Woensdagochtend 18 september, even na half acht, maakte een nog onbekende schutter een einde aan het leven van Derk Wiersum. Hij was vader en advocaat van een kroongetuige in het grootste moordproces ooit in ons land.
Hoe verliepen de eerste uren en dagen die volgden op de moord die heel Nederland verbijsterde en wat betekent dit voor de rechtstaat? Met minister van Justitie en Veiligheid Ferdinand Grapperhaus, de Amsterdamse politiechef Frank Paauw, hoofdofficier van justitie John Lucas en burgemeester van de hoofdstad Femke Halsema blikken we terug op de aanslag en de gevolgen hiervan.
Het telefoontje
Het was nog vroeg in de ochtend als Derk Wiersum, advocaat van kroongetuige Nabil B., in de auto wilde stappen naar het gerechtshof in Arnhem. Hij werd onder vuur genomen door een nog onbekende schutter en overleed ter plekke. Hoofdofficier van justitie John Lucas zat in de auto toen hij het hoorde. "Ik werd gebeld dat er 's ochtends iemand doodgeschoten was en dat het misschien wel de advocaat was."
Politiechef Frank Paauw was op vakantie toen hij het telefoontje kreeg. "Ik ben de volgende ochtend uit Amerika teruggevlogen", vertelt hij. "Er zijn natuurlijk in Nederland, in Amsterdam, wel vaker liquidaties, maar dit is er eentje die heel Nederland schokte en ook mij natuurlijk." Grapperhaus hoorde het nieuws van Erik Akerboom, de korpschef van de politie. "En die zei: 'We hebben nu toch wel de bevestiging dat er een advocaat is doodgeschoten in Amsterdam'."
Derk Wiersum: voorvechter van de underdog
Advocaat Derk Wiersum (44) was ervan overtuigd dat iedereen rechtsbijstand verdiende: van kruimeldieven tot kroongetuigen die verklaringen afleggen tegen gevaarlijke drugsbaronnen. Dat zegt veel over wie hij was, zegt Kerem Canatan, collega en goede bekende van Wiersum. "Dat hij bereid was om zo'n keuze te maken. Hij moet op een bepaald vlak rekening mee hebben gehouden dat er wel risico's waren."
Er was veel verdriet en boosheid. "Alle zekerheden worden weggeslagen in zo'n gezin", vertelt Canatan. "Dat zag je ook wel bij de uitvaart. Je zag ook wel een bepaalde manier van woede, die iedereen voelt: dat iemand die zijn werk doet om zoiets uit het leven wordt geschoten."
Verbazing en verbijstering
De 9/11 van de advocatuur, een aanslag op de rechtstaat wordt de moord genoemd. Een daad waarvan niemand voor mogelijk had gehouden dat het kon gebeuren. "De verbazing en verbijstering bij iedereen geeft wel aan dat dit niet de verwachting was, op welke manier dan ook", zegt hoofdofficier Lucas. "Diep in je hart hou je er rekening mee dat zoiets kan gebeuren, maar nooit als een reële optie. Toen dit gebeurde was dit een schok voor ons allemaal."
Minister Grapperhaus, die jarenlang zelf ook advocaat was, voelde zich 'ontzettend boos'. "Het is echt een aanslag op de samenleving geweest. Dit is gewoon iemand die zijn werk doet", vertelt hij. "Dat gaf toch wel een indicatie dat hier echt sprake was van een aanslag op de rechtspraak."
"Mensen waren echt heel verdrietig", vertelt burgemeester Halsema over een bijeenkomst van honderden Amsterdamse advocaten, rechters en officieren van justitie. "Dat heeft ermee te maken dat zij de dienaren zijn van het recht. Dat zijn symbolische functies. En die symboliek wordt op een ongelooflijk ruwe manier doorbroken."
Lees ook
'Dit hadden wij kunnen zijn'
Derk was niet onbekend bij het Openbaar Ministerie, vertelt hoofdofficier John Lucas. "Derk heeft ooit bij het OM gewerkt. Iedere procesdeelnemer had het idee: dit hadden wij ook kunnen zijn". Advocaten zijn notabene de laatste redmiddelen van criminelen, zegt minister Grapperhaus. "Als je zo bar en boos bent dat je een advocaat van een ander doodschiet, waar zijn vrouw vlakbij is, dan loopt dat werkelijk alle spuigaten uit."
Een zaak die zo'n schok in de samenleving teweegbrengt, die móet volgens Lucas opgelost worden. "Ik denk dat de samenleving hierop wacht, dat helder is waarom dit gebeurd is en wie dit gedaan heeft. Dat zijn wij verplicht aan de nabestaanden als eerst, en aan de samenleving om te laten zien wat er gebeurd is en waarom dit gebeurd is."
'Better safe than sorry'
Na de moord op Wiersum werd snel gekeken wie uit de advocatuur, rechterlijke macht of OM beveiligd moesten worden. "De eerste maatregelen zijn 'better safe than sorry'", legt Lucas uit. "Je probeert daarna vrij grote noodmaatregelen te nemen en daarna ga je kijken wat moet en wat kan."
"Toen kwamen we in die dagen tot de conclusie dat er toch wel een grote groep mensen was die we, gegeven deze moord, toch wel extra beveiliging moesten geven", zegt minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid.
Stand van het onderzoek
De politie heeft een team van 120 man gezet op het oplossen van de moord op Derk Wiersum. De afgelopen weken zijn voor betrokkenheid bij de zaak al meerdere arrestaties gedaan, waaronder de neef van Ridouan Taghi. Volgens het Parool zou hij 'een sleutelrol hebben gespeeld bij de uitvoering van de moord'. Op 15 januari moet een van de verdachten voor het eerst voorkomen in een openbare zitting. De politie is nog altijd volop bezig met het onderzoek.
Laatste bastion beschermen
Een 'pijnlijke' conclusie. Het gaat om tientallen mensen die nu beveiliging krijgen. "Dit zijn diegenen die het laatste bastion van onze rechtstaat vormen. En die moeten we echt heel goed beschermen."
Door de onvoorstelbaarheid van de moord op Derk Wiersum kijkt het OM nu naar wat voorstelbaar is. "Dat zijn andere criteria die daaraan ten grondslag liggen", vertelt Lucas. "Ik denk dat het op lange termijn gevolgen zou kunnen hebben hoe wij omgaan met zaken als dit en de beveiliging van mensen daarin."
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.