We kunnen (nog) niet zonder proefdieren. In coronatijd hebben we ze zelfs hard nodig. Zonder dierproeven was er nu bijvoorbeeld geen coronavaccin. Dat zegt neurowetenschapper Judith Homberg van het Radboudumc in Nijmegen.
Eerder dit jaar stuurde Homberg daar, samen met een collega, een ingezonden brief over naar de Volkskrant. Honderd wetenschappers onderschreven haar betoog dat er zonder proefdieren nu geen vaccin tegen het coronavirus was geweest.
Niet voor de lol
Homberg kreeg veel reacties op haar ingezonden brief. De discussie over het gebruik van proefdieren is fel en woedt al jaren. "Daar worden wij als wetenschappers natuurlijk ook door geraakt. Soms worden we gezien als misdadigers, terwijl we het proefdieronderzoek niet voor de lol doen, maar voor ieders gezondheid. Tijdens zo'n pandemie wordt dat heel duidelijk." Ze verwijst naar het coronavaccin, dat razendsnel ontwikkeld moest worden.
In een heel hoog tempo zijn er binnen een jaar coronavaccins op de markt gekomen. Dat kon alleen omdat er al veel proefdieronderzoek was gedaan naar andere infectieziekten, zoals MERS en SARS, zegt Homberg. "We hebben proefdieren nodig voor de kennis om zo'n vaccin te ontwikkelen, maar ook om te testen of die vaccins wel veilig zijn."
Geen risico lopen
De neurowetenschapper haalt de discussie aan over AstraZeneca en het Janssen-vaccin, die in sommige gevallen bijwerkingen kunnen geven.
"Het is duidelijk dat wij als mensen niet die risico's willen lopen. Daar gaat het nu steeds over. Als we dat niet willen, zullen we toch moeten accepteren dat we proefdieren moeten gebruiken."
Proefdieronderzoek, feiten en cijfers
- In 1980 werden in Nederland ongeveer 1,5 miljoen proefdieren gebruikt. In 2018, dus bijna 40 jaar later, is dat gedaald naar zo'n half miljoen. De laatste jaren zakt dat getal niet verder.
- Dierproeven worden gebruikt voor medisch onderzoek. Denk aan de ontwikkeling van medicijnen, vaccins en andere behandelingen.
- De proefdieren die het meest worden gebruikt zijn: ratten, muizen, cavia's, konijnen en zebravissen.
Besef neemt toe
Ook hoogleraar reproductietoxicologie Aldert Piersma zegt dat er nog dierproeven nodig zijn voor het maken van vaccins. "Maar dat wil niet zeggen dat het bij proefdieren moet blijven." Hij werkt bij het RIVM en onderzoekt het effect van geneesmiddelen en stoffen bij zwangere vrouwen en hun ongeboren baby's. Ook kijkt hij wat voor effect dat heeft op de voortplanting.
In zijn vakgebied worden nog veel proefdieren gebruikt. Voor het onderzoeken van één stof zijn zo'n 1300 dieren nodig. Daar wil Piersma graag vanaf. Al zo'n 30 jaar doet hij onderzoek naar alternatieve methoden. De hoogleraar ziet dat het besef dat er een alternatief nodig is toeneemt. "Ethisch gezien moeten we van proefdieren af. En wetenschappelijk gezien kun je je afvragen of het testen op dieren de juiste weg is, als het gaat om medicijnen voor mensen."
Alternatieve methoden
Nederland heeft de ambitie om wereldleider te worden in proefdiervrij onderzoek. Allerlei onderzoeksinstituten werken samen aan een groot aantal projecten om dat te realiseren. Zo wordt het onderzoek van Piersma bijvoorbeeld gesponsord door stichting Proefdiervrij. De meest veelbelovende alternatieven op dit moment zijn celkweken en computermodellen.
Van stamcellen kunnen mini-organen worden gekweekt, om stoffen en medicijnen op te testen. Die moeten uiteindelijk worden samengevoegd in een computermodel, een zogeheten virtuele mens. Die kan, op termijn, een voorspelling geven van wat er in een echt mens gebeurt. De ontwikkeling gaat hard, maar zover is het nog niet, benadrukt Piersma. Het kost tijd en inspanning om de alternatieven net zo goed of beter te maken als de dierproeven.
Lees ook
Onderzoek niet stilleggen
Als neurowetenschapper onderzoekt Judith Homberg het gedrag van mensen met bijvoorbeeld depressie, verslaving, angst en alzheimer. Het doel is om behandelingen te ontwikkelen. Daar zijn nog steeds proefdieren voor nodig. En dat zal de komende tijd nog niet veranderen.
"Een celklompje kan geen gedrag vertonen. Het kan niet functioneren als een volledig brein. Daar heb je een levend organisme voor nodig. Het is goed dat er aan alternatieven wordt gewerkt, maar voor een groot aantal vraagstukken in de neurowetenschappen hebben die nog te veel beperkingen. We kunnen niet het onderzoek stilleggen en wachten tot er geschikte alternatieven zijn. De maatschappij vraagt nu om goede zorg en medicijnen, en daar zijn proefdieren voor nodig."
Nooit zonder proefdieren
Kan Nederland proefdiervrij worden? De twee wetenschappers worden het er niet over eens. Aldert Piersma denkt van wel. "Als ik het beperk tot mijn vakgebied, denk ik dat we op termijn proefdiervrij kunnen worden."
Judith Homberg: "Ik denk dat we naar minder proefdieren kunnen in de neurowetenschap. Er zullen alternatieven komen, dat is goed. Maar we zullen in dit vakgebied nooit zonder kunnen."
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.