"We beginnen de armoede van het onderwijs op afstand nu echt te voelen." Rector Jaap van Dam van het Ichthus College uit Veenendaal is dan ook heel blij dat de scholen weer gedeeltelijk open mogen, net als veel anderen.

"We hebben onlangs een enquête gehouden en gelukkig voelen de meeste leerlingen zich nog goed. Tweederde zegt dat het gaat, al zouden ze graag naar school komen", vertelt Van Dam. "Maar een derde zegt: 'Gooi alsjeblieft die scholen open'. Dan praat je wel over 300 leerlingen die zeggen: 'Het gaat niet goed met mij.'"

1,5 dag als konijn uit hoge hoed

Van Dam hoopt straks weer de helft van zijn leerlingen te kunnen ontvangen. Dat ze waarschijnlijk niet meer dan anderhalve dag per week naar school toe kunnen, vindt hij wel jammer. "Die anderhalve dag komt wel echt als een konijn uit een hoge hoed. Maar dat komt vermoedelijk omdat de overheid rekening houdt met de hybride vorm van eenderde van de leerlingen op school en tweederde thuis."

"Maar die verhouding vinden onze docenten heel vervelend werken. Daarom willen wij gaan voor 50/50. De helft op school en de helft thuis. Dat is mogelijk, want we zijn ruim behuisd. Dat zou betekenen dat elke leerling 2,5 dag naar school zou kunnen. Ik hoop dat alle scholen zelf de ruimte krijgen om het in te kleden zoals het past. Maatwerk moet mogelijk zijn."

Docenten veilig

Ook denkt hijniet dat het veel uitmaakt of een school nu eenderde of tweederde van de leerlingen op school laat komen. "In de klas en tussen docenten en leerlingen onderling gaat het handhaven van de anderhalve meter goed. Als de docent het lokaal in komt, dan zitten de leerlingen daar al."

De docent gaat ook als eerste weer het lokaal uit. "Maar als de leerlingen de klas uit zijn, storen ze zich niet meer aan de anderhalve meter. Dan kun je zeggen wat je wil, maar daar hebben leerlingen eigenlijk geen boodschap aan."

Lees ook

Minder maatwerk

Rector Emmeken van der Heijden zou het liefst de deuren van haar Eindhovense Maerlant Lyceum weer 5 dagen per week opengooien. "We willen alle leerlingen graag op school terugzien, voor de sociale controle en voor de sociale vaardigheden. Om je identiteit te kunnen vormen heb je anderen nodig."

De beperkingen zorgen voor veel logistiek gepuzzel. Want wie mag naar school en wanneer en wie niet? "Je kunt zoveel minder maatwerk leveren. En er zijn grote verschillen tussen onderbouw en bovenbouw, de oudere leerlingen zitten in clusters en niet in klassen. Al die logistiek vraagt veel tijd, en die zou ik liever in de didactiek stoppen."

Lees ook

Achterstand 'aanpraten'

Toch vindt ze het niet verstandig om straks meer dan anderhalve dag open te gaan. "Je wil voorkomen dat je dat dan over 2 maanden weer terug moet draaien. En het is ook niet dat het online onderwijs nu zo slecht gaat. Het is niet goed om steeds te zeggen dat de kinderen een leerachterstand oplopen." Daarmee stigmatiseer je leerlingen, zegt ze. "We zijn een professionele sector en we kunnen dit oplossen. We zitten nu in een crisis, en dit zal niet de laatste crisis zijn in ons leven. We kunnen die managen, maar dan moeten we niet steeds blijven benadrukken, wat er allemaal niet is gelukt."

"We moeten ook oog hebben voor wat we wel voor elkaar hebben gekregen. We hebben een crisis gemanaged, en de leerlingen hebben dat óók gedaan. Dat zegt wel wat over hun persoonlijke ontwikkeling. Het is beter om tegen leerlingen te zeggen dat ze in het afgelopen jaar 'anders' zijn opgeleid. Maar 'anders' is niet per se slechter."

Bekijk hier de tv-reportage over dit onderwerp

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.