meer NPO start

'Ik wil blijven leven om de serie nog te zien op Netflix'

'Ik wil blijven leven om de serie nog te zien op Netflix'
'Brief voor de koning' verfilmd als serie
Bron: Tonke Dragt

De Netflix-verfilming van het boek De Brief voor de Koning is de kroon op het werk van schrijfster Tonke Dragt. Het zou zomaar het bekendste Nederlandse jeugdboek ter wereld kunnen worden. "Ik kon het pas geloven toen ik het in de krant las", zegt ze.

Eigenlijk geeft ze geen interviews meer, op een enkel telefonisch interview na. 'Normaal ontvangt ze niemand', laat de uitgever weten. Maar voor EenVandaag maakt de 88-jarige kinderboekenschrijver Tonke Dragt een uitzondering. Met één restrictie: ze wil niet herkenbaar in beeld. Sinds kort woont ze in een appartement naast een verzorgingstehuis. Ze oogt broos en komt niet vaak meer buiten. Dat ze niet in beeld wil komen is begrijpelijk. Ze is erg ziek geweest en haar gebit is slecht.

info

Eerste Nederlandse boek dat Netflix verfilmt

De Brief voor de Koning is het eerste Nederlandse boek dat door Netflix wordt vertaald naar een serie. Hiermee komt het boek onder de aandacht van 125 miljoen Netflix-abonnees in 190 landen. In Nederland is het boek overbekend. Het is het tweede boek van Dragt, en verschijnt in 1962. Generaties groeiden ermee op, maakten kennis met de denkbeeldige landen Unauwen en Dagonaut en leefden mee met de avonturen van hoofdpersoon Tiuri, een gewone jongen die volgens Tonke telkens "in de nesten komt." Miljoenen kinderen en volwassenen over de hele wereld hebben De Brief voor de Koning gelezen. Het is in 25 talen vertaald. Het is het eerste Nederlandse boek dat Netflix verfilmt tot een eigen serie. Met een verspreiding onder de 125 miljoen Netflix-abonnees in 190 landen zou De brief voor de Koning gemakkelijk het bekendste Nederlandse boek ter wereld kunnen worden.

'Wij waren buitenbeentjes'

Het gesprek gaat al snel over 'De Brief', over de hoofdpersonen Tiuri en Piak, natuurlijk over Netflix, maar zeker ook over Tonke zelf. Ze vertelt dat het verhaal van De Brief voor de Koning gaat over trouw, vriendschap en eenzaamheid en benadrukt dat heel veel aspecten in het leven gekenmerkt worden door eenzaamheid. "Opdrachten zijn eenzaam. Tiuri is verantwoordelijk voor de brief. Creativiteit is eenzaam. Een verhaal schrijven is eenzaam. Verliefd zijn is ook eenzaam. Ontrouw is eenzaam. Je blijft altijd zelf verantwoordelijk voor je eigen daden."

Tonke weet waar ze het over heeft. Haar jeugd was idyllisch, speelde zich af in Nederlands Indië in de sprookjesachtige sfeer van de oude koloniale tijd. Tot de oorlog uitbrak. In het kamp ontdekte Tonke haar talent. "Ik hield zieke kinderen bezig met mijn verhalen; over de eenzame reiziger die verdwaalt op de vlakte, ik verzon maar wat. Maar ik merkte dat de kinderen luisterden naar mijn verhalen."

Tonke Dragt in Nederlands Indië
Bron: Tonke Dragt

Na de oorlog vertrokken ze naar Nederland, en vestigde het gezin zich in Dordrecht. Ook daar bleef die eenzaamheid een rol spelen. "Daar waren wij buitenbeentjes. Wij waren die gekke mensen uit Indië. Alle bruggen rondom Dordrecht waren vernield, het was een soort eiland, 'een zwarte-kousen-kerk- eiland'." Pas toen ze naar Den Haag vertrok "Daar waren heel veel mensen uit Indië", vond ze haar draai in Nederland.

'Ik vond Tiuri helemaal geen goede naam'

Ze studeerde aan de Academie voor Beeldende Kunst, ging les geven en wist alleen door verhalen te vertellen de kinderen stil te krijgen. In de avonduren schreef ze die op, en zo ontstonden haar eerste boeken. Haar exotische stijl viel op. "Jij bent niet in Nederland geboren", zegt de bekende schrijfster Miep Diekmann, die haar ontdekte een aanbeval bij uitgeverij Leopold. "De natuur en die sprookjesachtige sfeer komen uit jouw jeugd."

