"Het liefst zouden ze mij ontvoeren en executeren, maar ik weiger mezelf te verstoppen." Masih Alinejad is de vrouw waar Iraanse mollahs en de Afghaanse taliban bang van worden. Bedreigingen stoppen haar strijd voor vrouwen in het Midden-Oosten niet.
Alinejad is een van de bekendste voorvechters van vrouwenrechten in Iran. Als journalist, schrijver en activist voert ze die strijd al jaren. Sinds een half jaar leeft ze onder bescherming van de FBI, nadat een plot van de Iraanse veiligheidsdiensten om haar te ontvoeren en mee terug te nemen naar Iran werd verijdeld.
Strijd tegen de hijab
Wild springend en krullend haar is het handelsmerk van Alinejad. Haar dat zich niet in een hoofddoek laat plooien, maar vrij wil zijn. De wind in mijn haar is ook de titel van haar boek uit 2018, waarin ze schrijft over haar strijd tegen onderdrukking van vrouwen en tegen het Islamitische regime in Iran.
"De wettelijk verplichte hijab is niet een stukje stof, maar hét symbool bij uitstek waarmee de geestelijkheid in Iran vrouwen én de rest van de bevolking onderwerpt aan hun macht en hun wil", zegt ze. "Aan die verplichte hoofddoek die alle vrouwen moeten dragen kan iedereen zien dat Iran een Islamitische republiek is. Als dat symbool wordt afgeworpen, is dat een aantasting van hun macht. Dáárom zijn ze er zo fel op."
Kritiek op buitenlandse diplomaten
Het is ook de reden waarom Alinejad bijzonder kritisch is op buitenlandse vrouwelijke diplomaten die zonder protest een hijab dragen als ze Iran bezoeken. "Beseffen ze niet dat ze hiermee letterlijk een mes in de rug steken van iedere vrouw in Iran die zich verzet tegen deze wet? Want tegen meisjes in Iran wordt gezegd: wie denk je wel niet dat je bent om te protesteren tegen onze wetten, als zelfs de machtigste vrouwen ter wereld een hoofddoek opdoen als ze hier zijn?"
Toenmalig minister Sigrid Kaag droeg bij haar bezoek aan Iran bijvoorbeeld ook een hoofddoek. "Het doet pijn dat juist vrouwen uit landen waar vrijheid is, zoals Nederland, dit vrijwillig doen. Stel dat westerse landen hetzelfde zouden doen en tegen islamitische landen zouden zeggen: 'Luister, wij doen hier niet aan hijabs, dus als uw vrouwen hier komen moeten ze ze af doen.' Denk je dat iemand zich daaraan zou houden?"
Revolutie in de keuken
Zelf kwam Alinejad als jong meisje uit een arm gezin al snel in botsing met de sharia-wetten van haar land. Ze wilde zwemmen, fietsen en voetballen, dingen die haar broertje wel mocht, maar zij niet omdat ze een meisje was. Fietsen en zwemmen deed ze toch en ze weigerde waar het maar kon een hijab te dragen.
"Mijn revolutie begon bij ons thuis in onze keuken", zegt Alinejad. "En die kleine revolutie, dat allereerste verzet, dat is het moeilijkst. Want kinderen houden van hun ouders. Mijn moeder wilde ook dat ik een hoofddoek droeg, maar ze heeft mij iets geleerd dat nóg belangrijker is: niet bang zijn."
Gevlucht naar de VS
Alinejad ging naar school, werd journalist en kwam steeds vaker in botsing met het regime omdat ze zich uitsprak over zaken als corruptie, onrechtvaardigheid en ook vrouwenrechten. Uiteindelijk ontvluchtte ze haar land en kwam ze terecht in de Verenigde Staten.
Daar zette zij haar strijd voort tegen het regime en tegen de verplichte hijab. Via social media ondersteunt en inspireert ze vrouwen die binnen Iran hun vrijheid blijven opeisen. Bijvoorbeeld door op plekken waar dat kan hun hoofddoek af te werpen en foto's daarvan online te plaatsen. Ze heeft inmiddels miljoenen volgers, ook in landen als Iran en Afghanistan.
Niet naar het voetbalstadion
Die activiteiten leveren haar felle reacties op bij critici binnen en buiten Iran. In het Westen beschuldigen haar tegenstanders Alinejad ervan dat ze islamofobie aanwakkert. Daar moet ze zelf om lachen. "De islamitische politie in Iran geeft vrouwen zweepslagen omdat ze geen hoofddoek dragen. Ze sluiten ze op omdat ze in een voetbalstadion komen of fietsen. En dan zou ík degene zijn die de Islam een slechte naam bezorgt?"
"Ik heb niks tegen de Islam of tegen een hoofddoek. Ik heb wél iets tegen een wet die vrouwen verplicht hoe ze zich moeten kleden, die vrouwen verbiedt om te dansen, te zingen, allemaal dingen die overal de normaalste zaak van de wereld zijn. Dat zijn mensenrechten, geen vrouwenrechten. Stel je voor dat een land een wet zou invoeren dat mensen van kleur zich niet in een voetbalstadion mogen begeven. Denk je dat dat geaccepteerd zou worden? Maar als het om vrouwen gaat kan het kennelijk wel."
'Zij is de volgende!'
Dat haar uitspraken en activiteiten een gevoelige snaar raken, vertaalt zich ook in persoonlijke risico's. Deze zomer werd er in New York een complot verijdeld van vier mannen die in opdracht van de Iraanse geheime dienst voorbereidingen troffen om haar te kidnappen en mee terug te nemen naar Iran. Ze zou met een speedboot naar Venezuela worden meegenomen en vandaar uitgeleverd.
Alinejad weet wat haar dan te wachten staat: "Een paar jaar geleden is een Iraanse journalist naar Irak gelokt en daar ontvoerd. Hij is geëxecuteerd. Een dag daarop verscheen mijn foto op alle journaals met de boodschap: 'Zij is de volgende!'" Ook haar familie in Iran is bedreigd en gevangen gezet. Haar zus nam publiekelijk afstand van haar, onder dwang van het regime.
Afghaanse vrouwen in de steek gelaten
"Weet je wat dat betekent?" zegt Alinejad. "Dat ze bang voor mij zijn, en niet alleen voor mij, maar voor alle miljoenen vrouwen die zich tegen hen kunnen keren. Ze zijn nergens zo bang voor als vrouwen die hen niet gehoorzamen. Maar het worden er wel steeds meer. Bij de vrouwen ligt de sleutel in de strijd tegen deze regimes."
Dat geldt volgens haar in de Islamitische Republiek Iran, maar ook in Afghanistan, dat nu geregeerd wordt door de taliban. "Als de vrouwen niet meer bang voor ze zijn, dan zijn ze hun fundament en hun legitimiteit kwijt. Maar dat vergt wel veel moed en heel veel lijden. Daarom verdienen die vrouwen steun en kan je ze niet eenvoudigweg in de steek laten, zoals het Westen doet bij de vrouwen in Afghanistan."
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.