moet het sluiten.

Wat voor de een gewoon was in het klaslokaal, was 20 jaar daarvoor en 20 jaar daarna heel anders. Een collectie die die veranderingen weergeeft, is te vinden in het Onderwijsmuseum. Maar gisteren maakte het museum in een persbericht bekend dat het vanwege geldproblemen moet sluiten.

Onderwijsgeschiedenis van Nederland

"In het Nationaal Onderwijsmuseum laten we de enorm rijke onderwijsgeschiedenis van Nederland zien", vertelt rondleider en educator Juultje.

"En dat doen we aan de hand van een toonaangevende en omvangrijke collectie. Allemaal onderwijsobjecten die het onderwijserfgoed laten zien."

Maatschappelijke vragen

Zelf is ze vooral enthousiast over het 'droogzwemapparaat': een soort houten stellage waarop kinderen vroeger op school leerden zwemmen. Juultje: "Dit vind ik een mooi object om te laten zien dat discussies die we vandaag de dag voeren in de maatschappij, dat het onderwijs daar ook mee te maken heeft. En dat daar vaak al oplossingen op zijn gevonden. Of dat nu goede oplossingen zijn of niet."

Zo wordt met dit object de discussie over schoolzwemmen weergegeven, vertelt de rondleider. "Wie is ervoor verantwoordelijk dat de kinderen kunnen zwemmen? Wie gaat daarvoor betalen? Dit is een van de oplossingen die in het verleden is bedacht als het gaat om die maatschappelijke vragen."

Bekijk ook

'Buitengewoon belangrijk'

Maar de manier waarop deze collectie tentoongesteld is, is binnenkort dus verleden tijd. Al is er bij voorzitter van de Raad van Toezicht van het museum Peter Vrancken nog een klein beetje hoop. "We hebben gisteren het persbericht de deur uit gedaan. Iets waarvan je hoopt het nooit te hoeven doen. Met een kleine hoop dat door de reuring die we organiseren het museum alsnog gered kan worden", vertelt hij.

Want volgens Vrancken is het museum niet alleen leuk om te bezoeken, maar ook 'buitengewoon belangrijk'. "Het is een van de belangrijkste onderwijscollecties in Europa. We lenen ook veel uit aan het buitenland. Die collectie gaat terug tot eind 19de eeuw, dus die herbergt al onze innovaties en methodes in het onderwijs. En de verschillen met het heden."

Te weinig geld

Dat het museum de deuren moet sluiten, is niet geheel verbazingwekkend. Het ging op financieel gebied al een tijdje niet heel goed. Vrancken legt uit: "We waren al jaren met zowel de minister als met de wethouder in Dordrecht in gesprek. We kregen echt structureel veel te weinig bekostigd, want alle kostenstijgingen worden niet in de subsidies doorberekend waardoor we eigenlijk steeds meer achteruit gingen."

"Toen eerst de gemeente Dordrecht, door de bezuinigingen die zij opgelegd krijgen van het Rijk, en vlak daarna ook de minister van Onderwijs zei: 'We gaan de subsidie stoppen', ja dan verdwijnt driekwart van je basisfinanciering. Dan heb je eigenlijk geen toekomst meer."

Bekijk ook

Lot van de collectie

Voor de voorzitter is nu een van de grote vragen wat er gaat gebeuren met de collectie. "We hebben in mei een gesprek met het ministerie van Onderwijs en ook nog een keertje met de gemeente. En dan is dit een van de vragen die we met hen gaan bekijken."

De collectie in een opslagbox stoppen, ziet hij in ieder geval niet zitten. "Dan is het ook niet meer open voor publiek. En is het ook niet meer open voor de wetenschappers die regelmatig bij ons aan de deur staan en vragen of ze een deel van de collectie kunnen gebruiken voor onderzoek. Dus eigenlijk willen we 'm niet opslaan, dat hoort niet bij een collectie", zegt Vrancken resoluut.

'Eeuwig sund'

Het sluiten van het museum is ook het publiek niet ontgaan. Mensen die nog een laatste kijkje willen nemen, pakken nu hun kans. En voor oudere bezoekers brengt dat ook herinneringen van hun eigen schooltijd met zich mee. "Vooral de letterplankjes en de platen", herinnert een bezoekster zich uit haar jeugd.

Zij vindt het jammer dat het museum binnenkort zal sluiten. "Het is eeuwig sund", zegt ze op z'n Brabants. Eeuwig zonde.

Bekijk ook

Reacties op sluiting

Die reactie herkennen Juultje en Vrancken allebei. "Dit zijn gewoon prachtige voorbeelden die niet verloren mogen gaan", zegt de rondleider.

Vrancken sluit af: "Als je kijkt naar de hartverwarmende reacties die we uit verschillende organisaties krijgen en ook met name van de mensen uit het onderwijs die zeggen: 'Dit kan niet, dit mag niet', dan doet dit niet alleen iedereen pijn, maar betekent dit voor iedereen ook een groot verlies." Wanneer het museum precies zal sluiten, is nog niet bekend.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant