Huiselijk geweld is de belangrijkste voorspeller voor fataal partnergeweld. Maar dat uit zich lang niet altijd in blauwe plekken. Ook psychische controle en dwang moeten alarmsignalen zijn, zeggen deskundigen. Dat erkennen kan zomaar levens redden.

Slaan, schoppen, blauwe plekken of een blauw oog. Veel te vaak denken we bij huiselijk geweld aan fysieke mishandeling, terwijl dat lang niet altijd het geval is. Dat staat het signaleren en zelfs het voorkomen van partnerdoding in de weg.

Meerdere zaken van partnerdoding in korte tijd

De afgelopen maanden kwamen verschillende verhalen over fataal partnergeweld naar buiten. In januari werden in de regio Rotterdam twee vrouwen omgebracht door hun ex-partners die het niet konden verkroppen dat de relatie verbroken was.

In september 2021 werd de 34-jarige Clarinda door haar ex-partner omgebracht. Op klaarlichte dag, op straat, terwijl de jonge vrouw achter de kinderwagen met daarin hun dochter liep. Zij had hem kort ervoor verlaten en de relatie verbroken. De zaak komt deze week voor de rechter.

Bekijk ook

'Partnerdoding komt vaker voor dan we denken'

Volgens Teun Haans van Sterk Huis, een organisatie die vrouwen en gezinnen ondersteunt wanneer er bijvoorbeeld sprake is van geweld, heeft ongeveer een derde van de niet-natuurlijke doodsoorzaken te maken met partnerdoding. "Maar we vermoeden dat het vaker voorkomt."

Bij veel vrouwen die de dood vinden, is niet bekend dat er sprake was van huiselijk geweld, zegt Haans. "De klap, het fysieke geweld, dat zien we", legt hij uit. "Maar wat heel impactvol is, eigenlijk de overige 90 procent zeg ik altijd, is het psychische geweld. Dat heel voelbaar is voor het slachtoffer, maar veel minder zichtbaar is voor de buitenwereld."

Onzichtbare terreur

Intieme terreur noemt Haans het. De partner wordt geïsoleerd, vernederd, en er wordt controle, dwang en macht uitgeoefend. Een ander belangrijk alarmsignaal is poging tot verwurging of geweld tijdens de zwangerschap. Onzichtbaar. "Dat maakt dat het in het beginstadium heel moeilijk te zien is voor professionals en voor omstanders."

Volgens Haans kun je het soms opmerken op het moment dat van de twee mensen er een vraag gesteld wordt aan de vrouw. "Dat die als eerste naar de man kijkt: heb ik jouw toestemming om iets te zeggen. Dat an sich hoeft niet per se intieme terreur te zijn, maar kan een belangrijk signaal zijn." Ook zien ze heftige stalking. "De man die allerlei maatregelen probeert uit de kast te halen om de vrouw toch te controleren en beheersen."

Bekijk ook

Meer risicofactoren dan alleen fysiek geweld

Ook criminoloog Pauline Aarten bepleit dat er naar meer risico-factoren moet worden gekeken dan alleen fysiek geweld. Nu zijn we daar te veel op gericht. "En dat maakt het lastig om ons bewust te zijn dat er andere vormen van huiselijk geweld plaatsvinden", zegt Aarten. Samen met onderzoeker Marieke Liem onderzocht ze 60 dossiers van partnerdoding.

Ze bestudeerden de levensloop van de dader en de relatie met het slachtoffer. Daaruit destilleerden ze vijf verschillende type daders. Gekrenkte daders, ontoerekeningsvatbare daders, blaffende en bijtende daders of uitzichtloze daders. "Degenen die geen andere weg meer zagen dan het doden van hun partner omdat ze bang waren om hen te verliezen." Er was sprake van middelengebruik, of zware schuldenproblematiek.

Voorkomen dat partnergeweld partnerdoding wordt

Het inschatten van het risico op partnerdoding gebeurt nu vaak op basis van een profiel dat iemand fysiek gewelddadig is. Maar uit het onderzoek dat Aarten deed, blijkt dat dat niet altijd het geval is. "En dat er dus ook sprake is van andere risicofactoren. En daar is nog te weinig aandacht voor inderdaad in die risicofactoren en zeker in deze instrumenten".

Volgens de criminoloog is het daarom belangrijk om bewust te zijn van wat psychologisch geweld inhoudt. "En dat de omgeving zich daar ook bewuster van kan zijn, net als de politie en hulpverleningsorganisaties. Zodat we ook op tijd in die zin kunnen ingrijpen om te voorkomen dat we van partnergeweld naar partnerdoding gaan", zegt ze.

'Ook als maatschappij hebben we een verplichting'

Uit onderzoek dat Haans' organisatie Sterk Huis, samen met nog drie andere organisaties in het land deed, bleek dat intieme terreur tot 80 tot 90 procent bijdraagt aan fataal geweld. Op de signalen van intieme terreur moeten we daarom meer gaat letten, bepleit Haans. "Wat belangrijk is, is dat wij met elkaar weten dat dit probleem er is", zegt hij. Daarna kun je het aanpakken.

Maar ook als maatschappij hebben we een verplichting, vindt hij. "Dit kan iedereen overkomen, we zien dit eigenlijk terugkomen in alle lagen van de bevolking. Nodig mensen uit tot een gesprek bij wie je wat vermoedt. Stel een vraag die geen oordeel in zich heeft. En nodig de ander uit om het verhaal te doen, dat kan zomaar het verschil maken."

Bekijk hier de reportage

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.