Het was misschien wel die sfeerrijke beeldtaal waardoor haar verhalen Nederland overstegen, waardoor Tonke ook in het buitenland een groot lezerspubliek aansprak. Haar benadering leek op die van bekende buitenlandse schrijvers. Net als Tolkien deed in zijn boeken De Hobbit en In de Ban van de Ring, ontwierp ook Tonke in háár boeken haar eigen talen en landschappen. Het land Dagonaut was 'Dag en Nacht' en Evielan was 'Evil Land'. Van alle ridders in het boek maakte ze uitgebreide stambomen en van Tiuri wist ze wanneer hij jarig was. Ook de namen sproten voort uit haar brein, soms zelfs ongewild: "Ik vond Tiuri helemaal geen goede naam, maar hij wou zo heten."

Tonke Dragt Signeren
Bron: Tonke Dragt

Geschiedschrijver in haar eigen verhaal

Net als Tolkien gebruikte ze ook landkaarten als basis. Sterker nog, bij Tonke Dragt gold dit vaak als startpunt. Ze begon De Brief voor de Koning met het tekenen van een kaart; ze tekende denkbeeldige landen, rivieren en de bergen zette ze heel zorgvuldig met behulp van een passer op papier. Daarmee werd ze geschiedschrijver van haar eigen verhaal. "In het vervolg op De Brief aan de Koning, 'Het Wilde Woud', wil ik Tiuri in één dag naar een kasteel laten rijden. Maar dat kon helemaal niet! Ja, dan moet je je houden aan je eigen kaart. Dat is een uitdaging, maar ook erg leuk hoor."

Kaart Brief voor de Koning
Bron: Tonke Dragt

Een Engelstalig publiek wist ze ondanks haar internationale succes niet te bereiken met De Brief voor de Koning. De Engelstalige versie van het boek kwam pas in 2013 uit. Tonke is daar eigenlijk een beetje gepikeerd over. "Het boek was overal vertaald, behalve in Engeland, terwijl ik me erg thuis voel in de Engelse literatuur. Belachelijk. In Duitsland heeft De Brief voor de Koning belangrijke prijzen gewonnen. Maar ze zeiden altijd: 'in Groot-Brittannië hebben we al genoeg fantasieboeken'. Ik heb uiteindelijk een uitstekende vertaler gekregen. Toen werd het in Engeland ook een groot succes."

'Ik kon het pas geloven toen ik het in de krant las'

Met de serie op Netflix lijkt ze nu definitief de Engelssprekende markt te veroveren, met een potentieel bereik van 450 miljoen mensen. "Ik kon het pas geloven toen ik het in de krant las" zegt Tonke licht ontdaan.

Het was te danken aan producent Paul Trijbits. die in het verleden al werkte met sterren als Tom Hanks en Emma Thompson, dat het verhaal onder de aandacht van Netflix werd gebracht. Trijbits, die het boek in zijn jeugd 'misschien wel 30 keer had gelezen' ontwikkelde met scenarioschrijver Will Davies, bekend van onder meer 'How to train a dragon' en de Shrek-spinn off 'Puss in boots' een scenario en ging hiermee naar Netflix. Daar waren ze juist op zoek naar ideeën voor nieuwe Netflix Originals en Family Orientated Drama. Het bleek het juiste plan op het juiste moment. In "The Room", waar de grote beslissingen worden genomen, zeiden ze direct 'ja' op het plan. En met een 'hoeveel heb je nodig' konden Trijbits en Davies aan de slag.

'Ik ben erg benieuwd naar de serie'

Trijbits benaderde de schrijfster en betrok haar in het proces. "Als ik twintig jaar jonger was geweest had ik me er meer mee bemoeid. Ik heb vele gesprekken gehad met Paul. We hebben het over de personages gehad. Paul wilde het meisje en het paard een grotere rol geven in de serie. Dat vond ik goed. En ik begrijp dat elke aflevering moet eindigen met een cliffhanger. Zo schrijf ik mijn boeken ook. In het boek reist Tiuri veel alleen. Maar Paul zegt dat film handeling is en dat er dialogen moeten zijn. Dat begrijp ik, dus ik heb dat maar losgelaten."

