radio LIVE
meer NPO start

Hoe het ronselen van meisjes in 20 jaar tijd veranderde: van loverboy tot angry boy

Hoe het ronselen van meisjes in 20 jaar tijd veranderde: van loverboy tot angry boy
Waar loverboys vroeger maandenlang meisjes versierden, is dat nu wel anders.
Bron: ANP

Het ronselen door loverboys gaat sneller en agressiever dan ooit. Met een meisje eenmaal in zijn macht, ontpopt een loverboy zich vaak snel tot 'angry boy', die ook haar ouders, broertjes en zusjes intimideert. "Het put hele gezinnen uit."

Dat beeld schetst Anke van Dijke. Ze is medeoprichter van Asja, het eerste opvanghuis voor loverboy-slachtoffers van ons land en tegenwoordig onderdeel van Fier. 20 jaar geleden startte de afdeling als kleinschalig opvanghuis speciaal voor slachtoffers van loverboys. Dit jaar is een wrang jubileum.

Van online loverboy naar offline angry boy

In 1999 maakten we voor het eerst kennis met het fenomeen 'loverboy'. "Een jongen die een relatie fakete, een jongen die cadeautjes gaf en die er soms maanden over deed om een meisje in de prostitutie te brengen", zegt Van Dijke.

Hoe anders is de praktijk in 2019. Van die maandenlange aanloop is tegenwoordig geen sprake meer. Loverboys gaan bewust op zoek naar kwetsbare meisjes via het internet. Ze leggen contact, er is snel seks en daarvan worden filmpjes gemaakt. "Daar worden ze mee gechanteerd en zo worden meisjes in de prostitutie gebracht."

Binnen 1 of 2 weken

De loverboy ontpopt zich tot 'angry boy'. Om zijn boodschap kracht bij te zetten gebruikt hij geweld. "Het kan binnen 1 of 2 weken gaan. Het verschuift, we zien dat vaker", zegt Van Dijke.

"Het meisje komt in de macht van de jongen. Ze doet wat hij van haar vraagt. Dan komt er heel vaak agressie, geweld en intimidatie bij", schetst ze. De intimidatie richt zich ook op ouders, of broertjes en zusjes. "Het put hele gezinnen uit."

Lees ook

Niet meer achter de ramen

Niet alle meisjes belanden achter de ramen, zoals vroeger het geval was. "Het gaat tegenwoordig ook via internet en is dus veel minder grijpbaar." De prostitutie kan op iedere plek plaatsvinden. "Het kan in de slaapkamer van je vriend zijn, of in een hotel."

Meisjes kunnen ook in een misbruiksituatie terechtkomen in plaats van in de prostitutie. "Dat zie je ook vaak, dat het groepen jongens zijn die de meisjes misbruiken op feestjes. Een meisje gaat mee met een jongen en ineens moet ze ook met zijn vrienden naar bed", zegt Van Dijke. "Het hoeft niet altijd betaalde seks in het prostitutiecircuit te zijn."

Anke van dijke
Bron: EenVandaag
Anke van Dijke is medeoprichter van Asja, het eerste opvanghuis voor loverboy-slachtoffers in ons land.

Misbruik blijft onopgemerkt

De schaamte bij slachtoffers van verkrachting en misbruik is zo groot, dat ze er vaak niet over durven te praten. "Maar wat je wel ziet, is dat de meisjes ander gedrag laten zien. Daarvoor krijgen ze dan hulpverlening", zegt Van Dijke. Het meisje wordt behandeld voor haar gedrag, terwijl het misbruiktrauma onbesproken blijft. "Daar gaat het vaak mis in de reguliere hulpverlening."

Volgens Van Dijke gebeurt het vaak dat meisjes al jaren hulpverlening krijgen, maar dat niemand gezien heeft dat er een loverboy-netwerk achter zit. "Of foute jongens die haar al jaren misbruiken", schetst ze. "Soms zien ouders het wel, maar zij worden niet altijd serieus genomen."

