AVROTROS

De tegenstrijdigheid van reisadviezen

Hoe weet je of een vakantiebestemming veilig is in tijden van terreur? Veel Nederlanders wenden zich tot de reisadviezen van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Maar daar is iets eigenaardigs mee aan de hand. Terwijl buurlanden als België en Duitsland Tunesië als een veiliger vakantiebestemming markeren, zegt onze overheid dat de risico's te groot zijn.

Volgens BuZA is Tunesië "nu nog te gevaarlijk om er vakantie te vieren" en daarom krijgt het land code oranje (alleen noodzakelijke reizen) en in bepaalde gebieden zelfs code rood (niet reizen). De laatste terroristische aanslag in het land was in 2015. Ter vergelijking: Europese landen als Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk krijgen nog altijd code groen (geen bijzondere veiligheidsrisico's), met meerdere aanslagen vers in het geheugen.

 

De landen om ons heen volgen niet de lijn van ons ministerie. In België is sinds februari 2017 het negatieve reisadvies versoepeld. De hoofdstad Tunis en verschillende kustplaatsen zijn volgens onze zuiderburen veilig genoeg voor toeristen.

In Frankrijk heeft Tunesië ook weer code geel gekregen. Er vliegen inmiddels volop charters. En Duitse reisbureau's bieden ook weer reizen aan sinds hun overheid het reisadvies versoepelde. Vanuit heel Europa vliegen er inmiddels weer prijsvechters en reisbureau's naar Tunesië, behalve uit Nederland en Engeland. Dit jaar gingen er nog geen 4000 Nederlanders, vóór de aanslagen waren dat er 65.000.

Bekijk op www.youtube.com

Negatieve reacties

Volgens de directeur van de Algemene Nederlandse Vereniging van Volgens de directeur van de Algemene Nederlandse Vereniging van Reisbureaus wordt de argumentatie  van het ministerie "steeds dunner". Reisorganisaties in Nederland houden zich, soms met tegenzin, aan het advies en bieden geen chartervluchten aan.

Alleen Corendon wilde in april weer reizen naar het Afrikaanse land aanbieden, maar na "negatieve reacties" en "tegenvallende verkoop" hebben zij besloten om de vluchten naar Tunesië toch niet te hervatten. Wel zegt de reisorganisatie nog steeds achter het standpunt van de ANVR te staan

TUI en Thomas Cook laten weten het reisadvies van BuZa gewoon op te volgen. Het Verbond van Verzekeraars vindt dit een verstandig besluit, want de overheid "baseert zich op (geheime) informatie van inlichtingendiensten. Rood is rood. Ga er niet heen, je bent niet gedekt." 

In veel kleine dorpen is de buurtsuper een van de laatste ontmoetingsplaatsenBron: EenVandaag
In veel kleine dorpen is de buurtsuper een van de laatste ontmoetingsplaatsen

Hier springt de gemeente bij om de buurtsuper te behouden: 'Meer dan alleen een winkel'

Waar de buurtsuper verdwijnt, verdwijnt vaak ook de laatste plek waar mensen elkaar nog ontmoeten. In Goudswaard, in de Hoeksche Waard, wisten inwoners dat te voorkomen. Met hulp van een gemeente die zich garant stelde: een landelijke primeur.

Een groeiend aantal dorpen raakt de buurtsuper kwijt. Vaak is er geen opvolger te vinden voor de uitbater, terwijl kosten voor personeel, energie en logistiek oplopen. Daarnaast zetten strengere regels rond tabak en dure franchiseketens het verdienmodel verder onder druk. Uit cijfers van LISA blijkt dat het aantal supermarkten in dorpen met minder dan 5.000 inwoners enorm afneemt: in 1996 waren er nog 1.300 winkeltjes, vorig jaar nog maar 720.

Terug met crowdfunding

Het Zuid-Hollandse dorpje Goudswaard heeft ongeveer 2.000 inwoners. Ook daar dreigde de buurtsuper te verdwijnen. De winkel ging een paar maanden noodgedwongen dicht, tot de dorpsbewoners in actie kwamen om de zaak terug te krijgen.

Ze hebben hun buurtsuper kunnen behouden door een combinatie van crowdfunding en steun van de gemeente. "In totaal was circa 175.000 euro nodig en dat is ook opgehaald. Wij als gemeente Hoeksche Waard staan garant voor de helft van het bedrag. De andere helft is voor risico van de investeerders", legt wethouder Paul Boogaard van Economische Zaken uit.

Geen staatssteun

Met deze aanpak wil de gemeente de inwoners van Goudswaard de mogelijkheid geven zelf bij te dragen aan het behoud van de supermarkt. De gemeente staat daarbij niet garant voor de supermarkt, maar garant voor de investerende inwoners. Een belangrijk onderscheid: overheidssteun is verboden, omdat het zorgt voor oneerlijke concurrentie.

"Daarom is deze constructie juridisch toegestaan en wordt het niet gezien als steun van de gemeente aan een commerciële partij", zegt Boogaard. "Als gemeente geven we geen geld uit, we staan alleen garant. De gemeenteraad heeft het maatschappelijk belang ervan onderkend."

In het dorpje Goudswaard is de gemeente te hulp geschoten om de buurtsuper te behouden

Gemeenschapsgevoel

Goudswaard is een klein dorp, gelegen op flinke afstand van omliggende dorpen. Bovendien is de gemiddelde leeftijd van de inwoners relatief hoog. De supermarkt voorziet niet alleen in de dagelijkse boodschappen, maar is het ook een belangrijke sociale ontmoetingsplek, benadrukt de wethouder.

De buurtsuper is volgens hem dan ook meer dan alleen een winkel: "Het versterkt het gemeenschapsgevoel, het zorgt ervoor dat inwoners hun dagelijkse boodschappen dichter bij huis kunnen doen en dat draagt bij aan de leefbaarheid van Goudswaard."

Sociale voorziening

Als je aan inwoners vraagt wat de allerbelangrijkste voorziening is, dan is dat een winkel voor de dagelijkse boodschappen, weet Boogaard. Dat vinden ze vaak belangrijker dan bijvoorbeeld een bibliotheek of dorpshuis. "Voor al die voorzieningen kunnen we als gemeente wat doen, met lagere huurkosten of subsidies. Voor de belangrijkste voorziening, de buurtsuper mag dat niet."

Daarom zocht de gemeente naar een manier waarop de buurtsuper behouden kon worden. "Tot voor kort hadden we als gemeente geen instrument om commerciële voorzieningen in dorpen te behouden, terwijl deze cruciaal zijn voor de leefbaarheid. Met de garantstelling voor de crowdfunding is dit nu wél mogelijk", legt de wethouder uit.

Toekomst onduidelijk

Deze financiële constructie is uniek in Nederland, maar kan volgens hem ook in andere dorpen en steden een uitkomst zijn om commerciële voorzieningen te behouden. Vanuit verschillende gemeenten is al belangstelling getoond voor de pilot in Goudswaard.

Retaildeskundige Paul Moers deelt het enthousiasme van de wethouder niet. Volgens hem is het initiatief heel sympathiek, maar zal het op lange termijn niet werken. Weggegooid geld, noemt hij het. "De kans van slagen is heel klein. Wethouders overschatten hun eigen kunnen, en hebben niet in de gaten wat ze beloven of doen."

'Zelf naar gemaakt'

Een verdienmodel dat niet werkt, is niet te redden door een garantstelling, zegt Moers. "Een buurtsuper is gewoon niet meer rond te rekenen. Energie, personeel, logistiek, de kosten zijn enorm gestegen. Ik zou die 50 procent aan garantstelling maar vast gaan afschrijven."

Wat de retaildeskundige betreft hebben de inwoners van Goudswaard de sluiting van de winkel aan zichzelf te danken. "Mensen hebben het er zelf naar gemaakt. De leefbaarheid gaat eraan door hun eigen klantgedrag. Mensen gebruiken de buurtsuper voor vergeten boodschappen, maar rijden vervolgens naar de Aldi of Jumbo voor het echte werk."

Negatieve spiraal

Daardoor daalt volgens hem de omloopsnelheid. "Groente en fruit zijn minder vers en dan krijg je een negatieve spiraal. Iedereen kankert dat de buurtsuper verdwijnt, maar niemand wil die paar centen extra betalen." Moers ziet ook het belang van sociale leefbaarheid, maar vindt dat dan maar uit het dorpshuis moet komen.

Wethouder Boogaard laat zich niet uit het veld slaan. Hij denkt dat de lokale supermarkt het financieel gaat redden. "Uit een enquête van de dorpsvereniging werd door inwoners aangegeven dat het ontbreken van een supermarkt als een groot gemis werd ervaren. Dat was ook voorwaarde om eraan te beginnen."

Breder concept

Wel heeft volgens hem de proef alleen kans van slagen als de buurtsuper anders wordt aangepakt dan voorheen. "De pandeigenaar is bereid bij te dragen door de huurkosten te verlagen en de ondernemer kiest er bewust voor om met een aangepast aanbod aan de slag te gaan. Hij wil een breder concept dan enkel een supermarkt."

"Hij richt zich op het versterken van de sociale functie van de winkel, stimuleert ontmoetingen en zet in op de verkoop van lokale producten, bijvoorbeeld via samenwerking met een lokale bakker", zegt de optimistische wethouder. "De toekomst is nooit met zekerheid te voorspellen, maar dit is een veelbelovende start."