De opnames gingen in het najaar van 2018 van start in Nieuw Zeeland en worden in het voorjaar van 2019 voortgezet in de Tsjechische stad hoofdstad Praag. De serie moet in 2020 als Netflix Original op het kanaal verschijnen onder de titel The Letter for the King. De hoogbejaarde Tonke hoopt het allemaal nog mee te maken: "Ik ben erg benieuwd naar de serie. Ik wil zeker blijven leven tot 2020 om de serie nog te kunnen zien."

De Netflix-verfilming van het boek De Brief voor de Koning is de kroon op het werk van schrijfster Tonke Dragt.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Moet de chemische industrie in Nederland bewaard blijven? 'Overal zijn chemicaliën voor nodig'

Moet de chemische industrie in Nederland bewaard blijven? 'Overal zijn chemicaliën voor nodig'
Chemiefabriek LyondellBasell gaat na 21 jaar sluiten in Nederland
Bron: EenVandaag

De chemische industrie in de Rotterdamse haven heeft het zwaar door hoge energieprijzen en belasting op CO2. Moet het kabinet extra geld uittrekken om bedrijven tegemoet te komen? "Een complete waardevernietiging als we dit weggooien met z'n allen."

Veel producten die we dagelijks gebruiken komen uit de chemische industrie. Denk bijvoorbeeld aan shampoo en schoonmaakmiddelen, maar ook isolatiemateriaal en leidingen voor in huis. Die industrie heeft het nu dus heel moeilijk in Nederland.

Na 21 jaar sluiten

In de Rotterdamse haven sluit binnenkort de Amerikaanse chemiefabriek LyondellBasell. "21 jaar geleden hebben we deze fabriek met trots opgestart. Dit kostte ons een miljard euro", vertelt vicepresident Ronald van Klaveren.

Vijf jaar geleden werd nog eens 250 miljoen euro geïnvesteerd om de fabriek te vergroenen. "En nu komt er helaas een einde aan. Dit is een fabriek die je normaal 80 tot 100 jaar laat draaien. Nu moeten we die al na 21 jaar sluiten. Financieel komen we er gewoon niet uit."

Vier keer hogere energieprijzen

Ook chemiebedrijf Huntsman Holland merkt dat het moeilijk is om chemische producten te blijven maken in Nederland. De Amerikaanse directie heeft besloten alleen nog maar het minimale te produceren en geen investeringen meer te doen. "We zitten hier meer dan 50 jaar, maar het is gewoon heel moeilijk om hier geld te verdienen", vertelt directeur Kal Khogali.

Dat komt vooral door onze hoge energieprijzen vergeleken met andere landen, zegt hij. "De energieprijs in Nederland is drie tot vier keer duurder dan in de rest van Europa." Daar komt voor hem ook nog een extra toeslag voor groene energie bovenop: de fabriek draait daar volledig op.

Bekijk ook

'Niks dat niet uit chemicaliën bestaat'

De vraag is of Nederland meer moet doen om de chemie-industrie hier te behouden. Beide bedrijven hameren in elk geval op het belang ervan. "Er is niks om je heen dat niet uit chemicaliën bestaat", zegt Khogali.

"Dat is de naïviteit in Nederland en andere landen in Europa: dat we alles in de toekomst kunnen doen met nieuwe technologie. Maar dan vergeten we dat daar chemicaliën voor nodig zijn." Van Klaveren benadrukt dat: "Zonder chemische industrie is er geen defensie en verduurzaming mogelijk."

Hoge energieprijzen verjagen industrie uit Rotterdamse haven, maar hoe erg is dat?

Niet aantrekkelijk

Hoofdeconoom Marieke Blom van ING vertelt dat Nederland altijd aantrekkelijk was voor de chemie. Vroeger werd energie voor grote energieverbruikers goedkoop gehouden met regelingen, maar die zijn in de afgelopen jaren afgeschaft.

"Daarnaast komt er ook een extra CO2-heffing aan", zegt Blom. Dit is een belasting die industriële bedrijven moeten betalen per ton CO2 dat wordt uitgestoten. "Dat maakt de kostprijs voor bedrijven hoger."

Europese onafhankelijkheid

Toch weet ze niet of geld investeren in de industrie, om deze in Nederland te behouden, zich uiteindelijk gaat uitbetalen. "Op lange termijn verwacht ik dat deze industrie kleiner wordt. Ik verwacht dat steun die je nu geeft aan de industrie, uiteindelijk niet rendeert", zegt Blom.

"Ik kan daar ook geen zekerheid over geven, want er zullen ook delen van de chemische industrie wel blijven bestaan."