Visvijver voor loverboys

Goede hulp bieden aan slachtoffers van loverboys is dan ook een grote uitdaging. Ook bij meisjes die in de gesloten jeugdzorg zitten, gaat het vaak toch mis. Zo was er vorig jaar een rechtszaak tegen mannen die meisjes ronselden vanuit een instelling in Zetten, Gelderland. Ook gaat het misbruik in de kliniek soms door. "We horen vaak van ouders dat een meisje uit huis wordt geplaatst, omdat ze in de macht is van een foute jongen, maar intussen in de gesloten jeugdzorg nog steeds dat contact heeft"

De loverboys gaan geraffineerd te werk en zijn vaak tien stappen verder dan de hulpverlening. Jeugdzorg- en GGZ-instellingen moeten kwetsbare meisjes hiertegen beschermen. "Je moet het netwerk controleren, je moet haar telefoon controleren, in de gaten houden wie er in een auto langs de rijdt en je afvragen: kunnen mensen zomaar binnenlopen? Als je dat niet 200 procent controleert dan zitten ze binnen, en dan hebben ze contact."

Gespecialiseerde hulp

Van Dijke ziet dat jeugdzorginstellingen de meisjes het liefst zelf, in de regio, behandelen. "Maar sommige problemen los je niet dichtbij huis op. Die los je juist op door heel gespecialiseerde hulp te bieden", zegt ze. "Gespecialiseerde hulp heb je niet in iedere gemeente. Je moet erkennen dat je niet alles in je gemeente of jeugdzorgregio kunt oplossen."

"Ik vergelijk het altijd met het brandwondencentrum. We hebben drie gespecialiseerde brandwondencentra in Nederland. Niet voor iedere brandwond hoef je daar naar toe, maar wel als het heel ernstig is."

Niet naïef zijn

"We zien nu dat kinderen soms op 11 of 12-jarige leeftijd aangerand of verkracht worden", zegt Van Dijke. Als zij geen gespecialiseerde hulpverlening krijgen, is het risico groot dat ze opnieuw slachtoffer worden van misbruik. Van Dijke vindt dan ook dat de hulpverlening niet naïef moet zijn. "Durf te vragen naar misbruik. Wees je er bewust van dat deze hele kwetsbare kinderen een prooi zijn voor dit soort mensen."

Volgens Van Dijke is er na 20 jaar nog een wereld te winnen, bijvoorbeeld in de samenwerking met de politie in het beschermen van slachtoffers. "Als de politie een zaak krijgt, zijn ze bezig met feiten verzamelen. Ze zijn bezig met straffen met de daders," vertelt ze. "Maar niet met het beschermen van het meisje of haar gezin, haar broertje, haar zusje of haar ouders. Daar zullen we de komende tijd aandacht aan besteden."

Tv-reportage: Van loverboy tot angry boy, hoe het ronselen van meisjes in 20 jaar tijd veranderde

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Kersentelers zijn bang voor minder oogst door suzuki-fruitvlieg: 'Het is 2 voor 12'

Kersentelers zijn bang voor minder oogst door suzuki-fruitvlieg: 'Het is 2 voor 12'
Kersenteler Arie Hakkert maakt zich zorgen om zijn oogst
Bron: EenVandaag

Nederlandse kersentelers maken zich zorgen om hun oogst dit jaar. Ze zijn bang dat die ten onder gaat aan de 'suzuki-fruitvlieg'. De oogst is volgens de telers nog te redden, maar dan moet het gewilde bestrijdingsmiddel wel op tijd goedgekeurd worden.

De kersentelers wachten op een verlossend bericht van landbouwminister Femke Wiersma. Zij moet bepalen of gebruik van het bestrijdingsmiddel Tracer dit jaar wordt toegestaan, En dat wordt nog spannend, want toenmalig minister Piet Adema zei vorig jaar dat het toen de laatste keer was dat een uitzondering gemaakt werd voor het bestrijdingsmiddel.

