Aankomende dinsdag stemt de Eerste Kamer over het nieuwe wetsvoorstel 'werken waar je wilt', dat ervoor moet zorgen dat werknemers mogen kiezen of ze hun werk vanuit huis doen of vanuit kantoor. Niet iedereen kan zich vinden in dit mogelijk nieuwe recht.

Het recht om hybride te werken moet ervoor zorgen dat werknemers meer vrijheid krijgen in het werken vanaf verschillende locaties. Na het overleg met de Sociaal-Economische Raad (SER) hebben verschillende partijen zoals vakbond FNV ervoor gekozen om achter het wetsvoorstel te gaan staan, maar niet iedereen is voor.

Geen absoluut recht

Maar eerst: hoe zit het nu precies met die wet? De Wet werken waar je wilt is een aanpassing op de bestaande Wet flexibel werken (Wfw). Het houdt in dat een werknemer een verzoek mag indienen om thuis of op een andere locatie te werken. Maar, waarschuwt advocaat arbeidsrecht Pascal Besselink, de wet is geen absoluut recht op thuiswerken.

"De werkgever kan inderdaad niet zomaar 'nee' zeggen, zoals dat nu wel mag. Maar hij of zij kan wel zeggen dat het verzoek tot thuiswerken niet 'redelijk' is. Wie het daar niet mee eens is, moet naar de rechter. Die gaat dan uitmaken wat redelijk is", zegt Besselink. "Maar het is de vraag of veel werknemers dat zullen doen."

Bekijk ook

Niet iedereen kan thuiswerken

Voorzitter Hans Biesheuvel van Ondernemend Nederland vindt de wet geen goed idee. "Het is overbodig. Een goede balans tussen thuiswerken en op kantoor regel je met elkaar en daar is absoluut geen wet voor nodig", zegt hij.

Het wetsvoorstel was snel door de Tweede Kamer heen, maar moet nu nog langs de Eerste Kamer. En die twijfelt nog. Volgens Biesheuvel komt dat doordat het voorstel niet gaat om alle werkenden, maar een deel van de werkende bevolking. "Als je taxi-chauffeur, verpleger of onderwijzer bent, dan heb je de keuze niet om thuis te werken."

Bekijk ook

Alleen maar voordelen

Vakbondsbestuurder Kitty Jong van FNV staat juist achter het wetsvoorstel en ziet er alleen maar voordelen in. Ook voor verplegers en onderwijzers. "In de coronatijd hebben we gezien dat met name de witte boorden (hooggeplaatste ambtenaren, red.) geprofiteerd hebben van het kunnen thuiswerken, maar we willen zorgen dat dit binnen handbereik van veel meer mensen komt."

"Bijvoorbeeld verpleegkundigen die hun administratieve taken net zo goed thuis kunnen doen of een onderwijzer die vanuit huis het nakijkwerk kan verrichten", voegt ze toe.

Bekijk ook

Verantwoordelijkheid werkomstandigheden

Een ander kritiekpunt van Biesheuvel is dat werkgevers met deze wet verantwoordelijk worden voor de thuiswerkplek van werknemers. "Het is volkomen normaal dat je verantwoordelijk bent voor de werknemer, maar als iemand thuis zit kun je dat niet controleren. Je mag niet zomaar bij iemand aankloppen en het huis inspecteren. Dat geldt ook voor de arbeidsinspectie. Het is een lastige wet die dingen belooft die wij niet kunnen waarmaken."

Jong vindt dat werkgevers iets meer vertrouwen moeten hebben in hun werknemers. "Het is belangrijk om alles te doen in overleg met de werknemer en er geen karikatuur van te maken. Werkgevers zijn verplicht om de thuiswerkplek fatsoenlijk in te richten en dat is binnen de gewone kaders die wij allemaal kennen. Er komt niks extra's bij."

Bekijk hier de reportage

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.