Bekijk ook

Afhankelijkheid

Ronald van Klaveren noemt het vooral onverstandig dat Nederland zichzelf afhankelijk maakt van landen buiten Europa. Bijvoorbeeld China heeft een gigantische chemie-industrie. "Het is een complete waardevernietiging als we dit weggooien met z'n allen en daarmee afhankelijkheid creëren elders."

"We hebben laten zien dat we hier concurrerend kunnen produceren. Als de energiekosten omlaag gaan, hebben we nog steeds een heel goed waardemodel om hier industrie te behouden. Daarmee houden we een stukje onafhankelijkheid in stand voor Europa."

Minister wil industrie behouden

Minister Hermans van Klimaat en Groene Energie ziet ook dat chemische bedrijven het in Nederland moeilijk hebben. "Ik ben samen met andere collega's in het kabinet voor de voorjaarsnota van volgende maand aan het kijken wat we kunnen doen om de druk te verlichten."

Hermans wil de industrie graag in Nederland houden. "We hebben de bedrijven keihard nodig voor een sterke, veilige en weerbare economie. Waarin we producten hier maken en we die niet uit andere landen moeten halen."

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Vanaf maandag alleen nog legale wiet in coffeeshops in sommige gemeenten, maar is dat te snel? 'Kwaliteit nog niet genoeg'

Vanaf maandag alleen nog legale wiet in coffeeshops in sommige gemeenten, maar is dat te snel? 'Kwaliteit nog niet genoeg'
Coffeeshopeigenaar Willem Vugs denkt dat het nog te vroeg is voor de volgende fase van de wietproef
Bron: EenVandaag

Vanaf 7 april mogen coffeeshops in tien gemeenten alleen nog maar gereguleerde cannabis verkopen. Maar ondanks uitstel en vertraging komt de nieuwe fase van de 'wietproef' volgens veel coffeeshophouders tóch te snel. "De markt is hier niet klaar voor."

Maandag is het zover: dan gaat de nieuwe fase van het wietexperiment van start. In tien gemeenten door het land mogen coffeeshops alleen nog maar legaal geproduceerde wiet verkopen, om zo te kijken of de keten gereguleerd kan worden. Maar er klinkt veel kritiek. Coffeeshophouders maken zich zorgen en pleiten ervoor de startdatum uit te stellen.

Menukaart beperkt

Willem Vugs is eigenaar van coffeeshop Toermalijn in Tilburg, en heeft zijn twijfels over de startdatum. "Het is een dubbel gevoel. De coffeeshops staan aan de kant van het experiment. Maar ik heb wel de vrees dat een deel van ons assortiment niet meer aangeboden kan worden aan de klanten die daarvoor komen. En dat is toch zeker zo'n kwart van onze klanten."

Volgens hem is het door de Staat gereguleerde aanbod nog niet voldoende, zowel in kwantiteit als kwaliteit. "We zijn bang dat onze menukaart dermate beperkt wordt, dat je eigenlijk in de marge aan het werken bent. Dat houdt in dat de dingen die je hebt snel op gaan, en niet alles wat je hebt aan de kwaliteit voldoet."

De geschiedenis van de coffeeshop

Nederland en cannabis. In de jaren 60 ontstond er in Nederland een nieuwe jongerencultuur: hasj en wiet werden steeds populairder, mede door de hippiebeweging. Dit leidde tot een groeiende zwarte markt en meer politie-ingrijpen. Om de overlast en criminaliteit te verminderen, introduceerde Dries van Agt als minister van Justitie in 1976 het gedoogbeleid.

Deze veranderingen maakten Nederland wereldwijd bekend om zijn liberale drugsbeleid en legden de basis voor het huidige systeem van coffeeshops. In de jaren 90 worden de regels verder aangescherpt, onder andere met strengere controles en afstandsregels voor coffeeshops.

Bekijk ook

'Legaliseren keten noodzakelijk'

Het zorgt er alleen ook voor dat er een systeem ontstaat dat criminaliteit in de hand werkt, zegt expert cannabisbeleid Nicole Maalsté. "Het grote probleem is dat je een illegale achterdeur in stand houdt waarbij je niet kunt letten op kwaliteit en op de omstandigheden, maar waarbij ook de betrokken mensen allerlei risico's lopen. "

Volgens haar is het legaliseren van de keten noodzakelijk. "Deze gedoog-situatie duurt al tientallen jaren en dat is nooit de bedoeling geweest. Er worden hier producten gekocht waarvan niemand weet hoe ze hier naar binnen zijn gekomen." Ze gaat verder: "Er zijn allerlei mensen aan het werk aan de achterkant van een coffeeshop, die in feite niet bestaan. Maar daar zit natuurlijk een hele organisatie achter, en daar wil je grip op krijgen."

