Na ruim vier jaar eindigt de Nederlandse F16-missie tegen Islamitische Staat. Mede door de internationale coalitie is IS grotendeels verdreven. Maar er zijn ook burgerslachtoffers gevallen, waar Nederland volgens critici niet transparant over is geweest.
Minister Blok van Buitenlandse Zaken bezocht dit weekend de Jordaanse vliegbasis waar zo'n 150 militairen werken. Hiervandaan neemt Nederland deel aan de internationale coalitie tegen Islamitische Staat. Nederland heeft tot nu toe 2500 missies uitgevoerd op IS-doelwitten in Syrië en Irak met F-16 gevechtsvliegtuigen. Ze zetten ook 1900 keer daadwerkelijk wapens in.
Gebrek aan transparantie over burgerdoden
Volgens critici is het aantal burgerslachtoffers door aanvallen van de coalitie zwaar ondergerapporteerd. De coalitie, onder leiding van de VS, zegt dat er ten minste 1124 burgers zijn gedood sinds augustus 2014. Onderzoekscollectief Airwars schat dit aantal vele malen hoger in: volgens hen zijn er ten minste 7285 burgerslachtoffers gevallen.
Airwars hekelt het gebrek aan transparantie van coalitielanden over de luchtoorlog tegen IS. Nederland is volgens de groep uitzonderlijk gesloten over de gevolgen van hun luchtaanvallen. Landen als Australië, Verenigd Koninkrijk en Verenigde Staten hebben volgens Airwars al wel publiekelijk toegegeven dat er door hun missies burgerdoden zijn gevallen.
Burgerslachtoffers door Nederlandse wapeninzet
Het Openbaar Ministerie onderzocht vier gevallen waarbij mogelijk burgerslachtoffers zijn gevallen als gevolg van Nederlandse wapeninzet in de strijd tegen IS. In één geval concludeert het OM: "Bij deze aanval zijn burgerslachtoffers gevallen." Hierbij ging het om een bom op een vermeend hoofdkwartier van IS wat achteraf een woonhuis bleek te zijn.
In twee andere gevallen is de conclusie dat er 'zeer waarschijnlijk' of 'mogelijk' burgerslachtoffers zijn gevallen. De Nederlandse vliegers valt niets te verwijten volgens het OM. Er is dan ook geen aanleiding voor een vervolgonderzoek.
'Overheid moet verantwoordelijkheid nemen'
Volgens Maike Awater van Airwars is het openbaar maken van de informatie rondom deze vier gevallen nog lang niet genoeg: "Door gebrek aan transparantie is het moeilijk om verhaal te halen voor nabestaanden en slachtoffers. Ze weten niet waarom zij het doelwit waren. Ze kunnen niet achterhalen wie er verantwoordelijk was voor de actie."
Daarnaast richt Airwars zich ook tot de Nederlandse burgers. "Wij als burgers weten niet welke oorlog uit onze naam gevoerd wordt en tegen welke prijs. Het blijft moeilijk om de publieke controle uit te voeren. Als ontwikkelde democratie kun je daar niet mee weg komen. Je moet als overheid verantwoordelijkheid nemen voor de fouten die zijn gemaakt. Want die zijn er absoluut gemaakt."
Blok: 'We kennen geen precieze aantallen van burgerslachtoffers'
Volgens Minister Blok van Buitenlandse Zaken is het niet uit te sluiten dat er burgerslachtoffers zijn gevallen. Dit is volgens hem mede doordat terroristen zich vaak bewust tussen burgers verschuilen. "Het is waarschijnlijk dat er burgerslachtoffers te betreuren zijn, maar er is echt tot het uiterste geprobeerd om dat te voorkomen."
Hoeveel burgers zijn omgekomen door de inzet van Nederlandse wapens kan de minister niet zeggen: "We kennen geen precieze aantallen. We hebben niet altijd gedetailleerde informatie over wat er op de grond gebeurt, maar we proberen het zo goed mogelijk in kaart te brengen."
Minister Blok is het niet eens met de kritiek over het gebrek aan transparantie over burgerslachtoffers. "Het Openbaar Ministerie is een onafhankelijke organisatie en kijkt hier heel kritisch naar. We verstrekken de informatie die wij kunnen verstrekken. Het is niet zo dat er bewust informatie achter wordt gehouden."
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.