Na 31 jaar verdwijnt morgen het melkquotum, de dag die door veel boeren gekscherend werd aangekondigd als ‘bevrijdingsdag’. Maar waarom werd het quotom ingevoerd, hoe kwam het tot stand en waarom wordt het nu afgeschaft? Op EenVandaag.nl een overzicht.
Er is vanaf 1 april in zekere zin dus sprake van een vrije markt. Boeren worden niet langer beperkt door een quotum en mogen dus meer koeien gaan houden en zodoende meer melk produceren. Of…?
Door het opheffen van de productiebeperkingen is er angst ontstaan voor een ongecontroleerde groei van de intensieve melkveehouderij. Het doemscenario van 'koeienflats’ en een ‘mestberg’ word vaak ingezet om deze angst voor de intensieve melkveehouderij gestalte te geven.
In Nederland heeft staatssecretaris Sharon Dijksma gereageerd op deze zorgen door aanvullende regelgeving op te stellen. In november 2014 stelde zij de ‘Wet verantwoorde groei melkveehouderij’ voor. Hiermee wil ze het onmogelijk maken voor boeren om onbegrensd te kunnen groeien.
De feitelijke invulling van deze wet zou later door Dijksma bekend worden gemaakt, maar door onenigheid binnen de coalitie hierover liet deze Algemene Maatregel van Bestuur lange tijd op zich wachten. De VVD pleitte voor minder regulering en dus meer vrijheid voor de boeren om te ondernemen, terwijl de PvdA juist een voorstander was van een strenge regulering.
Voor boeren is deze onzekerheid frustrerend geweest. Anticiperend op de afschaffing van het quotum werd de afgelopen jaren door melkveehouders fors geïnvesteerd. De laat aangekondigde aanvullende wetgeving van Dijksma zou daarom voor grote problemen kunnen zorgen.
Gaan de mooie nieuwe stallen met een grotere capaciteit ook gevuld worden met koeien, of steekt de regelgeving van Dijksma daar een stokje voor?
EenVandaag maakte een reportage over deze zorgen:
Historie
De geschiedenis van het melkquotum vormt een prominent onderdeel van de geschiedenis van de Europese Unie. Het landbouwbeleid van de EU, van waaruit het melkquotum is ontstaan, ligt diep verankerd in de ontstaansgeschiedenis van de EU.
De vele slachtoffers die vielen door de schrijnende voedseltekorten tijdens de Tweede Wereldoorlog vormden de reden voor Europese gesprekken over een gemeenschappelijk Europees landbouwbeleid. Het zou een van de peilers van het Europese samenwerkingsverband gaan vormen.
1957 - Het verdrag van Rome
In 1957 werd het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid ingesteld via het Verdrag van Rome. Het beleid was erop gericht zowel de kwaliteit als de kwantiteit van de Europese voedselvoorziening moest garanderen. Het voorzag in allerlei subsidies die de inkomsten van boeren moesten verzekeren.
Met name in de zuivelsector zorgden deze subsidies op de langere termijn voor een enorme overproductie. De gegarandeerde minimumprijs voor koemelk maakte het aantrekkelijk voor boeren om zoveel mogelijk te produceren.
Deze overproductie zorgde voor de zogenaamde ‘boterberg’ en ‘melkplas’. Door middel van exportsubsidie werd de overtollige Europese melk voor dumpprijzen op de wereldmarkt gebracht.
De boterberg van de EEG (Europese Economische Gemeenschap).
1984 - Het Melkquotum
Om deze overproductie en het verstoren van de internationale zuivelmarkt tegen te gaan, stelde de Europese Gemeenschap in het begin van de jaren tachtig productiebeperkingen voor. Deze beperkingen kregen uiteindelijk vorm in het zogenaamde ‘melkquotum’ dat in 1984 werd ingevoerd.
In eerste instantie zou deze maatregel voor vijf jaar gaan gelden maar uiteindelijk is het melkquotum 31 jaar lang van kracht geweest.
Het melkquotum hield grofweg in dat boeren productierechten moesten kopen. Er moest door boeren dus worden geïnvesteerd in de aanschaf van quotum als ze wilden uitbreiden. Wanneer er door een boer boven het aangekochte productierecht geproduceerd zou worden zou er verder een ‘superheffing’ betaald moeten gaan worden om zo overproductie te ontmoedigen.
Boeren reageerden niet bijzonder positief op de maatregelen van de Europese Unie zoals blijkt uit onderstaande reportage:
2008 - Spanningen in de sector
De beperking van de Europese melkproductie door middel van het melkquotum heeft goed gewerkt. De prijzen van melk zijn redelijk stabiel gebleven en de verstoring van de internationale zuivelmarkt door het Europese subsidiebeleid is teniet gedaan.
Het aantrekken van de mondiale economie, en met name de welvaartsgroei in landen als China en India, heeft gezorgd voor een enorme groei van de vraag naar zuivel. Omdat de globale zuivelproductie daardoor steeds verder toe nam besloot de Europese Unie dat het melkquotum zou kunnen verdwijnen.