'Gesloten coffeshopketen'

Daarom startte de overheid het experiment 'gesloten coffeeshopketen'. Een compleet gecontroleerde keten van de teelt naar het gebruik, zonder illegale kweek. Een product bovendien waarvan je als consument weet wat erin zit. Daartoe selecteerde de overheid tien producenten om staatswiet en -hasj te telen.

In 2017 wordt het experiment aangekondigd, maar liep meermaals vertraging op. Eind 2023 werd de eerste legale wiet in Brabantse gemeentes verkocht, naast het illegale spul. Vanaf maandag begint de experimenteerfase.

Bekijk ook

Breda tevreden

Paul Depla, burgemeester van Breda, pleit al lang voor een legale keten. Volgens hem had de startdatum dan ook niet eerder kunnen komen. "Met het huidige systeem, dan blijf je een volstrekt hypocriet systeem houden. Je weet totaal niets van de manier waarop het geproduceerd wordt. Dus als we daarmee doorgaan, dan is de volksgezondheid de dupe en de criminaliteit de lachende derde. Dat wil ik niet."

Breda is een van de eerste steden geweest waar in 2023 legale wiet over de toonbank ging. Een succes, volgens Depla: "Ik hoor namelijk van de grote coffeeshops dat ze echt tevreden zijn, ook over de kwaliteit van de spullen die worden geleverd. Je ziet dat ze heel erg blij zijn dat ze afscheid kunnen nemen van de illegale achterdeur."

Tijd nodig

Hoewel onderzoeker Maalsté positief is over het experiment als geheel vindt ook zij, in tegenstelling tot de burgemeester, de startdatum te snel. "Je hebt een bestaande markt en die ben je helemaal anders aan het organiseren. Alles verandert."

"Ik denk dat het goed is dat dit gebeurt, alleen dat kun je niet zomaar op data vastpinnen, dus je moet dat langzaam maar zeker die kant op laten groeien. Het gaat de goede kant op, maar mensen hebben gewoon tijd nodig om eraan te wennen en de telers hebben tijd nodig om de producten te maken waar de consument om vraagt."

Bekijk ook

Hobbels logisch in experiment

Toch is er geen ontkomen aan, volgens burgemeester Depla. "Want op dit moment houd je elkaar gevangen. Telers gaan pas telen omdat ze zeker weten dat er coffeeshops zijn die het afnemen, en shops gaan pas afnemen als ze zekerheid hebben dat ze niet meer afhankelijk van die illegale teelt zijn. En dat is de reden waarom ik nu heb gezegd: laten we gewoon een datum pakken, dan weet iedereen waar ze aan toe zijn."

Hoewel hij erkent dat er hobbels op de weg zijn, is dat volgens hem ook de bedoeling. "Dat het een experiment is geeft ook aan dat je dingen tegenkomt dat je van tevoren niet had bedacht. Anders noem je het geen experiment."

Illegaal betere kwaliteit

Willem Vugs heeft nog zo zijn twijfels. "Er is wel hasj momenteel verkrijgbaar, alleen de kwaliteit daarvan is nog niet op het niveau wat de consument acceptabel vindt. De hasj die legaal is en wel goed is, is van een dermate beperkte voorraad dat die heel snel is uitverkocht.

Hij is bang dat zijn klanten de illegale markt zullen opzoeken. "Dan heb je de kans dat die klanten uit zicht verdwijnen, dan óf de illegaliteit ingaan, of naar een stad waar nog wel gedoogde producten verkopen. Wij zijn daar wel bang voor."

Veel onzekerheid

De coffeeshophouders uiten hun zorgen, en het leidt ertoe dat er de eerste 2 maanden van het experiment nog niet op hasj wordt gehandhaafd. Er zou nog te veel onzekerheid zijn of er voldoende hasj aanwezig is om de coffeeshops te bevoorraden. Op het moment komt de meeste illegale hasj uit Marokko.

Een goede stap, zegt Vugs. Maar of die 2 maanden voldoende zijn? "Dat is de vraag. Zoiets zou meer organisch moeten kunnen in plaats van daar echt een strenge tijd aan te hangen."

Volgende fase van wietproef begint, maar volgens coffeeshophouders en experts is het te snel

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant