Voordat de taliban naar Kabul kwamen, had de Afghaanse Samira een heel normaal leven. Met haar man en kind vluchtte ze 2 weken geleden weg uit haar geboorteland. Het verblijf in de opvang valt haar zwaar, maar ze is dankbaar dat ze veilig is.
'We gaan je krijgen', zeiden de taliban tegen Samira nadat Kabul was gevallen. "Ze vertelden me dat mijn leven voorbij is, omdat ik vrouwen heb geholpen bij hun scheiding. Vanaf dat moment zijn we ondergedoken tot we konden vluchten."
'We gaan je aanvallen'
Samira werkte voor de Nederlandse ontwikkelingsorganisatie Cordaid in Kabul. Ze zette zich in voor de rechten en onafhankelijkheid van vrouwen. Dat werk deed ze tot 23 augustus alles voor haar veranderde.
"Ik was in shock. Ik kon niet geloven dat Kabul echt viel en had niet verwacht dat het zo snel zou gaan. De nacht dat ze de stad overnamen, belden ze al. 'We gaan je thuis aanvallen en gaan je vermoorden', zeiden ze."
Strijden voor vrouwenrechten
Samira stond eerder vrouwen juridisch bij in Afghanistan. "Als een vrouw werd mishandeld, stond ik haar bij als ze bijvoorbeeld wilde scheiden. In mijn leven heb ik me altijd ingezet voor vrouwenrechten."
Daarom heeft ze voor haar gevoel veel vijanden in Afghanistan. Ze dacht dat haar leven voorbij zou zijn na de val van Kabul. "Elke keer als ik naar mijn dochter keek, kuste ik haar en vroeg ik mijn man goed voor haar te zorgen. Ik was totaal de weg kwijt en dacht dat mijn leven voorbij was."
Bekijk ook
Op de vlucht
De nacht dat ze moest vluchten zal Samira nooit vergeten. "Terwijl ik daar met mijn man en kind liep, werd er om ons heen geschoten. Mensen werden door de taliban geslagen. De hele nachten probeerden we er doorheen te komen, maar het is ons de eerste nacht niet gelukt."
"Er stonden duizenden mensen", vertelt ze. "Mijn man werd in elkaar geslagen, er vlogen kogels langs mijn oren, mijn kind riep om ons huis. Maar er was geen huis meer, we konden nergens heen. Je kan je niet voorstellen hoe vreselijk die nacht was."
Tweede vluchtpoging
Samen met zeven vrouwen die zich in Afghanistan voor Cordaid inzetten voor vrouwenrechten, deed Samira een tweede poging om te vluchten. Al die vrouwen waren in levensgevaar vanwege het werk dat ze voor de organisatie hebben gedaan.
"We stonden bij een sloot en riepen om Holland", vertelt Samira. "Dat moesten de vluchtelingen bij het vliegveld roepen." Ook kregen ze het advies met oranje kleding te zwaaien, om zo door de Nederlandse militairen te worden herkend.
In de opvang
Samira is dankbaar en gerust dat ze nu in Nederland is, maar in het opvangcentrum in Harskamp heeft ze het niet makkelijk. "We zitten met twee gezinnen in een kamer sinds we hier zijn; dat is heftig. We hebben geen privacy, maar we passen ons aan. We weten dat het niet zo blijft."
"Hier te zitten voelt als tijdverspilling. We kunnen nog geen Nederlands leren en maken geen vooruitgang." Samira spreekt Engels, maar het lukt haar al de woorden 'goedemorgen', 'goedemiddag' en 'goedenavond' te zeggen, vol enthousiasme. "Het is nu niet makkelijk, maar ik ben een sterke vrouw." Op YouTube kijkt ze lessen Nederlands.
Bekijk ook
Onderwijs voor de kinderen
Vanuit de Verenigde Naties en de Nederlandse overheid is er afgesproken dat alle kinderen recht hebben op onderwijs. "Dat krijgen de kinderen nu niet, maar ik verwacht dat de Nederlandse overheid daar wel iets aan doet. Het is nu heel lastig voor de kinderen, ze leren niks. Het is belangrijk dat zij Nederlands gaan leren."
Wanneer de opvang verbetert, is ook nog niet duidelijk, vertelt Samira. Er is al geprobeerd de opvang op te schalen, maar vooralsnog zitten meerdere gezinnen nog samen in één kamer.
Aan de slag in de maatschappij
Samira kan in elk geval niet wachten tot ze aan de slag kan. "We staan nu nog niet in contact met de maatschappij. Ik heb gestudeerd en heb de leeftijd om hard te werken en doe dat ook graag. Daarbij wil ik kijken of ik een master vrouwenrechten kan volgen. Ik wil snel aan het werk en ik wil hier een leven opbouwen."
Ondanks haar positieve instelling maakt ze zich zorgen over de vrouwen in Afghanistan. Ze vertelt hoe de taliban de vrouwen niet als mensen zien, 'maar als dingen'. "Ik zette me altijd voor die vrouwen in, maar ben nu hier. Het gaat toch over mijn land, mijn mensen."
Bekijk ook
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.