In 2008 werd dit besluit definitief aangekondigd. Kort daarna brak de mondiale economische crisis uit die ook zijn effecten had op de zuivelmarkt. De crisis leidde tot een scherpe daling in de vraag naar zuivel en een wereldwijde schaalvergroting als reactie daarop.
De inkomsten voor Europese boeren liepen hierdoor hard terug en onder melkveehouders ontstond enorme onrust. Veel boeren maakten zich ernstige zorgen over het voorbestaan van hun bedrijf en zagen in het afschaffen van het melkquotum een bron voor nog meer onzekerheid in de markt.
Diverse protestacties werden daarop georganiseerd waaronder het met melk onderspuiten van ordetroepen in Brussel. Een andere actie van melkveehouders is te zien in het volgende filmpje:
Na het dieptepunt in 2009 is de melkprijs intussen weer behoorlijk gestegen. Omdat de vraag naar Europese zuivelproducten met name vanuit Azië zeer groot en stabiel lijkt te zijn, is het sentiment onder boeren veranderd. Ze zijn er nu dus beter over te spreken.
Naast problemen zagen boeren de afgelopen jaren ook kansen in de maatregelen van de EU en ontstond er, vooruitlopend op het vrijgeven van de markt, al een explosieve groei van de zuivelsector. De meeste verwachtingen voor zorgen dat er meer melk geproduceerd zal worden.
Hoogleraar duurzaamheid en voormalig topman van de Rabobank topman Herman Wijffels uitte afgelopen november in Radio EenVandaag nog zijn zorgen over deze enorme groei:
Het afschaffen van het quotum zal er volgens de meeste verwachtingen dus voor zorgen dat er in de toekomst meer melk geproduceerd zal worden. Over de snelle groei van de sector, die een voorbode zou kunnen zijn voor de ontwikkelingen na de afschaffing van het melkquotum, berichtte EenVandaag eind 2013:
Toekomst: Zwitserland?
Het precedent dat de Zwitserse zuivelsector heeft geschapen vormt een schrikbeeld voor de Europese boeren. Daar werd al in 2009 het melkquotum afgeschaft om in te spelen op ontwikkelingen in de wereldmarkt.
Zwitserse boeren waren aanvankelijk zeer enthousiast over deze marktliberalisering, maar merkten al snel dat het afschaffen van het quotum een keerzijde had voor de sector. De zuivelprijzen daalden in en het aantal melkveehouderijen nam daardoor in rap tempo af.
De gevolgen van afschaffing in Zwitserland zorgen op de vooravond van de Europese afschaffing voor onzekerheid. Het is maar de vraag of de ontwikkelingen in Zwitserland model kunnen staan voor de toekomst van de EU maar dat het afschaffen van quota altijd goed nieuws is voor boeren wordt door de Zwitserse ontwikkelingen in ieder geval ontkracht.
Schommelende melkprijs?
De Zwitserse ontwikkelingen tonen aan dat het opheffen van quota vermoedelijk gevolgen zal hebben voor de melkprijs. Producenten van zuivelproducten verwachten dan ook dat de markt volatiel zal worden. Dat wil zeggen dat er meer schommelingen zullen zijn in de melkprijs.
In een vrije markt bepalen vraag en aanbod de prijs van een product en nu marktregulatie grotendeels wordt opgeheven zal ook de melkprijs nu nog meer beïnvloed worden door ontwikkelingen in de markt.
De toegenomen vraag naar zuivel wereldwijd zorgt ervoor dat een productievergroting niet direct tot lagere prijzen zal leiden maar veel zal afhangen van de mate waarin deze schaalvergroting plaats zal vinden.
Natuur, milieu en dierenwelzijn
Ondertussen maken met name natuur- en milieuorganisaties zich druk over het afschaffen van het quotum en de op handen zijnde schaalvergroting. Met het oog op dierenwelzijn hebben deze organisaties angst voor ‘koeienflats’ waarbij enorm veel koeien in megastallen gepropt zullen worden.
Daarbij wordt met vooral gewezen op het verdwijnen van het traditionele beeld van koeien in de wei.
Ook wijzen ze op de milieueffecten die deze schaalvergrotingen tot gevolg zullen hebben. De toename in de mestproductie zou volgens natuur- en milieuorganisaties rampzalig zijn. Naast de ‘koeienflats’ wordt ook de ‘mestberg’ vaak aangedragen als reden van zorg over de afschaffing van het quotum.
Definitieve invulling Melkveewet
Eind maart werd door staatssecretaris Dijksma aan de Tweede Kamer de invulling van de melkveewet verder toegelicht. Boeren worden hierdoor verplicht om alle groei van de mestproductie op een grondgebonden wijze plaatst te laten vinden.
Dat houdt in dat alle mest die extra wordt geproduceerd op de een of andere manier gekoppeld moet zijn aan het bezit van extra grond. In feite komt het er op neer dat na het einde van het melkquotum er wordt overgegaan op een fosfaatquotum waarbij de hoeveelheid grond die een boer in het bezit heeft bepaald hoeveel fosfaat (mest) hij mag produceren.
Vragen? Stel ze!
Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.