Peiling: Geen steun meer voor voetbalclubs

Gemeenten moeten stoppen met het financieel steunen van hun voetbalclubs. Dat blijkt uit onderzoek van EenVandaag onder 22.000 mensen. Acht op de tien deelnemers is tegen steun aan profclubs. 69 procent vindt de maatregelen die gemeenten nemen om noodlijdende clubs bij te staan ‘competitievervalsing’.

Het onderzoek werd gehouden onder 22.000 leden van het EenVandaag Opiniepanel. Ook van de deelnemers die supporter zijn van een voetbalclub is 69 procent tegen financiele steun.

Ook de noodlijdende eredivisieclub Willem II mag van de gemeente Tilburg geen hulp ontvangen, zo oordelen 414 inwoners van die stad in het onderzoek.

Willem Vermeend deed in opdracht van de KNVB onderzoek naar de financiele situatie van de clubs. Volgens hem is slechts 30 procent van de clubs financieel gezond: “Veel clubs zitten met hun salarislasten boven de 70 a 80 procent van hun omzet.”

Het bestuur van de KNVB wil de boekhouding van de voetbalclubs strenger controleren. Vermeend: “We gaan clubs vragen een meerjarenbegroting te maken: niet één jaar, maar een doorrekening naar drie jaar. Dat moet voorkomen dat clubs beslissingen nemen die op de lange termijn verkeerd uitpakken.” Vermeend adviseert de KNVB ook om maandelijks de financiele positie van de clubs te beoordelen én publiceren.

Het gevolg van de strengere regelgeving kan zijn dat sommige profclubs volgend seizoen niet meer meedoen. “Als een aantal clubs niet met voldoende financiele garanties komt, kunnen ze niet meer voetballen,” zegt Vermeend in EenVandaag.

De clubs stemmen volgende week over de plannen van de KNVB.

Over het onderzoek: Aan het onderzoek deden 22.000 leden van het EenVandaag Opiniepanel mee. Het is uitgevoerd tussen 17 en 21 mei 2010. Het EenVandaag Opiniepanel bestaat uit ruim 40.000 mensen. Zij beantwoorden vragenlijsten op basis van een online onderzoek. De uitslag van de peilingen onder het EenVandaag Opiniepanel zijn na weging representatief voor zes variabelen, namelijk leeftijd, geslacht, opleiding, burgerlijke staat, spreiding over het land en politieke voorkeur gemeten naar de Tweede Kamerverkiezingen van 2006. Panelleden krijgen ongeveer een keer per week een uitnodiging om aan een peiling mee te doen. Op de meeste onderzoeken respondeert 60 tot 70 procent van de panelleden.