Het is een zeer ambitieus plan: de Delta Rhine Corridor moet via ondergrondse buizen en kabels Rotterdam, Zuid-Limburg en Duitsland met elkaar verbinden, onder meer voor transport van waterstof, CO2 en stroom. Maar er dreigt fikse vertraging.
De Delta Rhine Corridor (DRC) is een grootschalig infrastructuurproject dat de haven van Rotterdam via industriegebied Chemelot in Zuid-Limburg met industrieën diep in Duitsland moet verbinden. Deze ondergrondse corridor is bedoeld om industriële stoffen via buizen en kabels te transporteren. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om waterstof, CO2 en stroom.
Veilig en duurzaam transport
Volgens de initiatiefnemers van het project is veilig en duurzaam transport van deze stoffen over grote afstanden essentieel om de energietransitie en de ontwikkeling van een waterstofeconomie in Europa te versnellen. "De aanleg van de DRC kan een cruciale rol spelen in het verminderen van CO2-uitstoot en daarmee bijdragen aan de doelstellingen van Nederland en Europa om klimaatverandering tegen te gaan", stelt Boudewijn Siemons, CEO van Havenbedrijf Rotterdam.
Maar er dreigt flinke vertraging. Afgelopen juni liet Rob Jetten, voormalig minister voor Klimaat en Energie, aan de Tweede Kamer weten dat de corridor waarschijnlijk pas in 2032 operationeel kan worden, zo'n 4 jaar later dan gepland.
Bekijk ook
'Teleurstellend'
"De vertraging is teleurstellend", reageert Siemons. "We vinden het heel belangrijk dat de aanleg van de leidingen niet wordt uitgesteld." Volgens Siemons is de corridor van groot belang voor de strategische positie van de Rotterdamse haven in Noordwest-Europa.
"Daarnaast biedt het project grote industriegebieden, zoals Chemelot in Limburg, mogelijkheden om met gebruik van waterstof verder te verduurzamen. En de corridor kan uitgroeien tot een belangrijke aanvoerroute voor de Duitse industrie die sterk inzet op CO2-vermindering", zegt de topman van de haven Rotterdam.
CO2-opslag onder de Noordzee
Siemons doelt op de mogelijkheid om CO2, dat bijvoorbeeld vrijkomt in de chemische en cementindustrie of in staalfabrieken, in de toekomst via de Delta Rhine Corridor naar Rotterdam te vervoeren.
Daar kan de CO2 tijdelijk worden opgeslagen of direct naar lege gasvelden onder de Noordzee worden getransporteerd voor permanente opslag.
Bekijk ook
Wirwar aan belangen
Maar wat moet er eigenlijk allemaal gebeuren, en waarom dreigt er zoveel vertraging? René Peters, energie-expert bij onderzoeksinstituut TNO legt het dilemma uit. "De bouw van de corridor is een ingewikkeld proces, waar veel onderzoeken en veel vergunningen mee gemoeid zijn."
Voor de exacte route van de ondergrondse corridor moet namelijk rekening worden gehouden met alle bestaande infrastructuur; maar ook met natuurgebieden, bebouwde omgevingen, en met omwonenden en lokale overheden. Een wirwar aan belangen die de aanleg van de ondergrondse corridor ingewikkeld maakt.
'Willen we alles in een keer?'
"Alleen al in Nederland is het traject bijna 300 kilometer lang", vervolgt Peters. "De hamvraag is: willen we alles in één keer aanleggen, dus alle vergunningen en ruimtelijke inpassingen afwachten, en dan ook alles in een keer opengooien en weer dicht?"
Dat is wat voormalig minister Jetten in juni voorstelde in zijn brief aan de Tweede Kamer. "Maar op die manier duurt het jaren langer voordat je überhaupt begint", zegt Peters.
Bekijk ook
Veilig en efficiënt transporteren
Er is nog een andere optie, vertelt Peters: "De buizen voor waterstof en CO2 zouden op veel kortere termijn kunnen worden aangelegd. En dat is ook heel urgent, want het gaat om infrastructuur die hard nodig is voor de verduurzaming van de industrie. Nederland gaat deze stoffen importeren, dus je moet ze veilig en efficiënt kunnen transporteren en opslaan", benadrukt de expert.
"Misschien kunnen ook leidingen voor andere stoffen alvast de grond in, maar zeker niet alles wat nu gepland is. Het nadeel van deze optie is dat alles meerdere keren open en dicht zou moeten."
Rotterdam is alvast begonnen
In de haven van Rotterdam wil men niet alle verschillende onderzoeken en vergunningstrajecten afwachten. Er is daarom alvast een begin gemaakt met de bouw van een waterstofnetwerk en opslaglocaties voor CO2.
"Verdere uitstel betekent een gevaar voor de vergroening van de grote industrieën en de marktpositie van Nederland en heel Noordwest-Europa", waarschuwt Siemons. "De vertraging leidt tot onzekerheid, waardoor investeringen in waterstof en waterstofdragers nu uitblijven."
Bekijk ook
VVD-minister tempert verwachtingen
Aan de kersverse minister van Klimaat en Groene Groei, Sophie Hermans (VVD), de taak om de knoop door te hakken. Ze laat EenVandaag weten dat ze weinig te bieden heeft. "Ik moet daar heel eerlijk over zijn. In dit project zijn we met z'n allen, iedereen die erbij betrokken is, te ambitieus geweest in de planning die we gemaakt hebben."
De minister wil niet dat de waterstof- en CO2-leidingen eerder de grond in gaan dan andere buizen. Zij wil het traject voor vergunningen en onderzoeken eerst helemaal doorlopen. "Als je leidingen eerder gaat aanleggen, loop je weer andere risico's. Bijvoorbeeld op het gebied van vergunningen. Dus op dit moment gaan we door met het pad zoals we dat bedacht hebben", zegt de minister.
'Enorme tegenvaller'
Hermans baalt dat het project vertraging oploopt.
"Ik snap ook dat dit voor de industrie, voor de haven van Rotterdam, een enorme tegenvaller is. Daar waar ik kan, ga ik mijn best doen om bedrijven en industrieën te helpen om de verduurzaming op volle kracht voort te kunnen zetten", benadrukt de minister.
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.