Het is 2 decennia niet meer voorgekomen, maar vorige maand gebeurde het: 1 euro stond gelijk aan 1 dollar. Nog steeds hebben de munten bijna dezelfde waarde. Wat is er aan de hand en is het erg? 5 vragen aan macro-econoom Teeuwe Mevissen van RaboResearch.
Op 14 juli lag de verhouding tussen de euro en dollar precies op 1:1. Tussen de euro en de dollar komt zo'n pariteit maar heel zelden voor. De wisselkoers is inmiddels weer iets geklommen. 1 euro is nu rond de 1,02 dollar waard. Toch is dat nog steeds erg laag: bij een 'normale' wisselkoers is 1 euro zo tussen de 1,2 en 1,4 dollar waard.
1. Hoe is deze situatie ontstaan?
"Optimisme zorgt voor een sterkere euro", vertelt Mevissen. "De eurozone heeft namelijk behoorlijk wat potentie: door alle lidstaten is het een hele serieuze economie. En door de potentiële nieuwe lidstaten wordt het alleen maar interessanter. Tegelijkertijd zitten er door al die landen ook meer risico's aan." Een land als Italië heeft bijvoorbeeld veel schulden en dat kan een gevaar zijn voor de eurozone. "Maar onder normale omstandigheden durven investeerders het risico wel te nemen."
Maar, vertelt Mevissen, op dit moment hangen er zeldzaam veel risico's boven de markt. "Zowel geopolitiek als economisch. Denk aan het Oekraïne-conflict, het dalende consumentenvertrouwen, de huizenmarkt die sputtert, de hoge inflatie. De politieke instabiliteit in Italië komt er ook nog bij. Dan gaan marktpartijen op zoek naar veiligere havens."
2. En dat heeft invloed op de wisselkoers?
"Zo'n veilige haven is de Amerikaanse dollar, net als bijvoorbeeld de Zwitserse Frank. De euro is dat niet", zegt Mevissen. De dollar is een stabiele munt, omdat het de meest gebruikte munt is in de internationale handel. Daarom kleven er voor investeerders minder risico's aan dan aan de euro.
"Daarom komt er dus meer vraag naar de dollar. En als ergens extra vraag naar is, dan wordt dat duurder." Daarom wordt de dollar sterker, terwijl de euro dat niet wordt. "En een andere reden dat de euro zo zwak staat ten opzichte van de dollar, is dat in de Verenigde Starten eerder begonnen is met het verhogen van de rente. Dat is in het voordeel van de dollar." Door het verhogen van de rente wordt het voor investeerders aantrekkelijker om in dollars te beleggen.
3. Voor wie is het erg dat de euro er nu niet goed voorstaat?
"Het heeft twee kanten: Nederland is een exportland en daarvoor is het in principe goed. Goederen of diensten die we exporteren en die in euro's worden afgerekend, worden nu relatief goedkoper en daarmee aantrekkelijker." Het kan dus goed voor producenten uitpakken, maar voor consumenten zijn er meer nadelen.
"Wat uit de VS komt, wordt nu duurder. En dat is in ons land best een heleboel. Ook olie en gas worden vooral in dollars verhandeld, dus ook daar gaan we nóg meer voor betalen", zegt Mevissen.
Ook voor landen die dollars hebben geleend, is het nadelig. "Zij kunnen zich namelijk laten financieren in dollars via obligaties (leningen aan een overheid of onderneming, red.)", legt Mevissen uit. "Er zijn opkomende economieën die dat doen, maar de belasting wordt in de lokale munt afgetikt. Deze landen moeten nu dus meer betalen, zodat die schulden in dollars afgelost kunnen worden."
Bekijk ook
4. Hoe kan de koers weer gaan stijgen?
Daar komt de Europese Centrale Bank (ECB) om de hoek kijken, al zijn die niet direct bezig met de wisselkoers. "De euro-dollarkoers is geen target voor de ECB", vertelt Mevissen. "Maar ze kijken er natuurlijk wel naar. En je ziet dat we als het ware inflatie importeren, omdat wat uit de VS komt nu duurder wordt. En de inflatie beteugelen is natuurlijk wel een doel van de ECB."
Allereerst doen ze dat door het verhogen van de rente. Als de Amerikaanse en Europese rente dichterbij elkaar komen te liggen, kan dat de euro weer versterken. "Maar minstens zo belangrijk is het dat lidstaten hun huishoudboekje op orde krijgen, zoals Italië. Dat zal leiden tot toenemend vertrouwen in de stabiliteit van de eurozone en dat is weer goed voor investeerders."
5. En is het daarmee allemaal opgelost?
Zo simpel is het niet, legt Mevissen uit. Een hogere rente kan landen ook juist in de problemen brengen. "Gaat de rente omhoog, dan is dat goed voor de euro, maar uiteindelijk moet je dan ook meer rente betalen over je staatsschuld. Enkele landen komen er mogelijk door in de problemen. Italië is zo'n land, waar ze er qua schuldenpositie slecht voorstaan." En kunnen ze daar hun schulden niet afbetalen, dan is dat juist weer slecht voor het vertrouwen van investeerders.
"Om deze reden heeft de ECB een instrument opgetuigd, waardoor zij onder voorwaarden obligaties van lidstaten zoals Italië kunnen opkopen. Landen die eventueel in de problemen zouden kunnen komen door de verhoging van de rente, kan de ECB zo helpen."
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.