Al 10 jaar uitzondering

Het bestrijdingsmiddel Tracer is namelijk nog altijd niet goedgekeurd door het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb). Die instantie beoordeelt of een bestrijdingsmiddel gebruikt mag worden.

Zolang het Ctgb zijn oordeel nog niet heeft gegeven, kan de verantwoordelijk minister een vrijstelling voor gebruik geven. En dat gebeurt in dit geval al 10 jaar op rij.

Bekijk ook

Perfect jaar voor kersen

Kersenteler Arie Hakkert uit de Betuwe vertelt dat het tot nog toe een perfect jaar is voor de kersenteelt: "We hebben prachtig weer gehad in de bloeiperiode. Weinig nattigheid en de temperatuur was goed. Dus we verwachten een goede oogst dit jaar."

Volgens Arie is de ideale temperatuur voor de kers tussen de 20 en 25 graden. De kersen hangen er nu nog groen bij, maar uiteindelijk krijgen ze de bekende rode kleur. "We hopen half juni te beginnen met oogsten. De kersen zullen waarschijnlijk begin juni een gele kleur krijgen en gaan dan over naar rood."

Suzuki-fruitvlieg

Maar ondanks dat het zo'n goed jaar is voor de kers, is Arie bang voor zijn oogst. De Nederlandse kers heeft er sinds een jaar of 10 namelijk een nieuwe vijand bij: de suzuki-fruitvlieg. Een beestje dat oorspronkelijk afkomstig is uit Zuidoost-Azië en in 2008 voor het eerst werd opgemerkt in Europa.

Vooral kersentelers hebben last van de fruitvlieg. "Deze fruitvlieg kan door de schil van het fruit kruipen en legt daar eitjes onder. Daar komen larven uit die de vrucht van binnenuit opeten. Vervolgens gaat de vrucht rotten en is die onverkoopbaar", legt onderzoeker Herman Helsen uit.

Kersentelers zijn bang voor verlies oogst door suzuki-vlieg: 'Het is 2 voor 12'

Net niet voldoende

Kersenteler Arie gebruikt nu een speciaal net om de fruitvliegjes buiten te houden: "Het is een heel fijnmazig net waar in principe geen vliegjes doorheen kan komen. Het hele veld moet ermee worden ingepakt."

Maar alleen een net is niet voldoende, vertelt hij: "De suzuki-fruitvlieg is zo klein dat het 'm toch lukt om ergens binnen te komen. Bovendien moeten we nog steeds zelf bij de kersen kunnen. Dus als het net omhoog gaat of waait, gaat de fruitvlieg ook naar binnen."

Wesp tegen vlieg

In een lab van de Wageningen University & Research (WUR) wordt daarom gewerkt aan een andere oplossing, namelijk de sluipwesp. Dat is een natuurlijke vijand van de suzuki-fruitvlieg, vertelt onderzoeker Helsen. "De sluipwesp legt haar eieren in de larven van de suzuki-fruitvlieg en kan zo de enorme toename verminderen."

Toch is de sluipwesp vooralsnog geen vervanging voor het bestrijdingsmiddel. "We hebben er nu enkele honderden, daar kunnen we de oogst niet mee redden", zegt Helsen. En dus wacht kersenteler Arie in spanning af op het besluit van Landbouwminister Wiersma. "Als we het middel niet meer krijgen, dan is het einde kersenteelt. Het is echt twee voor twaalf."

Bekijk ook

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Israël wil noodhulp in Gaza zelf gaan regelen: 'Probeert internationale gemeenschap buitenspel te zetten'

De nood is hoog in Gaza: omdat de grenzen al 2 maanden worden dichtgehouden door Israël is er een groot tekort aan voedsel, schoon water en medische hulp. Israël zou nu tóch hulp willen toelaten, maar alleen niet meer via internationale hulporganisaties.

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.

Ook interessant